WorldWideScience

Sample records for voor duurzame biomassa

  1. Een pleidooi voor duurzame diplomatie

    NARCIS (Netherlands)

    R.J.M. van Tulder (Rob); T. Dietz (Ton)

    2017-01-01

    textabstractIn een recent verschenen notitie van de Adviesraad Internationale Vraagstukken wordt een pleidooi gehouden voor 'diplomatie van duurzame ontwikkeling'. Het Nederlandse buitenlandse beleid heeft de laatste jaren sterk ingezet op zogenaamde 'economische diplomatie'. Daarmee lijkt een stap

  2. Een pleidooi voor duurzame diplomatie

    NARCIS (Netherlands)

    Tulder, van R.; Dietz, T.

    2017-01-01

    In een recent verschenen notitie van de Adviesraad Internationale Vraagstukken wordt een pleidooi gehouden voor ‘diplomatie van duurzame ontwikkeling’. Het Nederlandse buitenlandse beleid heeft de laatste jaren sterk ingezet op zogenaamde ‘economische diplomatie’. Daarmee lijkt een stap gezet te

  3. Biomassa voor energie uit de Nederlandse natuur : een inventarisatie van hoeveelheden, potenties en knelpunten

    NARCIS (Netherlands)

    Spijker, J.H.; Elbersen, H.W.; Jong, de J.J.; Berg, van den C.A.; Niemeijer, C.M.

    2007-01-01

    In dit onderzoek is de potentiële hoeveelheid biomassa uit de natuur berekend op basis van de voor 2020 geplande arealen natuur per begroeiingstype. Voor de verschillende soorten biomassa is aangegeven welke huidige toepassingen er voor zijn en welk deel op basis daarvan met name in aanmerking komt

  4. Energetic nature on and around Veluwe. Biomass as a resource for a green economy; Energieke natuur op en rond de Veluwe. Biomassa als grondstof voor een groene economie

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Van Soest, J.P. [Advies voor Duurzaamheid, Klarenbeek (Netherlands); Blom, M. [CE, Delft (Netherlands)

    2006-10-15

    The possibility to produce more biomass from the nature reserve Veluwe in the mid-part of the Netherlands in combination with preserving the nature in this area has been elaborated. [Dutch] De mogelijkheid om meer biomassa voor energie op en rond de Veluwe te winnen zodanig dat de natuur er door wordt versterkt wordt is in dit rapport uitgewerkt. Daarmee kan biomassa een welkome bijdrage zijn aan behoud en ontwikkeling van de natuur. De actualiteit, bijvoorbeeld recente rapporten van de Rekenkamer en het Milieu- en Natuur Planbureau (MNP), wijst uit dat het natuurbeleid niet op schema ligt; nieuwe 'motoren' achter natuurontwikkeling zijn dringend gewenst. Ook uit oogpunt van transitie naar een duurzame energiehuishouding is 'Energieke natuur' van belang. In veel energiescenario's groeit het aandeel van biomassa, maar er zijn grote zorgen dat deze ontwikkeling ten koste gaat van natuur, biodiversiteit en voedselproductie. Het hier beschreven concept laat zien dat biomassa, mits goed georganiseerd, een positieve bijdrage kan leveren.

  5. Measures for sustainable energy in the livestock farming industry; Maatregelen duurzame energie veehouderijsector

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Schellekens, J. [DLV Bouw Milieu en Techniek, Uden (Netherlands)

    2010-07-15

    The sectors of pig farming, poultry farming and veal farming have been examined for sustainable energy deployment options in agricultural businesses. These are systems are ready for practice and to be used by individual businesses. Background information is provided on energy saving, deployment of photovoltaic energy, solar collectors, biomass incineration, heat pumps, air conditioning with ground water, and practical experiences in the deployment of sustainable energy systems. Moreover, an overview is given of subsidies and fiscal opportunities for sustainable energy deployment by agricultural businesses [Dutch] Voor de sectoren varkenshouderij, pluimveehouderij en vleeskalverhouderij is onderzocht wat de toepassingsmogelijkheden zijn van duurzame energie (DE) op agrarische bedrijven. Het betreft systemen welke praktijkrijp zijn en te gebruiken op individuele bedrijven. Er wordt achtergrondinformatie gegeven over energiebesparing, toepassen van photovoltaische energie, zonnecollectoren, verbranden van biomassa, warmtepompen, luchtconditionering met grondwater, praktijkervaringen in de toepassing van duurzame energiesystemen. Ook wordt een overzicht geven van subsidies en fiscale mogelijkheden voor toepassen van DE-systemen op agrarische bedrijven.

  6. The Index for Sustainable Economic Welfare for Flanders, Belgium, 1990-2009; De Index voor Duurzame Economische Welvaart (ISEW) voor Vlaanderen, 1990-2009

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Bleys, B. [Geassocieerde Faculteit Handelswetenschappen en Bestuurskunde, Hogeschool Gent, Associatie Universiteit Gent, Gent (Belgium)

    2012-05-15

    In this report the Index of Sustainable Economic Welfare (ISEW) is compiled for Flanders for the period 1990-2009. The index is a measure of economic welfare in that it measures the contribution of a country's or region's economy to the overall level of well-being of its citizens. In this regard, the ISEW can be regarded as an indicator for the economic dimension of well-being [Dutch] In deze studie wordt de Index voor Duurzame Economische Welvaart (ISEW - Index of Sustainable Economic Welfare) berekend voor Vlaanderen voor de periode 1990-2009. Deze index is een maatstaf voor economische welvaart en meet de bijdrage van het economische systeem van een land of regio tot het algemene welzijn van haar bevolking. De ISEW kan dus gezien worden als een indicator voor de economische dimensie van welzijn.

  7. Transition management. Key to a sustainable society; Transitiemanagement. Sleutel voor een duurzame samenleving

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Rotmans, J. [International Centre for Integrative Studies ICIS, Universiteit Maastricht, Maastricht (Netherlands)

    2003-07-01

    Via transitions outdated societal systems need to be replaced by new societal and sustainable systems. In this book attention is paid to how the renewal process can be steered. The first part deals with the transition philosophy, while the second part is dedicated to a series of practical examples in the field of water, agriculture, energy, construction, mobility and biodiversity which must bring us to a new, sustainable society. [Dutch] Het creeren van een duurzame samenleving is van levensbelang voor de huidige en toekomstige generaties. Toch krijgt duurzaamheid van de politiek nog steeds niet de aandacht die zij verdient. Dit boek biedt daarom een vernieuwende en uitdagende kijk op deze grote maatschappelijke opgave. Onze tegenwoordige samenleving is verre van duurzaam; ondanks het veelgeroemde 'poldermodel' zijn we er tot nu toe niet in geslaagd de hardnekkige problemen in sectoren als de landbouw, de gezondheidszorg en de energievoorziening het hoofd te bieden. Meer en meer wordt duidelijk dat een duurzame samenleving een echte cultuuromslag vergt. Via transities - maatschappelijke overgangen die tijd, durf en energie vergen - zullen verouderde maatschappelijke systemen (deels) moeten worden afgebroken om vervolgens opnieuw te worden opgebouwd. Dit boek gaat in op de wijze waarop dit noodzakelijke vernieuwingsproces kan worden gestuurd. Het eerste deel behandelt het transitiedenken, inclusief de achterliggende filosofie. In het tweede deel staat het transitiehandelen centraal, aan de hand van een serie praktijkvoorbeelden op de terreinen water, landbouw, energie, de bouwsector, mobiliteit en biodiversiteit. Een inspirerend boek voor iedereen die een bijdrage wil leveren aan de totstandkoming van een nieuwe, duurzame samenleving.

  8. Energy Agreement for Sustainable Growth; Energieakkoord voor duurzame groei

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    NONE

    2013-09-01

    The SER (Social and Economic Council of the Netherlands) Energy Agreement for Sustainable Growth outlines the ambition to provide a long-term perspective for the Dutch energy economy with short and medium term agreements. Therefore, a large number of concrete measures and elaborations are agreed upon. Quantitative assessments are made of the effects for 2020-2023. Because there are almost no concrete measures for a longer period and the uncertainties are increasing for the longer term, calculations were not carried out for years after 2023. The extent to which the agreed steps contribute to the necessary building blocks for the energy transition in the long term is assessed qualitatively. Agreed targets in the agreement are: (1) A reduction in final energy consumption by an average of 1.5% per year; (2) 100 PJ energy conservation in final energy consumption in 2020; (3) 14% renewable energy by 2020 and 16% in 2023; (4) at least 15,000 jobs with an emphasis on the next few years [Dutch] Het SER-Energieakkoord voor duurzame groei schetst als ambitie het bieden van een langetermijnperspectief voor onze energiehuishouding met afspraken voor de korte en middellange termijn. Het is daartoe een groot aantal concrete maatregelen en nadere uitwerkingen overeengekomen. ECN/PBL hebben met het EIB een kwantitatieve doorrekening gemaakt van de effecten voor 2020/23. Omdat er vrijwel geen concrete maatregelen zijn afgesproken die gericht zijn op een verder liggende periode en de onzekerheden op langere termijn steeds meer toenemen, is geen doorrekening voor latere jaren gemaakt. De mate waarin de afgesproken stappen bijdragen aan de nodige bouwstenen voor de energietransitie op langere termijn is kwalitatief beoordeeld. Afgesproken doelen in het akkoord zijn: (1) Een besparing van het finale energieverbruik met gemiddeld 1,5% per jaar; (2) 100 PJ besparing in het finale energieverbruik in 2020; (3) 14% hernieuwbare energie in 2020 en 16% in 2023; (4) Tenminste 15.000 banen met

  9. Results of a survey on the sustainable import of biomass; Resultaat Enquete duurzame import van biomassa

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Bergsma, G.C.; Groot, M.I.

    2006-06-15

    of their own accord. Attention was drawn surprisingly often to the importance of small holdings, i.e. 'family farms', and maximisation of yields and CO2 reductions per hectare of farmland. It is recommended to take this latter issue on board, in part as a means of elaborating the aspect of 'preventing competition with food production' in practical terms. Based on the survey results, the report concludes with several concrete recommendations on sustainability criteria for biomass. The report published by the Cramer Commission in August 2006 is largely grounded in these survey results and the accompanying evaluation. [Dutch] In de strijd tegen klimaatverandering wordt steeds vaker biomassa ingezet als alternatief voor fossiele brandstoffen. Van belang is dat de winst aan duurzaamheid die Nederland hierdoor kan boeken, niet ten koste gaat van duurzaamheid in de productielanden. Een set aspecten (voedselvoorziening, natuur, welvaart en welzijn, arbeidsomstandigheden, milieuzorg, bodemkwaliteit en waterkwaliteit) is ontwikkeld aan de hand waarvan de duurzaamheid van biomassa aangetoond kan worden. Voor het toetsen van draagvlak hiervoor heeft CE een webenquete uitgezet onder stakeholders. Hierop hebben 104 respondenten gereageerd. In het rapport zijn alle resultaten en conclusies gespreid over NGO's, bedrijfsleven, overheid en algemeen gerapporteerd. Een aantal opvallende conclusies zijn: Het merendeel van de respondenten acht een duurzaamheidstoets voor biomassa mogelijk mits er adequate duurzaamheideisen gesteld worden (68%); Vrijwel alle respondenten vinden dat de duurzaamheidscriteria moeten gelden voor alle toepassingen van biomassa (90%); Of duurzaamheidscriteria afhankelijk moeten zijn van de productieregio wordt door de respondenten heel verschillend gezien (helft voor helft tegen); Veel NGO's vinden dat duurzaamheidscriteria specifiek zouden moeten zijn per biomassastroom (50%), in tegenstelling tot het bedrijfsleven dat pleit voor

  10. Duurzaamheidinspiratie voor nieuwe gemeenteraadsverkiezingen 2018 in governance monitor

    NARCIS (Netherlands)

    Zoeteman, Bastiaan

    2017-01-01

    Begin dit jaar hebben Telos en VNG International voor het eerst een Governance monitor duurzame gemeenten gepubliceerd. Deze monitor is opgesteld in opdracht van de staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu waarbij de Nationale monitor duurzame gemeenten van Telos - die de basis is voor de

  11. Naar een dashboard duurzame inzetbaarheid

    NARCIS (Netherlands)

    Blatter, B.; Dorenbosch, L.; Keijzer, L.

    2015-01-01

    Vlaanderen kent de Monitor Werkbaar Werk als informatiebron over de kwaliteit van werk voor de Vlaamse Regering, sociale partners, werkgevers en andere arbeidsmarktpartijen. Nederland kent sinds 2010 een soortgelijk instrument: het Dashboard Duurzame Inzetbaarheid. In deze bijdrage zetten we het

  12. Certification of sustainability of import of green basic materials. On the necessity and possibilities; Certificering van duurzaamheid van import van groene grondstoffen. Over noodzaak en mogelijkheden

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Bergsma, G.C. [CE, Delft (Netherlands); Hamelynck, B.G. [Eostra, Sibrandabuorren (Netherlands)

    2005-03-15

    It is expected that in the Netherlands in the near future large quantities of biomass are required to produce electricity, automotive fuels and for the chemical industry. Import of biomass will be inevitable. A working group on this subject studied the criteria for the import of different types of biomass. [Dutch] Voor de toekomst wordt een grootschalige inzet van biomassa voorzien als bron voor elektriciteit, voertuigbrandstoffen en de chemie. De visie die is geformuleerd in de transitie biomassa spreekt zelfs over 30% biomassa in de nationale energie-voorziening in 2040. Import is daarbij onvermijdelijk. Maar hoe kan dit op een duurzame wijze? Inzet van biomassa als duurzame bron, terwijl in het land van herkomst de voedselproductie in het gedrang komt of de biodiversiteit wordt aangetast, is uiteraard niet wenselijk. De vraag is dan ook aan welke criteria de import van verschillende typen biomassa moet voldoen. Hierover is het afgelopen jaar in een werkgroep binnen de energietransitie nagedacht. Dat heeft een algemene lijst opgeleverd met relevante thema's.

  13. Sustainable Energy for All. Inaugural speech; Een duurzame energievoorziening voor iedereen. Intreerede

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Van Wijk, A.J.M.

    2011-12-07

    According to the author, there is no energy crisis; nor is there an energy shortage. Three observations illustrate this proposition: (1) We are wasting about 98% of our energy; (2) In one hour, the earth receives more energy from the sun than we consume worldwide in one year; and (3) sustainable energy is all around us. Next, the observations are elaborated and a plan is launched to set up a Green Campus: a living lab, an inspiring place where businesses and university can meet and a place where everyone can get an impression of the energy systems of the future. This way the author is hoping to take a next, important step in the realization of his dream, which is a sustainable energy system for all [Dutch] De auteur stelt dat er geen energiecrisis, geen energietekort is. Drie observaties illustreren deze stelling: (1) We verspillen ruwweg 98% van onze energie; (2) In een uur ontvangt de aarde meer energie van de zon, dan we wereldwijd in een jaar verbruiken; en (3) Duurzame energie is overal rond om ons heen. Vervolgens worden de observaties toegelicht en een plan gelanceerd om een Green Campus op te zetten: een living lab, een inspirerende plek waar bedrijven en universiteit elkaar ontmoeten en een plek waar een ieder een beeld kan krijgen op de energiesystemen van de toekomst. Daarmee hoopt de auteur een volgende en belangrijke stap te zetten in de realisatie van zijn droom, een duurzame energievoorziening voor iedereen.

  14. Brandstof en plastic uit dezelfde biomassa

    NARCIS (Netherlands)

    Ree, van R.

    2009-01-01

    De productie van tweede generatie biobrandstoffen is nog te duur om aan de grote vraag naar duurzame brandstof te kunnen voldoen. Een consortium van internationale organisaties werkt daarom aan een beter productieproces en wil meer uit biomassa gaan halen dan alleen ethanol

  15. Clear road for sustainable fuels? Study on the willingness of consumers to switch to sustainable fuels; Weg vrij voor duurzame brandstoffen? Onderzoek naar bereidheid consument om over te schakelen op duurzame brandstoffen

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Van Amelsfoort, A.; Zwier, R.

    2007-07-01

    In the Netherlands, there are currently hardly any filling stations where various types of sustainable fuels are available next to the regular fuels. Green Planet wants to start a filling station in the province of Drenthe. However, first Green Planet want to examine if consumers are prepared to switch to sustainable fuels. In addition, they want to know how these fuels should be properly introduced. The authors have sent questionnaires to more than 300 car drivers in the provinces of Groningen en Drenthe. Based on the results of the questionnaire a marketing strategy was developed recommending to start offering sustainable fuels, and especially B10/E10 and CNG. The consumer must be informed about the composition of sustainable fuels and possible consequences that driving on sustainable fuels may have for cars and the environment. [mk]. [Dutch] In Nederland zijn op dit moment praktisch geen tankstations waar, naast reguliere brandstoffen, verschillende soorten duurzame brandstoffen worden aangeboden. Green Planet wil hiervoor een tankstation beginnen in de provincie Drenthe. Green Planet wil echter eerst laten onderzoeken of consumenten bereid zijn om op duurzame brandstoffen te gaan rijden. Daarnaast wil zij graag weten op welke wijze deze brandstoffen moeten worden geintroduceerd. De auteurs hebben een enquete uitgezet onder ruim 300 autorijders in Groningen en Drenthe. Op basis van de enqueteresultaten is een marketingstrategie opgesteld waarin wordt aanbevolen om duurzame brandstoffen te gaan aanbieden, met nadruk op B10/E10 en CNG. Hierbij moet de consument vooral ingelicht worden over de samenstelling van duurzame brandstoffen en over eventuele consequenties van het rijden op duurzame brandstoffen voor auto en milieu.

  16. Progress Report Sustainable Energy 2006; Voortgangsrapportage Duurzame Daadkracht 2006

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    NONE

    2007-02-15

    In the title program it is described how the Netherlands will fulfil the agreements that were made at the Johannesburg summit on sustainable development. The program consists of an international and a national strategy. In this document an overview is given of the results so far. The focus is on administration, energy and biological diversity. [Dutch] Het Actieprogramma Duurzame Ontwikkeling, getiteld 'Duurzame Daadkracht' (2003), is de Nederlandse uitwerking van de afspraken die in 2002 op de World Summit on Sustainable Development (WSSD) in Johannesburg zijn gemaakt. In de voorliggende voortgangsrapportage over 2006 worden de vorderingen in het bereiken van de ambities van het rijk, zowel voor het nationale als het internationale deel, verder uitgediept. Daarbij is dit jaar gekozen voor een meer thematische benadering dan in voorgaande rapportages, mede naar aanleiding van het Algemeen Overleg van 4 oktober 2006 over de rapportage 2005. De thema's zijn bestuur, energie en biodiversiteit. In hoofdstuk 2 wordt een beschouwing gegeven over de aansturing van duurzame ontwikkeling, een thema dat in 2006 vooral in internationale bijeenkomsten veel aandacht kreeg. Hoofdstuk 3 belicht het thema duurzame energiehuishouding. In hoofdstuk 4 wordt het thema natuurlijke hulpbronnen en biodiversiteit nader bezien. Hoofdstuk 5 geeft informatie over een aantal relevante instrumenten, waaronder de internationale partnerschappen, innovatieprojecten en de peer review van het Nederlandse duurzaamheidsbeleid. Hoofdstuk 6 presenteert de voortgang in duurzaam inkopen bij de Rijksoverheid en illustreert aan de hand van een aantal voorbeelden de wijze waarop vijf ministeries concreet invulling geven aan duurzame ontwikkeling binnen de eigen organisatie. De bijlage bevat een afkortingenregister.

  17. Isoproturon in de graanteelt : alternatieven voor isoproturon voor schoner water

    NARCIS (Netherlands)

    Slabbekoorn, J.J.; Zeeland, van M.G.; Weide, van der R.Y.

    2006-01-01

    Binnen het praktijknetwerk Telen met toekomst testen en beoordelen agrarisch ondernemers nieuwe duurzame teeltmaatregelen in de praktijk. Eén daarvan is het zoeken van alternatieven voor isoproturon. Hiermee proberen zij een stap dichter bij de waterkwaliteitsdoelstellingen uit de kaderrichtlijn

  18. Sustainable energy. Program of action for sustainable development. National actions; Duurzame Daadkracht. Actieprogramma Duurzame Ontwikkeling. Nationale deel

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    NONE

    2003-07-04

    In the title program it is described how the Netherlands will fulfil the agreements that were made at the Johannesburg summit on sustainable development. The program consists of an international and a national strategy. In this document the national strategy will be dealt with. [Dutch] In november 2002 stemde de ministerraad in met het Actieprogramma voor Duurzame Ontwikkeling, getiteld 'Duurzame Daadkracht'. Hierin beschrijft het kabinet hoe invulling wordt gegeven aan de afspraken die tijdens de Wereldtop over Duurzame Ontwikkeling in september in Johannesburg zijn gemaakt. Het actieprogramma bestaat uit een internationale en een nationale strategie. Beide strategieen kunnen en mogen niet los van elkaar worden gezien. Coherentie tussen binnenlands beleid en wat in internationaal verband te ondernemen is cruciaal. In de internationale strategie wordt uiteengezet op welke concrete doelen Nederland zich op het vlak van duurzame ontwikkeling in de nabije toekomst met voorrang zal richten. Daarbij wordt aangegeven met welke middelen Nederland aan het realiseren van die doelen zal bijdragen. De concrete maatregelen zijn gericht op de vijf thema's die door secretaris-generaal van de Verenigde Naties als prioriteiten zijn aangegeven: water, energie, gezondheid, landbouw en biodiversiteit. Het kabinet voegt daar het thema handel en investeringen aan toe, vanwege de bijdrage die zij kunnen leveren aan het bereiken van duurzame ontwikkeling, en meer in het bijzonder armoedebestrijding.

  19. Successful sustainable renovation; Succesvolle duurzame renovatie

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Van Doorn, A.Q.C.M.; De Ruyter, G.M. [Yacht, Randstad, Diemen (Netherlands); Kaper, A.A. [Ballast Nedam, Nieuwegein (Netherlands)

    2011-04-15

    Building Brains has been set up by TNO as a cooperative and started September 21, 2009. The aim of the project was to answer the question how the energy consumption in the Netherlands can be reduced by 50% up to 2030 or how the built environment can be made energy-neutral. This issue of the magazine is dedicated to Building Brains project. It is often said that Smart defined ambitions and strict process management are important ingredients for successful realization of building projects. Sustainable real estate developments can be considered as highly ambitious projects. To find out how and why sustainable renovation projects actually became sustainable, a group of professionals systematically evaluated 21 leading Dutch real estate renovation projects. For each project they interviewed the client, consultant, architect and contractor. Based on the results it was concluded that a pre-defined (sustainability) ambition is not a necessity to realize a project that can be considered sustainable in practice. [Dutch] Building Brains is een door TNO opgezet samenwerkingsproject dat op 21 september 2009 van start ging. Het doel van het project is antwoord te geven op de vraag hoe tot 2030 het energiegebruik in Nederland kan worden gehalveerd of hoe de gebouwde omgeving energieneutraal kan worden gemaakt. Deze aflevering van het tijdschrift TVVL is vrijwel geheel gewijd aan het Building Brains project. Een jaar lang zijn de succes- en faalfactoren van duurzame renovatieprojecten onderzocht. Voor 21 projecten zijn in totaal 73 actoren geinterviewd. Er werd een vragenlijst gebruikt, die vanuit vijf invalshoeken was opgesteld: ambitiestelling, duurzame maatregelen, actoren, beleidsomgeving en proces. Per project zijn opdrachtgevers, architecten, aannemers, adviseurs en gebruikers geinterviewd. Alle data is verwerkt in een database. De projecten voldoen aan het selectiecriterium Trias Energetica. Het accent lag op woningbouw, waar de grootste uitdaging ligt voor duurzame

  20. Sustainable Energy Business Visits 2009; Duurzame Energie bedrijfsbezoeken 2009

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Gielen, J.H. [C Point, DLV Plant, Horst (Netherlands)

    2010-03-15

    Because the Steering Committee for Long-term Agreements on Energy for Mushrooms found the sustainable energy business visits of 2008 very valuable, it was decided in 2009 to assign Cpoint the task of conducting sustainable energy advisory visits, enabling mushroom cultivators to sign up for a free of charge sustainable energy visit. This report summarizes the results of these business visits [Dutch] Omdat de Duurzame Energie (DE) bedrijfsbezoeken van 2008 door de Stuurgroep MJA-e Paddestoelen als erg waardevol zijn ervaren, is er ook voor het jaar 2009 aan Cpoint een opdracht voor het uitvoeren van DE adviesbezoeken verstrekt, waarbij champignontelers zich konden opgeven voor een gratis DE adviesbezoek. In dit rapport wordt verslag gedaan van de resultaten van de bedrijfsbezoeken.

  1. The availability of biomass for energy in the agricultural industry; De beschikbaarheid van biomassa voor energie in de Agro-industrie

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Elbersen, W. [Wageningen UR Food and Biobased Research, Wageningen (Netherlands); Janssens, B. [Wageningen UR LEI, Wageningen (Netherlands); Koppejan, J. [Procede Biomass, Enschede (Netherlands)

    2010-01-15

    The Dutch Agricultural Covenant included a target for sustainable energy of 200 PJ. The agricultural industry is expected to contribute 75 to 125 PJ (bio-energy). The sector is wondering whether this target is realistic. The aim of this project was to map the quality and quantity of residual flows in the agricultural industry that exist and are available or are already deployed for bio-energy (in the Netherlands), both today and in 2020. [Dutch] In het Agroconvenant is een doelstelling opgenomen voor duurzame energie van 200 PJ. Van de agro-industrie wordt een bijdrage van 75 tot 125 PJ (bio-energie) verwacht. De sector vraagt zich af of deze doelstelling wel realistisch is. Het doel van dit project was het in kaart brengen van de kwaliteit en kwantiteit van reststromen uit de agro-industrie die aanwezig of beschikbaar zijn of reeds (in Nederland) ingezet worden voor bio-energie nu en in 2020.

  2. Compost duurzaam ingezet. De Compost Scorekaarten: een instrument voor het afwegen van de waarde van compost

    OpenAIRE

    Schrik, Yannick; Koopmans, Chris

    2015-01-01

    Het duurzame gebruik van een reststof zoals compost hangt sterk samen met de waarde die de compost heeft bij toepassing. Deze publicatie geeft via heldere Compost Score Kaarten inzicht in het vinden van de juiste compostsoort voor het gewenste doel. Of het nu gaat om organischestofvoorziening, verbetering van de bodemstructuur of de nutriëntenvoorziening van gewassen: een bewuste keuze voor de compostsoort en –kwaliteit draagt bij aan een duurzame inzet en duurzaam hergebruik van reststoffen.

  3. Biomassa uit natuur en landschap

    NARCIS (Netherlands)

    Knaap, van der W.G.M.; Spijker, J.H.; Stobbelaar, D.J.

    2013-01-01

    De Nederlandse overheid kent forse ambities om biomassa uit natuur en landschap tot waarde te brengen. Het lectoraat richt haar onderzoek op een kosteneffectieve bestemming voor deze ‘groene biomassa’ waarbij vraagstukken omtrent oogst en logistiek worden bestudeerd. Samen met landschapsbeheerders,

  4. Isoproturon in de graanteelt : alternatieven voor isoproturon voor schoner water

    OpenAIRE

    Slabbekoorn, J.J.; Zeeland, van, M.G.; Weide, van der, R.Y.

    2006-01-01

    Binnen het praktijknetwerk Telen met toekomst testen en beoordelen agrarisch ondernemers nieuwe duurzame teeltmaatregelen in de praktijk. Eén daarvan is het zoeken van alternatieven voor isoproturon. Hiermee proberen zij een stap dichter bij de waterkwaliteitsdoelstellingen uit de kaderrichtlijn water (KRW) te komen. Isoproturon is een stof die vaak in hoge concentraties wordt aangetroffen in oppervlaktewateren. Door waterschappen wordt deze stof aangemerkt als 'probleemstof'. In deze brochur...

  5. CFD voor een gezonde en comfortabele stedelijke omgeving

    NARCIS (Netherlands)

    Blocken, B.J.E.

    2010-01-01

    Stedebouwfysica omvat de studie van fysische processen om te zorgen voor een gezonde, comfortabele en duurzame stedelijke omgeving. Dit artikel bespreekt kort de belangrijke rol die CFD-simulaties hierin kunnen spelen, op voorwaarde dat hun nauwkeurigheid en betrouwbaarheid gegarandeerd zijn. Het

  6. Waste or biomass? A legal basis; Afval of biomassa? Een juridische onderbouwing

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Kremers, G.J.; Van Esch, T.; Cuperus, J.G. [Tauw Juridisch en Financieel advies, Amsterdam (Netherlands)

    2005-01-01

    A manual has been drafted by means of which it must be possible to determine whether materials, to be processed in a bio-energy project, is waste or biomass. The manual is based on national and international legislation and jurisprudence. [Dutch] Een handreiking is opgesteld om duidelijkheid te verkrijgen over de vraag wat afval is en wat biomassa is. Het antwoord op die vraag is uitgewerkt aan de hand van wetgeving en jurisprudentie, zowel nationaal als internationaal. Met enkele voorbeelden voor biomassa wordt praktisch dit toegelicht. Eenduidigheid in het onderscheid afval/niet-afval is van groot belang voor ieder bio-energieproject. Dit onderscheid kan grote consequenties hebben voor de inpassing in de ruimtelijke plannen, maar ook voor de vraag wie het bevoegd gezag is die de milieuvergunning uiteindelijk moet verlenen. In veel gevallen zijn bij bio-energieprojecten met afvalstoffen extra milieumaatregelen nodig die extra kosten met zich meebrengen Daarnaast moet de initiatiefnemer rekening houden met langere en meer gecompliceerde vergunningprocedures.

  7. Duurzame Landbouw in Beeld 2010 : resultaten van de Nederlandse land- en tuinbouw op het gebied van People, Planet en Profit

    NARCIS (Netherlands)

    Boone, J.A.; Dolman, M.A.

    2010-01-01

    Duurzame Landbouw in Beeld 2010 geeft de resultaten weer van de Nederlandse land- en tuinbouw op alle relevante duurzaamheidsaspecten. Zowel de meest recente cijfers als de langetermijnontwikkelingen worden gepresenteerd. Naast de resultaten voor de sector als geheel worden de sectoren akkerbouw,

  8. Aerosol emissiereductie met een condenserende warmtewisselaar in biomassa gestookte verwarmingsinstallaties

    NARCIS (Netherlands)

    Kemenade, van H.P.

    2008-01-01

    Een warmtewisselaarconcept voor biomassa gestookte installaties is ontwikkeld om zoveel mogelijk fijnstof binnen te houden. Op deze wijze is het in kleinere verwarmingsketels mogelijk om de fijnstof norm te halen zonder installatie van additionele filters.

  9. Innovation. Chances for sustainable development; Innovatie. Kansen voor duurzame ontwikkeling

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Weterings, R. [TNO Milieu, Energie en Procesinnovatie TNO-MEP, Apeldoorn (Netherlands)

    2004-05-01

    Technological innovation can play an important part in the process of sustainable development, but only when innovation is more than developing new high-tech solutions. Applying new innovative technology must result in positive environmental effects. [Dutch] Technologische innovatie kan een sleutelrol spelen in het streven naar duurzame ontwikkeling. Maar dan moet innovatie wel meer zijn dan alleen ontwikkelen van nieuwe 'high tech' oplossingen. Juist in de toepassing van nieuwe technologie in de praktijk blijkt namelijk of innovatie al of geen milieusucces oplevert.

  10. Biomass feeds vegetarian robot; Biomassa voedt vegetarische robot

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Van den Brandt, M. [Office for Science and Technology, Embassy of the Kingdom of the Netherlands, Washington (United States)

    2009-09-15

    This brief article addresses the EATR robot (Energetically Autonomous Tactical Robot) that was developed by Cyclone Power and uses biomass as primary source of energy for propulsion. [Dutch] Een kort artikel over de door Cyclone Power ontwikkelde EATR-robot (Energetically Autonomous Tactical Robot) die voor de voortdrijving biomassa gebruikt als primaire energiebron.

  11. Dilemma's of sustainable consumption. A study of public support for making consumption more sustainable; Dilemma's rond duurzame consumptie. Een onderzoek naar het draagvlak voor verduurzaming van consumptie

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Vringer, K.; Vollebergh, H.; Dietz, F. [Planbureau voor de Leefomgeving PBL, Den Haag (Netherlands); Van Soest, D. [VU University, Amsterdam (Netherlands); Van der Heijden, E. [Tilburg University, Tilburg (Netherlands)

    2013-02-15

    Dutch consumers choose sustainable products only sparsely. But at the same time, Dutch consumers indicate that they find sustainability important and that the government should take measures. A frequently heard explanation is the social dilemma in which everyone is better off if all decide to consume more sustainable, whereas for every individual it is even better to not do this themselves. The question that rises is: do consumers truly want to become more sustainable? To answer this question, the social support for enhancing the sustainability of consumption and corresponding dilemmas have been examined by means of an economic behavioural experiment. The study confirms that a large group of consumers deem sustainability important, but do not always act on their beliefs. As people do not always match their behaviour with what they deem important, the currently limited market shares of more sustainable product variants are not reliable predictors of the social support for government policy. To encourage more sustainable consumption, it therefore seems useful if the Dutch government emphasizes the pleasure of individually contributing to sustainability, ensuring the consumer's awareness of other people also buying the more sustainable product variants. Consumers prefer soft persuasion through for example subsidies, even if this is more expensive for them than mandatory measures [Dutch] Consumenten kiezen maar mondjesmaat voor duurzame producten. Tegelijk geven zij aan verduurzaming belangrijk te vinden en ook dat de overheid maatregelen moet nemen. Een veel gehoorde verklaring is het sociaal dilemma waarin iedereen beter af is als allen duurzamer gaan consumeren, maar het voor elk individu nóg beter is om dat zelf niet te doen. De vraag is: Willen consumenten wel echt verduurzamen? Om deze vraag te kunnen beantwoorden, is het draagvlak voor de verduurzaming van consumptie en de bijbehorende dilemma's met behulp van een economisch gedragsexperiment nader

  12. Wrong effects of apparent sustainable solutions. The Dutch impact on global biodiversity; Averechtse effecten van schijnbaar duurzame oplossingen. De Nederlandse invloed op de mondiale biodiversiteit

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Rood, T.; Alkemade, R. [Milieu- en Natuur Planbureau MNP, Bilthoven (Netherlands)

    2005-09-01

    What is the value of sustainable development in a specific country if imported products have negative effects in the country from where those products were imported. Apparently sustainable solutions in one's own country might have negative effects somewhere else, sooner or later. A clear picture of the ecological claim of a country is one of the methods to find the right way towards a sustainable future. [Dutch] Wat is een duurzame ontwikkeling van een land waard als de producten die men importeert elders nadelig uitwerken? Schijnbaar duurzame oplossingen in eigen land kunnen elders of later tot het tegendeel leiden. Een helder beeld van de ecologische claim van een land is een van de methoden voor het vinden van de weg naar duurzame ontwikkeling.

  13. Ambition, policy and consistency. The ins and outs of 16% sustainable energy in 2020; Ambitie, beleid en consistentie. Het ABC van 16% Duurzame Energie in 2020

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Kaat, A.

    2013-01-15

    This memo outlines the options to realize the target of 16% sustainable energy for 2020 via production in the Netherlands [Dutch] De notitie verkent de oplossingen om via productie in Nederland de doelstelling voor duurzame energie te halen: 16% in 2020.

  14. Potentiele praktijkcases biomassa in Flevoland : een verkenning van potentiele biomassaketens in Flevoland

    NARCIS (Netherlands)

    Voort, van der M.P.J.; Leeuwen, van M.A.E.

    2012-01-01

    Het biomassabank project wilde in het kader van dit onderzoek de hoofdlijnen voor het realiseren van benutting van biomassa reststromen in Flevoland verkennen. Op basis van de uitgevoerde inventarisatie zijn hieruit een drietal potentiele biomassastromen geselecteerd. Het niet vastliggen van de

  15. Scarcity on the market for wood wastes; Krapte op de markt voor afvalhout

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    De Boer, A. (ed.)

    2004-05-01

    An overview is given of the market for wood wastes in the Netherlands and how this affects the targets to use biomass. Several types of biomass must be imported, not only wood wastes, but also e.g. olive stones and cacao shells. [Dutch] Er dreigt in Nederland een krapte te ontstaan op de markt voor afvalhout, want de vraag vanuit de buitenlandse vezelplaatindustrie blijft constant, terwijl er vanuit de energiesector een groeiende vraag is. Om de beleidsdoelstellingen voor biomassa te kunnen halen zal er biomassa geimporteerd moeten worden. Daarbij kan het gaan om resthout of afvalhout, maar ook om andere biomassastromen zoals olijfpitten en cacaodoppen.

  16. Local energy. Decentralized sustainable electricity. Business case and societal cost benefit analysis; Lokaal energiek. Decentrale duurzame elektriciteit. Business case en maatschappelijke kosten-batenanalyse

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    NONE

    2013-01-15

    The Dutch government plans to facilitate production of electricity for own use and remove barriers. A good understanding of the effects of decentralized electricity production on the existing (energy) system is lacking. A study has been carried out on the social value of local sustainable energy production in the Netherlands: at the local level and for the Netherlands as a whole. The research focuses on groups of small-scale domestic consumers and households that produce sustainable electricity from renewable sources for their own use, mainly by means of wind turbines and solar panels. The central question is: what happens when 50% of the households in the Netherlands produce their own electricity, locally and sustainable? [Dutch] De Nederlandse overheid wil elektriciteitsopwekking voor eigen gebruik faciliteren en belemmeringen hiervoor wegnemen. Een goed inzicht in de effecten van decentrale electriciteitsproductie op het bestaande (energie)systeem ontbreekt. Er is onderzoek gedaan naar de maatschappelijke waarde van lokale duurzame energieproductie in Nederland: op lokaal niveau en voor Nederland als geheel. Het onderzoek richt zich op groepen kleinverbruikers/huishoudens die hernieuwbare, duurzame elektriciteit produceren voor eigen gebruik, voornamelijk met windmolens en zonnepanelen. De centrale vraag is: wat gebeurt er als 50% van de huishoudens in Nederland hun eigen elektriciteit decentraal duurzaam opwekt?.

  17. New feedstocks for biofuels. Alternative 1st generation of energy crops; Nieuwe Grondstoffen voor Biobrandstoffen. Alternatieve 1e Generatie Energiegewassen

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Elbersen, W. [Agrotechnology and Food Sciences Group, WUR-AFSG, Wageningen (Netherlands); Oyen, L. [Plant Resources of Tropical Africa, WUR-PROTA, Wageningen (Netherlands)

    2009-08-15

    A brief overview is provided of a number of alternative crops that can supply feedstocks for 1st generation biofuels and a brief analysis is conducted of the option for renewable biofuel production. [Dutch] Er wordt een kort overzicht gegeven van een aantal alternatieve gewassen die grondstoffen voor 1e generatie biobrandstoffen kunnen leveren en wordt er een korte analyse gegeven van de mogelijkheid voor duurzame biobrandstofproductie.

  18. Risico's 'groen' gas voor CO2 - dosering ingeschat : Interview met Tom Dueck en Chris van Dijk

    NARCIS (Netherlands)

    Visser, Peter; Dueck, T.A.; Dijk, van C.J.

    2009-01-01

    De overheid wil gebruik van duurzaam 'groen gas' ofwel 'biogas' stimuleren. De vraag is of dit gas een verhoogd risico oplevert bij het gebruik van rookgassen voor CO2-dosering in de tuinbouw. Biogas kan mee helpen aan het gebruik van duurzamer energie in de glastuinbouw

  19. Options for shallow geothermal energy for horticulture; Kansen voor Ondiepe Geothermie voor de glastuinbouw

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Hellebrand, K. [IF-Technology, Arnhem (Netherlands); Post, R.J. [DLV glas en energie, Naaldwijk (Netherlands); In ' t Groen, B. [KEMA, Arnhem (Netherlands)

    2012-06-15

    Geothermal energy is too expensive to serve as energy supply for most horticultural entrepreneurs. Therefore, research has been carried out into options to use heat from more shallow layers (shallow geothermal energy). Unlike shallow geothermal energy deep geothermal energy can be applied on a smaller scale, possibly also for individual growers. It can be applied in combination with an existing heating system, but with a more sustainable outcome. Because drilling is done in shallow layers, drilling costs and financial risks are lower [Dutch] Geothermie is voor de meeste tuinbouwondernemers teduur om als energievoorziening te dienen. Daarom is onderzoek gedaan naar mogelijkheden om warmte te gebruiken uit ondiepere lagen (ondiepe geothermie). In tegenstelling tot diepe geothermie is ondiepe geothermie op kleinere schaal toepasbaar, mogelijk ook voor individuele kwekers. Het kan in combinatie met de bestaande verwarmingsinstallatie worden ingezet maar met een duurzamer resultaat. Omdat ondieper wordt geboord zijn de boorkosten en de financiele risico's lager.

  20. Learning from the energetic rural area. Local and regional coalitions for sustainable development of rural areas; Leren van het energieke platteland. Lokale en regionale coalities voor duurzame plattelands ontwikkeling

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Farjon, H.; Arnouts, R.

    2013-07-15

    Citizens and businesses start on a regular basis, and in cooperation with the Dutch government, initiatives to improve the living environment in rural areas. In this study, 32 examples are discussed to detect issues that can be improved. The examples concern more or less successful partnerships for sustainable rural development, in which the market, citizens and civil society play a prominent role. Four issues for improvement are identified: (1) Other accents are required in laws and regulations for the living environment; (2) The Dutch government must give smart directions by means of levies and incentives; (3) A vision of the governments is essential; and (4) Towards a proactive, facilitating government [Dutch] Burgers en bedrijven nemen regelmatig samen met overheden initiatieven om de leefomgeving op het platteland te verbeteren. In deze studie zijn 32 praktijkvoorbeelden onder de loep genomen om die verbeterpunten op te sporen. Het gaat om meer of minder succesvolle samenwerkingsverbanden voor duurzame plattelandsontwikkeling, waarin marktpartijen, burgers en het maatschappelijk middenveld een vooraanstaande rol spelen. Hierbij worden vier verbeterpunten gesignaleerd: (1) Andere accenten gewenst in wet- en regelgeving voor de leefomgeving; (2) Slimmer sturen met heffingen en vergoedingen door de overheid; (3) Visie van overheden is onontbeerlijk; en (4) Naar een proactieve, faciliterende overheid.

  1. Biotechnology for bulk production of organic chemicals. Use of biomass as an option for the future?; Biotechnologie voor bulkproductie van organische chemicalien. Inzet biomassa optie voor de toekomst?

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Patel, M.K.; Crank, M.; Dornburg, V.; Hermann, B.G. [Sectie Natuurwetenschap en Samenleving, Copernicus Instituut, Universiteit Utrecht, Utrecht (Netherlands); Van Overbeek, L. [Plant Research International, Wageningen (Netherlands)

    2007-07-01

    This article summarizes the BREW study (Biotechnological production of bulk chemicals from RenEWable resources), which was carried out for the European Commission by a consortium, coordinated by the Copernicus Institute of the Utrecht University in the Netherlands. The study investigates the medium and long-term opportunities and risks of the biotechnological production of organic chemicals. The objective is to gain better understanding of the techno-economic and the societal viability of White Biotechnology in the coming decades. The key research questions are which products could be made with White Biotechnology, whether these products can contribute to savings of energy use and greenhouse gas (GHG) emissions, under which conditions the products become economically viable, which risks may originate from the use of genetically modified organisms (GMO) in fermentation and what the public perception is. [Dutch] Tegenwoordig worden bijna alle organische chemische stoffen en plastics geproduceerd uit ruwe olie en aardgas. Moet dit zo blijven of zijn er andere, meer duurzame manieren om chemische stoffen te produceren? Het gebruik van biomassa als grondstof en het inzetten van biotechnologie zijn twee mogelijkheden. Maar wanneer we deze methoden gebruiken, Iopen we dan tegen nieuwe, onvoorziene risico's aan? Dit artikel geeft een samenvatting van de uitkomst van een gedetailleerde studie, gefinancierd door de Europese Unie, over deze en andere belangrijke vragen.

  2. Where does sustainable growth end? Inaugural speech; Waar eindigt duurzame groei? Inaugurele rede

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Gerlagh, R.

    2010-11-15

    After a brief explanation about several characteristics of capitalism, a number of environmental issues are discussed, paying particular attention to the climate issue. In this context an answer is given to the question what sustainability means and how sustainability can be implemented. A price tag needs to be attached to the use of nature and the environment. Several examples are given in support of the value of scarce nature and how difficult it is to distribute this value evenly. Finally, insight is given in the conditions for sustainable growth as well as the main obstacles. [Dutch] Na een korte uiteenzetting van enkele kenmerken van het kapitalisme wordt een aantal milieuproblemen voor het voetlicht gebracht met speciale aandacht voor het klimaatprobleem. In deze context wordt de vraag beantwoord wat duurzaamheid betekent en hoe duurzaamheid kan worden geimplementeerd. Aan het gebruik van natuur en milieu moet een prijskaartje komen te hangen. Er worden voorbeelden gegeven waaruit blijkt hoe waardevol schaarse natuur is, en hoe moeilijk het is deze waarde eerlijk te verdelen. Tenslotte wordt inzicht gegeven in de voorwaarden voor duurzame groei, en de belangrijkste obstakels.

  3. The hydrothermal upgrading process (HTU) for biomass liquefaction; Het hydrothermal upgrading proces (HTU) voor biomassa liquefactie

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Naber, J.E. (ed.) [Biofuel, Heemskerk (Netherlands)

    2001-07-01

    afgebroken, met slechts enkele honderden uren operatie in een continue bench-scale installatie. Hoewel de meeste kritieke onderdelen van de HTU technologie wel in principe waren aangetoond, ontbraken toch diverse belangrijke gegevens voor het betrouwbaar ontwerpen van de eerste (semi-) commerciele toepassingen, alsmede een goed inzicht in de fundamentele achtergronden, de product eigenschappen en de mogelijkheden van schaalvergroting. Doel van dit project en het beoogde resultaat is daarom een gevalideerd proces op proefinstallatie schaal, waarmee het mogelijk wordt om met voldoende betrouwbaarheid te kunnen ontwerpen voor de eerste commerciele toepassingen en demonstratie. Naast fundamenteel onderzoek naar conversie mechanismen, procesdynamica en thermodynamica van het meerfasen systeem en de water zuivering speelt hierbij de bouw en operatie in continu dienst van de geintegreerde proefinstallatie een centrale rol. Als Go/No Go elementen zijn geidentificeerd het op druk brengen van de biomassa voeding en de geintegreerde operatie van de proefinstallatie. Met parallel onderzoek op het gebied van bv. reactor engineering en hoge druk pompen zal het HTU proces met voldoende vertrouwen opgeschaald kunnen worden naar installaties met een doorzet van 10.000+ ton biomassa/jaar (op droge basis). De proefinstallatie zal verder voldoende product produceren om gedegen onderzoek naar vele toepassingen mogelijk te maken en eventueel naar verdere veredeling door hydrodeoxygenering voor transport brandstoffen en/of 'premium' ethyleen kraker voeding. Het principe van deze verdere veredeling is eveneens op het Shell Laboratorium in Amsterdam aangetoond.

  4. New techniques no guarantee for sustainable use of energy; Nieuwe techniekebn zijn geen garantie voor meer duurzame energiebenutting

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Hogeling, J. [ISSO, Rotterdam (Netherlands)

    2011-12-15

    It is not certain that the application of new installation techniques, such as heat pumps, solar water heaters and PV panels actually achieves the intended savings. That guarantee can be assured if the installations are covered by ackowledged product or process certification systems. The Renewable Energy Directive of the EU enforces the Dutch government to certify renewable energy systems. But how, is not yet clear. [Dutch] Het is niet zeker dat de toepassing van nieuwe installatietechnieken zoals warmtepompen, zonneboilers en pv-panelen de beoogde energiebesparing daadwerkelijk realiseert. Deze waarborg heeft men wel wanneer de installaties onder erkende product- of procescertificatiesystemen tot stand komen. De Duurzame Energie Richtlijn van de EU verplicht onze overheid per 2013 te regelen dat deze duurzame energietoepassingen onder een certificatie worden gerealiseerd. Maar hoe, dat is nog niet duidelijk.

  5. Towards a future-proof energy system for the Netherlands; Naar een toekomstbestendig energiesysteem voor Nederland

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Weterings, R.; Van Harmelen, T.; Gjaltema, J.; Jongeneel, S.; Manshanden, W.; Poliakov, E. [TNO Behavioural and Societal Sciences, Delft (Netherlands); Faaij, A.; Van den Broek, M.; Dengerink, J. [Copernicus Instituut, Universiteit Utrecht, Utrecht (Netherlands); Londo, M.; Schoots, K. [ECN Beleidsstudies, Amsterdam (Netherlands)

    2013-03-15

    The analysis performed has two goals: (1) mapping of the most important opportunities and threats of the transition to a sustainable energy supply for the economy and society of the Netherlands, and (2) identify where significant gaps are in the knowledge that is required for a transition to a future-proof energy system for Netherlands [Dutch] De uitgevoerde analyse heeft twee doelen: (1) In beeld brengen van de belangrijkste kansen en bedreigingen van de transitie naar een duurzame energievoorziening voor economie en samenleving van Nederland; en (2) Nagaan waar belangrijke lacunes liggen in de benodigde kennis voor een transitie naar een toekomstbestendig energiesysteem in Nederland.

  6. New resources for chemicals. Elaboration of transition path 5. Innovative use of green materials and/in sustainable chemistry; Nieuwe bronnen voor chemie. Uitwerking van transitiepad 5. Innovatief gebruik groene grondstoffen en/in duurzame chemie

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Bruggink, A.

    2006-09-15

    In the Netherlands, the chemical industry is the largest industrial user of fossil feedstocks: approximately 20% of the total, of which 60% as feedstock for end products. The chemical industry can save on its current total consumption of fossil feedstocks of approximately 685 PJ up to 200 PJ by means of replacement, avoidance and saving. In the main sector, the organic chemical sector, the use of fossil feedstocks for end products can be reduced with 50% (140 PJ), half of which through replacement by renewable feedstocks from biomass and the other half by recycling of top 10 synthetics. The latter requires an international approach. [mk]. [Dutch] In Nederland is de chemie de grootste industriele gebruiker van fossiele grondstoffen: ruim 20% van het totaal waarvan 60% in de vorm van grondstof voor eindproducten. De chemie kan op haar huidig totaalverbruik aan fossiele grondstoffen van ca. 685 PJ tot 200 PJ besparen door vervanging, vermijding en besparing. In de belangrijkste sector, de organische chemie, kan het verbruik in de vorm van fossiele grondstof voor eindproduct met 50% (140 PJ) terug, waarvan de helft door vervanging door hernieuwbare grondstoffen uit biomassa en de helft door hergebruik van top-10 kunststoffen. Voor het laatste is een internationale aanpak nodig.

  7. Sustainable comfort services. The impact of a combination of comfort and environment; Duurzame gemaksdiensten. Combinatie van gemak en milieu biedt kansen

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    De Keizer, I.; Van Swigchem, J.

    2002-03-01

    The aim of the study on the title subject is to determine the environmental impact of so-called sustainable and environment-friendly comfort services which are offered to individual consumers from a central point. The comfort services discussed in this report are a laundry service, delivery or messenger service, and a meal service or domestic caterer. [Dutch] Mensen die werk en prive(of zorg) combineren, leiden een druk bestaan, waardoor de behoefte bestaat om bijvoorbeeld huishoudelijke taken efficient in te richten. Verhoging van gemak en comfort gaat echter vaak gepaard met een toename van de milieudruk: meer apparatuur, dus hogere energieverbruik, en meer behoefte aan mobiliteit. Voor het Ministerie van VROM ligt de uitdaging in het zoeken naar kansen die zowel gemak opleveren als winst voor het milieu. en mogelijk concept hiervoor wordt gezien in zogenaamde 'duurzame gemaksdiensten', zoals een was-, boodschappen- en een maaltijdservice, die aangeboden worden op een centraal punt: het dienstenknooppunt. Elk van deze services blijkt kansen te bieden, varierend van reducties in energiegebruik (max. 36% per huishouden per jaar) tot een (forse) reductie van het aantal gereden autokilometers. oordat deze kansen echter optimaal benut kunnen worden, is een aantal aspecten van belang om verder te onderzoeken: de werkelijke vraag naar duurzame gemaksdiensten vanuit de consument, de locatie van het dienstenknooppunt en het vervoer op en rondom het knooppunt.

  8. Sustainable storage of data. Energy conservation by sustainable storage in colleges; Duurzame opslag van data. Energiebesparing door duurzame opslag binnen het hoger onderwijs

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    NONE

    2012-11-15

    SURFnet, the Dutch organization of for colleges and universities in the field of ICT, issued another innovation scheme in the field of sustainability and ICT for 2012. The aim of the innovation scheme is to encourage people to start sustainable projects by means of ICT. In this context the College of Arnhem and Nijmegen (HAN) executed a project in which the possibilities to save energy through sustainable storage of data in its educational facilities [Dutch] SURFnet, de samenwerkingsorganisatie van hogescholen en universiteiten op het gebied van ICT, heeft voor 2012 opnieuw een innovatieregeling op het gebied van duurzaamheid en ICT uitgeschreven. Doel van de innovatieregeling is om instellingen te stimuleren projecten te starten om door middel van of met ICT structureel bij te dragen aan verduurzaming. De Hogeschool van Arnhem en Nijmegen (HAN) heeft in dit kader een project uitgevoerd waarin is onderzocht wat de mogelijkheden zijn om energie te besparen d.m.v. duurzame opslag van data in haar onderwijsinstelling.

  9. Green Deal Sustainability of Solid Biomass. Report 1 - 2012; Green Deal Duurzaamheid Vaste Biomassa. Rapportage 1 - 2012

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    NONE

    2013-08-15

    In the title Green Deal, Dutch energy producers agreed late 2012 to report annually on the sustainability of the currently used solid biomass for energy production. This report provides insight over 2012 in the nature and origin of biomass, applied certification systems to demonstrate the sustainability, and the reduction of greenhouse gas emission [Dutch] In de titel Green Deal hebben Nederlandse energieproducenten eind 2012 afgesproken jaarlijks te rapporteren over de duurzaamheid van de gebuikte vaste biomassa voor de energieproductie. Deze rapportage over 2012 biedt inzicht in onder meer de aard en herkomst van de biomassa, gehanteerde certificeringssystemen om de duurzaamheid aan te tonen en de reductie in broeikasgasemissies.

  10. Options for shallow geothermal energy for horticulture. Annexes; Kansen voor Ondiepe Geothermie voor de glastuinbouw. Bijlagen

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Hellebrand, K. [IF-Technology, Arnhem (Netherlands); Post, R.J. [DLV glas en energie, Naaldwijk (Netherlands); In ' t Groen, B. [KEMA, Arnhem (Netherlands)

    2012-06-15

    Geothermal energy is too expensive to serve as energy supply for most horticultural entrepreneurs. Therefore, research has been carried out into options to use heat from more shallow layers (shallow geothermal energy). Unlike shallow geothermal energy deep geothermal energy can be applied on a smaller scale, possibly also for individual growers. It can be applied in combination with an existing heating system, but with a more sustainable outcome. Because drilling is done in shallow layers, drilling costs and financial risks are lower. This report comprises the annexes (A) Geologic Framework, and (B) Maps of the Netherlands (depth, thickness of sand layers, temperature and shallow geothermal energy potential [Dutch] Geothermie is voor de meeste tuinbouwondernemers teduur om als energievoorziening te dienen. Daarom is onderzoek gedaan naar mogelijkheden om warmte te gebruiken uit ondiepere lagen (ondiepe geothermie). In tegenstelling tot diepe geothermie is ondiepe geothermie op kleinere schaal toepasbaar, mogelijk ook voor individuele kwekers. Het kan in combinatie met de bestaande verwarmingsinstallatie worden ingezet maar met een duurzamer resultaat. Omdat ondieper wordt geboord zijn de boorkosten en de financiele risico's lager. Dit rapport bevat de bijlagen: (A) Geologisch kader, en (B) B Kaarten Nederland (diepte, zandlaagdikte, temperatuur en ondiepe geothermie (OGT) potentie.

  11. Outline of sustainable energy technology for flower bulb businesses. An economic analysis of decentralized energy production options; Verkenning duurzame energietechnieken toepasbaar op bloembollenbedrijven. Een economische analyse van decentrale opwekkingsmogelijkheden

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Van der Putten, K. [Praktijkonderzoek Plant en Omgeving PPO, Bloembollen, Boomkwekerij en Fruit, Lisse (Netherlands)

    2011-05-15

    An overview is offered of the available sustainable energy sources and techniques that are available for decentralized energy generation in the flower bulb sector. By comparing the expected increase of gas and electricity prices to the expected price decrease of new, sustainable technologies, an estimate was made regarding the year in which these techniques will become financially appealing for flower bulb businesses. This comparison takes into account the various growth scenarios and the allocation of subsidies [Dutch] Een overzicht wordt gegeven van beschikbare duurzame energiebronnen en technieken waarmee decentraal energie kan worden opgewekt in de bloembollensector. Door de verwachte stijging van de gas en elektriciteitsprijzen uit te zetten tegen de verwachte prijsdaling van de nieuwe, duurzame technologieen, is een schatting gemaakt van het jaar waarin deze technieken financieel aantrekkelijk worden voor bloembollenbedrijven. Hierbij is rekening gehouden met verschillende groeiscenario's en het wel of niet verkrijgen van subsidie.

  12. Towards a sustainable agriculture in 2030. An essay on transition; Naar een duurzame landbouw in 2030. Een essay over transitie

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Hees, E.M.; Van der Weijden, W.J.; Hin, C.J.A.

    2002-05-01

    Sustainable development of the agricultural sector in the Netherlands is high on the list of priorities in the environmental policy of the Netherlands. In this report special attention is paid to sustainability indicators which can be used in the transition of a Dutch National Environmental Balance towards a Dutch National Sustainability Balance. The report consists of three parts: (1) an essay in the form of an imaginary review from the year 2030 back to the transition process of the agricultural sector from the year 2000 onwards; (2) 14 texts on proposals for economical, socio-cultural and ecological indicators; and (3) four maps which present chances for offering 'green' services in Dutch agricultural areas. [Dutch] Een van de sectoren waar duurzame ontwikkeling hard nodig is, is de landbouw. Het 4e Nationaal Miliebeleidsplan (NMP4) noernt de landbouw naast de energiesector en biodiversiteit als een prioritaire sector. In dit rapport is een visie neergelegdeen met speciale aandacht voor duurzaamheidindicatoren. Die indicatoren zouden bouwstenen kunnen zijn voor de voorgenomen overgang van een Nationale Milieubalans naar een Nationale Duurzaamheidsbalans. Dit rapport bestaat uit drie uiteenlopende delen: een essay in de vorm van een denkbeeldige terugblik vanuit het jaar 2030 naar het transitieproces dat de landbouw vanaf 2000 heeft doorgemaakt; een 14-tal tekstuele bijIagen, met onder meer voorstellen voor te hanteren economische, sociaal-culturele en ecologische indicatoren; en een viertal kaart-bijlagen waarop staat aangegeven waar in het Nederlandse landbouwareaal kansen liggen voor groene diensten.

  13. Signs of Transition; Tekens van Transitie

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Van Leenders, C.; Baidenmann, J.

    2010-05-15

    This book contains 14 inspiring experiences with making the energy system more sustainable that make clear that the energy transition is progressing. Two examples are provided for each of the seven themes: (1) Sustainable electricity (Agriport A7, Wind park Prinses Amalia); (2) Energy in the built environment (passive houses, conceptual building); (3) Chain efficiency (searching for CO2, process intensification); (4) New gas (biogas from manure, High efficiency boiler); (5) Sustainable mobility (electric driving, bus on biogas); (6) greenhouse as source of energy (closing the greenhouses, tomatoes on geothermal heat); and (7) green resources (biorefinery of grass, pyrolisis of biomass) [Dutch] Dit boek bevat veertien inspirerende ervaringen met verduurzaming van de energiehuishouding die duidelijk maken dat er voortgang zit in energietransitie. Er worden twee voorbeelden gegeven voor elk van de zeven thema's: (1) Duurzame Elektriciteit (Agriport A7, Windpark Prinses Amalia); (2) Energie in de Gebouwde Omgeving (Passiefhuizen, Conceptueel Bouwen); (3) Keten-Efficiency (Op zoek naar CO2, Procesintensificatie); (4) Nieuw Gas (Biogas uit mest, HR-e ketel); (5) Duurzame Mobiliteit (Elektrisch rijden, Bus op biogas); (6) Kas als Energiebron (De kassen sluiten, Tomaten op aardwarmte); en (7) Groene Grondstoffen (Bioraffinage van gras, Pyrolyse van biomassa)

  14. Sustainable development appreciated? The development of a monitor on sustainability consciousness and behaviour; Maatschappelijke waardering van duurzame ontwikkeling. Achtergrondrapport bij de Duurzaamheidsverkenning

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Beckers, T.A.M.; Harkink, E.W.F.P.M.; Van Ingen, E.J. [Telos, Universiteit van Tilburg, Tilburg (Netherlands); Lampert MA; Van der Lelij, B.; Van Ossenbruggen, R. [Motivaction, Motivaction (Netherlands)

    2004-07-01

    voor duurzame producten of diensten. Daarnaast laat recent onderzoek zien dat de belangstelling voor duurzame producten of diensten verschilt tussen consumenten. Hoe is dit te verklaren? Om deze vraag te kunnen beantwoorden deden Telos en Motivaction in opdracht van het MNP-RIVM onderzoek naar het duurzaamheidbewustzijn en -gedrag van de Nederlandse bevolking. Er werden drie duurzaamheidsegmenten gevonden, op grond van de waardenpatronen van mensen. Laag duurzamen: zijn sterk gericht op leven in het hier en nu, houden erg van gemak, stellen het eigen belang centraal, zijn hedonistisch en materialistisch ingesteld, zijn niet bezorgd over het milieu. Middelhoog duurzamen: zijn bezorgd over het milieu, willen milieubewust leven, zijn gehecht aan maatschappelijke verantwoordelijkheid van bedrijven, zijn betrokken bij de buurt, voelen zich verantwoordelijk voor de maatschappij. Hoog duurzamen: hebben dezelfde mentaliteit als middelhoog duurzamen en willen daarnaast ook bewust milieuvriendelijk consumeren, meer betalen voor milieuvriendelijke en natuurlijk gefabriceerde producten en zijn tevens betrokken bij de wereldgemeenschap. De duurzaamheidsegmenten zijn vergeleken met de door Motivaction ontwikkelde 'sociale milieus'. Traditionele burgers enerzijds en kosmopolieten/ postmaterialisten anderzijds bleken het meest duurzaam. Bij de eerste gaat het vooral om zorg en behoud van de eigen omgeving, bij de tweede vooral om mondiale betrokkenheid. Men kan met andere woorden vanuit een totaal verschillende waardenorientatie tot duurzaamheid komen. Opvallend was verder dat generaties sterk blijken te verschillen in de mate van duurzaamheid. Jongere generaties vinden duurzame ontwikkeling een stuk minder belangrijk dan ouderen. Dit kan waarschijnlijk deels worden toegeschreven aan de levensfase waarin men zich bevindt, maar er zijn ook aanwijzingen dat duurzaamheid minder goed aansluit bij het waardenpatroon van jongere generaties.

  15. Uniform measurement standard for heat supply in housing and utility building construction. A protocol to compare alternatives for heat supply at building construction sites. Version 3.1; Uniforme Maatlat voor de warmtevoorziening in de woning- en utiliteitsbouw. Een protocol voor het vergelijken van alternatieven voor de warmtevoorziening op bouwlocaties. Versie 3.1

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Nuiten, P. [W/E adviseurs, Utrecht (Netherlands); Van der Ree, B. [Primum, Driebergen-Rijsenburg (Netherlands)

    2012-02-15

    The uniform measurement standard is one of the methods that the National Expertise Heat Centre develops to compare the energy efficiency of different techniques (such as heat pumps, heat and cold storage, collective systems, waste heat, combustion of woody biomass, etc.). The development of the uniform standard was started for the residential and utility building construction industry. In the future, the standard calculation method will also be made available for other sectors [Dutch] De uniforme maatlat is 1 van de methoden die het Nationaal Expertisecentrum Warmte ontwikkelt om de energieprestaties van verschillende technieken (zoals warmtepompen, warmte-koudeopslag, collectieve systemen, restwarmte, verbranding van houtachtige biomassa, etc.) goed vergelijkbaar te maken. De ontwikkeling van de uniforme maatlat is gestart voor de woning- en utiliteitsbouw. In de toekomst zal de uniforme maatlat ook voor andere sectoren beschikbaar komen. In deze versie van de uniforme maatlat is aansluiting gezocht bij de kengetallen van de Energieprestatienorm voor Maatregelen op Gebiedsniveau (EMG), zodat de resultaten van de uniforme maatlat in lijn zijn met die van de EMG.

  16. Investment in sustainable electricity production by Dutch banks. A case study for the Fair Bank Guide; Investeringen in duurzame elektriciteitsopwekking door Nederlandse banken. Een onderzoeksrapport voor de Eerlijke Bankwijzer

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Van Gelder, J.W.; Kouwenhoven, D.

    2010-05-15

    This report contains the results of the second case study commissioned by the Fair Bank Guide on the financing practices of twelve investigated banks in the Netherlands. It has been examined which part of the investments in electricity generation by Dutch banks involves electricity generation from sustainable sources (sustainable electricity generation) [Dutch] Dit rapport bevat de resultaten van het tweede onderzoek in opdracht van de Eerlijke Bankwijzer naar de financieringspraktijk van twaalf onderzochte banken in Nederland. Hiermee is in kaart gebracht welk deel van de investeringen in elektriciteitsopwekking door de Nederlandse banken, betrekking heeft op elektriciteitsopwekking met behulp van duurzame energiebronnen ('duurzame elektriciteitsopwekking')

  17. Towards a sustainable livestock sector. Developments between 2000 and 2010; Op weg naar een duurzame veehouderij. Ontwikkelingen tussen 2000 en 2010

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Van Zeijts, H.; Van Eerdt, M.M.; Willems, W.J.; Rood, G.A.; Den Boer, A.C.; Nijdam, D.S.

    2010-06-15

    . De acties uit de Uitvoeringsagenda zijn nog niet zichtbaar in de cijfers, omdat deze nog niet of pas onlangs zijn ingezet. Dit onderzoek beperkt zich tot de veehouderij, concentreert zich op de periode tussen 2000 en 2010, en gaat slechts globaal in op de handelingsopties die de overheid en betrokken actoren hebben. In hoofdstuk 2 bespreken we de Toekomstvisie op de veehouderij en de Uitvoeringsagenda Duurzame Veehouderij. Deze beleidsstukken vormen de aanleiding voor deze studie. In de hoofdstukken 3 tot en met 8 beantwoorden we de onderzoeksvragen voor elk van de zes speerpunten die de overheid heeft geformuleerd: Systeeminnovaties (integraal duurzame stallen); Dierenwelzijn en diergezondheid; Maatschappelijke inpassing (transparante productie en landschappelijke inpassing); Energie, milieu en klimaat; Markt en ondernemerschap; Verantwoorde consumptie.

  18. Green chemical feedstocks. Potential in the EU and sustainability aspects. Support for the Biofeedstocks Sub-commission of the Corbey Commission; Groene chemische grondstoffen, potentieel in de EU en duurzaamheidsaspecten. Ondersteuning van de Subcommissie Biochemie van de Commissie Corbey

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Croezen, H.; Bergsma, G.

    2012-09-15

    Besides applications for power generation and as a transport fuel, biomass can also be used as a chemical feedstock. If the chemical industry in Europe were to switch to 25% biofeedstocks, the sector's demand for biomass would approximate or even slightly exceed that of the transport sector. There are a number of options for biomass use in the chemical industry, with varying requirements for specific types of biomass. To a large extent, the raw biomass used by the chemical industry would be roughly equivalent to that currently used for transport biofuels, although certain routes would involve different bio resources. Compared with applications for transport fuels, use of biomass as a chemical feedstock often has greater environmental benefits, at lower cost. It would be very useful to establish sustainability criteria for the use of biomass by the chemical industry, too. Based partly on this study by CE Delft, the Commission for Sustainability Aspects of Biomass (the Corbey Commission) has drawn up an advisory document recommending introduction of sustainability criteria for use of biomass by the chemical industry [Dutch] Biomassa kan gebruikt wordt als bron voor elektriciteit en transportbrandstof maar ook als grondstof voor de chemie. Als de chemie in Europa voor 25% over zou schakelen op biomassa als grondstof dan zou de vraag vanuit deze sector naar vergelijkbaar of nog iets groter worden dan de vraag naar biomassa van de transportsector. Er zijn verschillende manieren om biomassa in te zetten in de chemie. Deze keuzes leiden tot een verschillende vraag naar soorten biomassa. Een groot deel van de grondstoffen voor biochemie komt overeen met grondstoffen voor de biotransportsector. Sommige routes vragen om andere grondstoffen. Vergeleken met biomassa in transport geeft inzet van biomassa in chemie vaak een hoger milieuvoordeel tegen lagere kosten. Het zou heel nuttig zijn om ook voor biomassa die gebruikt wordt door de chemie duurzaamheidscriteria op te

  19. Bedrijven en kennisinstellingen actief met Biomimicry

    OpenAIRE

    Overbeek, G.; Vogelzang, T.A.

    2014-01-01

    Biomimicry is innovatie geïnspireerd door de natuur en gaat over wat je kunt leren van de natuur i.p.v. wat je eruit kunt gebruiken. De lessen kunnen leiden tot duurzame ontwerpprincipes voor tal van productieprocessen. Daarmee biedt biomimicry een oplossingsgerichte manier van denken voor de groene of de circulaire economie, omdat de natuur bij haar duurzame ontwerpprincipes minder energie en materialen gebruikt en daarmee CO2 uitstoot en grondstoffen bespaart. De vraag is nu hoe biomimicry ...

  20. Oude graslanden, bron van genetische diversiteit

    NARCIS (Netherlands)

    Treuren, van R.; Soest, van L.J.M.

    2002-01-01

    Het Centrum voor Genetische Bronnen onderzoekt, aan de hand van Engels raaigras en witte klaver, de genetische diversiteit in oude, extensief beheerde graslanden in Nederland. De aanwezige diversiteit kan dienen als basis voor de ontwikkeling van nieuwe rassen voor duurzame landbouw. De eerste

  1. Effect of a Green Investment Society on the Dutch Renewable Energy Scheme (SDE); Effect Groene Investeringsmaatschappij op SDE

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Lensink, S.M.; Van Stralen, J. [ECN Beleidsstudies, Petten (Netherlands)

    2012-11-27

    On request of the Holland Financial Centre, ECN has projected the potential benefits of a Green Investment Company for the expenditure of the SDE+ Scheme (Renewable Energy Incentivisation Scheme). To this end, a calculation was made of the effects of an interest rebate for sustainable energy projects [Dutch] Op verzoek van Holland Financial Centre heeft ECN geraamd wat de voordelen kunnen zijn van een Groene Investeringsmaatschappij op de uitgaven voor de SDE+ (Stimuleringsregeling Duurzame Energie). Hiertoe diende een berekening gemaakt te worden van de effecten van een rentekorting voor duurzame energieprojecten.

  2. Helpt 'nudgen' bij een gezonde en duurzame keuze? : zes nudges en de keuze voor duurzaam of gezond voedsel

    NARCIS (Netherlands)

    Trijp, van J.C.M.

    2012-01-01

    Hoe werken 'bewezen' nudges voor duurzaam en gezond voedsel? En in hoeverre zijn deze nudges ethisch verantwoord? Dat zijn de kernvragen in dit onderzoek. De belangrijkste conclusie van dit onderzoek is dat nudges kunnen bijdragen aan een duurzamere en gezondere productkeuze van de consument.

  3. 'Gezonde en duurzame keus moet makkelijker worden'

    NARCIS (Netherlands)

    Duijzer, G.

    2011-01-01

    De Britse conservatieve premier David Cameron ziet het helemaal zitten, nudging. Als reclamemakers consumenten kunnen beïnvloeden bepaalde chips te kopen, dan kun je de niet-rationeel kiezende consument net zo goed een zetje geven in de richting van gezonde en duurzame aankopen. Wageningen UR

  4. Fit 4 Sustainable Employability : Sensortechnologie en duurzame inzetbaarheid

    NARCIS (Netherlands)

    Dr. Hugo Velthuijsen

    2014-01-01

    Self-tracking devices (sensortechnologie) als middel om het zelfinzicht en zelfmanagement van medewerkers op het gebied van gezond gedrag te vergroten. Doel: een hogere mate van duurzame inzetbaarheid, omdat werknemers bewuster en beter toegerust worden als het gaat om gezond gedrag.

  5. Sustainable energy. Progress report 2004. National and international strategy; Duurzame Daadkracht. Voortgangsrapportage 2004. Nationale en internationale strategie

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    NONE

    2004-12-01

    In the title program it is described how the Netherlands will fulfil the agreements that were made at the Johannesburg summit on sustainable development. The program consists of an international and a national strategy. In this document an overview is given of the results so far. [Dutch] In deze voortgangsrapportage van Duurzame Daadkracht, het Actieprogramma duurzame ontwikkeling, wordt aangegeven hoe de stand van zaken is ten aanzien van de ambities en voorgenomen acties, die beschreven staan in zowel het nationale als het internationale deel van het actieprogramma. Duurzame Daadkracht is de Nederlandse uitwerking van de afspraken die op de World Summit on Sustainable Development (WSSD) in Johannesburg zijn gemaakt. De kern van het nationale deel is dat de Nederlandse overheid er naar streeft om zich bij al haar activiteiten (van beleidsontwikkeling tot bijvoorbeeld de eigen huisvesting) te richten op duurzame ontwikkeling. Dit is uitgewerkt aan de hand van te ontwikkelen instrumenten en ruim twintig beleidsprogramma's. Het internationale deel concentreert zich op de internationale inspanningen van de Nederlandse overheid op het gebied van de institutionele ontwikkeling, publiek-private partnerschappen als instrument, de prioritaire thema's water, energie, gezondheid, landbouw en biodiversiteit, op duurzame handel en investeringen.

  6. Effective policy for sustainable behavior. An international comparison; Effectief beleid voor duurzaam gedrag. Een internationale vergelijking

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Brunsting, S.; Uyterlinde, M.; Pol, M. [ECN Beleidsstudies, Petten (Netherlands); Breukers, S.; Mourik, R.; Backhaus, J.; Mathijsen, T. [DuneWorks, Eindhoven (Netherlands)

    2013-07-15

    This international comparative case study (the Netherlands, Germany, Sweden, United Kingdom) compares policy themes (household energy, food, mobility, household waste) and cases of interventions aims at more sustainable behaviours. It investigates how national policy can contribute to sustainable behaviour in these four themes. The study focuses on policy contexts and concrete 'best practice examples' (both policy -initiated and society-driven initiatives), paying attention to the extent to which social scientific insights have been utilised to conduct and evaluate the interventions. The conceptual approach in this study regards individual behaviour not in isolation but as embedded in institutional, social and physical contexts. In line with this, the evaluation of best practice examples focuses on how the following dimensions have been addressed in order to enable, support and sustain behavioural changes: the policy environment and institutional environment, individual behaviour, social norms a nd the physical environment. In this discussion, the Netherlands is both the starting point and the point of return, enabling us to draw lessons for Dutch policy. We conclude that a more proactive, dynamic and supportive role would fit national policy if it aims at encouraging the spread of more sustainable behaviours in society. Dutch policy could learn from the experiences of other countries and attempt at (among others): showing explicit commitment, connecting initiatives at different levels, and facilitating platforms for exchange of knowledge, experience and expertise, across sectors and departments, in order to arrive at a more integrated approach towards encouraging sustainable behaviours [Dutch] Als achtergrondstudie voor het advies Duurzame gedragspatronen zijn twee onderzoeken uitgevoerd naar effectief beleid voor duurzaam gedrag (1) in Nederland en (2) internationaal. De twee rapporten beschrijven een aantal beleidscases die vanuit gedragskundig perspectief

  7. Cooling concept with energy storage for ICT; Koelconcept met energieopslag voor ICT

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Van der Wilt, P. [Compertius, Amsterdam (Netherlands)

    2009-12-15

    Renewable energy concepts with energy storage in the soil are not only about technique. To ensure successful implementation of energy storage in the soil for various branches cooperation needs to be sought with parties who know specific branches very well. In addition to the technical aspects, it is at least as important that the needs and working methods of a market segment are thoroughly known to ensure optimal linkage of source systems to the systems and operational processes of the client. [Dutch] Bij ontwikkelde duurzame energieconcepten met inzet van energieopslag in de bodem gaat het niet alleen om techniek, Om energieopslag in de bodem voor verschillende branches met succes in te zetten, is samenwerking nodig met partijen die een specifieke branche goed kennen. Naast de techniek is het minstens zo belangrijk ook de behoeftes en werkwijzen van een marktsegment door en door te kennen, om bronsystemen zo optimaal te koppelen aan de systemen en bedrijfsprocessen van de klant.

  8. Energy conservation for a sustainable energy supply; Energiebesparing voor een duurzame energievoorziening

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Rooijers, F.; Kampman, B.; Bennink, D.; Bles, M.; Van Lieshout, M.; Schepers, B.

    2013-05-15

    Options available for improving energy efficiency in the Netherlands are listed and discussed. As detailed in this report, there is still substantial scope for reducing energy consumption in the production and use of energy carriers, much of it not only attractive from the perspective of society as a whole but also profitable for the actors concerned. By exploiting these opportunities, sustainability targets can be cost-effectively met. The report examines why so much potential is still not being utilised and how this can be remedied. Following a description of the potential for energy conservation, a package of smart, effective policies is recommended to secure this potential [Dutch] De mogelijkheden van energiebesparing in Nederland zijn in kaart gebracht. In deze notitie wordt aangetoond dat bij energiebesparing bij het gebruik en bij de productie van energiedragers nog veel onbenut, maar maatschappelijk aantrekkelijk potentieel ligt, waarvan een groot deel rendabel is. Benutting daarvan leidt ertoe dat de duurzaamheidsdoelen op een kosteneffectieve manier behaald kunnen worden. We hebben onderzocht waarom veel potentieel nu niet benut wordt en hoe dat wel kan gebeuren. Deze analyse beschrijft het besparingspotentieel en biedt voorstellen voor een pakket aan slimme, effectieve beleidsinstrumenten om dit potentieel te realiseren: door inzet van verplichtingen en door energiebesparing aantrekkelijker te maken.

  9. Local sustainable energy companies. A few visions from the market; Lokale duurzame energiebedrijven. Een aantal visies uit de markt

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Faasen, E.; Van Ee, M.; Chatelin, M. (eds.)

    2009-10-15

    In local sustainable energy companies it is all about renewable energy initiatives I which the local authorities play an important steering role. In this publication a number of experts from the renewable energy sector have their say. [Dutch] Bij lokale duurzame energiebedrijven gaat het om duurzame energie-initiatieven waarbij de decentrale overheid een belangrijke regisserende rol speelt. In deze publikatie wordt een aantal experts uit de duurzame energiesector aan het woord gelaten.

  10. Dreaming with a sense of reality. Winner of the 2004 Royal Shell Award for biofuels research professor Wim van Swaaij; Dromen met realiteitszin. Prof. Wim van Swaaij wint Koninklijke/Shell prijs voor biobrandstoffen-research

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    De Wit, P. (ed.)

    2004-12-01

    According to the winner of the 2004 Royal Shell Award for Sustainable Development biofuels will play a very important role in the world energy supply. However, the cultivation of energy crops may not be at the expense of the cultivation of crops for food. [Dutch] Biobrandstoffen gaan een zeer belangrijke rol spelen in de wereldenergievoorziening, stelt prof. Wim van Swaaij. Deze winnaar van de Koninklijke/Shell Prijs voor duurzame ontwikkeling 2004 vindt wel dat de teelt van energiegewassen niet ten nadele mag gaan van de teelt van voedingsgewassen.

  11. Potential for energy saving and renewable energy in Utrecht, Netherlands. Preliminary validation for the Utrecht municipality; Potentieel energiebesparing en duurzame energie Utrecht. Onderbouwingsnotitie voor de gemeente Utrecht

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Benner, J.H.B.; Warringa, G.E.A.

    2012-10-15

    Utrecht has stated its intention to achieve CO2 neutrality of the local energy supply by 2030. Having conducted its own exploratory study into the steps that would need to be taken to achieve this aim, City Hall asked CE Delft to pass judgment on the target and how it is hoped to be achieved. While characterized by both CE Delft and interviewed scientists as very substantial, Utrecht's ambitions are also regarded as a worthy aim to pursue. City Hall's estimates of the reduction potential of the envisaged measures 28% of total projected emission cuts in 2030 via energy efficiency measures and 35% via renewable energy - are deemed realistic by CE Delft. Although the potential reduction via all options was estimated on the basis of the maximum feasible potential, there still remains a substantial policy gap. The analysis makes clear that robust policy choices are required in order to come close to achieving the stated ambitions [Dutch] De gemeente Utrecht heeft zich tot doel gesteld om in 2030 de lokale energievoorziening CO2-neutraal te hebben. Binnen de gemeente is een ambtelijke verkenning uitgevoerd naar de maatregelen om invulling te geven aan deze ambitie. Utrecht heeft CE Delft gevraagd een oordeel te geven over de ambitie en de invulling daarvan. De ambitie van Utrecht wordt zowel door CE Delft als geïnterviewde wetenschappers getypeerd als fors, maar tegelijk als een goed punt aan de horizon om naar toe te werken. De inschattingen van Utrecht rond het reductiepotentieel van de maatregelen worden door CE Delft beoordeeld als realistisch. Dit houdt in dat 28% van de totaal verwachte uitstoot in 2030 wordt gereduceerd door besparingsmaatregelen en 35% met de inzet van duurzame energie. Hoewel bij de inschatting van de mogelijke reductie voor alle opties is gerekend met het maximaal haalbare potentieel resteert er een aanzienlijk beleidsgat. De analyse maakt duidelijk dat echte beleidskeuzen nodig zijn om realisatie van de ambitie te benaderen.

  12. Bedrijven en kennisinstellingen actief met Biomimicry

    NARCIS (Netherlands)

    Overbeek, G.; Vogelzang, T.A.

    2014-01-01

    Biomimicry is innovatie geïnspireerd door de natuur en gaat over wat je kunt leren van de natuur i.p.v. wat je eruit kunt gebruiken. De lessen kunnen leiden tot duurzame ontwerpprincipes voor tal van productieprocessen. Daarmee biedt biomimicry een oplossingsgerichte manier van denken voor de groene

  13. Consumer-oriented Sustainable Energy Concepts; Consumentgerichte Duurzame Energieconcepten

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Kuiper, H.J. [Universiteit Twente UT, Enschede (Netherlands)

    2009-10-15

    A study on the willingness of potential buyers of newly built houses to invest in energy efficient systems in order to realize a sustainable dwelling [Dutch] Een onder zoek naar de bereidheid van potentiele kopers van nieuwbouw woningen tot het investeren in energetische systemen om te komen tot een duurzame woning.

  14. Scenario's voor kennisomgevingen

    NARCIS (Netherlands)

    Drs O.G. Foks; H. Kokhuis; Drs H. Hofman

    2000-01-01

    pragmatische visie voor een gezonde kennisstructuur; verbindend schema AGIL wordt gebruikt voor analyse denkrichtingen van Jung tot Porter. Motieven voor samenwerking, ordeningsprincipes in economie en leren en strategievorming voor kennisonderneming.

  15. One central heating boiler for all combustible gases; Een CV-ketel voor alle brandbare gassen

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Gersen, S.; Darmeveil, H.; Hegge, R. [DNV KEMA Energy and Sustainability, Arnhem (Netherlands)

    2012-06-07

    There is increasing interest in the distribution of sustainable gases (H2, H2/CO, CH4/CO2) and imported gases, such as LNG. The composition of these 'new' gases can differ greatly from the traditional distributed gases. The combustion characteristics may cause undesired effects in household appliances. One of the solutions is to develop equipment that can accept a wide range of gases and mixtures thereof. To this end, within the EDGaR-program (Energy Delta Gas Research) the project 'new gas sensors' is started by the Energy Research Centre of the Netherlands (ECN), Delft University of Technology (TUD) and DNV-KEMA/Gasunie to develop a boiler in which the new gases can be used [Dutch] Er is toenemende interesse in de distributie van duurzame gassen (H2 , H2/CO, CH4/CO2 ) en geimporteerde gassen, zoals LNG. De samenstelling van deze 'nieuwe' gassen kan sterk verschillen van de traditioneel gedistribueerde gassen. De verbrandingseigenschappen kunnen ongewenste effecten veroorzaken in huishoudelijke apparatuur. Een van de oplossingen is het ontwikkelen van apparatuur die een breed scala aan gassamenstellingen kan accepteren. Hiertoe is binnen het EDGaR-programma (Energy Delta Gas Research) een project 'new gas sensors' gestart met ECN, TU Delft en DNV-KEMA/Gasunie voor het ontwikkelen van een CV-ketel die geschikt is voor de nieuwe gassen.

  16. Effective policy for sustainable behavior. An international comparison; Effectief beleid voor duurzaam gedrag. Een internationale vergelijking

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Brunsting, S.; Uyterlinde, M.; Pol, M. [ECN Beleidsstudies, Petten (Netherlands); Breukers, S.; Mourik, R.; Backhaus, J.; Mathijsen, T. [DuneWorks, Eindhoven (Netherlands)

    2013-07-15

    This international comparative case study (the Netherlands, Germany, Sweden, United Kingdom) compares policy themes (household energy, food, mobility, household waste) and cases of interventions aims at more sustainable behaviours. It investigates how national policy can contribute to sustainable behaviour in these four themes. The study focuses on policy contexts and concrete 'best practice examples' (both policy -initiated and society-driven initiatives), paying attention to the extent to which social scientific insights have been utilised to conduct and evaluate the interventions. The conceptual approach in this study regards individual behaviour not in isolation but as embedded in institutional, social and physical contexts. In line with this, the evaluation of best practice examples focuses on how the following dimensions have been addressed in order to enable, support and sustain behavioural changes: the policy environment and institutional environment, individual behaviour, social norms a nd the physical environment. In this discussion, the Netherlands is both the starting point and the point of return, enabling us to draw lessons for Dutch policy. We conclude that a more proactive, dynamic and supportive role would fit national policy if it aims at encouraging the spread of more sustainable behaviours in society. Dutch policy could learn from the experiences of other countries and attempt at (among others): showing explicit commitment, connecting initiatives at different levels, and facilitating platforms for exchange of knowledge, experience and expertise, across sectors and departments, in order to arrive at a more integrated approach towards encouraging sustainable behaviours [Dutch] Als achtergrondstudie voor het advies Duurzame gedragspatronen zijn twee onderzoeken uitgevoerd naar effectief beleid voor duurzaam gedrag (1) in Nederland en (2) internationaal. De twee rapporten beschrijven een aantal beleidscases die vanuit gedragskundig

  17. CHP biomass gasifier for the Zwarts Gerbera Nursery. Technical and economic feasibility; Biomassavergasser-WKK voor Gerberakwekerij Zwarts. Technische inpassing en economische haalbaarheid

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Peeters, S.; Hart, A. [Energy Matters, Driebergen (Netherlands)

    2011-10-15

    ook relatieve vochtigheid en CO2. Een 'representatieve' tuinder of een tuinder met een 'gemiddelde' energiebehoefte is daarom moeilijk vast te stellen. Voor elke situatie geldt een eigen economische rentabiliteit. De uitkomsten van deze studie kunnen daarom niet zonder meer worden overgenomen voor andere projecten. Technisch is er veel mogelijk, zo blijkt uit de ingediende offertes. Van de zestien leveranciers bieden er drie een vergasser met warmtekrachtkoppeling (WKK) aan die, onder bepaalde randvoorwaarden, naast hout tevens laagwaardige reststromen aankan. Het voordeel van laagwaardige reststromen zoals bermgras, riet en miscanthus is een gunstigere prijs ten opzichte van hout. Een lage biomassaprijs heeft een positief effect op de exploitatiekosten, en daarmee op de economische rentabiliteit van de relatief kostbare installaties. De investering voor een complete vergasserWKK-installatie ligt 5 tot 10 keer hoger dan die voor een gangbare gasWKK-installatie. Ook het CO2 -gebruik heeft invloed op de economische rentabiliteit. De inkoop van CO2 is een kostbare aangelegenheid. Onderzocht is of er zowel technisch als economisch beschikbare CO2 -winning uit rookgas mogelijk is. Hiervoor zijn twee CO2 -winninginstallaties bekeken: die van Procede en Knook. Voor een vergasser-WKK-installatie met relatief klein vermogen (tot 800 kWe) is CO2-winning volgens zowel Procede als Knook economisch niet rendabel. CO2 -inkoop of -opwekking middels de bestaande aardgasgestookte ketel ligt daarom meer voor de hand. Uit de technisch-economische haalbaarheidsstudie blijkt dat door de relatief hoge investerings- en onderhoudskosten, investeren in een vergasserWKK-installatie niet rendabel is. CO2 -behoefte en de onzekerheid van de biomassaprijzen spelen daarbij parten. Maar met subsidie op duurzame energieproductie (SDE+) en subsidies op investering zoals MEI en EIA ontstaat een ander beeld. Uitgaande van de goedkopere 800 kWe installaties, een SDE+ vergoeding van 90

  18. Behavior practices in transition. The behavior practices method tested in two cases. Sustainable living and sustainable tourist's mobility; Gedragspraktijken in Transitie. De Gedragspraktijkenbenadering getoetst in twee gevallen. Duurzaam wonen en Duurzame toeristische mobiliteit

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Spaargaren, G.; Beckers, T.; Martens, S.; Bargeman, B.; Van Es, T.

    2002-07-01

    A cooperative of social-scientific researchers form the universities of Tilburg and Wageningen (both in the Netherlands) developed an analytical framework based on which environmental policy experts can develop favourable strategies and stimulate sustainable consumption. In chapter 1 an overview is given of existing models and results of previous studies. In chapter 2 the behavior practices method is explained, while in chapter 3 the research questions are formulated. In chapter 4 attention is paid to the results of the title case studies. [Dutch] In een samenwerkingsverband van Tilburgse en Wageningse sociaal-wetenschappelijke onderzoekers is sinds 1999 gewerkt aan de ontwikkeling van een analytisch, conceptueel kader, dat betrokkenen bij het milieubeleid in staat moet stellen kansrijke strategieen te ontwikkelen om duurzame consumptie te bevorderen. Na een kritische analyse van bestaande verklaringsmodellen werd gepleit voor een sociologisering van het wetenschappelijk en beleidsmatig benaderen van burger-consumenten, geinspireerd door het werk van Anthony Giddens en Ulrich Beck. In hoofdstuk 1 wordt een overzicht gegeven van de voornaamste resultaten van de eerdere studies en wordt de opzet van dit onderzoek uiteengezet. In hoofdstuk 2 wordt de Gedragspraktijkenbenadering nader toegelicht. Hoofdstuk 3 bevat de algemene onderzoeksvragen. Hoofdstuk 4 is een samenvatting van de resultaten van de casestudies 'Duurzame toeristische mobiliteit' en 'Duurzaam wonen'. In hoofdstuk 5 komen de conclusies ten behoeve van het milieubeleid aan bod.

  19. Balanced Scorecard voor inkoop

    NARCIS (Netherlands)

    van der Honing, R.; Schotanus, Fredo

    2003-01-01

    Een Balanced Scorecard kan ontwikkeld worden voor de hele organisatie, maar ook voor onderdelen daarvan. In dit artikel wordt ingegaan op de ontwikkeling van een Balanced Scorecard voor de inkoopafdeling

  20. Kustversterking Voorne: advies voor richtlijnen voor het milieueffectrapport

    NARCIS (Netherlands)

    Evers, F.W.R.; Gun, van der J.H.J.; Hoekstra, P.; Maas, F.M.; Slim, P.A.; Beerlage, B.F.M.

    2006-01-01

    De kust van Voorne is aangemerkt als een zwakke schakel in de Hollandse Kust. Uit berekeningen blijkt dat de veiligheid tegen overstromingen onvoldoende is. Het waterschap Hollandse Delta – als beheerder van de waterkering – stelt een verbeteringsplan op voor de kust van Voorne. Voor dit

  1. Pension fund investments in Dutch sustainable energy. A quick scan; Beleggingen van pensioenfondsen in Nederlandse duurzame energie. Een quick scan

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Van Gelder, J.W.; De Wilde, J. [Profundo, Amsterdam (Netherlands)

    2013-05-15

    It was examined whether Dutch pension funds invest (part of) their private investments in sustainable energy in the Netherlands. If possible, investments in private renewable energy are specified as much as possible [Dutch] Er is onderzocht of Nederlandse pensioenfondsen (een deel van) hun private beleggingen in duurzame energie in Nederland beleggen. Indien mogelijk zijn de investeringen in private duurzame energie zoveel mogelijk gespecificeerd.

  2. Plek voor ieder kind : inclusie als opdracht voor brede scholen en kindcentra

    NARCIS (Netherlands)

    Doornenbal, Jeannette

    Inclusie is in Nederland ver te zoeken. Ondanks het erkende belang van inclusie voor een sterke pedagogische omgeving voor kinderen. Jeannette Doornenbal pleit voor een nationale doorbraak. In dit boekje formuleert zij vier stappen om deze opdracht te realiseren: waar kan wat gedaan worden, door wie

  3. Modelagem do crescimento e de biomassa individual de Pinus

    Directory of Open Access Journals (Sweden)

    Ana Beatriz Schikowski

    2013-09-01

    Full Text Available Este estudo tem como objetivo testar modelos matemáticos para estimativas de biomassa de diferentes compartimentos de Pinus spp., a partir de variáveis de fácil mensuração. Os dados utilizados são provenientes de plantios localizados no centro sul do estado do Paraná. Foram utilizados dados de peso seco total e parcial de 35 árvores de Pinus spp., obtidos por meio do método destrutivo direto. De cada árvore amostrada foram medidos também o CAP (circunferência à altura do peito e a altura total. Os modelos para estimativa de biomassa de folhagem não apresentaram bom desempenho, verificado pelos indicadores de ajuste. Entretanto, para os compartimentos: galhos, raízes, casca, fuste e para biomassa total, os ajustes apresentaram elevados valores de R² e baixos valores de Syx%. O modelo de crescimento de Richards obteve melhor desempenho que os demais testados para a estimativa da biomassa total.

  4. Plek voor ieder kind: inclusie als opdracht voor brede scholen en kindcentra

    OpenAIRE

    Doornenbal, Jeannette

    2017-01-01

    Inclusie is in Nederland ver te zoeken. Ondanks het erkende belang van inclusie voor een sterke pedagogische omgeving voor kinderen. Jeannette Doornenbal pleit voor een nationale doorbraak. In dit boekje formuleert zij vier stappen om deze opdracht te realiseren: waar kan wat gedaan worden, door wie en hoe.

  5. A platform for sustainable energy. Planning a successful approach in your municipality; Draagvlak voor duurzame energie. Stappenplan voor een succesvolle aanpak in uw gemeente

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Feenstra, C.F.J. [FYnergy, Haarlem (Netherlands); Elsen, A.M.D. [Anne Elsen milieu-advies, Haarlem (Netherlands)

    2013-10-15

    Municipalities in the Netherlands need tips on how they can give proper support to initiators of energy projects in order to minimize resistance. On dealing with and reducing resistance to local energy projects much research has been done and literature published and experiences gained. Employees of municipalities can not study all this information and select what is useful for them. Therefore, this guide translates knowledge into a summary of action items and tips that they can implement immediately [Dutch] In de praktijk blijkt dat gemeenten behoefte hebben aan tips over hoe zij de juiste ondersteuning aan initiatiefnemers van energieprojecten kunnen geven om weerstand te beperken. Over de omgang met en het beperken van weerstand tegen lokale energieprojecten is veel onderzoek, literatuur en praktijkervaring beschikbaar. Medewerkers van gemeenten kunnen niet al deze informatie bestuderen en selecteren wat voor hen bruikbaar is. Daarom vertaalt deze wegwijzer de kennis in een beknopt overzicht van actiepunten en tips die zij direct kunnen uitvoeren.

  6. Duurzame inzetbaarheid van ouderen: resultaten van de eerste twee metingen van STREAM

    NARCIS (Netherlands)

    Heuvel, S. van den; Ybema, J.F; Leijten, F.; Wind, A. de

    2013-01-01

    In deze notitie richten we ons op voorspellers van duurzame inzetbaarheid, waarbij we gebruik maken van de resultaten van de eerste twee metingen van STREAM en van een interviewstudie bij deelnemers aan STREAM. Meer specifiek gaan we na hoe personen met gezondheidsproblemen toch productief kunnen

  7. Veiligheidsrapport voor de PIV-goot in het Laboratorium voor Vloeistofmechanica

    NARCIS (Netherlands)

    Hofland, B.

    2002-01-01

    Bevat een veiligheidsvoorschrift voor de PIV (particle-image velocimetry) goot. Het rapport is vooral gericht op het gebruik van de krachtige Nd: YAG laser (veiligheidsklasse 4) die gebruikt wordt voor de PIV techniek.

  8. Pompoen rassendemo voor verwerking : verkenning naar producteisen en geschiktheid voor teelt in Nederland

    NARCIS (Netherlands)

    Wijk, van C.A.P.

    2012-01-01

    In 2011 is een demoteelt met pompoenrassen voor verwerking aangelegd en op basis daarvan met de ketenpartijen een discussie gevoerd over de afzet van verwerkt product. Eerst zijn daarbij de afzetniches voor verwerking benoemd en daar zijn de eisen voor verwerking aan gekoppeld. Tegen deze

  9. SmartGrids, Effectiveness for Everybody. State of the art and lessons learned from the past (Work package 1); Smart Grids. Rendement voor Iedereen. Stand van zaken en geleerde lessen uit het verleden (Werkpakket 1)

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Van Melle, T.; Haaksma, V.; Van Breevoort, P.; Graveland, M.; Slingerland, E.; Winkel, T.; Hoen, V.; Noach, C. [Ecofys, Utrecht (Netherlands); Boerakker, Y.; Karatay, E.; Sanberg, T.; Faasen, C.; Mulder, W.; Huibers, M.; Maandag, M. [DNV KEMA, Arnhem (Netherlands); Milovanovic, M.; Bolderdijk, J.W.; Steg, L. [Rijksuniversiteit Groningen RUG, Groningen (Netherlands); Kapitein, A. [Cap Gemini Consulting, Utrecht (Netherlands); Bruning, F.; Berg, R. [LomboXnet, Utrecht (Netherlands); Boumans, F. [Hogeschool Utrecht, Utrecht (Netherlands)

    2012-09-15

    The aim of the title Smart Grids project is to improve accessibility of attractiveness of renewable energy for the Utrecht region for everyone. The project aims to develop, test and implement new business cases and service concepts for medium-sized smart grids in Utrecht and Amersfoort (both in the Netherlands). The project covers a total of two hundred houses and businesses. This report presents the results of Work Package 1: technical aspects of smart grids. Attention is also paid to consumer behavior with respect to smart grids and financial concepts for smart grids. Finally, an overview is given of the lessons learned from other similar pilots in the Netherlands and outside the Utrecht region [Dutch] Het Smart Grids project wil duurzame energie in de regio Utrecht bereikbaar en aantrekkelijk maken voor iedereen. Het project heeft tot doel nieuwe business cases en dienstverleningsconcepten te ontwikkelen, te testen en te realiseren voor middelgrote smart grids in Utrecht en Amersfoort. Het betreft in totaal tweehonderd woningen en bedrijven. In dit rapport worden de resultaten van Work Package 1 besproken: technische aspecten van smart grids. Daarnaast wordt aandacht besteed aan het consumentengedrag met betrekking tot smart grids, financieringsconstructies voor smart grids. Tenslotte wordt een overzicht gegeven van de lessen uit andere pilots in Nederland en daarbuiten op het gebied van smart grids.

  10. Opportunities for farmers: 'Safe' vegetables for Hanoi

    NARCIS (Netherlands)

    Wijk, van M.S.; Huu Cuong, T.; Nguyen Anh Tru,; Pham Van Hoi,

    2005-01-01

    Vietnamese boeren gebruiken voor de intensieve groententeelt veel verschillende pesticiden, waaronder zeer gevaarlijke. Nieuwe, winstgevende markten zijn een stimulans om over te gaan op meer duurzame productie. Het huidige marketing systeem maakt het moeilijk een 100 procent waterdichte "veilige"

  11. Biomassa e BiogÃs da Suinocultura

    OpenAIRE

    Dangela Maria Fernandes

    2012-01-01

    O desenvolvimento da suinocultura intensiva promoveu a produÃÃo de grandes quantidades de biomassa residual que, quando manejados inadequadamente, tornam-se uma das principais fontes de poluiÃÃo do meio. Por isso, o manejo de resÃduos deve ser visto como parte integrante do sistema produtivo de suÃnos, devendo estar incluÃdo no planejamento desta atividade. Nesse contexto, visando avaliar o manejo da biomassa residual gerada no sistema produtivo de suÃnos em terminaÃÃo, da Unidade Granja Colo...

  12. Adsorpsi Pb2+ dan Zn2+ pada Biomassa Imperata cylindrica

    Directory of Open Access Journals (Sweden)

    Noer Komari

    2017-03-01

    Full Text Available Metode alternatif untuk mengatasi pencemaran logam berat adalah biosorpsi menggunakan biomassa sebagai adsorben. Telah dilakukan penelitian kajian adsorpsi campuran Pb2+ dan Zn2+ pada biomassa Imperata cylindrica sebagai adsorben. Tujuan penelitian adalah mengetahui kemampuan biomassa mengadsorpsi Pb2+ dan Zn2+. Preparasi biomassa dilakukan dengan aktivasi menggunakan asam nitrat dan amonium hidroksida. Adsorpsi dilakukan dengan sistem batch. Parameter yang diukur adalah pH optimum, waktu kontak optimum, kapasitas adsorpsi dan recovery ion logam. Analisis kadar logam dilakukan dengan menggunakan Spektrofotometer Serapan Atom (AAS. Hasil penelitian menunjukkan pH optimum adsorpsi Pb2+ dan Zn2+ masing-masing pada pH 5 dan pH 6. Waktu kontak optimum adsorpsi Pb2+ dan Zn2+ masing masing pada 40 menit dan 30 pertama. Kapasitas adsorpsi Pb2+ dan Zn2+ pada konsentrasi awal 10 ppm masing-masing adalah 90,95% dan 43,60%. Recovery Pb2+ dan Zn2+ masing-masing 84,45% dan 57,13%.

  13. KONVERSI ENERGI BIOMASSA KOTORAN SAPI MELALUI RANCANGAN BIODIGESTER UNTUK RUMAH TANGGA

    Directory of Open Access Journals (Sweden)

    I Gede Bawa Susana

    2017-11-01

    Full Text Available Biomassa kotoran sapi mengandung energi berupa gas metan yang dapat digunakan sebagai bahan bakar. Pengolahan biomassa kotoran sapi menjadi bahan bakar dilakukan melalui proses konversi energi dalam suatu biodigester. Biodigester dibuat untuk kebutuhan rumah tangga dengan kapasitas 0,5997 m3 untuk waktu penyimpanan 30 hari.  Masyarakat yang memelihara sapi 2-3 ekor dapat menggunakan biodigester tipe plastik dan fixed dome dengan kapasitas tong plastik 250 liter. Hasil pengujian menunjukkan bahwa konversi energi biomassa kotoran sapi dapat digunakan sebagai sumber energi pada kompor.

  14. Optimaliseren van een biovergister

    NARCIS (Netherlands)

    van der Bij, Joost; Rademaker, Mark; Visser, Klaas; de Vries, Herman

    2014-01-01

    Dit rapport beschrijft onderzoek van conversie van biomassa in een Swill-gasser geplaatst bij het Van der Valk restaurant in Cuijk. De Swill-gasser is een biomassa vergister voor restaurant afval. Het onderzoek heeft zich gericht op het optimaliseren van de data acquisitie en op het bepalen van de

  15. Sleutels voor personenvennootschapsrecht

    NARCIS (Netherlands)

    C.M. Stokkermans (Christiaan)

    2017-01-01

    markdownabstractHet proefschrift is bedoeld als bijdrage aan de ontwikkeling van nieuw Nederlands personenvennootschapsrecht. Er worden aanbevelingen gedaan voor de typen personenvennootschap die kunnen worden voorzien en voor de belangrijkste eigenschappen van elk type. Het proefschrift bevat ook

  16. Sociaal-economische aspecten van het Nederlandse gewasbeschermingsbeleid. Tussenevaluatie nota Duurzame Gewasbescherming, deelrapport Economie 1

    NARCIS (Netherlands)

    Lauwere, de C.C.; Bremmer, J.; Gaag, van der D.J.; Linden, van der T.; Meer, van der R.W.; Netjes, A.; Spruijt, J.; Wal, van der E.

    2006-01-01

    In het deelproject economie wordt de economische doelstelling van de nota Duurzame Gewasbescherming geëvalueerd. Op basis van de beschikbare gegevens kan niet worden aangetoond dat Nederlandse telers concurrentienadeel ondervinden van nationaal gewasbeschermingsbeleid. Telers staan redelijk positief

  17. Natural resource use for food : land, water and energy in production and consumption systems

    NARCIS (Netherlands)

    Leenes, Popkje Winfrieda

    2006-01-01

    We consumeren steeds meer vlees, fruit, koffie en alcohol. Daardoor is er meer land, water en energie nodig voor onze voedselproductie. Inmiddels nemen mensen in ontwikkelingslanden ons niet-duurzame westerse eetpatroon over. Dit kan de druk op schaarse natuurlijke hulpbronnen verder vergroten.

  18. Hydrogen-powered road vehicles. Positive and negative health effects of new fuel; Waterstof in het wegverkeer. Voor- en nadelen voor de gezondheid van een nieuwe vorm van brandstof

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    NONE

    2008-09-15

    environmental factors and public health. [Dutch] De afhankelijkheid van fossiele brandstoffen - met zijn politieke, maatschappelijke en milieunadelen - zorgt ervoor dat alternatieve energiebronnen volop in de belangstelling staan. Het gebruik van waterstof wordt als een veelbelovende optie gezien, in het bijzonder voor het wegverkeer. Volgens een toekomstvisie van het Energieonderzoek Centrum Nederland (ECN) zou in 2050 ruim de helft van de auto's in Nederland op waterstof kunnen rijden. Vooropgesteld dat de waterstof wordt geproduceerd uit duurzame energiebronnen, zou daarmee ook de emissie van kooldioxide aan banden worden gelegd. Zowel in de Verenigde Staten, Japan en Europa worden door overheden en het bedrijfsleven dan ook grote bedragen geinvesteerd in de ontwikkeling van de benodigde technologie, die over enkele decennia een op waterstof gebaseerde economie mogelijk moet maken. Overschakeling naar waterstof als energievoorziening voor het wegverkeer zou ingrijpende gevolgen hebben voor de samenleving. Zoals bij elke nieuwe technologie het geval is, biedt dat kansen, maar zijn er onvermijdelijk ook nadelen. In het geval van waterstof zijn sommige van die nadelen bekend, en tot op zekere hoogte beheersbaar. Andere zullen echter pas na introductie en toepassing aan het licht komen. Dit inzicht, gevoegd bij het maatschappelijke belang van een eventuele omschakeling op waterstof, was voor de Gezondheidsraad aanleiding om nu alvast in te gaan op de voor- en nadelen die waterstof als nieuwe energievorm kan hebben voor de volksgezondheid. Juist in deze fase is het van belang om een beeld te krijgen van de mogelijke gezondheidseffecten, te weten waar de lacunes in de kennis zitten, en aan te geven wat de beste manier is om daar mee om te gaan.

  19. Model voor Excellent voor cognitief excellente leerlingen in de onderbouw PO

    NARCIS (Netherlands)

    Dijkstra, Elma; Mooij, Ton; Kirschner, Paul A.

    2012-01-01

    Dijkstra, E. M., Mooij, T., & Kirschner, P. A. (2012, June). Model voor Excellent Onderwijs voor cognitief excellent leerlingen in de onderbouw PO. [Model of Excellent Education for cognitively excellent pupils in kindergarten]. Paper presented at the Onderwijs Research Dagen [Educational Research

  20. Sustainability pays. A reward system for sustainable producer and consumer behaviour; Duurzaam loont. Een beloningssysteem voor duurzaam consumentengedrag

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Van Hilten, R. [QOIN, Amsterdam (Netherlands)

    2011-03-15

    local restaurants, local cultural offerings and visits to local farmers. Shops see an increase in their sales and profits in the 'sustainable' segment. In addition, specifically targeted advertising is possible because Sustainability Rewarded gives the retailer insight into the purchasing behaviour of consumers and particularly that of their own customers. The Municipality gets access to a cost-effective and tried-and-tested set of instruments to realize policy. Rewards are more effective and also more cost-effective than information campaigns. It stimulates the regional economy. An added bonus is that the municipality gets better information about the impact of their subsidy euro [Dutch] In DUURZAAM LOONT worden burgers beloond voor goed gedrag: minder energie gebruiken, afvalreductie, vaker op de fiets naar het werk, etc. Ook worden ze verleid vaker milieuvriendelijk, regionaal en duurzaam te kopen. Dit wordt bereikt door hen voor de juiste keuze te belonen met punten. Door punten in het vooruitzicht te stellen staan consumenten open voor nieuwe informatie die ze gebruiken om hun keuze aan te passen, om zo de beloning niet mis te lopen. Deze punten worden gespaard en later besteed aan andere regionale en/of duurzame producten (cadeautjes). Op deze wijze bindt het regionale bedrijfsleven koopkracht en kan zichzelf zo versterken. De overheid of winkelier betaalt altijd voor de uitgekeerde punten in euro's. Daarmee zijn alle punten in omloop altijd gedekt door een tegenwaarde in euro's. Deze kostenpost komt bij de overheid uit beleidsbudget, en bij de winkelier uit het marketingbudget. Het is mogelijk dat meerdere partijen uit de keten (bijvoorbeeld retailer en merkproducent) de kosten van de punten delen. Punten kunnen altijd door de burger worden verdiend en verzilverd voor zuinige producten, isolatiematerialen, klimaatneutrale producten, regionale producten, afvalpreventie en afvalscheiding, duurzame producten en diensten, gebruik van openbaar

  1. Effects of biomass chains on land use and soil quality in the Netherlands. Development and application of a framework for testing; Effecten van biomassaketens op landgebruik en bodemkwaliteit in Nederland. Ontwikkeling en toepassing van een toetsingskader

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Hanegraaf, M.C.; Moolenaar, S.W.; Elbersen, H.W.; Annevelink, E. [Nutrienten Management Instituut NMI, Oosterbeek (Netherlands)

    2007-03-15

    goede bodemkwaliteit bij vergisting van biomassa en bij de teelt van biotransportbrandstoffen voor 2e generatie technologie. Voorwaarden bij de vergisting zijn dat het een decentraal, grondgebonden systeem betreft en dat het digestaat optimaal kan worden benut om de afbraak van organische stof mee te compenseren. Voorwaarde bij de teelt voor 2e generatie technologie is dat de achterblijvende organische stof (wortelstelsel meerjarige teelten; stro van granen) de afbraak compenseert. Voorts is geconcludeerd dat een aantal bedreigingen bestaat. Zo is er sprake van een spanning tussen het gebruik van digestaat als bodemverbeteraar (aanvoer van organische stof) en het wettelijk verplichte gebruik als meststof. Dit kan ertoe leiden dat er te weinig organische stof mag worden aangevoerd en dat de grond verschraalt. Tegelijkertijd is er een concreet risico op een toename van het mineralenoverschot dat zonder wettelijk kader zou leiden tot verdergaande vermesting. Voor de teelt van energiegewassen voor de 1e generatie technologie biotransportbrandstoffen wordt geconcludeerd dat de C-kringloop niet gesloten is. Dat leidt op termijn tot verschraling van de grond. De teelt van granen voor de 2e generatie technologie vormt een bedreiging voor organische stof-opbouw indien onvoldoende stro achterblijft. Het is gewenst om de beleidsmatige en landbouwkundige knelpunten rondom het gebruik van digestaat op te lossen. Aanbeveling is gedaan voor de implementatie van een monitoringsysteem voor organische stof om een goede bodemkwaliteit als onderdeel van duurzame bio-energieproductie te waarborgen.

  2. Finance as an Instrument to a Sustainable Company

    NARCIS (Netherlands)

    A.B.M. Soppe (Aloy)

    2006-01-01

    textabstractIn dit proefschrift wordt de rol van de financiering- en beleggingstheorie onderzocht voor een duurzame onderneming. Het doel van deze studies is de ontwikkeling van terminologie over, en het verwerven van inzicht in het duurzaamheidsconcept, zoals toegepast op de theorie en de praktijk

  3. Goed Gietwater: Werkpakket 2: Kwaliteit gietwater en groeiprestaties

    NARCIS (Netherlands)

    Blok, C.; IJdo, M.L.; Maas, van der A.A.; Marrewijk, van I.

    2012-01-01

    Referaat De opkweeksector stelt hoge eisen aan de kwaliteit van gietwater ter voorkoming van groeiremming en ziekten. Lozingen en emissies zijn soms een uitweg om risico’s te mijden. Het project Goed Gietwater beoogt de ontwikkeling van een duurzame watertechnologie voor opkweekbedrijven in de

  4. Een solidaire loonpolitiek voor Nederland?

    NARCIS (Netherlands)

    de Beer, P.T.; Buitendam, A.; Dumas, D.A.G.; Glebbeek, A.C.

    1990-01-01

    Een solidaire loonpolitiek voor Nederland?, in: A. Buitendam, D.A.G. Dumas, A.C. Glebbeek (red.), Het Zweedse Model: geschikt voor import?, Van Gorcum, Assen/Maas-tricht 1990, pp.155-164.: Het Zweedse model : geschikt voor import? / red.: A. Buitendam, D.A.G. Dumas, A.C. Glebbeek Auteur: Arend

  5. Vision for 2030; Visie 2030

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    NONE

    2008-02-15

    This is the long term vision of the Dutch Transmission System Operator TenneT with respect to the 380kV and 220 kV parts of the national electricity distribution grid. In this vision 4 trend scenarios have been developed. The scenarios 'Green Revolution' and 'Sustainable transition' are based on a sustainable society whereas 'Money rules' and 'New strongholds' depict a society that mainly depends on fossil fuels. For 'Green revolution' and 'Money rules' a free global market is assumed and for 'Sustainable transition' and 'New strongholds' a regionally oriented market with protectionism is assumed. [mk]. [Dutch] Een langetermijnvisie van de Nederlandse Transmission System Operator TenneT op het 380 kV en 220kV deel van het landelijke elektriciteitstransportnet. Daarvoor zijn vier trendscenario's ontwikkeld. De scenario's Groene Revolutie en Duurzame Transitie gaan uit van een duurzame samenleving terwijl Geld Regeert en Nieuwe Burchten een samenleving hanteert die vooral afhankelijk is van fossiele brandstoffen. Voor Groene Revolutie en Geld Regeert wordt een vrije mondiale markt verondersteld en voor Duurzame Transitie en Nieuwe Burchten een regionaal georienteerde markt waarbij sprake is van protectionisme.

  6. Over de zin en onzin van ecolabels

    NARCIS (Netherlands)

    Duim, van der V.R.

    2004-01-01

    In dit forum een discussie over de zin en onzin van ecolabels en keurmerken in toerisme. Voorstanders van eco-labeling plaatsen het debat in de context van een brede visie op milieuverandering. Labels zijn voor duurzame ontwikkeling een essentieel instrument om de belangen van burger-consumenten in

  7. Dutch Energy Investment Allowance (EIA). Energy List for 2013; Energie-investeringsaftrek (EIA). Energielijst 2013

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    NONE

    2013-01-15

    The Energy Investment Allowance (EIA) is a tax system by means of which the Dutch government supports companies with investments in energy-saving equipment and renewable energy. This brochure explains the assets eligible for EIA and how the scheme works [Dutch] De Energie-investeringsaftrek (EIA) is een fiscale regeling waarmee de overheid ondersteuning biedt voor bedrijven bij investeringen in energiebesparende bedrijfsmiddelen en duurzame energie. In deze brochure wordt uitgelegd welke bedrijfsmiddelen in aanmerking komen voor EIA en hoe de regeling werkt.

  8. Enterprising with new energy; Ondernemen met nieuwe energie

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    NONE

    2010-12-15

    To realize the transition to a clean economy in 2040 the Dutch province of Utrecht needs to eliminate the emission of 12.1 Mton CO2 annually. Based on the strategy developed by Jeremy Rifkin, the province of Utrecht wants to realize energy saving objectives, have sustainable energy sources used by energy companies and other energy suppliers, adjust dwellings to make them function as ten thousands of small sustainable energy plants, increase the capacity for energy storage and establish an intelligent energy grid. [Dutch] Voor de transitie naar een schone economie in 2040 moet Utrecht een einde hebben gemaakt aan de emissie van 12,1 megaton CO2 per jaar. Gebaseerd op een door Jeremy Rifkin ontwikkelde strategie wil de provincie Utrecht energiebesparingsdoelstellingen realiseren, duurzame energiebronnen door energiebedrijven en andere energieleveranciers laten toepassen, woningen en gebouwen aanpassen zodat zij gaan functioneren als tienduizenden kleine, duurzame energiecentrales, de capaciteit voor energieopslag vergroten, en een intelligent energienet opzetten.

  9. Jatropha seed cake valorization for non-food applications

    NARCIS (Netherlands)

    Herman Hidayat, Herman

    2014-01-01

    Biomassa wordt momenteel op grote schaal ingezet voor de productie van biobrandstoffen als bio ethanol en biodiesel. Een aantrekkelijke bron voor biodiesel is de olie in de nootjes van de Jatropha curcas L. (JCL) struik. Deze olie is niet eetbaar en als zodanig is het gebruik van de olie als

  10. Opteren voor de Netherlands Commercial Court

    NARCIS (Netherlands)

    Hoeben, J.; Keirse, A.L.M.; Reijneveld, M.D.

    Internationale contracten leiden tot internationale handelsgeschillen. Deze kunnen onder meer worden beslecht bij een commercial court. In Nederland wordt momenteel een Netherlands Commercial Court (NCC) opgericht. Dit introduceert een keuze voor (contracts)partijen voor een nieuw forum voor

  11. Doorlatendheid van TRISOPLAST voor verschillende vloeistoffen

    NARCIS (Netherlands)

    Boels, D.; Veerman, G.J.

    1996-01-01

    TRISOPLAST is een mengsel van zand, bentoniet en een polymeer en wordt wegens zijn zeer lage doorlatendheid toegepast voor afdichtingen in bodembeschermende constructies. TRISOPLAST is ongevoelig voor aceton, ruwe olie, fenol en enigszins gevoelig voor diesel en zeewater na een blootstellingsduur

  12. Spraaktechnologie voor inclusive design

    NARCIS (Netherlands)

    Mark Neerincx; Dr. Anita Cremers; Judith Kessens

    2012-01-01

    TNO gebruikt Informatie en Communicatie Technologie (ICT) om producten en diensten toegankelijk te maken voor iedereen, dus ook voor speciale doelgroepen zoals gebruikers met verminderde cognitieve vaardigheden. Hierbij zetten we vaak spraaktechnologie in. Een voorbeeld hiervan is de

  13. Gradual transition in realising a long-term policy. Evaluation on the basis of six system options; Transitieprocessen en de rol van het beleid. Evaluatie op basis van zes systeemopties

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Ros, J.P.M.; Van den Born, G.J.; Elzenga, H.E.; Montfoort, J.A.; Nagelhout, D.; Reudink, M.A.; Rood, G.A.; Van Zeijts, H.

    2006-11-15

    verandering in de maatschappij leiden, reden om er snel mee te beginnen. Voor de benodigde verandering werd de term transities geintroduceerd. Het MNP heeft de brede beoordeling van de processen en het beleid gebaseerd op de analyse van zes mogelijke ingrijpende veranderingen in de maatschappij (zogenoemde systeemopties), te weten: Vloeibare biobrandstoffen voor transport; Biogrondstoffen voor de chemische industrie; Duurzame viskweek voor behoud van de visvoorraad; Markt voor groene diensten; Micro-warmtekracht en de virtuele centrale; Brandstofcelauto's op waterstof verkregen uit zonthermische krachtcentrales. Nederland is sterk in onderzoek op het gebied van schone technieken. De ondersteuning met financiele middelen voor meer praktijkexperimenten of niches met nieuwe technieken en organisatievormen is echter onvoldoende of onzeker gebleken. Systeemopties kunnen onderling concurrerend zijn, zoals voor de inzet van biomassa. Doordat de beleidsprikkels op de systeemopties verschillen in vorm en kracht en er geen overall visie is, leidt dit niet noodzakelijkerwijs tot een optimale inzet van biomassa. De systeemopties zijn gekozen met het oog op relevantie voor milieu, natuur of landschap. Ze zijn zodanig gekozen dat ze een redelijke indruk geven van verschillende transitieprocessen en een link hebben met alle betrokken ministeries. Nadrukkelijk wordt hierbij vermeld dat de gekozen systeemopties niet beter of slechter hoeven te zijn dan andere. De systeemopties schetsen onderdelen van mogelijke toekomstige systemen. Onderzocht is welke voortgang wordt geboekt om de opties daadwerkelijk te realiseren. De analyses van de verschillende systeemopties zijn afzonderlijk gerapporteerd.

  14. Energy monitor of the Dutch flower bulb sector 2010; Energiemonitor van de Nederlandse Bloembollensector 2010

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Wildschut, J. [Praktijkonderzoek Plant en Omgeving PPO, Bloembollen, Boomkwekerij en Fruit, Lisse (Netherlands)

    2011-09-15

    1313 flower bulb businesses were approached for the Dutch Energy Monitor 2010. The response rate was 60%. Compared to 2008, the energy use per hectare decreased with 6.6% in 2010. The energy use per 1000 forced bulbs has decreased with 18.0%. Energy saving measures were implemented at a larger scale compared to 2009. What is most striking is the strong increase in deployment of a lower circulation standard and multi-layer cultivation. The purchase of green electricity is the most frequently used deployment of sustainable energy for electricity (9.2% of the businesses). Deployment of hot air from the greenhouse for drying purposes is the most frequently used deployment of sustainable thermal energy (18.1% of the businesses). The share of sustainable energy amounts to 2.2%. The CO2 emission from direct use of fossil fuels has decreased with 11.8% compared to 2008 [Dutch] Voor de Energiemonitor 2010 zijn 1313 bloembollenbedrijven aangeschreven. De response was 60%. T.o.v. 2008 is het energieverbruik per hectare in 2010 met 6,6% afgenomen. Het energieverbruik per 1000 stuks broeibollen is met 18,0% afgenomen. Energiebesparende maatregelen werden iets meer toegepast dan in 2009. Opvallend is de sterke toename van het toepassen van een lagere circulatienorm en van meerlagenteelt. Aankoop van groene stroom is de meest toegepaste benutting van duurzame energie voor elektra (9,2% van de bedrijven). Het toepassen van warme kaslucht voor het drogen is de meest toegepaste benutting van duurzame thermische energie (18,1% van de bedrijven). Het aandeel duurzame energie komt op 2,2%. De CO2-uitstoot door het directe verbruik van fossiele brandstoffen is t.o.v. 2008 met 11,8% afgenomen.

  15. Biomassa de mudas de pepinos híbridos conduzidos sob ambientes protegidos

    Directory of Open Access Journals (Sweden)

    Edilson Costa

    2010-01-01

    Full Text Available O estudo de oleráceas no Estado de Mato Grosso do Sul, especialmente na região do Pantanal, é fundamental para o desenvolvimento do comércio local e sustentabilidade dos pequenos produtores que circunvizinham as áreas urbanas. Neste contexto, foi desenvolvido experimento com produção de mudas de pepino, estudando o acúmulo de biomassa aérea e radicular dos híbridos Aladdin F1, Nikkey, Safira e Nobre F1, em diferentes ambientes de cultivo e substratos. O experimento foi realizado em 2007, utilizando três ambientes de cultivo: (A1 estufa plástica; (A2 viveiro telado com sombrite® e (A3 viveiro telado com aluminet®. Foram utilizadas três composições de substratos S1 (solo + fibra de coco; S2 (solo + pó-de-serra e S3 (solo + composto orgânico. A resposta dos híbridos de pepinos em termos de biomassa seca das mudas dependeu do substrato e do ambiente de cultivo. O substrato "solo e fibra de coco" promoveu maior acúmulo de biomassa na estufa e no viveiro com tela de monofilamento. O substrato "solo e composto orgânico" proporcionou maior biomassa aérea no viveiro com aluminet®. O híbrido 'Safira' acumulou maior biomassa radicular nos telados e no substrato "solo e fibra de coco". O híbrido 'Nikkey' acumulou maior biomassa radicular no viveiro com aluminet® e no substrato "solo e fibra de coco", sem diferir de "solo e pó-de-serra". Os híbridos 'Aladdin F1' e 'Nobre F1' acumularam biomassa radicular similar nos ambientes; 'Aladdin F1' teve maior acúmulo com os substratos "solo e composto orgânico" e "solo e fibra de coco", e 'Nobre F1', maior acúmulo com "solo e fibra de coco", sem diferir de "solo e pó-de-serra".

  16. Energy conservation indicators cold and heat storage. Revision factsheet cold and heat storage 2009; Besparingskentallen koude- en warmteopslag. Herziening factsheet koude- en warmteopslag 2009

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Bosselaar, L. [SenterNovem, Utrecht (Netherlands); Koenders, M.J.B.; Van Helden, M.J.C.; Kleinlugtenbelt, J.H. [IF Technology, Arnhem (Netherlands)

    2009-08-15

    The aim of the title revision is to update the existing indicators for cold and heat storage as given in the Protocol Monitoring Sustainable Energy [Dutch] Het doel van het onderzoek is om de bestaande set van kentallen voor koude- en warmteopslag uit het Protocol Monitoring Duurzame Energie te actualiseren.

  17. Waterstof uit biomassa

    NARCIS (Netherlands)

    Claassen, P.A.M.

    2011-01-01

    De eerste voorzichtige tekenen van een waterstofeconomie zijn al zichtbaar. In België kun je waterstof tanken, Brabantse boeren overwegen hun windmolen in de daluren in te zetten voor de productie van de brandstof en vorig jaar lanceerde autofabrikant Honda een apparaat waar je thuis waterstof mee

  18. Leerconcepten voor innovatief ondernemerschap

    NARCIS (Netherlands)

    Krikke, A.T.

    2007-01-01

    Voor succesvol ondernemerschap zijn specifieke competenties nodig. Die zijn op veel manieren en op veel plaatsen aan te leren. In de praktijk leren ondernemers veel door te doen en door contact te hebben met collega’s. Maar dit informele leren is niet voor iedere situatie toereikend. In projecten

  19. Estimativas de biomassa para plantas de bambu do gênero Guadua

    Directory of Open Access Journals (Sweden)

    Francelo Mognon

    2014-12-01

    Full Text Available Este trabalho objetivou ajustar equações para estimar a biomassa total de plantas de bambu, do gênero Guadua, bem como comparar o ajuste de equações por regressão linear com a técnica de mineração de dados. Foram utilizados 38 colmos de bambu, nos quais foram mensuradas as variáveis diâmetro à altura do peito (dap, diâmetro do colo do colmo e altura do colmo, seguido da determinação de massa total por método destrutivo. A biomassa determinada em 25 colmos foi utilizada para ajuste de equações pelo método dos mínimos quadrados e 13 colmos serviram para a validação da melhor equação. As frações de biomassa por compartimento diferem significativamente (p < 0,05 entre si. A maior fração da biomassa corresponde ao colmo, representando 69,2% do total, seguida pela dos rizomas, dos galhos e da folhagem, com 15,7; 10,8 e 4,2%, respectivamente. A melhor equação ajustada para estimar a biomassa total apresentou coeficiente de determinação de 0,93 e erro padrão da estimativa de 15%. Já a técnica de mineração de dados apresentou coeficiente de determinação de 0,81, com erro padrão de 23,8%. Pode-se estimar acuradamente a biomassa de Guadua por regressão linear e por mineração dos dados. Neste trabalho, o método de regressão apresentou melhor desempenho. A limitação de dados pode ser o fator determinante para o pior desempenho da técnica de mineração de dados, pois requer uma massa de dados mais ampla para funcionar satisfatoriamente.

  20. Cocombustion of biomass in coal-fired power plants; Meestoken van biomassa in kolengestookte E-centrales

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Albrink, W.G.M. [Stork Thermeq, Hengelo (Netherlands)

    2001-12-01

    The aim of the desk study is to determine to what degree several types of biomass can be cofired with existing coal fired utility boilers in the Netherlands. All results with regard to boiler performances are obtained by making use of a computer model of a typical coal fired boiler which make part of a 600 MWe coal fired power plant. Because the existing coal fired units in the Netherlands do deviate more or less from the used model all outcomes and conclusions of this study are indicative. Slagging and corrosion which become more important when firing biogas in a coal fired boiler are considered superficially. More close investigations are necessary when carry out concrete projects. Furthermore all results are based on 100% boiler load and may not be used or extrapolated to part load conditions. The extent of firing biomass gas may depend on available space in the boiler house and correlated restrictions for necessary constructive adaptations. These aspects were leave out of consideration. For information the necessary size of piping for biomass gas from gasifier to the boiler has been determined for several amounts of biomass. [Dutch] Het doel van de studie is te onderzoeken hoeveel biomassa, in percentage van het thermisch vermogen, volgens verschillende concepten kan worden meegestookt in een kolengestookte elektriciteitscentrale. Dit wordt in deze studie behandeld aan de hand van een aantal aspecten: Rookgashoeveelheden door de ketel. Hierbij kornen de volgende zaken aan de orde: snelheden, drukval, belasting van DeNox, DeSox en E-filters, capaciteit van de ventilatoren; Rookgastemperaturen. Dit betreft temperaturen uitlaat vuurhaard, uitlaat ketel en uitlaat LUVO (luchtverhitter); Verslakking en corrosie van oververhitters; Water/stoomzijdige flows. Dit betreft aspecten als flows, temperaturen, flow door de turbine (slikvermogen) en uitlaatconditie stoomturbine (vochtgehalte). Voor de verwerking van biomassa worden alleen vergassing (in hoofdzaak) en, minder

  1. Koper en zink voor landbouwhuisdieren

    NARCIS (Netherlands)

    Makking, C.; Jongbloed, A.W.

    2004-01-01

    De EU heeft de maximaal toegestande hoeveelheden koper en zink in voeders voor landbouwhuisdieren verlaagd. Uit onderzoek van ASG blijkt dat de nieuwe normen geen negatieve consequenties hoeven te hebben voor de dierlijke productie

  2. Opteren voor de Netherlands Commercial Court

    OpenAIRE

    Hoeben, J.; Keirse, A.L.M.; Reijneveld, M.D.

    2017-01-01

    Internationale contracten leiden tot internationale handelsgeschillen. Deze kunnen onder meer worden beslecht bij een commercial court. In Nederland wordt momenteel een Netherlands Commercial Court (NCC) opgericht. Dit introduceert een keuze voor (contracts)partijen voor een nieuw forum voor beslechting van internationale handelsgeschillen in de Engelse taal, waarbij de belangen van snelheid, efficiëntie en goede financierbaarheid centraal staan. Dit artikel verkent de positieve aspecten van ...

  3. KONVERSI ENERGI BIOMASSA KOTORAN SAPI MELALUI RANCANGAN BIODIGESTER UNTUK RUMAH TANGGA

    OpenAIRE

    I Gede Bawa Susana; I Made Suartika

    2017-01-01

    Biomassa kotoran sapi mengandung energi berupa gas metan yang dapat digunakan sebagai bahan bakar. Pengolahan biomassa kotoran sapi menjadi bahan bakar dilakukan melalui proses konversi energi dalam suatu biodigester. Biodigester dibuat untuk kebutuhan rumah tangga dengan kapasitas 0,5997 m3 untuk waktu penyimpanan 30 hari.  Masyarakat yang memelihara sapi 2-3 ekor dapat menggunakan biodigester tipe plastik dan fixed dome dengan kapasitas tong plastik 250 liter. Hasil pengujian menunjukkan ba...

  4. Bromelia: Effect belichten voor meeste soorten positief

    NARCIS (Netherlands)

    Garcia Victoria, N.; Warmenhoven, M.G.

    2010-01-01

    Onderzoek leert dat voor een aantal soorten belichting in meerdere aspecten loont: meer groei, een kortere teelt, een grotere bloeiwijze met meer vertakkingen en een verbetering van de houdbaarheid. Voor een deel van de onderzochte Vriesea’s en voor de onderzochte Tillandsia blijft het voordeel van

  5. Heidebeheer moet anders voor reptielen

    NARCIS (Netherlands)

    Stumpel, T.

    2005-01-01

    Reptielen zijn in Nederland voor hun voortbestaan grotendeels afhankelijk van heide. Ze zijn bedreigd en hun leefgebied staat voortdurend onder druk. Voor de reptielen betekent dit: een ander heidebeheer. Deze bijdrage geeft aan welke overwegingen daarbij aan de orde zijn

  6. Energy monitor of the Dutch flower bulb sector 2009; Energiemonitor van de Nederlandse Bloembollensector 2009

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Wildschut, J. [Praktijkonderzoek Plant en Omgeving PPO, Bloembollen, Boomkwekerij en Fruit, Lisse (Netherlands)

    2010-12-15

    1375 flower bulb businesses were approached for the Dutch Energy Monitor 2009. The response rate was 57%. Compared to 2008, the energy use per hectare decreased with 1.5% in 2009. The energy use per 1000 forced bulbs decreased with 9.1%. Energy saving measures were implemented at a slightly larger scale than in 2008. What is striking here is that 78% of the businesses assessed the ethylene-controlled ventilation as non-applicable. The purchase of green electricity is the most frequently used deployment of sustainable energy for electricity (9.8% of all businesses). However, the deployment of wind energy (6 businesses) yields 26% more energy. Deployment of hot greenhouse air for drying purposes is the most frequently used deployment of sustainable thermal energy (17.3% of businesses). The share of sustainable energy amounts to 2.4%. The CO2 emission from direct use of fossil fuels has decreased with 8.1% compared to 2008. [Dutch] Voor de Energiemonitor 2009 zijn 1375 bloembollenbedrijven aangeschreven. De response was 57%. T.o.v. 2008 is het energieverbruik per hectare in 2009 met 1,5% afgenomen. Het energieverbruik per 1000 stuks broeibollen is met 9,1% afgenomen. Energiebesparende maatregelen werden iets meer toegepast dan in 2008. Opvallend hierbij is dat 78% van de bedrijven de ethyleengestuurde ventilatie als niet van toepassing beoordelen. Aankoop van groene stroom is de meest toegepaste benutting van duurzame energie voor elektra (9,8% van de bedrijven). Het toepassen van windenergie (6 bedrijven) brengt echter 26% meer energie op. Het toepassen van warme kaslucht voor het drogen is de meest toegepaste benutting van duurzame thermische energie (17,3% van de bedrijven). Het aandeel duurzame energie komt op 2,4%. De CO2-uitstoot door het directe verbruik van fossiele brandstoffen is t.o.v. 2008 met 8,1% afgenomen.

  7. Risicogrenzen voor MTBE (Methyl tertiair-Butyl Ether) in bodem, sediment, grondwater, oppervlaktewater en voor drinkwaterbereiding

    NARCIS (Netherlands)

    Swartjes FA; Baars AJ; Fleuren RHLJ; Otte PF; LER

    2004-01-01

    Recentelijk is politieke commotie ontstaan ten gevolge van de mogelijke schadelijke gezondheidseffecten van Methyl tertiair-Butyl Ether (MTBE). Dit was reden voor het ministerie van VROM om het RIVM te verzoeken risicogrenzen voor MTBE in bodem, sediment, grondwater, oppervlaktewater, drinkwater en

  8. Clean energy from a reliable source. Feasibility study on the use of geothermal heat from mine water for the city park Oranje Nassau and Heerlerheide Centre, Netherlands; Schone energie uit vertrouwde bron. Onderzoek naar de haalbaarheid van het benutten van aardwarmte uit het mijnwater voor het Stadspark Oranje Nassau en Heerlerheide Centrum

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Gommans, L.J.J.H.M. [Milieukundig Onderzoeks- en Ontwerp Buro BOOM, Maastricht (Netherlands); Kempen, G.W.P.J. [ARPAS Energy Contracting, Sittard (Netherlands); Van Tongeren, P.C.H. [Vlaamse Instelling voor Technologisch Onderzoek VITO, Mol (Belgium)

    2003-03-26

    The aim of the study on the title subject is to gain insight into the feasibility to use water from mines as a source for renewable energy and/or energy storage in an overall energy plan for the city Heerlen in the Netherlands. [Dutch] Het doel van de voorliggende studie is om inzicht te geven in de haalbaarheid om (aard)warmte middels het gebruik van mijnwater in te zetten als bron van duurzame energie en/of energieopslag binnen het plan 'centrum noord' voor Heerlen. Er wordt van uitgegaan dat er door de voormalige mijnbouwactiviteiten ondergronds een relatief grillig, door mensen gevormd kunstmatig reservoir is ontstaan, dat gevuld is met relatief warm water. Voor een goed inzicht in het type reservoir (opbouw) en het - vermoedelijke - reservoirgedrag, wordt in deze studie een analyse gegeven van de belangrijkste onderdelen van het reservoir, alsmede van die factoren die het reservoirgedrag (mede) sterk (kunnen) beinvloeden. Zaken als verwachte porositeiten, permeabiliteiten en reservoirvolume komen hierbij aan de orde. Eveneens wordt de gevonden informatie over watertemperatuur, chemische samenstelling, e.d, behandeld. Een beperkt deel van de voormalige mijninfrastructuur is gedigitaliseerd en de digitale gegevens zijn ondergebracht in een Geografisch Informatie Systeem (GIS). Tevens zijn in de rapportage enkele conceptuele mogelijkheden voor warmtewinning en/of opslag m.b.t. de lokale ondergrond aangegeven en worden bij een aantal aspecten de mogelijke risico's aangegeven.

  9. Inventarisatie van biomassa in Flevoland : een inventarisatie van potentieel beschikbare biomassa in Flevoland, met name niet vastgelegde stromen

    NARCIS (Netherlands)

    Voort, van der M.P.J.; Rooij, de M.

    2012-01-01

    In 2008 is door studenten van de Christelijke Agrarische Hogeschool (CAH) te Dronten een inventarisatie uitgevoerd van biomassa in Flevoland. Dit rapport geeft een goede eerste indruk van de beschikbare stromen. Het probleem is echter dat de stromen, waar we met het project Biomassabank Flevoland

  10. Fósforo da biomassa microbiana em solos sob diferentes sistemas de manejo

    Directory of Open Access Journals (Sweden)

    D. S. Rheinheimer

    2000-09-01

    Full Text Available A biomassa microbiana assume papel importante na reciclagem do fósforo em solos tropicais e subtropicais. Este trabalho teve por objetivo quantificar o teor de fósforo armazenado na biomassa microbiana em solos submetidos a diferentes métodos de preparo e sucessões de culturas. Para tal, foram utilizados quatro experimentos, instalados em diferentes locais no Rio Grande do Sul a partir de 1979, envolvendo métodos de preparo do solo e sucessões de culturas. Em 1997, coletaram-se amostras de solos nos sistemas plantio direto e cultivo convencional, com várias sucessões de culturas, em três camadas de solo. O fósforo acumulado na biomassa microbiana foi determinado por fumigação-extração. O fósforo na biomassa não diferiu entre os métodos de preparo do solo no Latossolo Vermelho Distroférrico típico, mas foi maior no sistema plantio direto em comparação ao cultivo convencional no Latossolo Vermelho Distrófico típico e Argissolo Vermelho Distrófico típico. O cultivo de diferentes plantas anuais não afetou os teores de fósforo microbiano. O fluxo anual de P através da biomassa microbiana variou de 8 a 22 mg dm-3 ano-1 e, no Argissolo Vermelho Distrófico típico, foi maior no sistema plantio direto do que no cultivo convencional.

  11. Subsidies and sustainable development. Concepts, methodology and state of the art in literature; Subsidies en duurzame ontwikkeling. Concepten, methodologie en stand van zaken van de literatuur

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Bachus, K. [Onderzoeksinstituut voor Arbeid en Samenleving HIVA, KU Leuven, Leuven (Belgium)

    2012-04-15

    This paper is the 1st research paper as part of the Centre for Sustainable Development project on the theme 'subsidies and sustainable development'. It gives a conceptual and methodological framework on the relation between subsidies and sustainable development. In the 2nd paper attention is given to an application of the methodology to map subsidies for two Flemish subsidies: (1) the Flemish Renovation Incentive and Surcharge Rights in the Flemish agricultural sector [Dutch] Dit paper is het 1e onderzoekspaper in het kader van het Steunpunt Duurzame Ontwikkeling over het thema 'subsidies en duurzame ontwikkeling'. Het geeft een conceptueel en methodologisch kader over het verband tussen subsidies en duurzame ontwikkeling. In het 1e paper werden de concepten en de methoden besproken. De methode werd toegepast op twee Vlaamse subsidies, namelijk de Vlaamse Renovatiepremie en de Toeslagrechten in de Vlaamse landbouw.

  12. Biomassa sustentável de juvenis de pirarucu em tanques-rede de pequeno volume

    Directory of Open Access Journals (Sweden)

    Cavero Bruno Adan Sagratzki

    2003-01-01

    Full Text Available O objetivo deste trabalho foi estimar a biomassa sustentável de juvenis de pirarucu Arapaima gigas (Cuvier, 1829 mantidos em tanquesrede de pequeno volume. Durante 200 dias os peixes foram estocados em quatro tanques-rede de 1 m³, cada um com biomassa inicial total de 0,84±0,14 kg (21 peixes/tanque-rede. Os tanquesrede foram colocados em um viveiro de 50 m² com renovação constante de água. Os índices do fator de condição, da conversão alimentar, do crescimento específico e do ganho de biomassa revelaram que a biomassa sustentável de juvenis de pirarucu para a criação intensiva em tanques-rede de 1 m³ foi de aproximadamente 29 kg. O comprimento alcançado pelo peixe, no espaço reduzido do tanque-rede, é um fator limitante para manter bons índices zootécnicos.

  13. Naar nieuwe verdienmodellen voor vlees

    NARCIS (Netherlands)

    Poppe, K.J.

    2014-01-01

    De vraag is hoe vlees in de keten op een andere manier tot waarde kan worden gebracht en zodanig dat dit lonend is voor de partijen in de keten. Het project ‘Verdienmodellen’ richt zich op het ontwikkelen en beoordelen van alternatieve businessmodellen met een ander ‘waarde(n)perspectief’ voor de

  14. With tactful policy towards sustainable mobility; Met beleid naar duurzame mobiliteit

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Wagter, H. [Platform Duurzame Mobiliteit, Ministerie van Verkeer en Waterstaat VenW, Den Haag (Netherlands); Weterings, R. [TNO, Delft (Netherlands)

    2009-11-12

    This report offers a view on policy measures that may be needed to realize the CO2 reduction targets for traffic and transport in 2020 and beyond. It provides a summary of the results of a dialogue supervised by TNO between key persons from trade and industry, the government, social organizations and knowledge institutes. Four thematic work sessions were dedicated to identifying the measures that hold the largest reduction potential, an exploration was done to find out how the measures can realize maximum impact and what is needed for these measures to realize maximum impact. The result will be used as input for the evaluation of 'Clean and Efficient' and for further policy development. [Dutch] Het voorliggende rapport biedt zicht op de beleidsmaatregelen die mogelijk nodig zijn om de CO2-reductiedoelen voor verkeer en vervoer in 2020 en verder te behalen. Het vormt een samenvatting van de resultaten van een door TNO begeleidde dialoog tussen sleutelpersonen uit bedrijfsleven, overheid, maatschappelijke organisaties en kennisinstellingen. In vier thematische werksessies zijn de maatregelen met het grootste reductiepotentieel geidentificeerd, is verkend hoe de haalbaarheid gemaximaliseerd kan worden en wat er voor nodig is om met deze maatregelen maximale impact te realiseren. Het resultaat vormt input voor de evaluatie van 'Schoon en Zuinig' en voor verdere beleidsontwikkeling.

  15. Naar een gereedschapskist voor constructieve ethiek

    NARCIS (Netherlands)

    Beekman, V.; Weele, van der C.N.

    2004-01-01

    Tot voor kort werd er, ondanks de activiteiten van vele ethische commissies, nauwelijks methodologisch nagedacht over de inbreng van ethici in kwesties rond landbouw en voedselproductie. Het begin 2001 opgerichte Centrum voor Methodische Ethiek & Technology Assessment (META) beschouwt dit als

  16. Alternatieve instrumenten voor het EU-landbouwbeleid?

    NARCIS (Netherlands)

    Silvis, H.J.; Rijswick, van C.W.J.; Bont, de C.J.A.M.

    2001-01-01

    Het EU-landbouwbeleid staat met de parallel lopende onderhandelingen over de uitbreiding en een nieuw WTO-akkoord voor verdere hervormingen. Dit rapport behandelt de vraag of er voor de instrumenten van dit beleid alternatieven kunnen worden aangereikt. Daarbij wordt de aandacht gericht op

  17. BENEFÍCIOS DA BIOMASSA DE BANANA VERDE Á SAÚDE HUMANA

    Directory of Open Access Journals (Sweden)

    Vânia Thais Silva Gomes

    2017-03-01

    Full Text Available Este estudo tem por objetivo contextualizar os benefícios da biomassa de banana verde na saúde humana. A pergunta norteadora para a construção desta revisão integrativa foi: qual os benefícios da biomassa de banana verde para a saúde humana? Para a seleção dos estudos, utilizou-se as seguintes bases de dados eletrônicas: SCIELO (Scientific Eletronic Library Online, IBECS (Indice Bibliográfico Español de Ciencias de la Salud, LILACS (Literatura LatinoAmericana e do Caribe em Ciências da Saúde e MEDLINE (Medical Literature Analysis and Retrieval System Online. Concluiu-se que a biomassa da banana verde apresenta uma boa quantidade de nutrientes, vitaminas, fibras, o preparo é rápido e fácil, e o custo é acessível. É considerado um alimento funcional, pois apresenta prebióticos, amido resistente em sua composição, portanto considerada uma ótima fonte de nutrientes.

  18. Strategic stock management task for building corporations. Energy as part of the house quality; Strategisch voorraadbeheer taak woningcorporaties. Energie als onderdeel van de woonkwaliteit

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Burdorf, E. [DWA installatie en energieadvies, Bodegraven (Netherlands)

    2006-03-15

    From a strategic stock management perspective building corporations should have a vision on what is important for future target groups: young or old, families or singles, income, etc. Those aspects have a great impact on the level of facilities and provisions in houses and the possibility to adjust houses by applying domotics, comfort cooling, care facilities, the use of renewable energy systems. [Dutch] Vanuit het strategisch voorraadbeheer van woningcorporaties is een visie op de toekomstige doelgroepen van belang. Vindt er een verschuiving plaats van jong naar oud? Gezinnen of juist alleenstaanden? Welke inkomensgroepen worden bediend? Dergelijke vragen hebben grote invloed op het voorzieningenniveau in de woningen. Flexibiliteit inbouwen door woningen gemakkelijk aanpasbaar te maken voor domotica, comfortkoeling, zorgfuncties, en met oog voor de opties voor duurzame energie. Want met de huidige stijgende energieprijzen kunnen de energielasten stijgen tot 40 procent van de woonkosten. Dat vraagt aandacht voor de post energie.

  19. Jongerenwerk als werkplaats voor professionalisering

    Directory of Open Access Journals (Sweden)

    Judith Metz

    2012-03-01

    met wetenschappelijke experimentele kennis als norm, is dat zij niet altijd goed aansluiten bij de complexiteit en flexibiliteit van de uitvoeringspraktijk. Vraag is: wat dan wel? In Amsterdam richten opleidingen en werkveld in 2008 Youth Spot op, het onderzoek- en praktijkcentrum voor jongerenwerk, met als doel om gezamenlijk te werken aan de profilering, professionalisering en praktijkontwikkeling van het jongerenwerk. Dit artikel belicht de aanleiding voor het ontstaan van Youth Spot, de structuur van de samenwerking, de ervaringen met de wijze van samen werken en de meerwaarde voor de professionalisering van het grootstedelijk jongerenwerk. Daarmee biedt dit artikel enerzijds een kijkje in de keuken van het (grootstedelijke jongerenwerk en anderzijds biedt zij inzicht in ervaringen met alternatieve professionalisering strategieën.

  20. Zwangerschapsgym voor koeien : stimuleren van lichaamsbeweging in de droogstand zorgt voor een betere start van de lactatie

    NARCIS (Netherlands)

    Goselink, R.M.A.; Gosselink, J.M.J.; Ouweltjes, W.

    2010-01-01

    Is zwangerschapsgym goed voor koeien? Wageningen UR Livestock Research liet droge koeien rondstappen in een tredmolen om die vraag te beantwoorden. Uit de eerste resultaten van het onderzoek blijkt dat extra beweging in de droogstand zorgt voor actievere en gezondere verse koeien.

  1. Meetstrategie bij kernongevallen voor Steuncentrum RIVM

    NARCIS (Netherlands)

    Pruppers MJM; Smetsers RCGM; LSO

    1994-01-01

    Het ongeval met de kerncentrale van Tsjernobyl in april 1986 en de gevolgen daarvan waren aanleiding voor de Nederlandse overheid om de voorzieningen voor de kernongevallen-bestrijding in Nederland te evalueren en te verbeteren. De resultaten van de evaluatie zijn verwerkt in het Nationaal Plan

  2. Unilateral Measures addressing Non-Trade Concerns. A Study on WTO Consistency, Relevance of other International Agreements, Economic Effectiveness and Impact on Developing Countries of Measures concerning Non-Product-Related Processes and Production Methods

    International Nuclear Information System (INIS)

    Van den Bossche, P.; Schrijver, N.; Faber, G.

    2007-01-01

    Over the last two years, the debate in the Netherlands on trade measures addressing non-trade concerns has focused on two important and politically sensitive issues, namely: (1) the sustainability of the large-scale production of biomass as an alternative source of energy; and (2) the production of livestock products in a manner that is consistent with animal welfare requirements. In February 2007 a report was issued on the 'Toetsingskader voor Duurzame Biomassa', the so-called Cramer Report. This report discusses the risks associated with large-scale biomass production and establishes a list of criteria for the sustainable production of biomass. These criteria reflect a broad range of non-trade concerns, including environmental protection, global warming, food security, biodiversity, economic prosperity and social welfare. The report recognizes that the implementation of the criteria (including the establishment of a certification system) will require careful consideration of the obligations of the Netherlands under EU and WTO law. Governments called upon to address non-trade concerns may do so by using different types of measures. Prominent among these are measures concerning processes and production methods of products. In the present study, these issues are examined primarily with regard to existing, proposed or still purely hypothetical measures for implementing the Cramer criteria for the sustainable production of biomass. Several other, non-energy-related issues are discussed in this report

  3. Campagne begonnen: Samen sterk voor preventie

    NARCIS (Netherlands)

    Crone, A.

    2012-01-01

    De Europese campagne 'Samen sterk voor preventie', een initiatief van het Europees Agentschap voor veiligheid en gezondheid op het werk (EU-OSHA) in Bilbao, wordt in Nederland gecoördineerd door TNO/NL - Focal Point. Werkgevers- en werknemersorganisaties en de overheid werken hierin samen aan het

  4. Onderstam M.8 als alternatief voor M.9 : vraag naar minder gevoelige onderstam voor bacterievuur neemt toe

    NARCIS (Netherlands)

    Steeg, van der P.A.H.; Maas, F.M.

    2012-01-01

    Bacterievuur is in toenemende mate een bedreiging voor de appelteelt in Europa. Nederlandse boomkwekers produceren veel onderstammen en bomen bestemd voor export naar vrijwel alle landen in Europa. Door het toenemende handelsverkeer van plantmateriaal in de EU neemt de kans op verspreiding van en

  5. Six Sigma: blauwdruk voor de kenniseconomie.

    NARCIS (Netherlands)

    Does, R.J.M.M.; de Mast, J.

    2005-01-01

    Abstract Six Sigma is zo langzamerhand een niet weg te denken programma voor kwaliteits- en efficiencyverbeteringen. Het heeft met name voor enorme successen gezorgd in productiebedrijven. Six Sigma ligt ook onder vuur: het zou een trend zijn die voorbij gaat. De auteurs van dit artikel zijn het van

  6. E-Box. A residential gateway for cost saving and sustainability. Integration of Internet and ICT-networks for energy conservation services. Architecture and interface description of energy- and cost saving potential; E-Box. Een 'residential gateway' voor kostenbesparing en duurzaamheid. Integratie Internet en ICT-netwerken voor energiebesparingsdiensten. Architectuur en interface beschrijving Energie- en kostenbesparingspotentieel

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Kamphuis, I.G. [ECN Duurzame Energie in de Gebouwde Omgeving DEGO, Petten (Netherlands)

    2003-01-01

    blijkt het optimaal koppelen van een datacommunicatie infrastructuur in de woning voor het uitwisselen van boodschappen tussen energie gebruikende systemen, naast een 'first-mile'-connectie met de buitenwereld voor het aanleveren van stuurinformatie, via bijvoorbeeld Internet, een essentiele randvoorwaarde. Uitgaande van de vereistenspecificatie wordt een mogelijke hardware en software architectuur besproken. Een intelligente 'gateway', de E-box, een intermediair, die de externe koppeling van het apparatennetwerk verzorgt, en tevens de sturing van apparaten via het netwerk in de woning op zich neemt, vervult in deze architectuur een sleutelrol. Aan de E-box kan ook een rol worden toegekend voor het meten en actief feedback geven over verbruiken, als aanvulling op of als vervanger voor de stroom- en/of gasmeter in een intelligente meterkast. De E-Box architectuur is in een werkend simulatie programma geimplementeerd. Tevens zijn de tijdsafhankelijke energiekarakteristieken (vraag, aanbod, co-generatie) van systemen in woningen gekarakteriseerd. Aan de hand daarvan is een aantal veelbelovende mogelijkheden van bedrijf van de E-box in kaart gebracht voor bedrijfsscenario's in de zomer- en de wintersituatie. In deze scenario's wordt voor verschuifbare vraag (elektriciteit, warmte) het aanbod van locale duurzame bronnen maximaal gebruikt. Er zijn tevens scenario varianten berekend, waarin de effecten van meer real-time energieprijzen dan de nu gebruikelijke vaste of hoog/laag tarieven, zijn meegenomen. Afhankelijk van de mate waarin de energieprijzen meer op deze marktontwikkelingen zijn afgebeeld, blijkt de kostenbesparing tot ongeveer 15% te kunnen oplopen. Worden ook mogelijkheden voor buffering van elektriciteit of tariefscenario's meegenomen op dagen, waarop de APX grote schommelingen vertoonde, dan is een kostenbesparing met nog eens een dergelijk percentage haalbaar. Tot slot komt het businessmodel en eventuele vermarkting van een E

  7. Domotics in existing houses for elderly people. Evaluation of the project Lidwinahof. People, Planet, Profit; Domotica in bestaande seniorenwoningen. Evaluatie project Lidwinahof. People, Planet, Profit

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Schouw, J.; Corpeleijn, M.; Poiesz, E. [CEA, Rotterdam (Netherlands)

    2003-08-01

    Domotics is applied in 49 houses for elderly people of the building complex Lidwinahof in Best, Netherlands. The domotics application concerns the functions safety (burglary, control of access, fire), care (emergency call, measurement of activity) and comfort (lighting). Among all residents an evaluation has been carried out from the perspective of sustainable development. A precondition for sustainable development is a balance between social, ecological and economical benefits (People, Planet and Profit). Results before and after the application of domotics are compared. [Dutch] De afgelopen jaren hebben diverse woningcorporaties een pilot-project met domotica uitgevoerd, met name met toepassingen op het gebied van wonen en zorg. Domein (woningcorporatie in Eindhoven, Best en Son en Breugel) was in het voorjaar van 2002 de eerste woningcorporatie die domotica heeft toegepast in de bestaande bouw (49 seniorenwoningen van het complex Lidwinahof in Best). Het systeem bevatte de functies veiligheid (inbraak, toegangscontrole, brand), zorg (noodoproep, activiteitsmeting) en comfort (verlichting). Onder alle bewoners is een evaluatie uitgevoerd vanuit het perspectief van duurzame ontwikkeling. Voorwaarde voor duurzame ontwikkeling is een balans tussen sociale, ecologische en economische opbrengsten (People, Planet en Profit). De resultaten op deze drie gebieden voor en na toepassing van domotica zijn vergeleken.

  8. Final report of the NIDO-programme 'Growing old in your own home'; Eindrapportage NIDO-programma 'In eigen omgeving oud worden'

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Kester, J.; Bakker, E.J. [ECN Duurzame Energie in de Gebouwde Omgeving DEGO, Petten (Netherlands)

    2005-01-01

    The aim of the title programme (EOW, abbreviated in Dutch) of the National Initiative Sustainable Development (NIDO, abbreviated in Dutch) was to initiate and stimulate the development of sustainable houses for elderly people with more comfort and safety and low use of energy and materials, focusing on information and communication technology applications, also know as domotics. In this report an overview is given of the EOW programme, its contents and results. [Dutch] Met het programma 'In Eigen Omgeving Oud Worden' (EOW) heeft NIDO (Nationaal Initiatief Duurzame Ontwikkeling) zich gericht op het wonen en de zorg voor ouderen. Doelstelling van het programma is om een impuls te geven aan de ontwikkeling van duurzame woningen voor ouderen, met meer comfort en veiligheid en een zo laag mogelijk energie- en materiaalgebruik. Hierbij wordt gefocust op de rol die ICT-toepassingen in en om de woning en bijbehorende diensten - ook wel 'domotica' genoemd - kunnen spelen. Het gaat om extra voorzieningen in woningen op het gebied van veiligheid, comfort en zorg. Duurzaam domotica toepassen betekent vraaggericht aanbieden, diensten combineren, veiligheid optimaliseren en extra energiegebruik in woningen beperken. Dit rapport beschrijft de opzet, de inhoud en de resultaten van dit programma.

  9. Biotechnologie bedreiging voor mens en natuur? Editorial.

    NARCIS (Netherlands)

    Asseldonk, van J.S.O.

    1988-01-01

    Bundeling van artikelen met aandacht voor het belang van biotechnologische projecten aan de Landbouwuniversiteit; gentransplantatie in de plantenveredeling en moleculaire veredeling; biotechnologisch onderzoek in de praktijk; voorwaarden bij biotechnologie in de veehouderij; de mogelijkheden voor

  10. Muhammad Ali: parel voor de sport en de mensheid

    NARCIS (Netherlands)

    Jan de Leeuw

    2016-01-01

    Begin juni 2016 overleed Muhammad Ali, volgens velen de grootste sportman allertijden. De betekenis van Ali voor de sport is groot geweest. Maar zijn betekenis voor de mensheid is nog groter. Ali stond voor de idealen van gelijkheid, rechtvaardigheid, vrijheid en vrede. Hij staat op een lijn met

  11. Ecotopenkaart voor het Eems-Dollard estuarium

    NARCIS (Netherlands)

    Ysebaert, T.; Wal, van der J.T.; Tangelder, M.; Groot, de A.V.; Baptist, M.J.

    2016-01-01

    Dit rapport geeft een eerste aanzet tot het maken van een actuele ecotopenkaart voor het Eems-Dollard estuarium (NL en D deel, excl. Unterems) volgens de ZES.1 methodiek. Dit is één van de instrumenten die kan worden gebruikt voor het evalueren van mogelijke maatregelen in het MIRT-onderzoek en de

  12. Sustainable energy with thermochemical storage; Duurzame energie met thermochemische opslag

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Bakker, M. [ECN Efficiency and Infrastructure, Petten (Netherlands)

    2010-03-15

    The Energy research Centre of the Netherlands ECN) foresees an important role for heat in sustainable construction of buildings. Using salt hydrates the surplus of heat can be stored in the summer which then can be used in the winter. By means of thermochemical storage natural gas for heating tap water or houses is no longer necessary. [Dutch] Energieonderzoek Centrum Nederland (ECN) ziet voor warmteopslag een belangrijke rol weggelegd in het duurzaam bouwen. Met behulp van zouthydraten kan de overtollige warmte in de zomer opgeslagen worden om deze in de winter weer vrij te maken. Met deze thermochemische opslag is in de nabije toekomst aardgas overbodig voor de verwarming van kraanwater of woonhuis.

  13. Towards a broader weighing and regulating framework for investments in interconnectors. The societal cost benefit analysis; Naar een breder afwegings- en reguleringskader voor investeringen in interconnectoren. De Maatschappelijke Kosten-Baten Analyse (MKBA)

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Sijm, J.P.M.; Welle, A.J. van der [ECN Policy Studies, Petten (Netherlands); Tieben, B.; Hof, B.; Kocsis, V. [SEO Economisch Onderzoek, Amsterdam (Netherlands)

    2013-04-15

    Interconnectors that link national grids are important for further integration of the European electricity grid. Against this background, the main question of this study is as follows: What does a broadened assessment and regulatory framework for investments in interconnectors look like which secures optimal contribution of these investments to the social welfare of the involved countries? To answer this question, the broadened assessment framework is developed first, i.e. the Social Cost-Benefit Analysis (SCBA). Next, the implications for the regulatory framework are analysed with regard to the following three aspects: (1) cost allocation, (2) network planning, and (3) efficiency versus investment incentives. Finally, a case study is conducted of a 'fictitious but realistic' investment project in interconnection to illustrate how certain social effects from the developed SCBA framework can be practically and concretely established [Dutch] Interconnectoren voor de verbinding tussen nationale netwerken zijn belangrijk voor de verdere integratie van het Europese elektriciteitsnetwerk. In het huidige afwegingskader worden investeringsbeslissingen ten aanzien van interconnectoren in Nederland genomen door de nationale netwerkbeheerder, TenneT, na goedkeuring door het Ministerie van Economische Zaken (EZ), gebaseerd op een advies van de Nederlandse Mededingingsautoriteit (NMa). Binnen dit kader baseert TenneT zijn investeringsbeslissingen in het bijzonder op de kosten en handelseffecten van de interconnector. Een belangrijke beperking van dit kader is dat er relatief weinig aandacht wordt besteed aan andere overwegingen en (externe) effecten, zowel positief als negatief, zoals de effecten op meer marktintegratie en concurrentie, de voorzienings- en leveringszekerheid van elektriciteit, de inpassing van duurzame elektriciteit in het net, milieueffecten, de effecten op netwerkcongestie en op investeringen in nieuwe productiecapaciteit. De vraag is nu hoe zowel

  14. Effective policy for sustainable behavior. A thematic comparison [in the Netherlands]; Effectief beleid voor duurzaam gedrag. Een thematische vergelijking [in Nederland

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Brunsting, S.; Uyterlinde, M.; Tigchelaar, C.; Pol, M. [ECN Beleidsstudies, Petten (Netherlands); Breukers, S.; Mourik, R.; Backhaus, J.; Mathijsen, T. [DuneWorks, Eindhoven (Netherlands)

    2013-07-15

    behavioural change diffuse through society and support this process with consistent programmes and policies. In the wider context, programs and interventions would benefit from a more integrated policy approach to sustainable behaviours across domains. Furthermore, particularly at times when the government is withdrawing and investments in sustainable behavioural programmes are decreasing, it is vital to allow local governments, intermediary parties, stakeholders and end users as much freedom as possible to link and cooperate as they see fit. Finally, to foster the growth of such local initiatives, there is a need for platforms to facilitate the exchange of knowledge and expertise and to connect initiatives at different levels [Dutch] Als achtergrondstudie voor het advies Duurzame gedragspatronen zijn twee onderzoeken uitgevoerd naar effectief beleid voor duurzaam gedrag (1) in Nederland en (2) internationaal. De twee rapporten beschrijven een aantal beleidscases die vanuit gedragskundig perspectief geanalyseerd zijn. De bestudeerde thema's en de te analyseren beleidscases: Huishoudelijk energiegebruik: Blok voor blok/ Meer met Minder en energielabels voor woningen en huishoudelijke apparaten; Voedselconsumptie: smaaklessen en stadslandbouw; Persoonlijke mobiliteit: het nieuwe rijden en mobiliteitsmanagement (spitsmijden Noord-Brabant); Huishoudelijk afval: Plastic Heros en Diftar (gedifferentieerde afvaltarieven). Dit rapport is de thematische vergelijking voor Nederland.

  15. Effective policy for sustainable behavior. A thematic comparison [in the Netherlands]; Effectief beleid voor duurzaam gedrag. Een thematische vergelijking [in Nederland

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Brunsting, S.; Uyterlinde, M.; Tigchelaar, C.; Pol, M. [ECN Beleidsstudies, Petten (Netherlands); Breukers, S.; Mourik, R.; Backhaus, J.; Mathijsen, T. [DuneWorks, Eindhoven (Netherlands)

    2013-07-15

    behaviour; (e) allow for sufficient time to let behavioural change diffuse through society and support this process with consistent programmes and policies. In the wider context, programs and interventions would benefit from a more integrated policy approach to sustainable behaviours across domains. Furthermore, particularly at times when the government is withdrawing and investments in sustainable behavioural programmes are decreasing, it is vital to allow local governments, intermediary parties, stakeholders and end users as much freedom as possible to link and cooperate as they see fit. Finally, to foster the growth of such local initiatives, there is a need for platforms to facilitate the exchange of knowledge and expertise and to connect initiatives at different levels [Dutch] Als achtergrondstudie voor het advies Duurzame gedragspatronen zijn twee onderzoeken uitgevoerd naar effectief beleid voor duurzaam gedrag (1) in Nederland en (2) internationaal. De twee rapporten beschrijven een aantal beleidscases die vanuit gedragskundig perspectief geanalyseerd zijn. De bestudeerde thema's en de te analyseren beleidscases: Huishoudelijk energiegebruik: Blok voor blok/ Meer met Minder en energielabels voor woningen en huishoudelijke apparaten; Voedselconsumptie: smaaklessen en stadslandbouw; Persoonlijke mobiliteit: het nieuwe rijden en mobiliteitsmanagement (spitsmijden Noord-Brabant); Huishoudelijk afval: Plastic Heros en Diftar (gedifferentieerde afvaltarieven). Dit rapport is de thematische vergelijking voor Nederland.

  16. Plastic zonder olie : lesmodule voor nieuwe scheikunde

    NARCIS (Netherlands)

    Langejan, B.; Klein Douwel, C.; Horst, ter J.J.; Tijdink, K.; Marle, van N.; Klaasen, P.; Coolen, R.; Assenbergh, van P.; Sijbers, J.P.J.; Mast, A.

    2013-01-01

    Lesmodule voor nieuwe scheikunde voor leerlingen uit 5 en 6 vwo. Bioplastics worden gemaakt uit natuurlijke grondstoffen. Als ze de synthetische plastics vervangen kan de voorraad aardolie ontzien worden. Omdat veel bioplastics afbreekbaar zijn, kan ook de berg plastic afval krimpen. Maar zijn

  17. 'Spelen' met scherm nodig voor gewenst klimaat

    NARCIS (Netherlands)

    Dieleman, J.A.; Esmeijer, M.H.; Kempkes, F.L.K.; Reijnders, C.E.; Ruijs, M.N.A.

    2006-01-01

    Schermen heeft directe invloed op de temperatuur, instraling en luchtvochtigheid in de kas. Dat heeft dus ook gevolgen voor de groei van het gewas. Ook voor het energieverbruik heeft schermen consequentieverlies. Wanneer moet het scherm dicht en wat is het effect van kieren?

  18. TeSLA presentatie voor medewerkers van AMN

    NARCIS (Netherlands)

    Janssen, José

    2017-01-01

    Presentatie over Online toetsen voor medewerkers van AMN (www.amn.nl). Topics: assessment onderzoek Welten-instituut en meer in het bijzonder het TeSLA project waarin instrumenten voor authenticatie en auteurschap verificatie worden gecombineerd om betrouwbaar toetsen op afstand mogelijk te maken.

  19. Produção de biomassa florestal para energia em sistemas agroflorestais

    Directory of Open Access Journals (Sweden)

    Gabriel Browne de Deus Ribeiro

    2017-12-01

    Full Text Available O objetivo dessa revisão foi avaliar o potencial da produção de biomassa florestal com fins energéticos em Sistemas Agroflorestais (SAFs. O uso da madeira e de resíduos florestais para energia tem sido bastante estimulado no Brasil e no mundo nas últimas décadas, em razão de questões ambientais e da sua viabilidade técnica e econômica. No entanto, seu desenvolvimento em SAFs ainda necessita de mais estudos. Foram analisadas as principais características técnicas e econômicas para a produção de madeira para energia em SAFs, destacando espécies arbóreas, qualidade de sítio, características socioeconômicas e práticas agrossilviculturais. Os principais estudos encontrados são oriundos da Europa, Estados Unidos, Ásia e África, enquanto que no Brasil ainda existe escassez de trabalhos nesse tema, embora o país seja grande consumidor de biomassa florestal para energia. Todos os trabalhos encontrados indicaram que existe potencial técnico e econômico para a geração de energia de biomassa em SAFs, tanto para o abastecimento do produtor rural, quanto para a comercialização da madeira com qualidade para uso energético. Contudo, essa relação depende fundamentalmente de: maior estruturação do mercado para biomassa florestal, características socioeconômicas regionais e condições ambientais.

  20. STUDI EKSPERIMEN PEMILIHAN BIOMASSA UNTUK MEMPRODUKSI GAS ASAP CAIR ( LIQUID SMOKE GASES SEBAGAI BAHAN PENGAWET

    Directory of Open Access Journals (Sweden)

    Sugeng Slamet

    2015-04-01

    Full Text Available ABSTRAK Pengertian umum asap cair merupakan suatu hasil destilasi atau pengembunan dari uap hasil pembakaran tidak langsung maupun langsung dari bahan yang banyak mengandung karbon dan senyawa- senyawa lain. Bahan baku yang banyak digunakan untuk membuat asap cair adalah kayu, bongkol kelapa sawit, ampas hasil penggergajian kayu, dan lain-lain. Pembuatan asap cair menggunakan metode pirolisis yaitu peruraian dengan bantuan panas tanpa adanya oksigen atau dengan jumlah oksigen yang terbatas. Biasanya terdapat tiga produk dalam proses pirolisis yakni: gas, pyrolisis oil, dan arang, yang mana proporsinya tergantung dari metode pirolisis, karakteristik biomassa dan parameter reaksi. Metode yang dilakukan diawali dengan melakukan rancang bangun unit pirolisator lengkap dengan perangkat kondensor dengan pipa tembaga tipe spiral untuk memproduksi gas asap cair dari bahan biomassa yang dipilih yaitu tempurung kelapa dan sampah organik. Metode Pirolisis yang merupakan proses reaksi penguraian senyawa-senyawa penyusun kayu keras menjadi beberapa senyawa organik melalui reaksi pembakaran kering pembakaran tanpa oksigen. Reaksi ini berlangsung pada reaktor pirolisator dengan variasi temperatur 150oC, 250oC dan 300oC selama 8 jam pembakaran. Asap hasil pembakaran dikondensasi dengan kondensor yang berupa pipa tembaga melingkar. Hasil dari proses pirolisis diperoleh tiga produk yaitu asap cair, tar, dan arang. Kondensasi dilakukan dengan pipa atau koil melingkar yang dipasang dalam bak pendingin. Air pendingin dapat berasal dari air hujan yang ditampung dalam bak penampungan. Hasil yang diperoleh dari penelitian ini adalah biomassa tempurung kelapa menghasilkan jumlah senyawa fenol lebih besar 30-33%. Hal ini menunjukkan bahwa pada jenis biomassa ini lebih unggul dalam fungsi sebagai antioksidan, karena kaya akan kandungan senyawa fenol, sehingga lebih optimal dalam hal menghambat kerusakan pangan dengan cara mendonorkan hidrogen. Sedangkan biomassa cangkang

  1. Strategisch beheer C2000 : kiezen voor slagkracht

    NARCIS (Netherlands)

    Verdonck, Klooster & Associates (VKA); Het Expertice Centrum (HEC); WODC

    2011-01-01

    De invoering van C2000 heeft ertoe geleid dat er één landelijk systeem wordt gebruikt voor (groeps)communicatie voor en door de hulpdiensten. Daarnaast kent C2000 nog vele andere gebruikers zoals Defensieonderdelen, Douane, Kustwacht etc. C2000 moet in zowel de normale dag/dagelijkse

  2. Ruimte in regels: 10 succesvolle voorbeelden op wet en regelgeving binnen ruimtelijke ordening voor multifunctionele landbouw voor en door gemeenten

    NARCIS (Netherlands)

    Schoorlemmer, H.B.; Waal, van der B.H.C.; Oppedijk van Veen, J.; Migchels, G.; Mul, M.F.

    2007-01-01

    Deze VNG brochure geeft een overzicht van 10 succesvolle voorbeelden op wet en regelgeving binnen ruimtelijke ordening voor multifunctionele landbouw voor en door gemeenten. Van traditionele bestemmingsplannen naar een nieuw, ontwikkelingsgericht beleid. De brochure is samengesteld door PPO

  3. Byproducts for biofuels; Bijproducten voor biobrandstoffen

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Bondt, N.; Meeusen, M.J.G.

    2008-02-15

    This report examines the market for residues from the Dutch food and beverage industry, and the appeal of these residues for the production of bio-ethanol and biodiesel. The firstgeneration technology is readily suited to the conversion of no more than 29% of the 7.5 million tonnes of residues into biofuels. Moreover, when non-technological criteria are also taken into account virtually none of the residues are of interest for conversion into bioethanol, although vegetable and animal fats can be used to produce biodiesel. The economic consequences for sectors such as the animal-feed sector are limited. [Dutch] Dit rapport beschrijft de markt van reststromen uit de Nederlandse voedings- en genotmiddelenindustrie, en de aantrekkelijkheid van deze reststromen voor de productie van bioethanol en biodiesel. De eerstegeneratietechnologie kan slechts 29% van de 7,5 miljoen ton reststromen goed omzetten in biobrandstoffen. Als bovendien rekening wordt gehouden met niet-technische criteria blijken er voor bio-ethanol niet of nauwelijks reststromen interessant te zijn. Voor biodiesel kan wel gebruik worden gemaakt van de plantaardige en dierlijke vetten. De economische gevolgen voor onder meer de diervoedersector zijn beperkt.

  4. Energy efficiency ground-source energy system, Environmental Protection Law, article 'Heat and cold storage, value for money'; Energierendement bodemenergiesysteem, Wet milieubeheer, artikel 'WKO, waar voor je geld'

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Lambregts, E.G.M.; Teunissen, P.O.M.; Beukenhorst, E.

    2013-01-15

    Upscaling of ground-source energy systems can contribute to heat and cold storage systems and thus reduce CO2 emission for the Amsterdam municipality. Based on the results of the project 'Heat and cold storage; Value for money' a proposal was made to the Dutch Ministry of Infrastructure and Environment to include a regulation 'energy efficiency heat and cold storage' in the Environmental Protection Law [Dutch] In het kader van de CO2 doelstelling van Amsterdam om 40% CO2 te reduceren in 2025 t.o.v. van 1990 wordt de verdere opschaling van de techniek bodemenergiesysteem gezien als een techniek die in belangrijke mate kan bijdragen aan de pijler 'transitie duurzame warmte en koude'. Op landelijk en gemeentelijk niveau werd gesignaleerd dat (open) bodemenergiesystemen in de exploitatiefase veelal onvoldoende functioneerden. In dit rapport wordt op basis van de resultaten van het project 'WKO, waar voor je geld' een voorstel aan het Ministerie van I en M gedaan om een voorschrift 'energierendement wko' op te nemen in het Activiteitenbesluit Wet milieubeheer.

  5. Six Sigma als blauwdruk voor de kenniseconomie.

    NARCIS (Netherlands)

    de Mast, J.; Does, R.J.M.M.

    2005-01-01

    Abstract Six Sigma is zo langzamerhand een niet weg te denken programma voor kwaliteits- en efficiencyverbeteringen. Het heeft met name voor enorme successen gezorgd in productiebedrijven. Six Sigma ligt ook onder vuur: het zou een trend zijn die voorbij gaat. De auteurs van dit artikel zijn het van

  6. Sustainable transition by HTU. An outline of the score of the HTU-process for sustainability aspects; Duurzame transitie met HTU. Een verkenning van de score van het HTU-proces op duurzaamheidsaspecten

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Croezen, H.J.; Kampman, B.E.

    2005-04-15

    Insight is given in the sustainable aspects of the HTU-process (hydrothermal upgrading) for the production of biofuels from wet biomass and organic residues. By means of the HTU-process a reduction of 2.5 - 4.5 Mton CO2 emission can be realized in 2020. For the year 2040 a reduction of 15-30 Mton can be expected. [Dutch] Biofuel BV werkt aan de ontwikkeling van het HTU-proces (hydrothermal upgrading), met als doel om in de toekomst een biobrandstof uit natte biomassa te produceren. In het HTU-proces wordt biomassa bij hoger temperatuur en druk omgezet in 'biocrude', waaruit vervolgens een transportbrandstof kan worden geproduceerd. CE heeft, in opdracht van Biofuel, een duurzaamheidsanalyse van dit proces uitgevoerd. Uitgangspunt daarvoor was het gebruik van natte organische reststromen als grondstof. Deze stromen kunnen met het HTU-proces worden verwerkt, terwijl ze in de huidige praktijk van weinig waarde zijn. De berekeningen laten zien dat met deze technologie ca. 2,5 - 4,5 Mton CO2-reductie per jaar kan worden bereikt in 2020, indien de verdere ontwikkeling van het proces en de marktintroductie verloopt zoals Biofuel op dit moment verwacht. In de jaren erna kan de productiecapaciteit vervolgens verder worden uitgebreid, zodat voor 2040 een CO2-reductie van 15-30 Mton per jaar wordt verwacht. Het proces maakt optimalisatie van afvalverwerking en reststoffen verwijdering mogelijk. Bij verwerking van reststromen zullen de ecologische aspecten beperkt zijn. Er vindt geen ruimtebeslag plaats, waardoor ook geen sprake is van invloed op biodiversiteit of van concurrentie met voedselgewassen. Wat betreft de sociaal economische invloeden biedt het HTU-proces in principe het voordeel dat het proces landen zonder eigen olievoorraden in staat stelt om voertuig brandstoffen uit reststromen - tegen relatief lage kosten - te maken.

  7. Green gas. Gas of natural gas quality from biomass. Update of the 2004 study; Groen Gas. Gas van aardgaskwaliteit uit biomassa. Update van de studie uit 2004

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Welink, Jan-Henk; Dumont, M.; Kwant, K. Datum januari 2007

    2007-01-15

    ) het verschaffen van inzicht in de economie van groen gas projecten en in de onrendabele top van de productie van groen gas; (b) inzicht en uitspraak over de meest efficiente inzet van biogas (omzetten in elektriciteit of direct invoer in het gasnet); en (c) randvoorwaarden die de markt nodig heeft om tot ontwikkeling te komen (omvang van de markt en tijdsspanne); (3) het toekomstige potentieel van groen gas. Op basis van de huidige ontwikkelingen van de boven beschreven punten worden de knelpunten aangegeven en adviezen verstrekt over de stimuleringswijze. Op basis van literatuur en gesprekken met leveranciers zijn beschrijvingen gegeven van verschillende systemen die biogas opwerken tot groen gas. Van de in het rapport van 2004 beschreven projecten die momenteel biogas opwerken tot groen gas, zijn de projectleiders geinterviewd. Om inzicht te krijgen in het afzetten van groen gas op het gasnet zijn initiatiefnemers en verschillende EDB's geinterviewd. Met behulp van gegevens die door leveranciers verstrekt zijn, heeft ECN - met dezelfde methode die is gehanteerd bij het bepalen van de MEP-tarieven - enkele cases voor groen gas doorgerekend. De onrendabele topberekeningen zijn verkennend van aard. De berekeningen kunnen op dit moment niet worden gebaseerd op werkelijke projecten, maar zijn afgeleid uit projecten voor de productie van elektriciteit (en warmte). Marktverkenningen zijn uitgevoerd, maar uitgebreide marktconsultaties hebben niet plaatsgevonden. Het betreft een indicatieve exercitie ten behoeve van de beleidsvorming. In deze rapportage wordt in hoofdstuk 2 ingegaan op opwerkingssystemen voor biogas, technische aspecten bij het leveren van groen gas aan het aardgasnet en de bedrijfstechnische ervaringen die initiatiefnemers hebben in Nederland en Europa. In hoofdstuk 3 wordt de productie van groen gas vergeleken met andere duurzame energieopties. ECN heeft met de methodiek die ook voor de onderbouwing van de MEP-tarieven is gehanteerd de onrendabele top

  8. Op het grensvlak van chemie en biotechnologie (interview met Harry Bitter)

    NARCIS (Netherlands)

    Gool, van J.; Bitter, J.H.

    2015-01-01

    Harry Bitter, sinds twee jaar hoogleraar Biobased Chemistry & Technology aan de Wageningen Universiteit, pleit voor meer chemie en katalyse in het onderzoek naar biobased producten. ‘Mijn onderzoeksfocus ligt op hoe je de omzettingen van biomassa naar product zo optimaal mogelijk kunt uitvoeren.

  9. Programme Energy and CO2 and Year Plan 2013; Programma Energie en CO2 en Jaarplan 2013

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Broekharst, P.; Medema, D.; Dijkshoorn, A.

    2012-10-15

    Less energy, less CO2 emissions and use of renewable energy sources,are important aspects in the sustainable development of horticulture, strengthening its competitiveness and image. Carbon neutral production and transport is needed to really be sustainable. The program describes an approach for the period 2013-2016, giving concrete results for the year 2013 [Dutch] Minder energiegebruik, minder CO2 uitstoten en meer hernieuwbare energiebronnen inzetten; dat zijn belangrijke aspecten in een duurzame ontwikkeling van de tuinbouw, het versterken van haar concurrentiekracht en imago. Klimaatneutraal produceren en vervoeren is uiteindelijke nodig om echt duurzaam te zijn. Het programma beschrijft een aanpak voor 2013 t/m 2016, waarbij voor 2013 de gewenste resultaten concreet worden benoemd.

  10. 20 Jaar Interuniversitair Centrum voor Onderwijsonderzoek: een retrospectief

    NARCIS (Netherlands)

    van Merrienboer, J.J.G.; van Merrienboer, Jeroen; Wopereis, Iwan; Bosker, Roel; Creemers, Bert; de Jong, Anthonius J.M.; Scheerens, Jaap; Simons, P. Robert-Jan

    2009-01-01

    Het Interuniversitair Centrum voor Onderwijsonderzoek (ICO) bestaat meer dan 20 jaar. Dit artikel blikt terug op de ontwikkeling van de school en onderzoekt of de doelstellingen bereikt zijn: (1) het bevorderen van de kwaliteit van het wetenschappelijk onderwijs voor promovendi; (2) het bevorderen

  11. Het belang van groot dood beukenhout voor paddestoelen

    NARCIS (Netherlands)

    Veerkamp, M.T.

    2003-01-01

    Derde artikel in een serie van drie over de rol van dood beukenhout voor de biodiversiteit. In Nederlandse beukenbossen op zowel zand- als kleigrond is onderzoek gedaan naar de paddestoelenflora op dode beukenstammen. Belangrijke factoren voor de soortensamenstelling blijken het verteringsstadium en

  12. Leenwoordtheorie voor Italianisten

    NARCIS (Netherlands)

    Boer, M.G. de

    2009-01-01

    SAMENVATTING Dit artikel is een inleiding voor de bestudering van leenwoorden, speciaal tussen Italiaans en Nederlands. Het behandelt de bestandopname, zoekstrategieën en taalkundige en sociale aspecten van de leenwoorden en geeft een aantal woordgeschiedenissen. RIASSUNTO Questo articolo è

  13. Draft of the EU regulation for the infrastructure for alternate fuels. Impact assessment for the Netherlands; Concept EU Richtlijn Uitrol Infrastructuur voor Alternatieve Brandstoffen. Impact Assessment voor NL

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Weeda, M. [ECN Beleidsstudies, Petten (Netherlands)

    2013-08-15

    On 24 January 2013, the European Commission approved a proposal for a directive on the rollout of infrastructure for alternative fuels for transport. The directive mostly covers the charging infrastructure for electric vehicles; CNG, LNG and hydrogen refuelling stations for road traffic, and LNG bunker facilities for shipping. On assignment of the Dutch Ministry of Infrastructure and the Environment, ECN conducted an impact assessment of the proposal for the directive for the Dutch situation. The overall conclusion is that the estimates for the Netherlands in the framework of the directive with regard to the required infrastructure for alternative fuels and the investment amount reasonably concur with the government's objectives and the expectations of market parties. Given all uncertainties about numbers and exact costs, the conclusion is drawn that, until the end of 2020, an amount of about Meuro 400 will be needed for investments in the infrastructure for alternative fuels. However, this covers only a part of the investments related to the directive. To realise the objectives, applications for alternative fuels will need to be stimulated and the financial gap in exploiting infrastructures also needs to be financed. As it is difficult to determine beforehand which costs are involved, it is important to maintain flexibility in objectives for volume and realisation pace of the infrastructure for alternative fuels. In this respect, a result obligation to realise a certain volume of infrastructure before a set date, as envisaged by the directive, is not beneficial [Dutch] Op 24 januari 2013 heeft de Europese Commissie een voorstel voor een richtlijn goedgekeurd betreffende de uitrol van infrastructuur voor alternatieve brandstoffen voor transport. De richtlijn heeft vooral betrekking op oplaadinfrastructuur voor elektrische auto's; CNG, LNG en waterstoftankstations voor wegverkeer, en LNG bunkerfaciliteiten voor de scheepvaart. ECN heeft in opdracht van het

  14. Toekomstvaste fysieke toegangsystemen : Public Key Infrastructure als oplossing voor fysiek toegangbeheer

    NARCIS (Netherlands)

    Kleinhuis, G.; Olk, J.G.E.

    2011-01-01

    Voor fysieke toegangssystemen wordt veelal gebruik gemaakt van toegangspassen met een contactlose chip. Soms zijn deze passen ook nog voorzien van een PKI (Public Key Infrastructure) contactchip voor toegang tot ICT en/of het plaatsen van een digitale handtekening. Ook voor fysieke toegang bied PKI

  15. Caprolactam from renewable resources : catalytic conversion of 5-hydroxymethylfurfural into caprolactone

    NARCIS (Netherlands)

    Teddy, T

    2013-01-01

    In zijn dissertatie beschrijft dhr. Teddy experimentele onderzoek naar de omzetting van 5-hydroxymethylfurfural (HMF) naar caprolactam, de uitgangsstof voor nylon 6. Het HMF kan op zijn beurt weer gemaakt worden uit lignocellulosische biomassa, zoals hout of grasachtig afval, is dan dus een groen

  16. Biomassa voor de energievoorziening van tuinbouwclusters

    NARCIS (Netherlands)

    Zwart, de H.F.; Ruijs, M.N.A.; Visser, H.J.M.

    2016-01-01

    Biomass combustion in combination with a cluster of greenhouses to provide heat, CO2 and electricity can provide a partly solution to the sustainability of the horticultural sector. A biomass gasification plant could also provide valuable biochar, the result of partial combustion of biocarbon. This

  17. Perspectieven voor omgekeerde osmose

    NARCIS (Netherlands)

    Gastel, van J.; Thelosen, J.

    1994-01-01

    Het Praktijkonderzoek Varkenshouderij onderzocht van januari 1992 tot augustus 1993 op het Varkensproefbedrijf te Sterksel de mogelijkheden voor het concentreren van bezonken zeugenmest door middel van omgekeerde osmose

  18. Regenwater opvangen voor het vee loont op Lagekostenbedrijf

    NARCIS (Netherlands)

    Blanken, K.

    2005-01-01

    Het Lagekostenbedrijf in Lelystad heeft ongeveer een jaar een proefopstelling gebruikt om regenwater op te vangen en als drinkwater voor het vee te gebruiken. De kosten voor het aanleggen van de watervoorziening zijn berekend en in een tabel weergegeven, evenals de besparing op de hoeveelheid

  19. Aquatische biomassa, het verwaarden van waterige reststromen op lokaal niveau

    NARCIS (Netherlands)

    Huurman, Sander; Weide, van der R.Y.

    2015-01-01

    Het verwaarden van lokaal geproduceerde waterige reststromen door middel van aquatische biomassa is onderdeel van de PPS Kleinschalige bioraffinage (WP5). In dit deelrapport is een overzicht van een aantal in Nederland aanwezige waterige reststromen weergegeven. Een aantal van deze reststromen is

  20. Transition pathway for climate-neutral mushroom cultivation. The agenda for a climate-neutral and economic effective mushroom cultivation in 2020; Transitiepad klimaatneutrale paddenstoelenteelt. De agenda voor een klimaatneutrale en economisch rendabele paddenstoelenteelt in 2020

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Suurmeijer, J.M. [Grontmij, Amersfoort (Netherlands); Hilkens, J. [AdVisie, Herkenbosch (Netherlands)

    2011-11-15

    To realize the ambition of climate-neutral and economically viable mushroom cultivation in new businesses as of 2020, a vision and a transition pathway need to be developed. The energy saving options discussed in the report 'Onderzoek naar het energiezuinig paddenstoelenbedrijf anno 2010' ('Study of an energy efficient mushroom cultivation business in 2010') serve as starting point. Three transition pathways have been developed. Each transition pathway contributes to a future-proof mushroom cultivation sector, to increasing energy efficiency or to deployment of sustainable energy in the mushroom cultivation sector [Dutch] Voor het realiseren van de ambitie om vanaf 2020 in nieuwe bedrijven klimaatneutraal en economisch rendabel paddenstoelen te kunnen telen, dient een visie en een transitiepad te worden opgesteld. De energiebesparingsopties uit het rapport 'Onderzoek naar het energiezuinig paddenstoelenbedrijf anno 2010' dienen hierbij als uitgangspunt. Er zijn drie transitiepaden ontwikkeld. Elk transitiepad geeft zijn bijdrage aan een toekomstbestendige paddenstoelensector, aan het verhogen van de energie-efficiency of aan de toepassing van duurzame energie in de paddenstoelensector.

  1. Ondernemerschap voor architecten

    NARCIS (Netherlands)

    Van Doorn, A.J.

    2011-01-01

    Voor sommigen is ondernemen een ambitie op zich of een manier om autonoom te kunnen opereren. Anderen zien ondernemen als een alternatieve manier om geld te verdienen. Bij vrije beroepen zoals huisartsen, advocaten en artiesten is het ondernemerschap meestal een noodzakelijk kwaad. Architecten

  2. Randvoorwaarden ontwerp happy games voor ouderen met dementie

    NARCIS (Netherlands)

    Dr. A.L. Cordia

    2014-01-01

    Deze publicatie is in twee fasen tot stand gekomen tijdens het In Touch onderzoek. De eerste fase had als doel de randvoorwaarden te bepalen voor het ontwerpen van drie nieuwe iPad spellen voor ouderen met dementie en betrof een beperkt literatuuronderzoek op gerelateerde onderwerpen, daar

  3. Pemanfaatan Limbah Biomassa Cangkang Kakao Dan Kemiri Sebagai Bahan Bakar Briket (Utilization of Biomass Wastes From Cocoa and Candlenut Shells as Fuel Briquette)

    OpenAIRE

    Saptoadi, Harwin; Syamsiro, Moch; Tambunan, Bisrul Hapis

    2007-01-01

    ABSTRAK  Biomassa adalah sumber energi utama jutaan manusia di dunia, akan tetapi penggunaannya menurun ketika batubara, minyak dan gas tersedia cukup melirnpah. Namun akhir-akhir ini perhatian muncul kembali karena terjadinya krisis energi dan isu-isu lingkungan. Pemanfaatan biomassa untuk menggantikan bahan bakar fosil dapat menurunkan persoalan emisi CO2 global. Penelitian ini bertujuan untuk mengkaji alternatif sumber energi terbarukan dengan pemanfaatan limbah biomassa cangkang kakao...

  4. Kruiden voor kippen?

    NARCIS (Netherlands)

    Asseldonk, van T.; Puls, I.; Animal Sciences Group (ASG),

    2008-01-01

    In de biologische pluimveesector worden regelmatig kruidenmiddelen gebruikt, en ook in de reguliere pluimveehouderij worden steeds meer producten op basis van kruiden toegepast. Wat zijn dat voor middelen en wat kan hiervan worden verwacht? Welk product te kiezen uit het ruime aanbod? In dit

  5. BIOMASSA VERDE DE PLANTAS COMO ADUBO DE COBERTURA EM CULTIVO ORGÂNICO DE REPOLHO

    Directory of Open Access Journals (Sweden)

    Luiz Fernando Favarato

    2017-10-01

    Full Text Available O objetivo deste trabalho foi avaliar o potencial da biomassa de leucena e mamona como adubação de cobertura, sobre o desenvolvimento do repolho e os atributos do solo em sistema orgânico de produção. Foram implantados dois experimentos no ano de 2011, com leucena e mamona, avaliando-se cinco espessuras de biomassa (0, 1, 2, 3 e 4 cm como cobertura no entorno das plantas de repolho, aplicadas aos 15 dias após o plantio. Os resultados comprovaram efeitos significativos destas formas de adubação sobre o desenvolvimento inicial das plantas de repolho e sobre os atributos do solo, comprovando eficiência no fornecimento de nitrogênio para esta cultura. Não foram verificados ajustes significativos para os modelos de regressão sobre os atributos do solo para as diferentes espessuras de aplicação das biomassas, à exceção do teor de potássio, que foi favorecido com o aumento das quantidades aplicadas.

  6. Subsidies and sustainable development. Case studies in the Flemish agricultural and housing policies; Subsidies en duurzame ontwikkeling. Casestudies in het Vlaamse landbouw- en woonbeleid

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Bachus, K. [Onderzoeksinstituut voor Arbeid en Samenleving HIVA, KU Leuven, Leuven (Belgium)

    2012-04-15

    This paper is the 2nd research paper as part of the Centre for Sustainable Development project on the theme 'subsidies and sustainable development'. Attention is given to an application of the methodology to map subsidies. In the 1st paper the concept and method are discussed. The method was used for two Flemish subsidies: (1) the Flemish Renovation Incentive and Surcharge Rights in the Flemish agricultural sector [Dutch] Dit paper is het 2e onderzoekspaper in het kader van het Steunpunt Duurzame Ontwikkeling over het thema 'subsidies en duurzame ontwikkeling'. Aandacht wordt besteed aan een toepassing van de methodologie om subsidies in kaart te brengen. In het 1e paper werden de concepten en de methoden besproken. De methode werd toegepast op twee Vlaamse subsidies, namelijk de Vlaamse Renovatiepremie en de Toeslagrechten in de Vlaamse landbouw.

  7. Keurmerk voor sociaal aannamebeleid. Prestatieladder Socialer Ondernemer ook bruikbaar voor SW

    NARCIS (Netherlands)

    Smit, A.

    2012-01-01

    De Prestatieladder Socialer Ondernemen (PSO) geeft bedrijven die meer dan gemiddeld bijdragen aan werkgelegenheid voor personen met een afstand tot de arbeidsmarkt een erkenning. De PSO is 14 juni gelanceerd door TNO en ontwikkeld in samenwerking met onder andere zeven SW-bedrijven.ln dit artikeì de

  8. Citizen science projecten effectief opzetten en uitvoeren voor ecologische studies in Nederland

    NARCIS (Netherlands)

    Bosch, T.; Fijen, T.P.M.; Laat, de H.H.A.; Nieuwpoort, van D.; Reinders, M.; Scheen, M.; Scheepens, S.; Alebeek, van F.A.N.

    2014-01-01

    Citizen science (CS) is een term die wordt gebruikt voor het inzetten van burgers voor het verzamelen, en soms zelfs verwerken, van gegevens voor wetenschappelijk onderzoek. Over het algemeen hebben ecologische studies namelijk veel gegevens nodig die gedurende een lange tjd zijn verzameld en

  9. Plastic zonder olie : lesmodule voor nieuwe scheikunde

    OpenAIRE

    Langejan, B.; Klein Douwel, C.; Horst, ter, J.J.; Tijdink, K.; Marle, van, N.; Klaasen, P.; Coolen, R.; Assenbergh, van, P.; Sijbers, J.P.J.; Mast, A.

    2013-01-01

    Lesmodule voor nieuwe scheikunde voor leerlingen uit 5 en 6 vwo. Bioplastics worden gemaakt uit natuurlijke grondstoffen. Als ze de synthetische plastics vervangen kan de voorraad aardolie ontzien worden. Omdat veel bioplastics afbreekbaar zijn, kan ook de berg plastic afval krimpen. Maar zijn bioplastics in staat om ons de reguliere plastics te doen vergeten? Hoe maken we bioplastics met dezelfde veelzijdige eigenschappen als plastic? Waar komen de uiteenlopende eigenschappen van plastics ei...

  10. Nieuwe ontwikkelingen in de bouw bieden marktkansen voor boomkwekerij

    NARCIS (Netherlands)

    Hop, M.E.C.M.

    2011-01-01

    Het beplanten van daken en gevels staat in de bouwwereld flink in de belangstelling. De beplanting biedt veel voordelen en diverse gemeenten in Nederland geven er al subsidie voor. Het is dan ook steeds interessanter om gebouwen te begroenen. Dat opent een markt voor kwekers.

  11. Kwaliteit biogas-CO2 voor toepassing in de glastuinbouw

    NARCIS (Netherlands)

    Dijk, van C.J.; Meinen, E.; Dueck, T.A.

    2014-01-01

    Een lijst van specificaties voor vloeibaar CO2 uit biogas moet voorkomen dat fytotoxische componenten vanuit het biogas meekomen met de CO2 stroom en een risico vormen voor de gewassen in glastuinbouw. Op basis van eerder uitgevoerde metingen in afgassen van vergistingsinstallaties is een lijst

  12. Natuur en landschap voor mensen : achtergronddocument bij Natuurbalans 2007

    NARCIS (Netherlands)

    Vreke, J.; Donders, J.L.M.; Elands, B.H.M.; Goossen, C.M.; Langers, F.; Niet, de R.; Vries, de S.

    2007-01-01

    Dit WOT rapport analyseert twee aspecten. 1. ‘Mensen-voor-natuurbeleid’ dat erop is gericht om de houding en het gedrag van mensen ten opzichte van natuur te beïnvloeden, zodanig dat het draagvlak voor natuur en natuurbeleid toeneemt (zoals NME Natuur- en MilieuEducatie); 2.

  13. Active energy interaction. In between transparent facade/roof and environment; Actieve energie-interactie. Tussen transparant gevel/dak en omgeving

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Zeiler, W.; Quanjel, E. [Technische Universiteit Eindhoven, Faculteit Bouwkunde, unit Building Physics and Services, Eindhoven (Netherlands); Timmermans, D.; Van Gerve, M. [Brakel Atmos, Uden (Netherlands)

    2012-03-15

    Optimal use of daylight is possible with glass or other transparent material. During the year solar heat can be utilized. How can you design innovative transparent roof/wall concepts and products which add value to daylight, comfort and energy?. [Dutch] Transparante dakconstructies bij gevelaanbouwen of serres bieden veel voordelen voor daglichttoetreding en passieve zonneverwarming. Deze toepassingen nemen daarom toe bij nieuwbouw en renovatie. Maar vooral in de zomer zijn er problemen met oververhitting. Optimalisatie gedurende het gehele jaar is gewenst. Zo ontstaat de meest comfortabele en energiezuinige situatie. Gebruikers eisen duurzame, energiezuinige en comfortabele woningen en kantoren. Hierdoor zijn de afgelopen decennia gebouwen overmatig geisoleerd, waardoor de gebruiker vervreemd is geraakt van zijn natuurlijke omgeving. Goed bouwen met glas of andere transparante materialen maakt optimale benutting van daglicht mogelijk. Ook kan gedurende grote delen van het jaar de zonnewarmte benut worden. Hoe realiseer je een afgestemde ontwerpmethodiek en afwegingsmodel voor innovatieve transparante dak/gevel-concepten en producten die een meerwaarde hebben voor daglicht, comfort en energiegebruik?.

  14. Emission Trading System in the SER Energy Agreement for Sustainable Growth. Macro-economic calculation by means of WorldScan; ETS in het SER Energieakkoord. Macro-economische doorrekening met WorldScan

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Brink, C. [Planbureau voor de Leefomgeving PBL, Den Haag (Netherlands)

    2013-09-01

    The Dutch National Energy Agreement for Sustainable Growth aims at strengthening the European system for emissions trading by a more strict emission ceiling. Also, the agreement aims at guarantee the competitiveness of global energy intensive businesses by adjusting the allocation method for emission rights. In the calculations for the energy agreement this is reflected in the adjustment of the ETS pricing path. In this memo the calculations with the equilibrium model WordlScan are described and presented [Dutch] Het Nationaal Energieakkoord voor Duurzame Groei zet in op een versterking van het Europees systeem voor emissiehandel (ETS) door aanscherpen van het emissieplafond. Verder wil het akkoord de concurrentiepositie van het mondiaal opererende energie-intensieve bedrijfsleven borgen door aanpassing van de allocatiemethode voor emissierechten. In de doorrekening van het Energieakkoord is deze inzet tot uitdrukking gebracht in een aanpassing van het ETS-prijspad. Deze notitie beschrijft de berekeningen met het algemeen evenwichtsmodel WorldScan waar deze aanpassing van het ETS-prijspad op is gebaseerd.

  15. Influência da ingestão de biomassas de spirulina (Arthrospira sp. sobre o peso corporal e consumo de ração em ratos

    Directory of Open Access Journals (Sweden)

    Araújo Kátia Gomes de Lima

    2003-01-01

    Full Text Available Neste trabalho verificou-se a influência do consumo de biomassas provenientes de três diferentes origens sobre o peso corporal e consumo de ração em ratos Wistar, machos e adultos. Grupos que consumiram 5% ou 10% (p/p da biomassa foram comparados com um controle. A biomassa I não promoveu diferença significativa no consumo de ração ou peso corporal dos três grupos. A biomassa II não causou diferença significativa no peso corporal, mas sim no consumo de ração. A biomassa III não causou diferença significativa no consumo de ração, nem no peso corporal, mas houve tendência de maior ganho de peso para o grupo que consumiu a ração contendo 10% de spirulina. Os resultados obtidos indicam que diferentes biomassas podem apresentar diferentes propriedades, mas não confirmam a alegação de que a spirulina pode levar a diminuição de peso ou de consumo de alimento.

  16. Onderzoek naar leverbot deel 1: Instrument voor bedrijfsanalyse op risicofacturen leverbotbestrijding

    NARCIS (Netherlands)

    Verwer, Cynthia; Verkaik, Jan; Neijenhuis, Francesca

    2017-01-01

    risico’s & kansen Een in Nederland afgekeurde lever met vergrote galgangen met aanwijzingen voor ontsteking. Leverbotbestrijding Instrument voor bedrijfsanalyse op risicofactoren risico’s & kansen

  17. Hebben de COSO-modellen toegevoegde waarde voor de Rijksoverheid?

    NARCIS (Netherlands)

    Droogsma, J.

    2007-01-01

    In dit artikel wordt ingegaan op de toegevoegde waarde van de COSO-modellen voor de interne beheersing bij de Rijksoverheid. De aanleiding voor dit artikel is de rapportage van de Algemene Rekenkamer bij het jaarverslag van het Rijk over 2005. In deze rapportage geeft de Algemene Rekenkamer een

  18. Metriocnemus carmencitabertarum, een nieuwe dansmug voor Nederland (Diptera: Chironomidae)

    NARCIS (Netherlands)

    Kuper, J.T.; Moller Pillot, H.K.M.

    2012-01-01

    In augustus 2011 werd een larve van een dansmug gevonden in een emmer onder een dakgoot in Appingedam. Na uitkweken bleek het te gaan om Metriocnemus carmencitabertarum, een nieuwe soort voor Nederland. In het buitenland komt deze soort voor in met water gevulde natuurlijke kommen in rotsen en

  19. Een punt voor gym!? : beoordelen in de lichamelijke opvoeding

    NARCIS (Netherlands)

    Gertjan van Dokkum; dr. Lars B. Borghouts; drs Menno Slingerland

    2013-01-01

    Het is logisch dat je een cijfer krijgt voor wiskunde, Engels, Nederlands, scheikunde. Maar hoe zit het eigenlijk met het vak Lichamelijke Opvoeding? Leerlingen, ouders, de school, iedereen verwacht een 'punt voor gym' op het rapport. Maar het zal niet gauw voorkomen dat een leerling die op de

  20. Facebook: Goudmijn voor sociologen?

    NARCIS (Netherlands)

    Sipma, T.

    2017-01-01

    Miljoenen gebruikers van sociale media laten hun gegevens achter op het web. Zijn deze gegevens interessant voor sociale wetenschappers? En welke vragen kunnen zij ermee beantwoorden. Promotie: Bart Hofstra (15 december 2017), Online social networks: Essays on membership, privacy, and structure.

  1. Switching slips. Building blocks for a robust environmental policy for the 21st century; Wissels omzetten. Bouwstenen voor een robuust milieubeleid voor de 21e eeuw

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Hoogervorst, N.; Hajer, M.; Dietz, F.; Timmerhuis, J.; Kruitwagen, S.

    2013-06-15

    With this 'signal report', PBL (Netherlands Environmental Assessment Agency) offers building blocks for a robust environmental policy for the twentyfirst century, such as changes in consumer behavior, new coalitions of interests and stakeholders, and the establishment of an investment fund for eco-innovation. Which track does the Netherlands want to follow? With this essay, PBL is calling for a broad public debate on this issue [Dutch] In dit signalenrapport reikt het PBL (Planbureau voor de Leefomgeving) bouwstenen aan voor een robuust milieubeleid voor de eenentwintigste eeuw, zoals gedragsverandering van consumenten, nieuwe coalities van belangen en betrokkenen, en de oprichting van een investeringsfonds voor eco-innovatie. Welk spoor wil Nederland bewandelen? Met dit essay roept het PBL op tot een breed maatschappelijk debat over deze vraag.

  2. Switching slips. Building blocks for a robust environmental policy for the 21st century; Wissels omzetten. Bouwstenen voor een robuust milieubeleid voor de 21e eeuw

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Hoogervorst, N.; Hajer, M.; Dietz, F.; Timmerhuis, J.; Kruitwagen, S.

    2013-06-15

    With this 'signal report', PBL (Netherlands Environmental Assessment Agency) offers building blocks for a robust environmental policy for the twentyfirst century, such as changes in consumer behavior, new coalitions of interests and stakeholders, and the establishment of an investment fund for eco-innovation. Which track does the Netherlands want to follow? With this essay, PBL is calling for a broad public debate on this issue [Dutch] In dit signalenrapport reikt het PBL (Planbureau voor de Leefomgeving) bouwstenen aan voor een robuust milieubeleid voor de eenentwintigste eeuw, zoals gedragsverandering van consumenten, nieuwe coalities van belangen en betrokkenen, en de oprichting van een investeringsfonds voor eco-innovatie. Welk spoor wil Nederland bewandelen? Met dit essay roept het PBL op tot een breed maatschappelijk debat over deze vraag.

  3. Workshop ALOUD 'Onderzoek voor, door en met de OU'

    NARCIS (Netherlands)

    Gijselaers, Jérôme; De Groot, Renate

    2015-01-01

    Vraagt u zich wel eens af wat de doorsnee kenmerken zijn van de OU-student? Hoeveel studenten daadwerkelijk starten met de studeren? Wie van deze groep succesvol zijn? En welke verschillen er zitten tussen de faculteiten? En wilt u meedenken over wat voor details we van studenten willen weten voor

  4. Activation or stalling on dark days. Outline of the options to save energy and the consequences for crops; Activeren' of 'stilzetten' op donkere dagen. Verkenning van de mogelijkheden voor energiebesparing en de gevolgen voor het gewas

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Dieleman, J.A.; Kempkes, F.; Dueck, T.A. [Plant Research International, Wageningen (Netherlands)

    2006-11-15

    In the framework of the Greenhouse Horticulture and Environment Covenant (GLAMI) the government and the greenhouse horticulture sector have made agreements about social preconditions, with 2010 as horizon: 65% decrease in energy use compared to 1980 and 4% sustainable energy. Moreover, the government demands that greenhouse horticulture reduces CO2 emissions. Set against this background, a study was conducted in 2006 examining the effects of activating crops on the carious processes in the crops and the consequences for energy use. In the first phase an inventory was made of the knowledge and the number of experts in the area of crops, greenhouse climate and energy use. In the final phase of the project the results were discussed with a number of cultivation advisors and a study group high wire cucumber growers.(mk) [Dutch] In het kader van het convenant Glastuinbouw en Milieu (GLAMI) hebben de overheid en de glastuinbouwsector afspraken gemaakt over de maatschappelijke randvoorwaarden, met als horizon 2010: 65% vermindering van het energiegebruik ten opzichte van 1980 en 4% duurzame energie. Ook wil de overheid dat de glastuinbouw de uitstoot van CO2 terugdringen. Tegen deze achtergrond is in 2006 onderzoek gedaan naar de effecten van het activeren van het gewas op de verschillende processen in het gewas en op de gevolgen voor het energiegebruik. De eerste fase van dit onderzoek bestond uit het inventariseren van de kennis van een aantal experts op het gebied van gewas, kasklimaat en energiegebruik. In de laatste fase van dit project zijn de resultaten besproken met een aantal teeltadviseurs en een studiegroep hoge draad komkommertelers.

  5. Consument en cybersecurity : Een agenda voor Europese harmonisatie van zorgplichten

    NARCIS (Netherlands)

    Verbruggen, Paul; Wolters, P.T.J.

    Cybersecurity – de beschikbaarheid, integriteit en vertrouwelijkheid van ICT-toepassingen – is van groot belang voor onze maatschappij. In deze bijdrage wordt onderzocht of en in hoeverre Europese harmonisatie van civielrechtelijke zorgplichten voor cybersecurity van ICT-toepassingen aangeboden aan

  6. Overzicht kwaliteitsindicatoren regionale laboratoria voor Down syndroom screening - 2015 RIVM

    NARCIS (Netherlands)

    Bom E; Rodenburg W; PNB; I&V

    2017-01-01

    Het screeningslaboratorium van het RIVM is een van de zeven laboratoria in Nederland die de zogeheten combinatietest uitvoert voor zwangere vrouwen op de syndromen van Down, Edwards en Patau. Dit rapport beschrijft de kwaliteitsindicatoren van de analyses die het laboratorium uitvoert voor de

  7. Produção de biomassa de microalgas cultivadas em esgoto sanitário biodigerido visando a produção de biodiesel

    OpenAIRE

    Silva, Débora Andreatta da

    2014-01-01

    Resumo: As microalgas apresentam potencial como agente biorremediador de efluentes e com a possibilidade de geração de energia pelo aproveitamento de sua biomassa e óleo. O custo de produção das microalgas está principalmente relacionado ao meio de cultivo e aproveitamento da biomassa. Desta forma, o objetivo desse estudo foi utilizar esgoto sanitário como meio de cultivo para a produção de biomassa de microalga visando o tratamento desse efluente. O esgoto possui alto teor de material orgâni...

  8. Eindrapportage: Bedrijven voor Bijen

    NARCIS (Netherlands)

    Cornelissen, B.; Alebeek, van F.A.N.; Berg, van den W.

    2015-01-01

    In het project “Bedrijven voor Bijen” (2012 – 2014) hebben verschillende partijen, waaronder De Gasunie en Wageningen UR, onderzocht hoe en met welke maatregelen populaties van bijen op bedrijventerreinen en in industriële infrastructuur versterkt kunnen worden. Het onderzoek bestaat uit drie

  9. Mobiele video voor bedrijfscommunicatie

    NARCIS (Netherlands)

    Niamut, O.A.; Weerdt, C.A. van der; Havekes, A.

    2009-01-01

    Het project Penta Mobilé liep van juni tot november 2009 en had als doel de mogelijkheden van mobiele video voor bedrijfscommunicatie toepassingen in kaart te brengen. Dit onderzoek werd uitgevoerd samen met vijf (‘Penta’) partijen: Business Tales, Condor Digital, European Communication Projects

  10. Tool voor verdeling rivierwater

    NARCIS (Netherlands)

    Hellegers, P.J.G.J.

    2011-01-01

    In het stroomgebied van de Inkomati-rivier in zuidelijk Afrika, maken partijen uit drie landen aanspraak op het rivierwater. LEI, Alterra en adviesbureau WaterWatch ontwikkelden met lokale partners een tool die betrokkenen laat zien wat ander landgebruik betekent voor de beschikbaarheid van dat

  11. A bio-energy plant in your neighborhood. Answers to your questions; Een bio-energiecentrale bij u in de buurt. Antwoorden op uw vragen

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    NONE

    2008-06-15

    This brochure is intended for municipalities and initiators and discusses the following subjects: What is a bio-energy plant?; How large is a bio-energy plant?; What do you see?; Renewable energy: clean and always available; Bio-energy: what is it? [mk]. [Dutch] De brochure is bedoeld voor gemeenten en initiatiefnemers en behandelt de volgende onderwerpen: Wat is een bio-energiecentrale?; Hoe groot is een bio-energiecentrale?; Wat neem je waar?; Duurzame energie: schoon en altijd aanwezig; Bio-energie: wat is dat?.

  12. Een stuifmeelvervangingsmiddel van, voor en door de imker : PPO-Bijen

    NARCIS (Netherlands)

    Steen, van der J.J.M.

    2005-01-01

    Bijen hebben een eiwit nodig en halen dit uit stuifmeel. Eiwitgebrek heeft negatieve consequenties voor de individuele bij en voor het bijenvolk. In kassen en tijdens bepaalde perioden in agrarische gebieden treedt vaak eiwitgebrek op. Dit is te zien aan een kleiner broednest vanwege verminderde

  13. Snoezelen in de zorg: handboek voor de praktijk: deel 1 voor uitvoerende zorgverleners: zintuigactivering.

    NARCIS (Netherlands)

    Weert, J. van; Peter, J.; Janssen, B.; Vruggink, F.; Dulmen, S. van

    2005-01-01

    Naar aanleiding van het NIVEL-onderzoek naar de effecten van snoezelen (zintuigactivering) in de 24-uurszorg aan demente verpleeghuisbewoners is nu een handboek verschenen. Het handboek is bedoeld voor verzorgenden, verzorgenden in opleiding, leidinggevenden en beleidsmakers. Verzorgenden (in

  14. Meditsiinidoktor Tiia Voor / Kaja Julge

    Index Scriptorium Estoniae

    Julge, Kaja, 1957-

    2006-01-01

    Tartu ÜlikooliKliinikumi lastekliiniku resident Tiia Voor kaitses 2. dets. 2005 Tartu Ülikooli arstiteaduskonna nõukogu ees doktoriväitekirja "Allergiahaiguste kujunemise sõltuvus Eesti ja Rootsi laste kokkupuutest mikroorganismidega varajases eas"

  15. Evaluatie van het evenwichtspartitieconcept voor zware metalen in bodems en sedimenten

    NARCIS (Netherlands)

    Janssen RPT; Swartjes FA; van den Hoop MAGT; Peijnenburg WJGM; ECO

    1996-01-01

    Een evaluatie is uitgevoerd van de toepasbaarheid van het evenwichtspartitieconcept (EP) voor zware metalen en de daarbij gehanteerde partitiecoefficienten bij de afleiding van integraal afgestemde milieukwaliteitsdoelstellingen voor bodem en sediment. Een partitiecoefficient (Kp) geeft de

  16. Estimativa do Índice de Área Foliar (IAF) e Biomassa em pastagem no estado de Rondônia, Brasil

    NARCIS (Netherlands)

    Zanchi, F.B.; Waterloo, M.J.; Randow, von C.; Kruijt, B.; Cardoso, F.L.; Manzi, A.O.

    2009-01-01

    Medidas mensais da altura da pastagem, biomassa total, variações de biomassa viva e morta, a área específica foliar (SLA) e o Índice de Área de Folha (IAF) de fevereiro de 1999 a janeiro de 2005 na Fazenda Nossa Senhora (FNS) e em Rolim de Moura (RDM) entre Fevereiro a Março de 1999, Rondônia,

  17. Allemaal digitaal : Een overzicht van digitale spelvormen voor mensen met een licht verstandelijke beperking

    NARCIS (Netherlands)

    Alyssa de Kruif; Carly Kuijper; Josje Louisse

    Voor u ligt een overzicht van vrij toegankelijke digitale spelvormen ter bevordering van de zelfredzaamheid van mensen met een licht verstandelijke beperking. In dit overzicht vindt u digitale spelvormen die beschikbaar zijn als website en/of als applicatie voor op de smartphone of tablet. Voor de

  18. Biomassa de Rubrivivax gelatinosus na criação de frangos de corte: desempenho animal e cor dos produtos

    Directory of Open Access Journals (Sweden)

    S.V. Avanço

    2014-12-01

    Full Text Available A bactéria Rubrivivax gelatinosus tem sido utilizada experimentalmente no tratamento despoluente de efluentes industriais de abatedouros de aves e peixes, originando uma biomassa contendo pigmentos carotenoides, substâncias que possuem a capacidade de conferir cor aos alimentos e proteger contra reações oxidativas. Este trabalho teve por objetivo verificar o efeito da biomassa de R. gelatinosus adicionada à alimentação de frangos de corte sobre o desempenho animal e a cor de carne e pele. Duzentos pintos machos Cobb 500 foram distribuídos aleatoriamente em 20 boxes para receber, do 36º ao 45º dia de criação, quatro tratamentos com diferentes quantidades de biomassa na ração (T1 [controle] - 0g/kg; T2 - 1g/kg; T3 - 2g/kg; T4 - 3g/kg, em cinco repetições. As pesagens de aves e rações para a análise de desempenho foram feitas no início da criação e ao fim de cada período de crescimento. Ao final do experimento (45 dias, 20 aves de cada tratamento foram abatidas para a determinação da cor objetiva (L - luminosidade, C - saturação, h - tom em pele e carne de peito e coxa. Os resultados obtidos foram submetidos à ANOVA, teste t para a comparação múltipla de médias e análise de regressão com nível de significância de 5%. O ganho de peso e o consumo das aves não diferiram estatisticamente entre si (P>0,05, enquanto o índice de conversão alimentar foi superior para o T1. A luminosidade da carne e da pele aumentou significativamente nos tratamentos que receberam a biomassa. O tom da cor em carne e pele aumentou em direção ao amarelo até a concentração de 2g de biomassa por kg de ração, ao passo que, na concentração de 3g/kg, o aumento foi em direção à tonalidade vermelha. Somente na carne da coxa a saturação da cor sofreu influência da presença da biomassa na dieta. Concluiu-se que, até a proporção de 3g/kg, a biomassa não prejudicou o desempenho e foi eficiente em pigmentar a pele e a carne de

  19. Working paper 'Using the benefits of the subsoil'; Discussiestuk 'Benutten van de baten van de ondergrond'

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Duijn, M.; Ellen, G.J.; Jonkhoff, W.; Reijs, T.

    2009-04-15

    SKB, The Dutch Centre for Soil Quality Management and Knowledge Transfer, is currently establishing a new development program addressing four social issues: (1) (ground)water management, (2) geothermal energy, (3) ecosystem services, and (4) benefits of sustainable development of the subsoil. [Dutch] SKB is momenteel bezig een nieuw ontwikkelingsprogramma op te zetten rondom vier maatschappelijke issues: (1) (grond) waterbeheer, (2) bodem-energie, (3) ecosysteem-diensten, en (4) ondergronds ruimtegebruik. Voor deze issues worden de (potentiele) baten van een duurzame ontwikkeling van de ondergrond in beeld gebracht.

  20. Benefits of the subsoil; Baten van de ondergrond

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Duijn, M.; Ellen, G.J.; Jonkhoff, W.; Reijs, T.

    2009-05-15

    SKB, The Dutch Centre for Soil Quality Management and Knowledge Transfer, is currently establishing a new development program addressing four social issues: (1) (ground)water management, (2) geothermal energy, (3) ecosystem services, and (4) benefits of sustainable development of the subsoil [Dutch] SKB is momenteel bezig een nieuw ontwikkelingsprogramma op te zetten rondom vier maatschappelijke issues: (1) (grond) waterbeheer, (2) bodem-energie, (3) ecosysteem-diensten, en (4) ondergronds ruimtegebruik. Voor deze issues worden de (potentiele) baten van een duurzame ontwikkeling van de ondergrond in beeld gebracht.

  1. Enquête naar het gewasbeschermingsgedrag van telers en hun houding tegenover het gewasbeschermingsbeleid. Tussenevaluatie nota Duurzame Gewasbescherming, deelrapport Economie 2

    NARCIS (Netherlands)

    Lauwere, de C.C.; Bremmer, J.; Gaag, van der D.J.; Linden, van der T.; Meer, van der R.W.; Netjes, A.; Spruijt, J.; Wal, van der E.

    2006-01-01

    Een belangrijk onderdeel van het deelproject economie is een enquête die is gehouden onder 410 telers uit acht sectoren. De geïnterviewde telers staan positief tegenover het gewasbeschermingsbeleid (goed voor het milieu en goed voor het imago), maar zijn ook ongerust over vermeend

  2. Snoezelen in de zorg: handboek voor de praktijk: deel 3 voor leidinggevenden en beleidsmakers: implementatie.

    NARCIS (Netherlands)

    Weert, J. van; Peter, J.; Janssen, B.; Vruggink, F.; Dulmen, S. van

    2005-01-01

    Naar aanleiding van het NIVEL-onderzoek naar de effecten van snoezelen (zintuigactivering) in de 24-uurszorg aan demente verpleeghuisbewoners is nu een handboek verschenen. Het handboek is bedoeld voor verzorgenden, verzorgenden in opleiding, leidinggevenden en beleidsmakers. Verzorgenden (in

  3. Snoezelen in de zorg: handboek voor de praktijk: deel 2 voor uitvoerende zorgverleners: bewonersgerichte omgangsvormen.

    NARCIS (Netherlands)

    Weert, J. van; Peter, J.; Janssen, B.; Vruggink, F.; Dulmen, S. van

    2005-01-01

    Naar aanleiding van het NIVEL-onderzoek naar de effecten van snoezelen (zintuigactivering) in de 24-uurszorg aan demente verpleeghuisbewoners is nu een handboek verschenen. Het handboek is bedoeld voor verzorgenden, verzorgenden in opleiding, leidinggevenden en beleidsmakers. Verzorgenden (in

  4. The Silicon Valley Eco System. High-energetic in many ways; Het Silicon Valley Eco Systeem: hoogenergetisch in vele opzichten

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Van den Heuvel, J.

    2012-04-15

    The highly commended Silicon Valley Eco System is bubbling with energy with regard to the subjects that are focused upon, including sustainable energy, or the widely available expertise that is needed for the developments, good ideas, capital and optimism, fed by frequent examples of extraordinarily successful companies. The sheer endlessness of network opportunities joins all these elements frequently. This article addresses several noteworthy interactions in the field of sustainable energy over the last period. [Dutch] Het veel geroemde Silicon Valley eco systeem bruist van energie in de vorm van de onderwerpen waar men zich op richt, waaronder duurzame energie, of de ruim aanwezige expertise die nodig is voor de ontwikkelingen, goede ideeen, kapitaal, en optimisme, gevoed door regelmatige voorbeelden van buitensporig succesvolle bedrijven. De schier oneindige netwerkmogelijkheden brengen al deze elementen met grote regelmaat bij elkaar. In dit artikel volgen enkele vermeldenswaardige interacties op het vlak van duurzame energie uit de afgelopen periode.

  5. Ingredienten voor kwaliteitsborging van modelonderzoek

    NARCIS (Netherlands)

    Grinsven JJM van; Haan BJ de; Braat LC; MNV; LBG; CIM

    1995-01-01

    In dit rapport wordt een aanzet gepresenteerd tot harmonisatie van de kwaliteitsborging van modelonderzoek in het RIVM. Het rapport komt voort uit initiatieven van leden van het Intersectoraal Modellen Overleg. Het rapport is in eerste instantie bedoeld voor onderzoekers die modellen

  6. Kansen GPS en precisielandbouw voor loonwerker.

    NARCIS (Netherlands)

    Goense, D.

    1997-01-01

    De auteur beschrijft dat de technologische ontwikkeling een aanzet vormde voor de precisielandbouw. De grote fabrikanten van landbouwwerktuigen werken aan precisiewerktuigen en in verschillende landen worden deze technieken al toegepast

  7. Scenario's voor duurzame energie in verkeer en vervoer; beoordeling op verschillende criteria voor duurzaamheid

    NARCIS (Netherlands)

    Brink RMM van den; RIM

    2003-01-01

    The study documented here deals with the technical potential of sustainable energy sources to reduce the use of fossil fuels in the long term (2050) by more than 80% compared to their use in 1990. Biomass alone was shown to have insufficient potential to reach this goal where CO2 emissions are

  8. Planning voor Stad en Land

    NARCIS (Netherlands)

    Hidding, M.

    2006-01-01

    In dit boek wordt zowel de theorie als de praktijk van de ruimtelijke planning vanuit verschillende invalshoeken belicht. Diverse actuele thema's zoals de Nota Ruimte, het gebiedsgericht beleid en de zorg voor omgevingskwaliteit worden besproken. De auteur illustreert de aanpak van ruimtelijke

  9. Economische consequenties invoering CTT-norm zoute baggerspecie voor Nederlandse havens: evaluatie CTT norm 2004-2005

    NARCIS (Netherlands)

    Linderhof, V.G.M.; Hess, S.; Kruseman, G.; Hattum, van B.; Bruinsma, F.; Jonkeren, O.; Ubbels, E.

    2006-01-01

    In juni 2004 werd een nieuw toetsingskader, de Chemie-Toxiciteit-Toets (CTT), voor zoute baggerspecie geïntroduceerd. De CTT vervangt de Uniforme Gehalte Toets (UGT). De belangrijkste wijzigingen zijn de expliciete norm voor Tributyltin (TBT) en signaleringswaarden voor een drietal bio-assays. Op

  10. Objectgeorienteerde domeinanalyse : Een systematische aanpak voor het ontwerp van UML-klassendiagrammen

    NARCIS (Netherlands)

    F.A.I. Peeters; drs. ir. J.F. Vonken

    2001-01-01

    Dit boek is bedoeld voor analisten van objectgeoriënteerde systemen en degenen die hiervoor in opleiding zijn. Maar het boek kan ook interessant zijn voor wie zich bezig houdt met informatiemodellering in het algemeen. Dit boek beschrijft de EXPO-methode (expression based object modeling) waarmee op

  11. (Koop)starters voor en tijdens de crisis op de Nederlandse woningmarkt

    NARCIS (Netherlands)

    Dol, C.P.; Boumeester, H.J.F.M.

    2016-01-01

    In de discussies rond 'starters op de woningmarkt' lijkt het er wel op alsof starters op de woningmarkt altijd het kind van de rekening zijn; zowel voor als tijdens de meest recente crisis (2008-2013). Lange wachtlijsten voor betaalbare (sociale) huurwoningen, (te) hoge prijzen in de particuliere

  12. PROJETO DE ENERGIA ELÉTRICA ATRÁVES DA BIOMASSA: para o auditório da escola Osvaldo Cruz

    Directory of Open Access Journals (Sweden)

    Jhon Leo de Souza Dorn

    2011-07-01

    Full Text Available A geração de eletricidade através da biomassa tem sido umas das alternativas de fontes renováveis no século XXI, tendo em vista que o Brasil é uma grande potência no uso da biomassa como fonte de energia elétrica, com destaques para algumas regiões, dentro dela o estado do MT, onde na Escola Osvaldo Cruz, localizado na Av. dos Ingás, nº 2222, Jardim Imperial em Sinop–MT, está sendo realizado este projeto de pesquisa sobre o uso da biomassa como fonte de eletricidade para um auditório. Tendo como objetivo gerar eletricidade através da biomassa para um local específico (auditório na escola Osvaldo Cruz, onde também serão avaliadas, melhorias das instalações elétricas para melhor aproveitamento da energia, fatores econômicos, quais os resíduos usados para gerar a eletricidade e por último a viabilidade do projeto. Este projeto abrangera a todos os alunos, pais, docentes da escola onde o projeto foi realizado e sociedade local de Sinop, onde todos poderão ser beneficiados direto ou indiretamente com o uso desta fonte de energia elétrica. Segundo o entrevistado Thomas Lovejoy do documentário Zugzwang (2009: “Pelo uso de combustíveis fósseis e também pela destruição de florestas tropicais estamos transformando o clima da Terra em algo hostil a vida na Terra e à vida humana. É essencial que criemos uma nova matriz energética.” Devido a este fator ambiental, será usada a biomassa neste projeto por ser uma fonte de energia renovável, onde terá como beneficiário a escola acima citada, onde a energia elétrica será produzida através da combustão de um resíduo orgânico agrícola (casca de arroz.

  13. Voor het verval. Belemmeringen en voorwaarden voor vroegsignalering en bewonersparticipatie

    Directory of Open Access Journals (Sweden)

    Vasco Lub

    2009-12-01

    Dit artikel onderzoekt de mogelijkheden van preventieve strategieën in het aanpakken van wijkverval en sociale onveiligheid. Gebaseerd op het vermoeden dat het broken windows-beleid doeltreffend kan zijn bij de aanpak van wijkverval, is een brochure met een lijst van 34 sociale en fysieke indicatoren ontwikkeld om bewoners en professionals te helpen bij het signaleren en aanpakken van tekens van verval. Door middel van een actieonderzoek in een aandachtswijk werd de bruikbaarheid van deze indicatoren onderzocht en werd in kaart gebracht welke factoren preventieve strategieën kunnen belemmeren, dan wel kunnen bevorderen. Het onderzoek toont aan dat verscheidene contextuele, bestuurlijke en bureaucratische factoren een belemmering vormen voor een effectieve preventieve aanpak. Daarbij kan onder andere gedacht worden aan: verschillen in verwachtingspatroon tussen bewoners en professionals; de manier waarop tekens van verval in de leefomgeving worden geïnterpreteerd door lokale actoren; de middelen waarmee frontliniewerkers in hun taakuitvoering worden toegerust; en het gebrek aan een verantwoordingswijze die gebaseerd is op het behalen van zichtbare resultaten. Voor het goed functioneren van een vroegtijdige aanpak van wijkverval, is het van groot belang dat lokale overheden een gemeenschappelijk perspectief ontwikkelen, de samenwerking tussen bewoners en professionals – en tussen professionals onderling – faciliteren, instanties aanspreken op resultaten en doelstellingen expliciteren om van overleg tot collectieve actie te komen.

  14. Dutch Energy Investment Allowance (EIA) 2004; Energie Investeringsaftrek 2004

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    NONE

    2004-07-01

    The purpose of the title incentive (EIA) is to stimulate energy conservation and the use of renewable energy in the Dutch industry and businesses. This brochure provides information on the changes with respect to the year 2003, how the EIA can be applied, and examples of energy investments (the so-called Energy List) [Dutch] Doel van de regeling Energie-investeringsaftrek (EIA) is energiebesparing en de inzet van duurzame energie door het Nederlandse bedrijfsleven te stimuleren. In deel 1 van deze brochure vindt u de wijzigingen ten opzichte van het jaar 2003. In deel 2 treft u een uitleg aan over de werking van de EIA. In deel 3 leest u hoe u gebruik kunt maken van deze regeling. In deel 4 is een overzicht opgenomen met omschrijvingen en voorbeelden van energie-investeringen, de zogenoemde Energielijst. In deel 5 zitten bestelbonnen waarmee u brochures voor de diverse fiscale regelingen kunt aanvragen. Deel 6 is een formulier waarmee u een voorstel kunt doen om de voor u liggende Energielijst 2004 voor 2005 aan te vullen of te wijzigen.

  15. Faagtherapie is alternatief voor antibiotica

    NARCIS (Netherlands)

    Willemsen, P.T.J.

    2011-01-01

    De zoektocht naar alternatieven voor het gebruik van antibiotica in de veehouderij is nog steeds urgent. Bacteriofagen kunnen uitkomst bieden. De faagtherapie bleek o.a. succesvol in een proef met 120 kuikens, waarvan de helft besmet was. Na toediening was de ziekteverwekkende bacterie voldoende

  16. Kapitaal- en liquiditeitseisen voor banken

    NARCIS (Netherlands)

    Joosen, E.P.M.; Groot, M.K.Z.

    2015-01-01

    In dit nieuwe deel van de Financieel Juridische Reeks gaan de auteurs in op de eigenvermogensvereisten voor banken die op grond van de Richtlijn Kapitaalvereisten (CRD IV) en de Verordening Kapitaalvereisten (CRR) in Europa en in Nederland zijn ingevoerd. Daarnaast worden de nieuwe kapitaalbuffers

  17. Partição de biomassa seca e nutriente em minicepas de eucalipto influenciada pela adubação NPK

    Directory of Open Access Journals (Sweden)

    José Pereira Carvalho Neto

    2012-09-01

    Full Text Available http://dx.doi.org/10.5902/198050986615O estado nutricional da planta-matriz é de grande importância para a manutenção do seu vigor vegetativo, o que determina a produção de brotos e também os índices de enraizamento e velocidade de formação das raízes, uma vez que os macronutrientes e os micronutrientes estão envolvidos nos processos bioquímicos e fisiológicos vitais à planta. Nesse sentido, o objetivo deste trabalho foi avaliar a influência da adubação NPK sobre a partição de biomassa seca e nutriente em minicepa de eucalipto em solução nutritiva. O trabalho foi realizado de novembro de 2008 a janeiro de 2009, em casa de vegetação. Foi utilizado delineamento inteiramente casualizado em esquema fatorial fracionado (4x4x41/2, perfazendo 32 tratamentos com três repetições. Os tratamentos se constituíram de quatro doses dos nutrientes de N (50; 100; 200 e 400 mg L-1 na forma de ureia, P (7,5; 15; 30 e 60 mg L-1 na forma de ácido fosfórico e K (50; 100; 200 e 400 mg L-1 na forma de cloreto de potássio em solução nutritiva. Houve efeito significativo apenas para as doses de N isoladamente, para a biomassa seca das miniestacas e biomassa seca da parte aérea e raiz das minicepas com efeito linear decrescente, com o aumento das doses de N. A dose de 50 mg L-1 de N proporcionou maior acúmulo de biomassa seca das miniestacas e minicepas. A distribuição percentual da biomassa seca e dos nutrientes na biomassa seca das miniestacas, parte aérea e raízes das minicepas variou em relação às doses de N. A extração de macronutrientes pelas miniestacas de 6 cm na dose de 50 mg L-1 de N seguiu a seguinte ordem decrescente de N > S > P > K > Ca > Mg e micronutrientes de Cu > B > Mn > Fe > Zn.

  18. Wij kiezen bij arbeidsomstandigheden voor de grote A : personeelsbeleid is als hamburger voor McDonald's

    NARCIS (Netherlands)

    Bennink, T.; Vergouw, E.

    1998-01-01

    Leuk werken is - volgens Manager Human Resources Lydia van Dongen - een belangrijk aandachtspunt bij de hamburgergigant McDonald's. Daarvoor haalt het bedrijf alles voor uit de kast. Investeren in arbozorg loont. In dit artikel wordt verslag gedaan van een interview met Lydia van Dongen. Hierbij

  19. ICI Holland hanteert ISO 9001 ook voor arbozorg: audit is ons toverwoord

    NARCIS (Netherlands)

    Torenvliet, S.; Pennekamp, E.

    1994-01-01

    In verschillende fabrieken van ICI Holland worden grondstoffen voor polyrethaan, acrylaat, polyesterfilm en grondstoffen voor PET-flessen gemaakt. Werknemers in deze fabrieken krijgen training over de specifieke gevaren. Ook moeten examens afgelegd worden over die gevaren. Dit artikel beschrijft hoe

  20. SDE Plus, SDE and MEP. Annual review 2012; SDE+, SDE en MEP. Jaarbericht 2012

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    NONE

    2013-05-15

    This annual report describes the applications for SDE subsidy (renewable energy support scheme) in the period 2008-2012, the new SDE Plus which starts in 2013, and the MEP transition scheme (MEP stands for 'Environmental quality of electricity production', predecessor of SDE for the period 2003-2006) and applications from the MEP scheme [Dutch] Het jaarbericht 2012 voor de SDE+, SDE en MEP presenteert de resultaten van de regeling Stimulering Duurzame Energieproductie (SDE+ vanaf 2013 en SDE, 2008-2012) en de voorganger van de SDE, de subsidieregeling Milieukwaliteit van de Elektriciteitsproductie.

  1. De duurzame controller neemt leiding in een traditie naar maatschappelijk verantwoord ondernemen

    NARCIS (Netherlands)

    Boersma-de Jong, Margreet F.

    2015-01-01

    Steeds meer dringt het besef door dat er geen andere weg meer is dan duurzaam ondernemen. Organisaties die dit inzien streven naar meer dan al- leen nanciële winstmaximalisatie: er moet ook winst worden gecreëerd voor de mens, samenleving en milieu. Als de MVO-ambities meer zijn dan window-dressing,

  2. Modelagem da biomassa total e da lenha por unidade de área para bracatingais nativos

    Directory of Open Access Journals (Sweden)

    Ronan Felipe de Souza

    2014-02-01

    Full Text Available A bracatinga (Mimosa scabrella Benth. é uma espécie pioneira nativa da Floresta Ombrófila Mista de rápido crescimento e cultivada, predominantemente, na forma de povoamentos puros ou consorciada com culturas agrícolas pelos pequenos e médios produtores da região metropolitana de Curitiba. O objetivo deste estudo foi selecionar equações estimativas da biomassa total e da lenha de bracatingais por unidade de área nas diferentes idades, disponibilizando, assim, uma ferramenta simples e de fácil aplicação durante o processo de comercialização dos povoamentos. Os dados são provenientes de 272 parcelas temporárias com idades variando de 3 a 18 anos. Foram testados 21 modelos tradicionais: 10 aritméticos e semilogarítmicos e 11 logarítmicos. Foram também desenvolvidas equações pelo processo Stepwise a partir de uma matriz de correlação. As equações ajustadas foram comparadas pelo Coeficiente de determinação ajustado (R²aj, Erro-padrão da estimativa percentual (Syx%, teste F e Distribuição gráfica de resíduos. Duas equações para cada caso foram selecionadas, sendo uma tradicional e a outra desenvolvida por Stepwise. Para a biomassa total, foram selecionadas a equação de Clutter e a equação aritmética desenvolvida por Stepwise; e para a biomassa da lenha, a equação da variável combinada, proposta por Spurr, e a equação aritmética de Stepwise. Por fim, realizou-se teste Qui-quadrado (x² a partir de uma amostra de 17 parcelas extraídas da base de dados, em que as quatro equações selecionadas foram consideradas válidas para a estimativa da biomassa total e da lenha dos bracatingais da região metropolitana de Curitiba.

  3. De DASS: een vragenlijst voor het meten van depressie, angst en stress

    NARCIS (Netherlands)

    Beurs, E. de; Dyck, R. van; Marquenie, L.A.; Lange, A.; Blonk, R.W.B.

    2001-01-01

    Dit artikel behandelt de psychometrische eigenschappen van de Nederlandse versie van de Depression Anxiety Stress Scale (DASS). Een van de doelstellingen voor het nieuwe instrument was te komen tot een vragenlijst met subschalen met een maximaal onderscheidend vermogen voor angst en depressie. De

  4. Alternatieven voor Portland Cement in ontwikkelingslanden onderzocht : continue-kalkoven maakt toepassing van kalk pozzolaan cement mogelijk

    NARCIS (Netherlands)

    Egmond - de Wilde De Ligny, van E.L.C.; Jongsma, Ivo

    1995-01-01

    In de discussie over bouwmaterialen in ontwikkelingslanden wordt vaak gepleit voor alternatieven voor Portland Cement. De productie van Portland Cement is kapitaal- en energie-intensief en draagt weinig bij aan de ontwikkeling van deze landen. De klein schaliger productie van alternatieven voor

  5. Literatuuronderzoek HPLC-methoden voor vitamine E

    OpenAIRE

    Altena, A.; Hollman, P.C.H.

    1985-01-01

    Doel van dit onderzoek is: het inventariseren van HPLC-methoden voor vitamine E, eventueel in combinatie met vitamine A, in levensmiddelen. Een overzicht van de in de literatuur beschreven HPLC-methoden vanaf ca. 1977 wordt gegeven.

  6. Zicht op ruimte voor leren

    NARCIS (Netherlands)

    Vrieling, Emmy; Vandyck, Inne; De Laat, Maarten

    2018-01-01

    In dit hoofdstuk bespreken we hoe de context waarin netwerken ontstaan, beter begrepen kan worden en welke dimensies van sociaal leren mede invloed hebben op de wijze waarop een groep aan het leren is. Begrip voor de situatie waarin netwerken ontstaan en de wijze waarop netwerken zich organiseren

  7. Adolf Mayer (1843-1942) en zijn betekenis voor de Virologie als wetenschap

    NARCIS (Netherlands)

    Vlak, J.M.

    2007-01-01

    In 2007 is het 125 jaar geleden dat Adolf Mayer voor het eerst zijn baanbrekend werk over het besmettelijk karakter van mozaiekziekte van tabak publiceerde (Mayer, 1882). Deze publicatie, in het Nederlands, in het Groningse Tijdschrift voor Landbouwkunde, markeert het begin van de virologie als

  8. Le Grand Départ Utrecht 2015; van grote waarde voor Utrecht

    NARCIS (Netherlands)

    Hans Slender; Froukje Smits; Bake Dijk; Paul Hover

    2016-01-01

    Full text via link. Le Grand Départ was één groot feest van, voor en door de stad Utrecht. De vele bezoekers gaven de start van de Tour de France in Utrecht in juli 2015 een hoge waardering. Het activatieprogramma vanaf honderd dagen voor de start was een succes. En: de Tour heeft een aanzienlijke

  9. Commercial green electricity products; Zakelijke groenestroomproducten

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Wielders, L.M.L.; Afman, M.R.

    2012-12-15

    The Dutch 100% Sustainable Energy: Green ICT campaign initiated by Hivos targets data centres, appealing to these companies to consider the environmental footprint of the electricity they use. Hivos is keen for a debate on greener alternatives and wanted a review of the sustainability of the various options available for buying 'green power' on the commercial market in the Netherlands, with a reasoned discussion of each. That review, laid down in this report, examines and discusses the various 'green power products' for the commercial market, providing a springboard for data centres to switch to a 'greener' product. To that end 'green power products' were categorized to highlight the differences between them. The highest score was given to renewable energy produced without any operating subsidy (the so-called SDE+ scheme), or with the higher price being paid for entirely by customers. Supply in these two categories is still fairly negligible, as this essentially represents an energy market in which renewables are cost-competitive with 'grey' electricity, or one in which customers are willing to pay (far) more for their electricity. The lowest scores were assigned to renewable power sourced in other countries and to 'grey' electricity [Dutch] De Hivos-bedrijvencampagne 100% Sustainable Energy: Green ICT richt zich op de datacenterbedrijven. De datacenterbedrijven worden aangesproken op de duurzaamheid van hun keuze voor de ingekochte elektriciteit. Hivos wil het gesprek aangaan over meer duurzame alternatieven. Hiervoor heeft Hivos behoefte aan een overzicht van de duurzaamheid van de verschillende opties voor de afname van duurzame elektriciteit (groene stroom) zoals die op de zakelijke markt in Nederland worden aangeboden, inclusief een onderbouwing. Dit rapport geeft een overzicht en inzicht in de verschillende groenestroomproducten voor de zakelijke markt zodat de datacenters kunnen overstappen op een

  10. Actuele en opkomende VGW-problemen in de gezondheidszorg, waaronder thuis- en gemeenschapszorg : Europese waarnemingspost voor risico's

    NARCIS (Netherlands)

    Jong, T. de; Bos, E.; Pawlowska-Cyprysiak, K.; Hildt-Ciupińska, K.; Malińska, M.; Nicolescu, G.; Trifu, A.

    2014-01-01

    Deze samenvatting biedt een overzicht van de actuele en opkomende problemen qua veiligheid en gezondheid op het werk (VGW) voor werknemers in de gezondheids- en maatschappelijke zorg en laat zien wat de gevolgen hiervan zijn voor hun veiligheid en gezondheid op het werk en voor de kwaliteit van de

  11. Snoezelen in de zorg: handboek voor de praktijk: deel 4 voor leidinggevenden en beleidsmakers: achtergrond en onderzoeksresultaten.

    NARCIS (Netherlands)

    Weert, J. van; Peter, J.; Janssen, B.; Vruggink, F.; Dulmen, S. van

    2005-01-01

    Naar aanleiding van het NIVEL-onderzoek naar de effecten van snoezelen (zintuigactivering) in de 24-uurszorg aan demente verpleeghuisbewoners is nu een handboek verschenen. Het handboek is bedoeld voor verzorgenden, verzorgenden in opleiding, leidinggevenden en beleidsmakers. Verzorgenden (in

  12. Hoe te communiceren over gezond en duurzaam eten: ‘Goed voor jezelf, goed voor de wereld’

    NARCIS (Netherlands)

    Sijtsema, S.J.; Verain, M.C.D.

    2012-01-01

    De Nederlandse consument vindt gezondheid een belangrijker motief bij de aankoop en keuze voor eten dan duurzaamheid. Dit blijkt uit het recent gepubliceerde LEI-rapport 'Samenspel Duurzaam en Gezond?' Negen op de tien consumenten ervaart samenhang tussen gezond en duurzaam eten. Maar de perceptie

  13. Kaderrichtlijn water: strengere spuinormen staan voor de deur (interview met Ellen Beerling)

    NARCIS (Netherlands)

    Kierkels, T.; Beerling, E.A.M.

    2012-01-01

    Geen teler loost voor de lol. Spui kost geld aan water en meststoffen. Maar het gebeurt wel zeer regelmatig, om problemen op te lossen of voor de zekerheid. Gevolg: veel meststoffen en gewasbeschermingsmiddelen in de wateren rond kassengebieden. In 2027 moet dat afgelopen zijn, op grond van de

  14. Verslag kennisbijeenkomst ‘crowdfunding voor eventmanagers’

    NARCIS (Netherlands)

    Slender, Hans

    2014-01-01

    Woensdag 22 oktober organiseerden Mieke Zijl (namens KennisCentrum Events Drenthe) en Hans Slender (namens Sportplein Groningen) gezamenlijk een kennisbijeenkomst over crowdfunding voor sportevenementen. Het programma vond plaats bij het TT Circuit in Assen en werd verzorgt door crowdfuncing expert

  15. Meetstrategie TIG: opzet en nadere aanbevelingen. Metingen in het kader van het Nationaal Plan voor de Kernongevallenbestrijding

    NARCIS (Netherlands)

    Sonderen JF van; LSO

    1996-01-01

    De door de overheid vastgestelde interventieniveaus voor het nemen van maatregelen vormen het uitgangspunt voor het beschrijven van de noodzakelijke metingen in lucht, water, bodem, voedingsmiddelen en aan personen. Om alle meetinspanningen te coordineren is binnen het Nationaal Plan voor de

  16. Groen voor lucht : van theorie naar groene praktijk, toepassingen om lucht te zuiveren

    NARCIS (Netherlands)

    Kuypers, V.H.M.; Vries, de E.A.

    2007-01-01

    Afgelopen periode zijn grote bouwprojecten stilgelegd vanwege het overschrijden van Europese luchtkwaliteitsnormen. De zoektocht naar allerlei mogelijke oplossingen voor dit probleem is versneld in gang gezet. In een eerdere Alterra publicatie (Brochure Groen voor Lucht) wordt beschreven op welke

  17. Assortiment-kanaalmatch voor biologische fair tradeproducten

    NARCIS (Netherlands)

    LEI,

    2008-01-01

    Stichting FairBites ontwikkelt middels een innovatief organisatiemodel biologische en fair trade voedingsproducten voor de out-of-home (OOH) markt. Deze producten zijn zeer beperkt beschikbaar in dit marktsegment dat ± 35% van de voedingsmarkt vertegenwoordigd. FairBites richt zich op jong

  18. eHealth voor Zorgprocesinnovatie : e-book

    NARCIS (Netherlands)

    Dr. A.L. Cordia

    2015-01-01

    Het E-book 'eHealth voor Zorgprocesinnovatie' van ir. Anneloes Cordia, expert bij Kenniscentrum Zorginnovatie, heeft als doel eHealth en ICT-systemen in de zorg in verband te brengen met de belangrijke kwaliteitsdoelstellingen zoals doelmatigheid en transparantie. Daarnaast biedt het E-book

  19. Explanatory factors for evolution in air quality; Verklarende factoren voor evoluties in luchtkwaliteit

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Deutsch, F.; Vankerkom, J.; Veldeman, N.; Peelaerts, W. [Unit Ruimtelijke Milieuaspecten, VITO, Mol (Belgium); Fierens, F.; Vanpoucke, C.; Trimpeneers, E. [Intergewestelijke Cel voor het Leefmilieu IRCEL, Vlaamse Milieumaatschappij Milieurapportering VMM, Brussels (Belgium); Vancraeynest, L.; Bossuyt, M. [Vlaamse Milieumaatschappij Milieurapportering MIRA, Mechelen (Belgium)

    2010-12-15

    A method was formulated to map the Flemish sector contributions and foreign contributions to PM10, PM2.5 and ozone concentrations in Flanders. Flemish emissions scenarios from MIRA and the corresponding European emissions scenarios from IIASA were used for this. The content and production of these emissions scenarios were described in the Environment Outlook 2030 Flanders (REF and EUR scenarios) and in the MIRA study 'Particulate matter and photochemical air pollution. Visionary Scenario of the Environment outlook 2030 Flanders. In the context of this study, which emissions and atmospheric chemical processes play an important role in explaining the particulate matter and ozone concentrations in Flanders for the current situation (base year 2007) and for the three emissions prognoses for 2020 were analysed: (1) for an emissions scenario according to current European legislation; (2) for an emissions scenario with a number of additional European emissions reduction measures; (3) for an emissions scenario with further reaching emissions reductions. In general the emissions and the concentrations decrease in the three scenarios for 2020. The changes to emissions are related to sector and place, which has an impact on the relative sector contributions for Flanders. [Dutch] Er werd een methodologie opgesteld om de Vlaamse sectorbijdragen en de buitenlandse bijdragen aan de PM10-, PM2,5- en ozonconcentraties in Vlaanderen in kaart te brengen. Hiervoor werden Vlaamse emissiescenario's van MIRA en bijhorende Europese emissiescenario's van IIASA gebruikt. In het kader van deze studie werd nagegaan welke emissies en atmosferische, scheikundige processen een belangrijke rol spelen in de verklaring van de zwevend stof en ozonconcentraties in Vlaanderen voor de huidige situatie (basisjaar 2007) en voor drie verschillende emissieprognoses voor het jaar 2020: (1) voor een emissiescenario volgens de huidige Europese wetgeving; (2) voor een emissiescenario met een

  20. Evaluatie van individuele happy games op de iPad voor mensen met dementie

    NARCIS (Netherlands)

    Dr. J.H. Groenewoud; Dr. J. de Lange

    2014-01-01

    Er is veel belangstelling voor de kwaliteit van zorg voor mensen met dementie. Ook hun kwaliteit van leven krijgt steeds meer aandacht. Een zinvolle en plezierige dagbesteding hoort daarbij. Zorgprofessionals willen mensen met dementie graag ondersteunen bij het doen van activiteiten. Het huidige

  1. Living Lab voor Informatiemanagement in Agri-Food

    NARCIS (Netherlands)

    Wolfert, J.

    2010-01-01

    Het Living Lab is een specifieke open innovatie aanpak waarbij in feite het laboratorium naar de praktijk wordt gebracht. het Agri-Food Living lab is een informatiemanagementsysteem specifiek voor de agri-food sector.

  2. Kinerja Pengeringan Gabah Menggunakan Alat Pengering Tipe Rak dengan Energi Surya, Biomassa, dan Kombinasi

    Directory of Open Access Journals (Sweden)

    Tamaria Panggabean

    2017-09-01

    Full Text Available Paddy drying was performed using a hybrid drier utilizing solar energy, biomass and combined solar-biomass energy as energy sources. This research objective was to evaluate performance of the hybrid paddy drier using solar energy and paddy straw and coconut coir biomass. The experimental and descriptive method was used. The result showed that the drier with solar system was capable to generate temperature of drying chamber to 40.42 °C in average, while the average relative humidity was 41.45%. The paddys final moisture was 14.88%w.b after 7 hours of drying with drying rate of 0.64% d.b/h and energy consumption of 32,595.32 kJ. Paddy drying with biomass energy system was capable to obtain drying chambers temperature of 33.8 °C in average, the average relative humidity of 57%, the final moisture of 15.57%, the drying rate of 0.50 %d.b/h and energy consumption of 160,662.15 kJ with the same drying times. The solar-biomass drying system was capable to achieve temperature of 39.98 °C, the average relative humidity of 45.85 %, the final moisture of 15.33%w.b with drying rate of 0.55 %d.b/h and energy consumption of 136,457.76 kJ. Therefore, the best performance for drying paddys was with the solar drying system.   ABSTRAK Pengeringan gabah dapat dilakukan menggunakan alat pengering energi surya, energi biomassa dan energi kombinasi surya dan biomassa.  Penelitian ini bertujuan untuk menguji kinerja alat pengering gabah hybrid energi surya dan biomassa jerami padi dan sabut kelapa.  Metode yang digunakan dalam penelitian ini adalah metode eksperimental dan deskritif. Hasil penelitian menunjukkan bahwa pengeringan gabah dengan energi surya menghasilkan suhu ruang pengering rata-rata 40,42 °C, kelembaban relatif ruang pengering rata-rata 41,45 %, waktu pengeringan 7 jam, kadar air akhir rata-rata 14,88 %bb, laju pengeringan rata-rata 0,64 %bk/jam, dan energi pengering 32.595,32 kJ.  Pengeringan gabah dengan energi biomassa menghasilkan suhu ruang

  3. Lean leiderschap voor (nog) betere teamprestaties

    NARCIS (Netherlands)

    van Dun, Desirée Hermina; Wilderom, Celeste P.M.

    2016-01-01

    Veel managers en teams hebben moeite om continu te blijven verbeteren. Recent onderzoek van de Universiteit Twente laat zien dat er bij het toepassen van lean meer aandacht nodig is voor gedragsontwikkeling van zowel medewerkers als leidinggevenden. Managers met bepaalde gedragskenmerken creëren een

  4. Working together. Best practices in sustainable utility building; Samen aan de slag. Best practices in duurzame utiliteitsbouw

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Franzen, E.; Verstraete, E.; Mathlener, R.; Wenting, R. [PricewaterhouseCoopers PwC, s.l. (Netherlands); De Waal, L.; Kuijpers, S.; Veendrick, P.; Scheelbeek, J. [Rabobank International, Utrecht (Netherlands); Fraanje, P. [Bouwend Nederland, Zoetermeer (Netherlands)

    2011-10-15

    Rabobank and PwC have taken the initiative to work with players in the construction and real estate sector to find success factors of sustainable construction of utility buildings. With the cooperation of industry leaders is a selection is made of case studies, quotes and findings. They are illustrative and should inspire to seek a personal interpretation of sustainability. [Dutch] Rabobank en PwC hebben het initiatief genomen om samen met spelers in de bouw- en vastgoedsector te zoeken naar succesfactoren van duurzame utiliteitsbouw. Met medewerking van toonaangevende bedrijven is een selectie gemaakt uit praktijkvoorbeelden, quotes en bevindingen. Ze zijn illustratief en moeten inspireren om op zoek te gaan naar een eigen invulling van duurzaamheid.

  5. Een nieuwe toetsdiepte voor nitraat in grondwater? Eindrapport van het onderzoek naar de mogelijkheden voor een toetsdieptemeetnet

    NARCIS (Netherlands)

    Fraters, B.; Boumans, L.J.M.; Elzakker, van B.G.; Gast, F.L.F.; Griffioen, J.; Klaver, G.T.; Nelemans, J.A.; Velthof, G.L.; Veld, H.

    2006-01-01

    Het verlagen van de toetsdiepte voor nitraat in het grondwater in zandgebieden van de bovenste meter van het grondwater naar de bovenste vijf meter, blijkt niet opportuun. Het verlagen van de toetsdiepte wordt gezien als mogelijkheid om aan de doelstellingen van de Nitraatrichtlijn en de

  6. Hydrogen in Ecomare. Options for uses; Waterstof bij Ecomare. Opties voor inzet

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Kraaij, G.J. [ECN Waterstof en Schoon Fossiel, Petten (Netherlands)

    2009-02-15

    Hydrogen is a clean fuel with very low emissions. In fuel cells the hydrogen can be converted to electricity with a high efficiency that can be used in electric transport and stationary applications. In order to promote and demonstrate this aspect ECN has investigated which applications Ecomare can use and demonstrate. Ecomare is the centre for Wadden and North Sea on Texel. The following options are investigated: Bicycles with fuel cells on hydrogen; Small utility vehicles with fuel cells on hydrogen; Back-up systems with fuel cells on hydrogen; Combined heat and power system with fuel cells on natural gas. The availability of transport systems with fuel cells is still small; from the bicycle market the cargobike from Masterflex is the best option. The cargobike will become available by mid 2009. The small utility vehicle that is potentially available is the VEM vehicle as developed in the Hychain project. For both vehicles the hydrogen logistic requires special attention since nonstandard hydrogen storage cylinders are used. For the stationary applications the demonstration aspect is less compared to the transport applications. The back-up systems are no necessity for Ecomare and the heat requirement in summertime is to small to for possible combined heat and power systems using fuel cells. Special attention is required for permits from the local authorities and fire department, and the transport of hydrogen by the ferry to Texel. [Dutch] Waterstof is bij gebruik een schone brandstof; er komen nauwelijks emissies bij vrij. Met behulp van brandstofcellen kan waterstof met een hoog rendement omgezet worden in elektriciteit, eventueel te gebruiken voor elektrisch vervoer. Om deze aspecten te promoten en tijdens het gebruik te laten zien wil Ecomare door ECN laten onderzoeken welke waterstoftoepassingen bij Ecomare ingezet kunnen worden. De volgende 4 opties zijn verder onderzocht: Fietsen met brandstofcellen op waterstof; Klein bedrijfsvoertuig met brandstofcellen

  7. Gezondheidseffectschatting voor Gezond Beleid : Teamsport op projectbasis

    NARCIS (Netherlands)

    M.P.M. Bekker (Marleen); J.L. Veerman (Lennert)

    2007-01-01

    textabstractGezondheidseffectschatting is teamsport. Spelers met gezondheidskundige en bestuurlijke functies en rollen leveren een gezamenlijke inspanning binnen een kader van spelregels, die door alle spelers worden erkend. De spelregels voor een GES bestaan uit gezondheidskundige regels, zoals

  8. Concentrated Solar Power as part of the European energy supply. The realization of large-scale solar power plants. Options, constraints and recommendations; Concentrated Solar Power als onderdeel van de Europese energievoorziening. De realisatie van grootschalige zonnecentrales. Mogelijkheden, obstakels en advies

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Bouwmans, I.; Carton, L.J.; Dijkema, G.P.J.; Stikkelman, R.M.; De Vries, L.J. [Energy and Industry Group, Faculty of Technology, Policy and Management, Delft University of Technology, Delft (Netherlands)

    2006-07-01

    Next to solar cells and solar collectors for decentralized power generation Concentrated Solar Power (CSP) technology is available and proven for large-scale application of solar energy. However, after 20 years of demonstration projects and semi-commercial installations, CSP is still not widely used. In this quick-scan an overview is given of strong and weak points of CSP, as well as its' options and constraints with regard to a sustainable energy supply, focusing on technical, economical and administrative constraints and chances in Europe and European Union member states. [Dutch] Naast zonnecellen en zonnecollectoren voor decentrale opwekking is er een technologie die geschikt is voor grootschalige ontsluiting van de zon: Concentrated Solar Power, kortweg CSP. Bewezen in een aantal demonstratie- en pre-commerciele installaties blijft toepassing van deze technologie ook na 20 jaar beperkt. Daarom staat in deze notitie, die het resultaat is van een quickscan, de volgende vraag centraal: Wat zijn de sterktes, zwaktes, mogelijkheden en barrieres van CSP-technologie als onderdeel van een duurzame energievoorziening en welke technisch-economische en bestuurlijke barrieres en kansen zijn er voor Europa en de lidstaten van de EU?.

  9. Biomassa seca acumulada, partições e rendimento industrial da cana-de-açúcar irrigada no Semiárido brasileiro

    Directory of Open Access Journals (Sweden)

    Thieres George Freire da Silva

    2014-10-01

    Full Text Available Objetivou-se, com este trabalho, determinar parâmetros de crescimento e de rendimento da cana-de-açúcar cv. RB92579, sob regime de irrigação, no Semiárido brasileiro, visando a avaliar o desempenho desta cultura nas condições edafoclimáticas locais. Foram avaliados o acúmulo de biomassa seca e as suas respectivas partições, durante dois ciclos consecutivos de cana-de-açúcar (soca e ressoca, além dos indicadores de rendimento e de qualidade da cultura ao final do período experimental. Em ambos os ciclos, foram realizadas dez coletas de amostras para se determinar a biomassa seca de seis componentes estruturais dos perfilhos (folhas verdes, bainhas, parte emergente, pseudocolmos, folhas e bainhas mortas e colmo. A cana-de-açúcar apresentou elevado acúmulo de biomassa seca da parte aérea da planta, com valor médio de 6.493 g m-2 para os dois ciclos de cultivo. No início do seu crescimento, os fotoassimilados foram destinados prioritariamente às folhas verdes, bainhas, parte emergente e pseudocolmos. Em fase posterior de crescimento, os fotoassimilados passaram a ser utilizados na formação dos colmos. Os resultados obtidos foram muito semelhantes para os ciclos de soca e ressoca. Os modelos ajustados para descrever a evolução da biomassa seca e de suas respectivas partições apresentaram ajustes satisfatórios, em função dos dias após o corte. O elevado rendimento industrial (133,88 ± 40,84 t ha-1 e a alta concentração de sacarose por biomassa seca (0,34 ± 0,10 g g-1 proporcionaram valores elevados de produção de açúcar (17,75 ± 4,44 t ha-1 e de álcool (12,73 ± 3,23 t ha-1, indicando alto desempenho produtivo da RB92579 para a região.

  10. Talent voor taal: gecontextualiseerd en opleidingsspecifiek taalondersteuningsmateriaal als voorbeeld van taalontwikkelend lesgeven

    OpenAIRE

    Peters, Elke; Van Houtven, Tine

    2010-01-01

    Het OOF-project “Taalvaardig in het hoger onderwijs: doorstroom en taalbeleid" ontwikkelde opleidingsspecifiek taalondersteuningsmateriaal voor vier opleidingsonderdelen. Het materiaal wordt ‘inclusief’ ingezet en beoogt aldus de verbetering van taalvaardigheid van álle studenten Het materiaal wordt dus niet beperkt tot remediërende sessies voor taalzwakkere studenten. We lichten de gehanteerde methode, het materiaal en de effecten van deze aanpak toe.

  11. Energy Monitor of the Dutch horticulture 2011; Energiemonitor van de Nederlandse glastuinbouw 2011

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Van der Velden, N.J.A.; Smit, P.X.

    2012-12-15

    The Energy Monitor for Greenhouse Horticulture charts the energy efficiency, CO2 emissions, the share of sustainable energy and the transition paths of the Greenhouse as Energy Source programme up to and including 2011 [Dutch] Om het energieverbruik in de glastuinbouw in beeld te krijgen en te volgen, is al in 1990 de Energiemonitor in het leven geroepen. Deze monitor publiceert jaarlijks het energieverbruik van de glastuinbouw en de voortgang van de energie-indicatoren energie-efficientie, de CO2-emissie en het aandeel duurzame energie. Voor de monitor wordt gebruik gemaakt van een reeks verschillende databronnen.

  12. Energy Monitor of the Dutch horticulture 2012; Energiemonitor van de Nederlandse glastuinbouw 2012

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Van der Velden, N.J.A.; Smit, P.X.

    2013-12-15

    The Energy Monitor for Greenhouse Horticulture charts the energy efficiency, CO2 emissions, the share of sustainable energy and the transition paths of the Greenhouse as Energy Source programme up to and including 2012 [Dutch] Om het energieverbruik in de glastuinbouw in beeld te krijgen en te volgen, is al in 1990 de Energiemonitor in het leven geroepen. Deze monitor publiceert jaarlijks het energieverbruik van de glastuinbouw en de voortgang van de energie-indicatoren energie-efficientie, de CO2-emissie en het aandeel duurzame energie. Voor de monitor wordt gebruik gemaakt van een reeks verschillende databronnen.

  13. Study on energy efficient mushroom business in 2010. Highest feasible level of energy conservation and energy efficiency; Onderzoek naar het energiezuinig paddenstoelenbedrijf anno 2010. Hoogst haalbare niveau van energiereductie en energie-efficiency

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Suurmeijer, J.M.; Mikkers, E. [Grontmij, Amersfoort (Netherlands); Hilkens, J. [AdVisie, Herkenbosch (Netherlands)

    2010-06-15

    Targets of Dutch mushroom cultivation businesses include an energy efficiency improvement of 2.5% annually, implementation of sustainable energy options, and climate-neutral and economically viable cultivation by new mushroom cultivation businesses that are to be built in 2020. This report describes the measures that could be implemented in support of these targets [Dutch] De doelstellingen voor paddestoelenbedrijven zijn een energie-efficientie verbetering van 2,5% per jaar, implementatie van duurzame energieopties, en klimaatneutrale en economisch rendabele teelt van de in 2020 nieuw te bouwen paddenstoelenbedrijven. In dit rapport staan de maatregelen beschreven die genomen kunnen worden ter ondersteuning van de doelstellingen.

  14. Haze-factor maakt plaats voor F-scatter

    NARCIS (Netherlands)

    Swinkels, G.L.A.M.

    2014-01-01

    Uitgelicht licht & scherming - Wageningen UR Glastuinbouw deed vorig jaar onderzoek naar een methode om de lichtspreiding onder diffuus glas te karakteriseren. dit resulteerde in een nieuwe waarde, de zogenaamde F-scatter voor voorwaartse lichtspreiding. Leveranciers van glas en

  15. De ontwikkeling van een feedbacksysteem voor toetsvragenmakers

    NARCIS (Netherlands)

    Reinders, J J; Cohen-Schotanus, J; Molenaar, W M

    2005-01-01

    Door de Groningse Faculteit der Medische Wetenschappen is een feedbacksysteem voor toetsvragenmakers ontwikkeld. Het systeem is onder andere gebaseerd op een statistische analyse van de toetsresultaten. Uit een eerste peiling onder toetsvragenmakers blijken de respondenten overwegend positief te

  16. Socio-economic opportunities of the biobased economy in the south-west of the Netherlands. Estimated employment impact in 2020; Sociaaleconomische kansen van de biobased economy in Zuidwest-Nederland. Inschatting werkgelegenheidseffecten in 2020

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Van Lieshout, M.; Warringa, G.; Bergsma, G.; Croezen, H.

    2013-06-15

    This study, commissioned by the Socio-Economic Councils (SER) of the Dutch provinces of Zeeland and Brabant, was carried out in collaboration with a supervisory committee comprising numerous stakeholders in the biobased economy in the south-west of the Netherlands. The motto was 'agro meets chemistry'. Given that it was clear from the outset that the volume of locally available biomass is insufficient for large-scale power generation without inducing serious competition with food production, it was opted to restrict the scope of the 'biobased economy' to production of biobased chemicals and innovative materials. Because of the study's limited scope and duration, gross employment effects were also calculated for Zeeland and West Brabant only. To this end, three factors critical for the growth of the biobased economy and thus for potential employment effects were analysed: the price of fossil feedstocks, the availability of biomass for chemical industry applications, and the availability of capital for investing in innovative biobased processes. To cover the full range of possible developments in the biobased economy, two scenarios were developed: high and low, with in each case employment effects being estimated on the basis of a biomass flow analysis and employment indices [Dutch] Deze studie is uitgevoerd in opdracht van de SER Zeeland en de SER Brabant, in samenwerking met een begeleidingscommissie met brede vertegenwoordiging van stakeholders van de biobased economy in Zuidwest Nederland. De insteek was 'agro meets chemistry'. Aangezien bij aanvang vast stond dat de lokaal beschikbare biomassa onvoldoende is voor grootschalige energieopwekking, zonder ernstige concurrentie met voedselproductie te veroorzaken, is er voor gekozen om de biobased economy te beperken tot de productie van biobased chemie en innovatieve materialen. Verder is gezien de beperkte omvang en doorlooptijd van de studie besloten om

  17. Athletic skills model. Voor een optimale talentontwikkeling

    NARCIS (Netherlands)

    Wormhoudt, R.; Teunissen, J.W.; Savelsbergh, G.J.P.

    2013-01-01

    Voor een optimale talentontwikkeling De huidige generatie kinderen is aantoonbaar minder fit dan die van dertig jaar geleden. Door technologische ontwikkelingen als mobiele telefoons, spelcomputers, digitale media et cetera groeien kinderen op met een andere beweegcultuur, waarin buitenspelen geen

  18. MVO in ketens; Een MVO-ketensamenwerkingsmodel en een voorstel voor ontwikkeling van een GRI-sector supplement voor de foodsector

    NARCIS (Netherlands)

    Goddijn, S.T.; Vlieger, de J.J.

    2004-01-01

    In dit rapport wordt ingegaan op de ketensamenwerking. Er wordt een conceptueel ketensamenwerkingsmodel ontwikkeld. Tevens is een eerste aanzet voor de operationalisering ervan beschreven. Daarnaast wordt ingegaan op de ontwikkelingen ten aanzien van de bedrijfsverslaggeving over MVO-activiteiten.

  19. Wat betekent ‘Seamless learning’ (voor u)?

    NARCIS (Netherlands)

    Rusman, Ellen

    2017-01-01

    Wat betekent Seamless Learning (voor u)? ‘Seamless learning’ richt zich op het doormiddel van technologie draadloos en naadloos verbinden van (leer)ervaringen in verschillende contexten en het hierdoor ondersteunen, verbeteren en versterken van leerprocessen. ‘Seamless’ leerscenario’s bieden

  20. Development of cassava doughnuts enriched with Spirulina platensis biomass Desenvolvimento de 'sonho de mandioca' enriquecido com biomassa de Spirulina platensis

    Directory of Open Access Journals (Sweden)

    Samantha Ferreira Rabelo

    2013-03-01

    Full Text Available The cyanobacteria Spirulina platensis has been cultivated in a fed batch process with urea as the nitrogen source, in order to obtain dehydrated biomass for incorporation into food, aiming at nutritional enrichment and the production of a functional character, due to the amount of proteins, vitamins and several bioactive compounds found in this cyanobacterium. In this study, response surface methodology was used to analyze the substitution of wheat flour by cassava in the development of doughnuts with added Spirulina platensis biomass and inverted sugar, in order to increase the rate of the Maillard's reaction and mask the green colour of the biomass. The formulations were evaluated in relation to their proximate, sensory and technological compositions, which, when compared to the standard formulation, without the addition of S. platensis biomass and inverted sugar, showed the feasibility of adding the biomass to bestow nutritional enrichment without significantly affecting the sensory acceptance of the product or its typical characteristics.Cultivos da cianobactéria Spirulina platensis vêm sendo conduzidos utilizando-se ureia como fonte de nitrogênio, em processo descontínuo alimentado, para obtenção de biomassa desidratada para ser incorporada em alimentos visando enriquecimento nutricional e conferir caráter funcional em virtude da composição rica em proteínas, vitaminas e diversos componentes bioativos. Neste trabalho, foi estudada a substituição da farinha de trigo pela mandioca, além da adição de biomassa de Spirulina platensis e açúcar invertido, para desenvolver um 'sonho' com elevada taxa da Reação de Maillard para mascarar a coloração verde da biomassa, por meio da metodologia de superfície de resposta. As formulações foram avaliadas em relação aos aspectos de composição centesimal, sensoriais e tecnológicos que, quando comparados com o padrão, sem adição de biomassa de S. platensis e açúcar invertido

  1. DETERMINAÇÃO INDIRETA DO ESTOQUE DE BIOMASSA E CARBONO EM POVOAMENTOS DE ACÁCIA-NEGRA (Acacia mearnsii De Wild.

    Directory of Open Access Journals (Sweden)

    Paulo Sérgio Pigatto Schneider

    2005-12-01

    Full Text Available Este trabalho foi realizado com o objetivo de estimar o estoque de carbono em povoamentos equiâneos de Acacia mearnsii De Wild., na região da Encosta Inferior do Sudeste, no Rio Grande do Sul, com o método de derivação do volume em biomassa e carbono. As quantificações dos componentes da biomassa e do carbono foram feitas em povoamentos com idade entre 4 e 8 anos. O método de derivação do volume em biomassa e carbono mostrou-se eficiente na determinação do estoque de carbono, pois a diferença relativa média foi de apenas 4,4%, quando considerada toda a amostragem e independência da idade dos povoamentos. A densidade básica média da madeira foi de 0,6, independente da idade dos povoamentos. A proporção de biomassa média entre o volume com casca pelo volume de folhas, ramos, serrapilheira e raízes foram de 0,59, independente da idade dos povoamentos. A concentração média de carbono, independente da idade dos povoamentos, foi igual a 0,40. O estoque de carbono estimado pelo método de derivação de volume e carbono, em povoamentos de 7 anos de idade, foi de 99,46 t ha-1 no índice de sítio 20, 82,98 t ha-1 no índice de sítio 16, e 46,13 t ha-1 no índice de sítio 12.

  2. Gevaar VoIP voor telecomsector overdreven

    NARCIS (Netherlands)

    Deventer, M.O. van; Wegberg, M. van

    2004-01-01

    Het is een hype Voice-over-IP (VoIP) voor te stellen als een ontwrichtende technologie die de telecomindustrie ingrijpend zal veranderen. Maar hoe ontwrichtend is VoIP eigenlijk? Oskar van Deventer en Marc van Wegberg analyseren drie vormen van VoIP en laten zien dat alleen ‘VoIP-chat’ potentieel

  3. Reparatie Hydrologie voor STONE 2.1. : beschrijving reparatie-acties, analyse resultaten en beoordeling plausibiliteit

    NARCIS (Netherlands)

    Bakel, van P.J.T.; Kroon, T.; Kroes, J.G.; Hoogewoud, J.; Pastoors, R.; Massop, H.T.L.; Walvoort, D.J.J.

    2007-01-01

    Voor de berekeningen met het STONE-instrumentarium voor de Evaluatie Mestbeleid is de hydrologie van de 6405 plots op een aantal punten aangepast ten opzichte van STONE 2.0. De effecten van deze veranderingen zijn geanalyseerd en beoordeeld. De belangrijkste conclusie is dat de veranderingen leiden

  4. Prijspolitiek voor melk in het Verenigd Koninkrijk, België, West-Duitsland, Frankrijk en Zwitserland

    NARCIS (Netherlands)

    Greidanus, G.

    1957-01-01

    Studie van het in enkele landen gevoerde markt- en prijsbeleid voor melk en zuivel. De studie werd begonnen met vijf Europese landen, welke als afzetgebied voor de Nederlandse melk- en zuivelprodukten in meerdere of mindere mate van belang zijn: het Verenigd Koninkrijk, België, West-Duitsland,

  5. Zonneboiler voor vloerverwarming voorlopig nog te duur

    NARCIS (Netherlands)

    Wagenberg, van V.

    2003-01-01

    Op Praktijkcentrum Sterksel deden we afgelopen jaar onderzoek aan een zonneboiler. Deze leverde warm water dat gebruikt werd voor de vloerverwarming in kraamafdelingen en biggenopfokafdelingen. Het blijkt dat de zonneboiler een bijdrage had van 12% van de warmtevraag; een besparing van circa 340,-

  6. Voore Farm Teenused : nagu Agritechnica näitus

    Index Scriptorium Estoniae

    2016-01-01

    Voore Farm Teenuste tehnikapargis on kokku üle 80 erineva masina. Efektiivne tehnikapark võimaldab pakkuda mõistliku hinna eest teenust ka teistele põllumajandusettevõtetele. Vestlusest ettevõtte juhatuse liikme Henrik Klammeriga

  7. Vergelijking van verschillende benzodiazepinen met betrekking tot de potentie voor sedatie en spierverslapping en de werkingsduur in de rat

    NARCIS (Netherlands)

    Jansen van ' t Land C; van der Laan JW

    1989-01-01

    In dit onderzoek werden de benzodiazepinen (BZD) onderling vergeleken met betrekking tot de potentie voor sedatie en spierverslapping en de werkingsduur. Voor de Crl:(WI)BR rat van Charles River zijn voor de volgende benzodiazepinen de ED50 waarden m.b.t. sedatie en spierverslapping bepaald: .

  8. Rare earth metals in North America; Zeldzame aardmetalen in Noord-Amerika

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Louzada, K.

    2012-11-15

    The uncertain supply of rare earth metals (Rare Earth Elements) from China for the high tech industry in the U.S. is a barrier for innovation and the high-tech manufacturing industry. Many rare earths are applied in permanent magnets for sustainable energy generation and for energy storage systems in for example electric cars. Also other sectors feel the pressure of shortages. The federal government in the USA and US companies use the opportunity to encourage research into recycling, reducing the use and finding alternatives for rare earths. Canada sees in the uncertain supply and dwindling reserves in the USA and elsewhere an economic opportunity. Canada can start the development of hitherto unprofitable reserves of valuable materials. Both in the USA and Canada, the number of exploration projects in the mining industry has grown significantly [Dutch] De onzekere aanvoer van zeldzame aardmetalen (Rare Earth Elements) uit China voor de hightechindustrie vormt in de VS een hindernis voor innovatie en voor de hightech maakindustrie. Met name in permanente magneten voor duurzame energieopwekking en energieopslagsystemen voor bijvoorbeeld elektrische auto's worden veel zeldzame aardmetalen verwerkt. Ook andere sectoren staan onder druk. De federale overheid en bedrijven in de VS maken van de gelegenheid gebruik om onderzoek naar de recycling, vermindering van het gebruik en alternatieven voor zeldzame aardmetalen te stimuleren. Canada ziet de onzekere aanvoer en slinkende reserves in de VS en elders als een economische kans. Het land kan tot nu toe onrendabele voorkomens van de waardevolle materialen gaan ontwikkelen. Zowel in de VS als in Canada is het aantal exploratieprojecten in de mijnbouw aanzienlijk gegroeid.

  9. Overheidsaansprakelijkheid voor schade bij legitiem strafvorderlijk handelen

    NARCIS (Netherlands)

    Dane, Nicole Marlèn

    2009-01-01

    De wetgever creëerde in 1926 een schadevergoedingsregeling voor de gewezen verdachte (art. 89-93 Sv) waardoor schade door rechtmatig toegepaste vrijheidsbenemende dwangmiddelen o.g.v. billijkheid kan worden vergoed. Daarna zette de ontwikkeling op dit terrein zich voort via de rechtspraak, zowel

  10. Geo-DBMS als standaard bouwsteen voor Rijkswaterstaat

    NARCIS (Netherlands)

    Tijssen, T.P.M.; Quak, C.W.; Van Oosterom, P.J.M.

    2012-01-01

    Oracle Spatial fungeert binnen Rijkswaterstaat als standaard bouwsteen voor ruimtelijke toepassingen. Doel van dit onderzoek is vast te stellen of andere DBMS'en op een zodanig niveau zijn dat deze ook als standaard bouwsteen zouden kunnen fungeren. De ontwikkeling van open source software biedt

  11. Inventarisatie van bosbouwkundig uitgangsmateriaal in België en Duitsland; uitbreiding van de rassenlijst voor bomen

    NARCIS (Netherlands)

    Buiteveld, J.; Vries, de S.M.G.

    2002-01-01

    Van een negental bosboomsoorten is in ons land in onvoldoende mate uitgangsmateriaal beschikbaar van een bosbouwkundig gezien goede kwaliteit. Voor deze soorten is geïnventariseerd of buitenlandse herkomsten ook geschikt zijn voor gebruik in Nederland. De inventarisatie heeft zich beperkt tot de

  12. Biomimicry. De natuur als inspiratiebron voor innovaties

    NARCIS (Netherlands)

    Segeren, A.; Vogelzang, T.A.

    2015-01-01

    LEI Wageningen UR heeft van het ministerie van Economische Zaken de opdracht gekregen om onderzoek te doen naar de stand van zaken en de mogelijkheden voor de verdere toepassing van biomimicry in Nederland. Deze brochure biedt een analyse van drie actuele praktijkvoorbeelden, inzicht in de impact op

  13. Special on the Bio-based Economy. Making money with a green economy; Special Biobased Economy. Geld verdienen met een groene economie

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Waterval, R. (ed.)

    2011-12-15

    Bio-based is booming. Increasingly more businesses see a healthy business case in products that are not made with fossil raw materials, but with biomass. But where are the opportunities for the Netherlands? And which roles can the government, trade and industry and science play? This PM special contains interviews with and experiences of pioneering entrepreneurs and agricultural attaches in the Netherlands and abroad [Dutch] Biobased is booming. Steeds meer bedrijven zien een gezonde businesscase in producten die niet gemaakt zijn met fossiele grondstoffen maar met biomassa. Waar liggen de kansen voor Nederland? En welke rol is daarbij weggelegd voor de overheid, het bedrijfsleven en de wetenschap? In deze PM-special onder meer interviews met en ervaringen van pionerende entrepreneurs en landbouwattaches in binnen- en buitenland.

  14. Uso de biomassa seca de aguapé (Eichornia crassipes visando à remoção de metais pesados de soluções contaminadas - DOI: 10.4025/actascitechnol.v31i1.3166

    Directory of Open Access Journals (Sweden)

    Affonso Celso Gonçalves Júnior

    2009-04-01

    Full Text Available O presente trabalho avaliou a eficiência da biomassa seca de aguapé (Eichornia crassipes na remoção dos metais pesados cádmio (Cd, chumbo (Pb, cromo (Cr, cobre (Cu, zinco (Zn e níquel (Ni de soluções preparadas com estes metais. O delineamento utilizado foi inteiramente casualizado, com cinco tratamentos (soluções com diferentes concentrações dos metais pesados e quatro repetições. A biomassa seca permaneceu nas soluções dos tratamentos por um período de 48h, e nos intervalos de 1; 2; 3; 6; 12; 24; 36 e 48h após a instalação do experimento, coletaram-se alíquotas de cada tratamento, determinando-se a maior remoção de cada metal pesado pela biomassa seca do aguapé. Foi realizada digestão nitroperclórica na biomassa seca e determinação dos teores dos metais na biomassa e nas alíquotas por espectrometria de absorção atômica, modalidade chama. Para os metais Cd, Pb, Cr, Cu e Zn ocorreu remoção significativa pela massa seca do aguapé nos diferentes tratamentos, enquanto para o Ni não foi encontrada diferença significativa. Dessa forma, conclui-se que a biomassa seca produzida, a partir do aguapé Eichornia crassipes, é um excelente material para a remoção, tanto em pequena como em grande escala, de corpos hídricos contaminados com metais pesados.

  15. Database marketing for energy conservation. Practice-oriented study; Databasemarketing voor energiebesparing. Praktijk gericht onderzoek

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Burghouts, H. [Energie Netwerk EN, Bilthoven (Netherlands); De Kleijn, B.; Van Leerdam, W. [Tangram Advies en Onderzoek, Zeist (Netherlands)

    2013-06-15

    In the 'Block by Block' project 13 local energy saving projects are supported in the development of concepts to realize large-scale energetic improvements of existing houses. In these projects the consortia develop strategies which are applied in the market. In addition, a number of projects is awarded with a so-called 'Green Deal' (agreements between governmental, public and private parties in the Netherlands). Part of the support is a knowledge and learning process. As part of the learning process a practice-oriented research has been carried out into the possibilities of database marketing (DBM) for energy conservation. The research focuses on the opportunities for DBM for energy savings and promising product-market combinations. The question is: can DBM contribute to improving the effectiveness of the 'Block by Block' projects? [Dutch] In het project 'Blok voor Blok' worden 13 lokale energiebesparingsprojecten gesteund bij de ontwikkeling van concepten ten behoeve van de grootschalige energetische verbetering van bestaande woningen. In deze projecten worden door de gevormde consortia strategieen ontwikkeld en uitgevoerd in de markt. Daarnaast is een aantal projecten gehonoreerd met een 'Green deal'. Onderdeel van de ondersteuning is een kennis- en leertraject. In het kader van het leertraject is een praktijk gericht onderzoek gedaan naar de mogelijkheden van databasemarketing (DBM) voor energiebesparing. Het onderzoek richt zich op de kansen voor DBM voor energiebesparing en kansrijke productmarktcombinaties. De vraag is: kan DBM bijdragen aan verbetering van de effectiviteit van projecten 'Blok voor Blok'?.

  16. Tussen de oren, voor paard en pony in praktijk

    NARCIS (Netherlands)

    Bruin, G.; Knaap, J.; Smolders, E.A.A.; Spek, van der M.C.

    1997-01-01

    Dit boek is echter voor tussen de oren van de eigenaar, verzorger, ruiter of amazone. Het bevat praktische adviezen op het gebied van voeding, opfok, gezondheid, africhting, vruchtbaarheid, beweiding en bodems

  17. Risico's van imidacloprid in oppervlaktewater voor de mens

    NARCIS (Netherlands)

    Smit CE; Bodar CWM; te Biesebeek JD; Wolterink G; SEC; SIR; mev; vgc

    2011-01-01

    Het RIVM heeft de risico's voor de mens beoordeeld als gevolg van de aanwezigheid van imidacloprid in oppervlaktewater. Imidacloprid is een insecticide dat in Nederlands oppervlaktewater is aangetroffen in concentraties die hoger zijn dan de geldende waterkwaliteitsnormen. Mensen kunnen met

  18. Kansen voor het e-book in het onderwijs

    NARCIS (Netherlands)

    Mofers, Frans

    2009-01-01

    Deze presentatie gaat over E-book-thema media en ICT. De vragen die aan de orde komen zijn: waarom zijn e-books interessant voor een onderwijsinstelling? -innovatie: vervangen papieren materiaal: boeken, readers etc. Transformatie nieuwe (onverwachte) gebruiksmogelijkheden. Conclusies: - e-book

  19. Concurrentie uit onverwachte hoek voor aanbieders live sportcontent

    NARCIS (Netherlands)

    Rene Foolen

    2016-01-01

    We bevinden ons in een snel veranderend medialandschap. Technologische ontwikkelingen zorgen voor veranderingen in het mediagedrag van de consument. On demand kijken is volledig ingeburgerd en zeker Millennials kijken nauwelijks nog op een lineaire manier televisie. Live sport lijkt een

  20. Subtiele verleiders inzetten voor studiesucces : Nudging the student

    NARCIS (Netherlands)

    J.M. Kreeft; I. van den Donker; dr. A.F. de Wild; D. van der Waal

    2013-01-01

    Subtiele prikkels in de omgeving van mensen zijn in staat om hun gedrag voorspelbaar te veranderen. Dit gegeven, bekend vanuit de psychologie en sociologie, biedt kansen voor het hoger onderwijs. Subtiele interventies (nudges) in het onderwijsproces leiden studenten namelijk onbewust tot

  1. Afspraken voor het uitwisselen en hergebruik van onderwijsmateriaal

    NARCIS (Netherlands)

    Manderveld, Jocelyn

    2005-01-01

    Manderveld, J. (2004) Afspraken voor het uitwisselen en hergebruik van onderwijsmateriaal. In: Gorissen, P., Manderveld, J., Benneker, F. & Cordewener, B. Leertechnologie in de Lage Landen (pp. 17-19). Utrecht, Stichting Surf. Ook beschikbaar in dspace: http://hdl.handle.net/1820/270

  2. Background information for the SER Energy Agreement for Sustainable Growth calculations. Sectors Industry, Agriculture and Horticulture; Achtergronddocument bij doorrekening Energieakkoord. Sectoren industrie en land- en tuinbouw

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Wetzels, W. [ECN Beleidsstudies, Petten (Netherlands)

    2013-09-01

    On September 4, 2013, representatives of employers' associations, trade union federations, environmental organizations, the Dutch government and civil society have signed an Energy Agreement for Sustainable Growth. ECN and PBL have been asked to evaluate this agreement. This report gives background information on the evaluation of the measures aimed at improving energy efficiency in industry and agriculture [Dutch] Op 4 september 2013 is het 'Energieakkoord voor duurzame groei' getekend. ECN en PBL zijn gevraagd het akkoord te beoordelen en door te rekenen. Dit rapport dient als achtergronddocument bij de doorrekening van de maatregelen gericht op energiebesparing in de industrie en land- en tuinbouw.

  3. Background information on the estimation of short-term effects of the Energy Agreement for Sustainable Growth on renewable energy; Toelichting inschatting korte-termijneffecten Energieakkoord op hernieuwbare energie

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Hekkenberg, M.; Londo, H.M.; Lensink, S.M. [ECN Beleidsstudies, Petten (Netherlands)

    2013-09-01

    On September 4, 2013, representatives of employers' associations, trade union federations, environmental organizations, the Dutch government and civil society have signed an Energy Agreement for Sustainable Growth. ECN and PBL have been asked to evaluate this agreement. This report gives background information on the evaluation of the measures aimed at improving energy efficiency in industry and agriculture [Dutch] Op 4 september 2013 is het 'Energieakkoord voor duurzame groei' getekend. ECN en PBL zijn gevraagd het akkoord te beoordelen en door te rekenen. Dit rapport dient als achtergronddocument bij de doorrekening van de maatregelen gericht op energiebesparing in de industrie en land- en tuinbouw.

  4. Multi Criteria Decision Making (MCDM). Complex problems made easy; Multi Criteria Decision Making (MCDM). Complexe vraagstukken behapbaar maken

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Van Oeffelen, E.C.M.; Van Zundert, K.; Westerlaekn, A.C. [TNO, Delft (Netherlands)

    2011-12-15

    The existing housing stock needs to become smarter and more sustainable in its energy use. From a technical viewpoint, renovations can usually be realized successfully, but the multitude of preconditions such as phasing and the degree of inconvenience for residents often turn renovation into a complex matter. The MCDM method can be a suitable instrument in handling complex renovation issues. [Dutch] In de bestaande woningvoorraad moet slimmer en vooral duurzamer met energie worden omgegaan. Technisch gezien is een renovatie vaak goed realiseerbaar, maar vele randvoorwaarden, zoals fasering en mate van overlast voor bewoners, maken renovatievraagstukken vaak complex. De MCDM-methodiek kan een geschikt hulpmiddel zijn bij het aanpakken van complexe renovatievraagstukken.

  5. Sustainable newly built UPC office in Leeuwarden, Netherlands. Use of surface water for cooling call centre and office building; Duurzame nieuwbouw UPC Leeuwarden. Oppervlaktewater voor koeling callcenter en kantoor ingezet

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Groot-D' hondt, E. [Wolter en Dros, Amersfoort (Netherlands)

    2010-10-15

    The municipality of Leeuwarden, Netherlands, and the cable company UPC Netherlands signed contracts for the construction of the UPC headquarters in Leeuwarden, March 2010. The building of the 'greenest' Green Office of the Netherlands, started in June 2010 and is expected to be finalized the end of 2011. Use is made of surface water, rain, heat and cold storage in combination with a heat pump and low temperature systems, such as climate ceilings and floor heating, green roofs, natural insulation, and photovoltaic cells. [Dutch] De gemeente Leeuwarden en UPC Nederland ondertekenden 17 maart 2010 de contracten voor de nieuwbouw van het UPC-hoofdkantoor in Leeuwarden. De bouw van het 'groenste' Green Office van Nederland, startte in juni 2010 en wordt naar verwachting eind 2011 opgeleverd. Er wordt gebruik gemaakt van oppervlaktewater, regenwater, warmte- en koudeopslag in combinatie met een warmtepomp en lage temperatuursystemen, zoals klimaatplafonds en vloerverwarming, groene daken , natuurlijke isolatie, en photovoltaische cellen.

  6. Produção de biomassa e acúmulo de nutrientes em plantas de cobertura sob diferentes sistemas de preparo do solo

    Directory of Open Access Journals (Sweden)

    Fabio Kempim Pittelkow

    2012-07-01

    Full Text Available O objetivo deste trabalho foi avaliar a produção de biomassa seca e o acúmulo de nutrientes de plantas de cobertura em diferentes sistemas de preparo do solo. O experimento foi instalado após a colheita da soja precoce sobre um Latossolo Vermelho em Sorriso, MT. O delineamento experimental adotado foi em blocos casualizados, no esquema de parcelas subdivididas, com três repetições. As parcelas foram constituídas pelas plantas de cobertura (milheto, crotalária, braquiária, sorgo e amaranto e as subparcelas pelos sistemas de preparo do solo (sistema de plantio direto, sistema de cultivo mínimo e sistema de preparo convencional. No final do ciclo de cada planta de cobertura realizou-se uma amostragem, para estimar a produção de biomassa e de produção de grãos, através de um quadro amostral de 50 cm de lado, disposto de forma aleatória dentro de cada subparcela. Foram avaliadas as concentrações de macro e micronutrientes nas plantas de cobertura e os acúmulos foram determinados por meio da multiplicação da produção de biomassa seca pelo teor do nutriente. A produção de biomassa seca pelas plantas de cobertura não foi influenciada pelos sistemas de preparo do solo. A braquiária apresentou os maiores acúmulos de macro e micronutrientes e a menor relação C/N. O acúmulo de cálcio é influenciado pelos sistemas de preparo do solo.

  7. De fiets als maat voor de stedenbouw

    NARCIS (Netherlands)

    te Brömmelstroet, M.

    2012-01-01

    Het aanleggen van extra fietspaden zou meer mensen aan het fietsen moeten krijgen. Werkt dat ook zo? Kan de ruimtelijke inrichting het gedrag van fietsend Nederland beïnvloeden? De polycentrische structuur van ons land past in ieder geval goed bij de maat van de fiets en is bepalend voor de manier

  8. Onderzoek naar de mogelijkheden om de bewaaradvisering voor appels te baseren op de bepaling van de minerale samenstelling van het perssap

    NARCIS (Netherlands)

    Driessen, J.J.M.; Jong, de J.

    1989-01-01

    In samenwerking met het Proefstation voor de Fruitteelt te Wilhelminadorp (PFW) en het Bedrijfslaboratorium voor Grond- en Gewasonderzoek te Oosterbeek (BLGG) is onderzoek verricht met appels van de rassen "Schone van Boskoop" en "Cox's Orange Pippin", Nagegaan is of de methode voor de vruchtanalyse

  9. Intibo als alternatief voor amgb's bij gespeende biggen

    NARCIS (Netherlands)

    Krimpen, van M.M.; Binnendijk, G.P.; Plagge, J.G.; Prado, del C.

    2002-01-01

    Het gebruik van antimicrobiële groeibevorderaars (AMGB's) staat ter discussie en wordt in de toekomst mogelijk verboden. Met het vooruitzicht hierop is de mengvoersector bezig met het ontwikkelen van voerconcepten die een alternatief moeten zijn voor AMGB's. :Op verzoek van Speerstra Feed

  10. Betekenis van Legionella-soorten voor preventiebeleid van leidingwaterinstallaties

    NARCIS (Netherlands)

    Versteegh JFM; Brandsema PS; Lodder WJ; de Roda Husman AM; Schalk JAC; van der Aa NGFM; IMG; LZO; EPI

    2009-01-01

    Het RIVM adviseert om de huidige normstelling voor het preventiebeleid van Legionella te handhaven en niet uitsluitend op Legionella pneumophila te richten. Als andere Legionella-soorten worden aangetroffen kan er ook groei van Legionella pneumophila optreden. Als er dan geen maatregelen worden

  11. Residents use energy, buildings do not; Bewoners gebruiken energie, gebouwen niet

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Abdalla, G. [BAM Techniek, Benningbroek (Netherlands)

    2013-07-15

    Innovative HVAC systems and energy saving measurements are essential elements in sustainable housing projects. The way residents use their HVAC systems can strongly affect the achievement of project sustainability goals. Residents' interaction can be influenced by their behavior, needs, expectations and lifestyle. This article is based on the thesis 'Sustainable Residential Districts: the residents' role in project success'. The study recommends building professionals employing HVAC systems that satisfy both resident's needs and behavior in a sustainable way and coaching residents to use their HVAC systems in an energy efficient way [Dutch] Bewoners zijn de spil in duurzame woninginitiatieven. Zij bepalen voor een groot deel het slagen of mislukken van een project. Maar wat is precies hun invloed? De vraagstelling 'Een verkeerde installatie of verkeerd gebruik?' is een goed startpunt om technische oplossingen en gedrag van bewoners aan elkaar te koppelen om zo knelpunten en mogelijke antwoorden te ontdekken. Dit artikel belicht de bevindingen van het proefschrift 'Sustainable Residential Districts: the residents' role in project success'. Hierin is uitgebreid onderzocht welke bewoners-gerelateerde aspecten van belang zijn in duurzame wijken.

  12. A clean slate. For a future of possibilities; Schonelei. Voor een toekomst van mogelijkheden

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Luttik, P.; Boosten, G. [Stichting DoTank, Bussum (Netherlands); Smit, H.; Tersteeg, J. [WING Proces Consultancy, Wageningen UR, Wageningen (Netherlands)

    2006-12-15

    a situation must be created that is aimed at renewal and innovation. A stimulating environment with guarantees for result driven investments, instead of a system of subsidies that is incomprehensible. We also have to look for new co-operation partners, not based on contracts and demands for specific results, but based on transparency, trust and shared ambitions. Everything has to be directed at the creation of new values. At this moment in time a number of results of the Clean Slate project are being elaborated. [Dutch] De landbouw staat in Nederland onder druk. Ondanks de inspanningen van velen om de agrarische sector in Nederland te laten floreren, is het niet ondenkbaar dat op een termijn van 30-50 jaar (delen van de) landbouw uit (delen van) Nederland zijn verdwenen. Het nadenken over de consequenties van deze ontwikkeling is zeker in agrarische kringen nog taboe. Dit belemmert niet alleen het zicht op nieuwe kansen die door het verdwijnen van landbouw ontstaan, het blokkeert ook de bewustwording ten aanzien van het kostbare dat dan verloren gaat. Het project 'Schonelei' concentreert zich op de kansenkant. Uitgangspunt is een viertal extreme scenario's voor het verdwijnen van de grondgebonden landbouw uit ons land. Die scenario's dienden als inspiratie voor de ontwikkeling van nieuwe concepten of aanzetten daartoe. Dat heeft een rijke oogst opgeleverd. Een negental concepten wordt in het rapport verder uitgewerkt, namelijk: Zeelandbouw (landbouw in zee); Bioport (Nederland niet meer als draaischijf voor fossiele energie, maar voor biomassa); Vraaggestuurde microketens (in tegenstelling tot aanbodgerichte bulkketens); Lokale autonomie (in plaats van centrale voorzieningen); Overbruggend eten (eten als manier om mensen nader tot elkaar te brengen); Nature at your fingertips (natuur aantrekkelijker maken door haar deels te virtualiseren); Waardevol sterven (over een nieuwe beleving van de laatste levensfase); Waardegedreven financiele

  13. BoKS 1.0. : Een voorstel voor een body of knowlegde & skills van de communicatieve competentie

    NARCIS (Netherlands)

    Els van der Pool; Monique van Wijk; Cecilia van Dongen

    2010-01-01

    Sinds 2008 bestaat er een landelijke Body of Knowledge & Skills voor vijf domeinen binnen het hoger onderwijs, te weten Business Administration, Commerce, Communications, Economics en Laws (Hbo-raad 2008). De term Body of Knowledge & Skills (BoKS) staat voor het geheel van kennis, vaardigheden en

  14. Database marketing for energy conservation. Practice-oriented study; Databasemarketing voor energiebesparing. Praktijk gericht onderzoek

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Burghouts, H. [Energie Netwerk EN, Bilthoven (Netherlands); De Kleijn, B.; Van Leerdam, W. [Tangram Advies en Onderzoek, Zeist (Netherlands)

    2013-06-15

    In the 'Block by Block' project 13 local energy saving projects are supported in the development of concepts to realize large-scale energetic improvements of existing houses. In these projects the consortia develop strategies which are applied in the market. In addition, a number of projects is awarded with a so-called 'Green Deal' (agreements between governmental, public and private parties in the Netherlands). Part of the support is a knowledge and learning process. As part of the learning process a practice-oriented research has been carried out into the possibilities of database marketing (DBM) for energy conservation. The research focuses on the opportunities for DBM for energy savings and promising product-market combinations. The question is: can DBM contribute to improving the effectiveness of the 'Block by Block' projects? [Dutch] In het project 'Blok voor Blok' worden 13 lokale energiebesparingsprojecten gesteund bij de ontwikkeling van concepten ten behoeve van de grootschalige energetische verbetering van bestaande woningen. In deze projecten worden door de gevormde consortia strategieen ontwikkeld en uitgevoerd in de markt. Daarnaast is een aantal projecten gehonoreerd met een 'Green deal'. Onderdeel van de ondersteuning is een kennis- en leertraject. In het kader van het leertraject is een praktijk gericht onderzoek gedaan naar de mogelijkheden van databasemarketing (DBM) voor energiebesparing. Het onderzoek richt zich op de kansen voor DBM voor energiebesparing en kansrijke productmarktcombinaties. De vraag is: kan DBM bijdragen aan verbetering van de effectiviteit van projecten 'Blok voor Blok'?.

  15. Energy monitor of the Dutch flower bulb sector 2008; Energiemonitor van de Nederlandse Bloembollensector 2008

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Wildschut, J. [Praktijkonderzoek Plant en Omgeving PPO, Bloembollen, Boomkwekerij en Fruit, Lisse (Netherlands)

    2009-09-15

    de verdere monitoring t/m 2011. De Energie Efficientie Index van 2008 wordt dan op 100 gesteld. Voor 25 energiebesparende maatregelen is in de monitoring nagegaan in hoeverre deze werden toegepast, Opvallend hierbij is dat slechts op 11% van de bedrijven de ethyleen analyser wordt toegepast. Isolatie van de bewaarcel, frequentie-geregelde ventilatoren en de afgeronde uitblaasopening in de systeemwand worden relatief veel toegepast (door respectievelijk 70%, 50% en 38% van de bedrijven). In de broeierij scoren energieschermen, gevel-isolatie en voortrekken/meerlagenteelt relatief hoog (respectievelijk 55%, 53% en 24 %). Ook het toepassen van de klimaatcomputer in teelt en broei scoort met ruim 65% hoog. Meest toegepaste maatregel is het gebruik van HR:ketels (77%). Duurzame energie wordt op bijna 20% van de bedrijven toegepast, waarbij het gebruik van warme kaslucht voor drogen het meest toegepast wordt (door 76 bedrijven). Groene stroom is de tweede duurzame energiebron (aangekocht door bijna 5% van de bedrijven). Het aandeel duurzame energie komt hiermee op 2,3%. De CO2-uitstoot door het directe verbruik van fossiele brandstoffen van de 495 gemonitorde bedrijven is berekend op 30.541 ton bij de teelt (drogen en bewaren) en 25.003 bij de broei (kasverwarming). In totaal 55.544 ton.

  16. Alternatieven voor de septic tank in het buitengebied : brongerichte aanpak sanitatie in niet-kwetsbare gebieden [thema riolering

    NARCIS (Netherlands)

    Mels, A.; Kujawa, K.; Zeeman, G.

    2004-01-01

    Voor 1 januari 2005 dienen op alle ongerioleerde percelen in het buitengebied adequate lozingsvoorzieningen te zijn getroffen. In niet-kwetsbaar buitengebied schrijft artikel 1 van het lozingenbesluit Wvo huishoudelijk afvalwater voor om bij lozingen tot vijf inwonerequivalenten een septic tank van

  17. Bedrijfseconomisch advies : achtergrondinformatie en -documentatie bij de spreadsheettoepassingen voor de akkerbouw en de groenteteelt in de vollegrond

    NARCIS (Netherlands)

    Janssens, S.R.M.; Krikke, A.T.; Bosch, H.K.J.

    1989-01-01

    Het opstellen van bedrijfseconomische adviezen voor individuele agrarische ondernemers vindt sinds de zestiger jaren plaats. In het kader van de automatisering werd op basis van een spreadsheet (Lotus 123) een aantal toepassingen ontwikkeld voor de bedrijfseconomische advisering van akkerbouw- en

  18. Verbeelding en principes: Enkele implicaties van Dewey’s moraalfilosofie voor een vernieuwing van de hedendaagse ethiek

    NARCIS (Netherlands)

    Coeckelbergh, Mark

    2007-01-01

    In deze presentatie onderzoek ik hoe Dewey’s moraalfilosofie kan bijdragen aan een vernieuwing van de hedendaagse ethiek door te kijken naar de rol die Dewey ziet voor verbeelding en principes in moreel redeneren. Ik toon dat zijn werk kan gebruikt worden om te argumenteren voor een omwenteling in

  19. Hoe maak je gebruik van tablets voor leren?

    NARCIS (Netherlands)

    Kalz, Marco; Kluijfhout, Eric; Börner, Dirk; Tabuenca, Bernardo; Kester, Liesbeth; Wolff, Charlotte; Bahreini, Kiavash; Gijselaers, Jérôme; Andeweg, Cisca; De Vries, Fred; Berkhout, Jeroen; Storm, Jeroen

    2012-01-01

    Kalz, M., Kluijfhout, E., Börner, D., Tabuenca, B., Kester, L., Wolff, C., Bahreini, K., Gijselaers. J., De Vries, F., Andeweg, C., Berkhout, J., & Storm, J. (2012, 28 September). Hoe maak je gebruik van tablets voor leren? Masterclass in de OpenU community. Open Universiteit, Heerlen, Nederland.

  20. Vers bloed voor spinazie (interview met C. Kik)

    NARCIS (Netherlands)

    Nijland, R.; Kik, C.

    2011-01-01

    Chris Kik van het Centrum voor Genetische Bronnen Nederland (CGN) keerde afgelopen weekend terug van een eenmansexpeditie door Azerbeidzjan, Georgië en Armenië. Resultaat van de reis: een koffer volgepropt met 53 witte linnen zakjes zaad van wilde en lokaal geteelde spinazie. Dat materiaal gaat

  1. Kengetallenoverzichten en PDCA-aanpak voor verlenging levensduur melkvee

    NARCIS (Netherlands)

    Zijlstra, J.; Vlemminx, R.; Dellevoet, M.

    2014-01-01

    Het project ‘Verlenging Levensduur Melkvee, fase 2’ is een vervolg op de eerste fase waarin een routekaart voor het verlengen van levensduur van melkvee binnen de Nederlandse melkveehouderijsector is gemaakt. Het doel van ‘Verlenging Levensduur Melkvee, fase 2’ is tweeledig: 1) Het aanpassen van

  2. Goffman als basis voor frame-analyse en framingonderzoek

    NARCIS (Netherlands)

    Wester, F.P.J.

    2017-01-01

    Het woord framing komt al een vijftiental jaren in het Nederlands voor in politiek en media. Het wordt meestal gebruikt om een communicatiestrategie aan te duiden. Door een onderwerp via woord en/of beeld in een bepaald kader te plaatsen, krijgt het een lading met positieve of juist negatieve

  3. ESTIMATIVA DA BIOMASSA E DO CONTEÚDO DE NUTRIENTES DE UM POVOAMENTO DE Eucalyptus globulus (Labillardière SUB-ESPÉCIE maidenii

    Directory of Open Access Journals (Sweden)

    Mauro Valdir Schumacher

    2000-12-01

    Full Text Available O presente trabalho teve por objetivo estimar a produção de biomassa acima do solo e determinar o conteúdo de nutrientes nos diferentes componentes das árvores de um povoamento de Eucalyptus globulus subespécie maidenii. Os dados foram coletados em um talhão de 4 anos de idade, plantado em solo argiloso, no município de Butiá, Rio Grande do Sul. Para determinar a quantidade de biomassa, foi utilizada uma equação de regressão (lnY = a + b * lnX cujos coeficientes foram calculados com base em nove árvores amostradas em diferentes classes diamétricas. A biomassa total acima do solo foi de 83,2 Mg ha-1, em que 13; 10; 9 e 68 % encontravam-se distribuídos nas folhas, ramos, casca e madeira, respectivamente. Do total dos elementos na árvore, na madeira do tronco foram encontrados 29; 29; 40; 12,5 e 34% de N, P, K, Ca e Mg respectivamente. Já na copa das árvores, esses mesmos elementos representaram 64; 56; 48,5; 32 e 39%. A casca foi o componente que acumulou as maiores quantidades de cálcio, (55,3% do total.

  4. Per maand of per kWh?: beoordeling van de effecten van een ander tariefsysteem voor kleinverbruikers electriciteit

    NARCIS (Netherlands)

    Aalbers, R.F.A.; de Nooij, M.

    2006-01-01

    Dit rapport bepaalt de effecten van de invoering van een capaciteitstarief voor de kosten van het transport van elektriciteit voor kleinverbruikers. Centraal kenmerk van een capaciteitstarief is dat kleinverbruikers niet langer per afgenomen kWh, maar een vast bedrag per aansluiting betalen. In het

  5. Indicatoren voor bewusteloosheid = Indicators for unconsciousness

    OpenAIRE

    Gerritzen, M.A.; Hindle, V.A.

    2009-01-01

    In het kader van de wettelijke verplichting om dieren te beschermen vooraf en tijdens het slachten heeft LNV onderzoek gevraagd naar de (on)mogelijkheden van het in-line bepalen van de effectiviteit van verdovingsmethoden onder commerciële omstandigheden, met andere woorden beschikken we over voldoende betrouwbare indicatoren voor het vaststellen van bewusteloosheid in het slachtproces. In dit rapport zijn het resultaat van een literatuuronderzoek en van een enquête onder internationale exper...

  6. Nieuwe technieken voor het meten van de verteerbaarheid van grondstoffen en mengvoeders voor varkens : in vitro methoden, de in vitro automaat = New techniques to measure the digestibility of feedstuffs and diets for pigs : in vitro methods, the in vitro automate

    NARCIS (Netherlands)

    Meer, van der J.M.; Schraa, R.

    1989-01-01

    Voor de waardering van varkensvoeders, grondstoffen en mengvoeders is een in-vitro-methode ontwikkeld, die de in vivo schijnbare organische stofverteerbaarheid voorspelt. De methode is gebaseerd op een aantal opeenvolgende incubaties bij 40 graden Celsius met "handels" verteringsenzymen. Voor deze

  7. De late Foucault : vrijheid als zorg voor jezelf

    NARCIS (Netherlands)

    Coeckelbergh, Mark

    2008-01-01

    Michel Foucault (1926-1984) was een van de meest populaire filosofen in de jaren zeventig en tachtig van de vorige eeuw. En ook nu nog inspireert hij velen. Waarom eigenlijk? Zijn het zijn boeken over waanzin en ziekte, gevangenis en seks? Is het zijn voor een academicus opmerkelijk spannende leven

  8. How environment friendly is sustainable building? The quantification of the environmental burden of houses; Hoe milieuvriendelijk is duurzaam bouwen? De milieubelasting van woningen gekwantificeerd

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Klunder, G.

    2002-07-01

    The aim of the study on the title subject is to identify developments, strategies, chances and bottlenecks with respect to sustainable construction of houses as an integrated part of an ecological city. The main subject of the study is to determine and assess options to reduce the environmental burden of dwellings, focusing on building materials, energy consumption and use of water. [Dutch] Het DIOC-DGO (Delfts Interfacultair Onderzoekscentrum Duurzaam Gebouwde omgeving) van de Technische Universiteit Delft verricht onderzoek naar een duurzame en leefbare omgeving. De doelstelling van het onderzoek is: het identificeren van ontwikkelingen, strategieen, kansen en knelpunten met betrekking tot duurzame nieuwbouw van woningen als integraal onderdeel van een ecologische stad. De probleemstelling luidt: hoe kan de milieubelasting van woningen substantieel worden verminderd? De stand van zaken anno 2002 is dat 30 procent van de woningen duurzaam wordt gebouwd. In de Voorbeeldprojecten duurzaam en energiezuinig bouwen worden bijna standaard rogips of natuurgips, beton met puingranulaat, naadafdichting met PE of EPDM en oplosmiddelarme verf toegepast. Uit de milieuanalyse blijkt dat de milieubelasting in de pas loopt met de grootte van de woning. De fundering, gevels en binnenwanden en vloeren zijn verantwoordelijk voor 80 tot 90 procent van de materiaalstroom. Verwacht wordt dat in de komende decennia de bestaande materialen verder worden geoptimaliseerd en ontwikkeld. Er worden vooruitstrevende ontwikkelingen voorzien in bouwtechnieken. Energiegebruik kan in drie stappen verminderd worden: het voorkomen van onnodig gebruik, het gebruik van eindeloze bronnen en het verstandige gebruik van eindige bronnen, dat wil zeggen schoon en met een hoog rendement. Enkele conclusies zijn: de milieubelasting van watergebruik speelt een ondergeschikte rol, innovaties in materialen en bouwtechnieken blijven sterk achter bij innovaties in installaties. Aanbevolen wordt: de overheid moet

  9. Modelagem da produção de biomassa da Haematococcus pluvialis.

    OpenAIRE

    Galvão, Rosana Machado

    2011-01-01

    O uso de microalgas como matéria-prima para produção de biocombustíveis tem sido apontado, por muitos pesquisadores, como essencial para reduzir as emissões dos gases que provocam o efeito estufa, visto que o cultivo de microalgas pode atuar no processo de sequestro de CO2 e a biomassa formada pode ser utilizada na substituição de combustíveis fósseis. Dessa forma, o interesse pela otimização do cultivo de microalga não está somente na fonte de produtos de alto valor agregado, mas na formação...

  10. 3D pilot. Eindrapport werkgroep technische specificaties voor de opbouw van de 3D IMGeo-CityGML

    NARCIS (Netherlands)

    Blaauboer, J.; Goos, J.; Ledoux, H.; Penninga, F.; Reuvers, M.; Stoter, J.E.; Vosselman, M.G.

    2012-01-01

    Deze notitie is de eindrapportage van Activiteit 3 van de zes 3D Pilot NL Fase II activiteiten: Technische specificaties bestekteksten voor de opbouw van IMGeo-CityGML. De 3D Pilot is een initiatief van het Kadaster, Geonovum, de Nederlandse Commissie voor Geodesie en het Ministerie van

  11. APORTE DE NUTRIENTES E BIOMASSA VIA SERRAPILHEIRA EM SISTEMAS AGROFLORESTAIS EM PARATY (RJ)

    OpenAIRE

    Nina Duarte Silveira; Marcos Gervasio Pereira; José Carlos Polidoro; Sílvio Roberto de Lucena Tavares; Rodrigo Barcelar Mello

    2007-01-01

    O objetivo deste trabalho foi avaliar a sustentabilidade ambiental de Sistemas Agroflorestais Regenerativos e Análogos (Safra), utilizando-se como indicadores de sustentabilidade ambiental o aporte de biomassa e nutrientes via serrapilheira de espécies arbóreas plantadas. Este trabalho faz parte das ações do PRODETAB – projeto 039 e foi desenvolvido na Fazenda Goura Vrindávna, Paraty, RJ. Foram plantadas 28 espécies arbóreas de múltiplos usos em três tratamentos agroflorestais, Safra Mínimo (...

  12. Lintwormen bij schapen niet gauw gevaarlijk voor de mens

    NARCIS (Netherlands)

    Borgsteede, F.H.M.

    1997-01-01

    Schapen kunnen fungeren als tussengastheer van 4 lintwormsoorten die alle de hond als eindgastheer hebben. Een van deze 4 is ook gevaarlijk voor de mens, namelijk Echinococcus granulosus. het gevaar komt dan niet van het schaap, maar van de eindgastheer, de hond

  13. Housing associations and ventilation. Program Requirements for Domestic Ventilation for new construction and renovation (version 2.0); Woningcorporaties en ventilatie. Programma van Eisen voor Woningventilatie voor nieuwbouw en renovatie (versie 2.0)

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Balvers, J.; Boerstra, A. [BBA Binnenmilieu, Rotterdam (Netherlands)

    2011-11-15

    The aim of the title project is to develop a base of Program Requirements (PvE, abbreviated in Dutch) that employees of housing associations can use as a starting point to achieve ventilation systems in new construction and renovation of housing projects. The tool comprises of three parts: Instructions the for use of the PvE (Chapter 1); PvE for homes with balanced ventilation, including explanatory notes (Chapter 2); PvE for homes with natural ventilation and mechanical exhaust system, including explanatory notes (Chapter 3) [Dutch] Het doel van het project is het ontwikkelen van een basis Programma van Eisen (PvE) dat medewerkers van woningcorporaties als uitgangspunt kunnen gebruiken bij het realiseren van ventilatiesystemen in nieuwbouw en renovatie van woningbouwprojecten. Het instrument bestaat uit 3 delen: Aanwijzingen voor het gebruik van de PvE's (hoofdstuk 1); PvE voor woningen met balansventilatie, inclusief toelichting (hoofdstuk 2); PvE voor woningen met natuurlijke luchttoevoer en mechanische luchtafvoer, inclusief toelichting (hoofdstuk 3)

  14. Emissões de compostos carbonosos pela queima doméstica de biomassa

    OpenAIRE

    Duarte, Márcio Alexandre Correia

    2011-01-01

    Foram realizados um conjunto de ensaios de queima de combustíveis sólidos (madeira) de três espécies típicas portuguesas pinheiro, eucalipto e sobreiro. Estes ensaios de queima foram realizados em dois equipamentos típicos em Portugal, um fogão com recuperador e uma lareira. Com isso pretendeu-se obter perfis de emissão de gases e PM10 de forma a contribuir para uma melhor caracterização da contribuição das emissões provenientes da queima de biomassa em Portugal. Alem disso, foram ainda deter...

  15. De steenvlieg Protonemura risi nieuw voor Nederland (Plecoptera: Nemouridae)

    NARCIS (Netherlands)

    Hoek, van den T.H.

    2006-01-01

    Steenvliegen komen vooral voor in stromende wateren: van bronnen tot grote rivieren. De onvolwassen stadia (nimfen) leven in het water, de volwassen dieren op het land. Door watervervuiling en afbraak van hun leefmilieu zijn de steenvliegen sterk achteruit gegaan. De soorten van de grote rivieren

  16. Groene bouwstenen voor biobased plastics : biobased routes en marktontwikkeling

    NARCIS (Netherlands)

    Harmsen, P.F.H.; Hackmann, M.M.

    2012-01-01

    Chemisch gezien kunnen vrijwel alle bouwstenen voor plastics uit hernieuwbare grondstoffen worden gemaakt, maar niet elke route is commercieel haalbaar. Processen zijn vaak (nog) niet efficiënt genoeg, producten hebben een te lage zuiverheid of de grondstoffen zijn te duur. Deze uitgave geeft meer

  17. De goudwesp Chrysis equestris nieuw voor Nederland (Hymenoptera: Chrysididae)

    NARCIS (Netherlands)

    Soon, V.; Stipdonk, van A.

    2105-01-01

    Goudwespen zijn fraaie insecten, met felle metaalkleuren in de tinten rood, groen en blauw. Ze parasiteren vaak bij bijen en angeldragende wespen. In dit artikel wordt de eerste vondst van Chrysis equestris voor Nederland beschreven, waarmee het aantal in Nederland gevonden soorten nu op 57 komt.

  18. Policy for climate and renewable energy. On the road to 2050; Beleid voor klimaat en hernieuwbare energie. Op weg naar 2050

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Verdonk, M.; Boot, P.A.; Ros, J.P.M.

    2011-12-15

    A study was conducted to find out to what extent the realization of the goals for 2020 are on track for a low-carbon economy in 2050. The current climate and energy targets for 2020 offer insufficient incentives to reduce greenhouse gas emissions with 80-95 percent in 2050. This requires a (European) climate target for 2030 and stronger promotion of innovation. [Dutch] Er is onderzocht in welke mate het realiseren van doelen voor 2020 op koers ligt voor een koolstofarme economie in 2050. De huidige klimaat- en energiedoelen voor 2020 bieden onvoldoende stimulans om in 2050 80-95 procent minder broeikasgassen uit te stoten. Daarvoor is een (Europees) klimaatdoel voor 2030 en meer bevordering van innovatie nodig.

  19. Schatgraven in 'de mijnen van het Oosten'. Europa's eerste tijdschrift voor oriëntaalse studies

    Directory of Open Access Journals (Sweden)

    Peter Rietbergen

    1999-06-01

    Full Text Available Tussen 1809 en 1818 verscheen Fundgruben des Orients. Dit eerste Europese tijdschrift voor oriëntaalse studies was een spreekbuis voor liefhebbers van de cultuur van het Oosten. De redactie wilde de nadruk leggen op het Nabije Oosten. De groeiende koloniale invloed van Engeland in Azië, met name in India, weerspiegelde zich echter ook in de kolommen van het tijdschrift. Een politiek gevoelig artikel maakte waarschijnlijk een einde aan het blad.

  20. Exploring TM image texture and its relationships with biomass estimation in Rondônia, Brazilian Amazon Explorando texturas de imagens TM e suas relações com estimativas de biomassa em Rondônia

    Directory of Open Access Journals (Sweden)

    Dengsheng Lu

    2005-06-01

    Full Text Available Many texture measures have been developed and used for improving land-cover classification accuracy, but rarely has research examined the role of textures in improving the performance of aboveground biomass estimations. The relationship between texture and biomass is poorly understood. This paper used Landsat Thematic Mapper (TM data to explore relationships between TM image textures and aboveground biomass in Rondônia, Brazilian Amazon. Eight grey level co-occurrence matrix (GLCM based texture measures (i.e., mean, variance, homogeneity, contrast, dissimilarity, entropy, second moment, and correlation, associated with seven different window sizes (5x5, 7x7, 9x9, 11x11, 15x15, 19x19, and 25x25, and five TM bands (TM 2, 3, 4, 5, and 7 were analyzed. Pearson's correlation coefficient was used to analyze texture and biomass relationships. This research indicates that most textures are weakly correlated with successional vegetation biomass, but some textures are significantly correlated with mature forest biomass. In contrast, TM spectral signatures are significantly correlated with successional vegetation biomass, but weakly correlated with mature forest biomass. Our findings imply that textures may be critical in improving mature forest biomass estimation, but relatively less important for successional vegetation biomass estimation.Muitas medidas de textura têm sido desenvolvidas e utilizadas para melhorar a acurácia de classificações de cobertura das terras, mas raramente têm-se avaliado a importância dessas medidas em estimativas de biomassa. Este trabalho utilizou dados Landsat TM para explorar as relações entre texturas de imagens TM e biomassa em Rondônia, Amazônia. Foram analisadas oito medidas de textura baseadas em matrizes de co-ocorrência de tons de cinza (i.e., média, variância, homogeneidade, contraste, dissimilaridade, entropia, segundo momento e correlação, associadas com sete diferentes tamanhos de janela (5x5, 7x7

  1. Vesta spatial energy model for the built environment. Data and methods; Vesta ruimtelijk energiemodel voor de gebouwde omgeving. Data en methoden

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Van den Wijngaart, R.A.; Folkert, R.J.M.

    2012-04-15

    Vesta is a spatial energy model for the built environment which calculates the energy consumption and CO2 emissions for the built environment. First, attention is paid to the data and methods of spatial data on the existing and future housing stock, commercial buildings and horticulture areas. Next, the energy indicators are discussed for calculation of the energy demand. Subsequently, energy and cost data for building measures and area measures such as waste heat, geothermal heat and cold and heat storage (TES). Also, the socio-economic characteristics of residents and the business-economic characteristics of the utility and horticulture sectors as used for selections in the Vesta model are discussed. Finally, results of the model are compared with national energy measurements [Dutch] In dit rapport worden de data en methoden besproken die zijn gebruikt voor het ruimtelijk energiemodel Vesta. Vesta is een ruimtelijk energiemodel voor de gebouwde omgeving en berekent het energiegebruik en de CO2-uitstoot voor de gebouwde omgeving. Allereerst wordt aandacht besteed aan de data en methoden van ruimtelijke gegevens over de bestaande en toekomstige voorraad woningen, utiliteitsgebouwen en glastuinbouwarealen. Daarna worden de energiekentallen besproken voor het berekenen van de energievraag. Vervolgens presenteren we de energie- en kostengegevens voor gebouwmaatregelen en gebiedsmaatregelen als restwarmte, geothermie en warmtekoudeopslag (WKO). Ook gaan we in op de sociaaleconomische karakteristieken van bewoners en de bedrijfseconomische karakteristieken van de sectoren utiliteit en glastuinbouw zoals gebruikt voor selecties in Vesta. Tot slot vergelijken we de uitkomsten van het model met landelijke metingen voor energie.

  2. Total Energy. Sustainable cooling and heating in supermarkets; Total Energy. Duurzame koeling en verwarming supermarkten

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    NONE

    2011-03-15

    In 8 articles attention is paid to different aspects of cooling and heating in supermarkets: new coolants in the food retail sector, the climate plan of the Dutch Food Retail Association (CBL), he Round Table discussion with between CBL and supermarket chains about research results, approach and targets, the use of CO2 refrigeration in supermarkets, leakage of coolants from refrigerators and freezers in Dutch supermarkets, the energy efficient and environment-friendly refrigerator and freezer equipment of the distribution centre of supermarket chain C1000 in Raalte, Netherlands, changes for cooling techniques in the EIA energy list (Energy investment deduction scheme) and finally education options for the refrigeration industry in the Netherlands. [Dutch] In 8 artikelen wordt aandacht geschonken aan verschillende aspecten m.b.t. koeling en verwarming in supermarkten: nieuwe koelmiddelen in de 'food retail sector, het klimaatplan van de brancheorganisatie Centraal Bureau Levensmiddelenhandel (CBL), het Rondetafel overleg met de CBL en supermarktketens over onderzoeksresultaten, aanpak en doelen, de toepassing van CO2 koeling in supermarkten, lekkage van koelmiddelen uit koel- en vriesinstallaties in Nederlandse supermarkten, de energiezuinige en milieuvriendelijke koel-vriesinstallatie van het distributiecentrum van de supermarktketen C1000 in Raalte, wijzigingen voor koeltechniek in de EIA energielijst (Energie Investeringsaftrek subsidieregeling), en tenslotte opleidingsmogelijkheden voor de koeltechnische sector in Nederland.

  3. De optimale sportafstand voor de ladder van de glazenwasser

    NARCIS (Netherlands)

    Reijneveld, C.N.; Looze, M.P. de; Hoozemans, M.J.M.; Grinten, M.P. van der; Korte, E.M. de; Kingma, I.

    2002-01-01

    Voor de glazenwasser die werkt met staande ladder, is een goede ladder zeer belangrijk. Hij loopt en werkt op en verplaatst de ladder veelvuldig. Er is veel discussie over ladders en de optimale sportafstand bij staande ladders. De meeste glazenwassers geven de voorkeur aan een sportafstand van 35

  4. Optimalisatie van een nursery systeem voor de kweek van mosselbroed en een algenkweek systeem t.b.v. deze nursery

    NARCIS (Netherlands)

    Peene, F.

    2006-01-01

    Stage rapport van een leerling van Hogeschool Zeeland, opleiding Aquatische Ecotechnologie. De studie die tijdens deze stage uitgevoerd is, is een literatuurstudie naar systemen voor de nursery van mosselen en systemen voor grootschalige algenkweek ten behoeve van deze nursery. Ook zijn experimenten

  5. Verlaagd ruw eiwit als alternatief voor AMGB's bij gespeende biggen

    NARCIS (Netherlands)

    Krimpen, van M.M.; Lierop, van A.H.A.A.M.; Binnendijk, G.P.

    2003-01-01

    In de veehouderij maakt men op dit moment veelvuldig gebruik gemaakt van antimicrobiële groeibevorderaars (AMGB's) in voeders voor landbouwhuisdieren. Het gebruik van AMGB's wordt vanaf 2006 wellicht volledig verboden, omdat het gebruik van antibiotica resistentie van bacteriepopulaties tot gevolg

  6. Orienterend onderzoek naar bestrijdingsmiddelen in oppervlaktewater bestemd voor de drinkwatervoorziening

    NARCIS (Netherlands)

    Hrubec J; Baumann RA; LWD

    1996-01-01

    In de jaren 1991-1994 werd een orienterend onderzoek uitgevoerd naar de omvang van de verontreiniging van twee innamepunten van Rijn- en Maaswater voor de drinkwatervoorziening door bestrijdingsmiddelen. Van de 35 geselecteerde bestrijdingsmiddelen en hun metabolieten werd alleen Diuron in het

  7. Technieken voor biometrische identificatie: hoge eisen maken multi-modale biometrie noodzakelijk

    NARCIS (Netherlands)

    Bazen, A.M.

    2005-01-01

    Een biometrisch systeem vergelijkt twee metingen van persoonskenmerken. Hierbij worden opgeslagen kenmerken gematcht met een live meting. Voor verificatie, identificatie en vergelijking met een zwarte lijst wordt biometrie ingezet bij beveiliging, verhoogde effici

  8. Beheersstrategiën Amstelveenlijn voor integratie tram en metro

    NARCIS (Netherlands)

    Muller, T.H.J.; Hakkesteegt, P.

    1987-01-01

    Rapport in opdracht van GVB Amsterdam. In deze studie is nagegaan of het mogelijk is de diensten op de Amstelveenlijn in de richting CS, die deels voeren over het metrotrajekt, zo uit te voeren, dat invoegen op de halte Spaklerweg mogelijk is zonder hinder voor de metro-exploitatie. De centrale

  9. Caissons voor het dichten van dijken in Zeeland 1953

    NARCIS (Netherlands)

    Verhagen, H.J.

    1953-01-01

    Foto's van caissons voor het dichten van dijken in Zeeland in 1953. Geleverd werden 493 caissons en 203 manchetten door een combinatie van: • N.V. Amsterdamsche Ballast maatschappij, Amsterdam • Christiani en Nielsen N.V., ’s Gravenhage • N.V. van Hattum en Blankevoort, Beverwijk • Hollandsche Beton

  10. Gedoseerde vochtafvoer, een alternatief voor een vochtklier: mechanisch vocht afvoeren

    NARCIS (Netherlands)

    Campen, J.B.

    2006-01-01

    Mechanisch vocht afvoeren is een alternatief voor de vochtkier. Met een ventilator wordt koude droge lucht onder het gewas ingeblazen. Horizontale temperatuurverschillen die soms optreden bij kieren blijven bij deze methode uit. De ventilatie kan precies worden afgestemd op de vochtproductie wat

  11. Sensor city mobility. Innovaties in mobiliteit kansrijk voor stedelijke regio's

    NARCIS (Netherlands)

    Burgmeijer, J.W.

    2014-01-01

    Slimmer omgaan met informatie uit sensoren loont. Dat is de uitkomst van het innovatieproject Sensor City Mobility. Van 2010 tot 2014 was 'sensor city' Assen een living lab voor dit project. Het project beoogde een innovatieslag in reisinformatie- en verkeersmanagementdiensten. Het project is

  12. Een bepalingsmethode voor thallium in regenwater met behulp van voltammetrie

    NARCIS (Netherlands)

    Struijs; J.; Wolfs; P.M.; Esseveld; F.G.van

    1985-01-01

    In dit rapport wordt een bepalingmethode beschreven voor thallium in het nanogram/liter-gebied, waarbij gebruik wordt gemaakt van differentiele pulse-anodic stripping voltammetry (DPASV) aan de dunne kwikfilm. Met deze techniek blijkt het mogelijk om de concentratie van dit element rechtstreeks

  13. WINDLIDAR: een remote sensing meettechniek voor het bepalen van windvelden

    NARCIS (Netherlands)

    van Vliet REC; van der Meulen A; Swart DPJ

    1986-01-01

    Windlidar is een remote sensing techniek voor het bepalen van wind- velden. Het systeem is gebaseerd op het herkennen van aerosol struc- turen in de atmosfeer met behulp van correlatie technieken. Afmetingen en levensduur vormen de belangrijkste parameters in deze techniek. Het verticale

  14. Sustainable innovation in the building sector. An analysis of chances and constraints; Duurzame innovatie in de bouwsector. Een analyse van kansen en belemmeringen

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Suurs, R. [TNO, Delft (Netherlands); Van Niekerk, E.; Van Barreveld, C. [3D BluePrint, Amsterdam (Netherlands); Urlings, M. [LSWA architecten, Oirschot (Netherlands)

    2011-04-15

    Building Brains has been set up by TNO as a cooperative and started September 21, 2009. The aim of the project was to answer the question how the energy consumption in the Netherlands can be reduced by 50% up to 2030 or how the built environment can be made energy-neutral. This issue of the magazine is dedicated to Building Brains project. The building construction sector is in need for sustainable innovation. This transition process calls for new organisational forms, new regulations, shifting markets, etc. To establish this, firms and governments should join forces to set up a network that stimulates and fosters sustainable innovation, an Innovation System. This is the only way to successfully support sustainable innovations in the construction sector. An Innovation System Analysis of the development of 'Building Information Systems' provides insights in the actual opportunities and threats offered by innovation in current building practice. [Dutch] Building Brains is een door TNO opgezet samenwerkingsproject dat op 21 september 2009 van start ging. Het doel van het project is antwoord te geven op de vraag hoe tot 2030 het energiegebruik in Nederland kan worden gehalveerd of hoe de gebouwde omgeving energieneutraal kan worden gemaakt. Deze aflevering van het tijdschrift TVVL is vrijwel geheel gewijd aan het Building Brains project. Onder druk van een veranderende wereld en forse economische terugval, neemt de roep om duurzame innovatie in de bouwsector toe. Dit vraagt om nieuwe organisatiestructuren, aangepaste regelgeving, opkomende markten, etc. Bedrijven en overheden zullen samen een netwerk moeten opbouwen dat duurzame innovatie faciliteert en versnelt. Alleen zo krijgen opkomende innovaties de kans om de bouwsector ingrijpend te veranderen. Een 'lnnovatie Systeem Analyse' (lSA) van de Nederlandse ontwikkelingen op het gebied van Bouw Informatie Modellen (BIM) geeft inzicht in de kansen en belemmeringen.

  15. En wie zorgt er voor de mantelzorger? Ondersteuning van mantelzorgers na opname van hun naaste

    Directory of Open Access Journals (Sweden)

    Ingrid Nordt

    2012-12-01

    De mantelzorger speelt een belangrijke rol in de zorg voor naasten. Het overheidsbeleid is erop gericht de mantelzorger zoveel mogelijk te ondersteunen bij het kunnen blijven vervullen van deze rol. Maar wat als de zorg te zwaar wordt en opname in een zorginstelling onvermijdelijk is? Dit artikel focust zich op de ondersteuning die mantelzorgers nodig hebben nadat hun naaste is opgenomen in een zorginstelling. Voor de mantelzorgers is dit een moeilijke periode waarin zij een nieuwe rol moeten zoeken in een nieuwe situatie.

  16. Embedded systemen en Y2K: vijf voor twaalf

    NARCIS (Netherlands)

    Luiijf, H.A.M.

    1998-01-01

    Met de regelmaat van de klok is Jan D. Timmer te zien op TV. Als voorzitter van het Millennium platform vraagt hij aandacht voor het feit dat computers, apparatuur en embedded systemen bij de overgang naar het jaar-2OOO dienst kunnen weigeren of op een andere wijze problemen kunnen veroorzaken. Dit

  17. Chronische Aspecifieke Respiratoire Aandoeningen (CARA) in Nederland. Ontwikkelingen in de kennis van de epidemiologie en etiologie en mogelijkheden voor preventie

    NARCIS (Netherlands)

    Maas IAM; VTV

    1994-01-01

    In dit rapport wordt een overzicht gegeven van de actuele stand van de kennis omtrent etiologie, determinanten en mogelijkheden voor preventie voor chronische aspecifieke luchtwegaandoeningen (CARA). De nadruk ligt in dit rapport op de rol van leefstijlfactoren (roken, voeding en lichamelijke

  18. Nauwkeurige gasanalyse-systemen voor kwaliteitsbewaking tijdens fruitopslag : Effecten van ethyleen en ethanol tijdens bewaring van appelen en peren189953 / RAPPORT

    NARCIS (Netherlands)

    Schaik, van A.C.R.; Reuler, van H.

    2015-01-01

    Met een consortium van bedrijven en kennisinstellingen is onderzoek uitgevoerd naar grenswaarden voor de gasvormige componenten ethyleen en ethanol welke geproduceerd worden voor en tijdens de opslag van hardfruit. De ethyleen productie na de oogst kan mogelijk gebruikt worden als een

  19. Innovo et Emergo : Procesaanbeveling voor een multifunctionele kustzone in Zeeland

    NARCIS (Netherlands)

    Verhagen, H.J.; Roose, R.

    2006-01-01

    De Zeeuwse kust staat onder druk. Naar verwachting zal de zeespiegel deze eeuw ongeveer 60 centimeter stijgen door klimaatverandering. Niet alleen de zee, maar ook de rivieren zorgen naar alle waarschijnlijkheid voor een stijging. De deltawateren zijn nu weliswaar afgesloten van Rijn, Maas en

  20. Unieke coöperatieve samenwerkingsvorm leidt tot Kadaster voor boominformatie

    NARCIS (Netherlands)

    Pol, van de P.; Janssen, H.; Rip, F.I.

    2016-01-01

    Een jaar geleden is de coöperatie
    Boomregister gestart met het
    leveren van landsdekkende
    boominformatie verkregen
    uit AHN, Satellietdata, slimme
    algoritmen en verschillende open
    basisregisters. Een jaar verder
    blijkt dat de boominformatie
    waardevol is voor heel

  1. 81 options. Technology for sustainable development; 81 mogelijkheden. Technologie voor duurzame ontwikkeling

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Weterings, R.; Kuijper, J.; Smeets, E. [TNO Studiecentrum voor Technologie en Beleid TNO-STB, Apeldoorn (Netherlands); Annokee, G.J. [TNO Milieu, Energie en Procesinnovatie TNO-MEP, Apeldoorn (Netherlands); Minne, B. [Centraal Planbureau CPB, The Hague (Netherlands)

    1997-03-01

    An outline is given of the chances and threats of technological developments for the environment in the next 25 years. First, the most important technological supply-side developments were inventorized and assessed for their environmental relevance and in the light of three CPB-scenarios. From the results of the analysis it appears that their are many options to improve the environmental efficiency of products and processes. An important motive to develop environment-efficient technology is the price of energy. A higher price for energy will stimulate the development of energy efficient products and processes. Also the interest for dematerialization will increase while the processing of basic materials and the use of materials requires energy too. A second important motive is the demand for environment-efficient products. The market introduction of new environment-friendly products strongly depends on the quality consciousness (including the environmental quality) of the consumer. With respect to the environmental policy it can be concluded that technological innovation is important in the transfer of a decontamination-based policy to a prevention-based policy. 95 refs.

  2. Water as a source of renewable energy. Environmental impacts of six energy techniques; Water als bron van duurzame energie. Omgevingseffecten van zes energietechnologieen

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Van den Berg, M.; De Bie, Y.; Geurts, F.; Van Iersel, S.; Ritzen, A.; Stolk, N.

    2010-03-15

    This report describes the environmental impact of six energy technologies using water: thermal energy storage, tidal current, tidal energy with height of fall, wave energy, aquatic biomass and osmosis energy (blue energy) [Dutch] In dit rapport zijn de omgevingseffecten van zes energietechnologieen met water beschreven: warmte koude opslag, getijdenstroming, getijdenenergie op verval, golfenergie, aquatische biomassa en osmose-energie (blue energy)

  3. Vervanging dierlijke eiwitten bittere noodzaak : Profetas ontwikkelt technieken en kennis voor vleesvervangers

    NARCIS (Netherlands)

    Vereijken, J.M.

    2003-01-01

    Het onderzoeksprogramma Profetas dat staat voor Protein Foods, Environment, Technology and Society, bestudeert de mogelijkheden om de consumptie van dierlijke eiwitten of vleeseiwitten terug te dringen door milieuvriendelijke plantaardige eiwitten

  4. Water as a sustainable energy source. Recommendations and energy payback periods of eight technologies; Water als duurzame energiebron. Aanbevelingen en energieterugverdientijden van acht technologieen

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Van de Berg, M.; Geurts, F.; Stolk, N. [Ecofys, Utrecht (Netherlands)

    2010-02-15

    The spatial effects of six energy technologies based on water are described: thermal energy storage, tidal energy, tidal energy based on height of fall, wave energy, aquatic biomass and osmosis energy (blue energy) [Dutch] De omgevingseffecten van zes energietechnologieen met water worden beschreven: warmte-koude opslag, getijdenstroming, getijdenenergie op verval, golfenergie, aquatische biomassa en osmose-energie (blue energy)

  5. The energy agreement: what does it mean? Assessment of the agreements made; Het Energieakkoord. Wat gaat het betekenen? Inschatting van de gemaakte afspraken

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Londo, M. [ECN Beleidsstudies, Amsterdam (Netherlands); Boot, P. [Planbureau voor de Leefomgeving PBL, Den Haag (Netherlands)

    2013-09-01

    The SER (Social and Economic Council of the Netherlands) Energy Agreement for Sustainable Growth outlines the ambition to provide a long-term perspective for the Dutch energy economy with short and medium term agreements. Therefore, a large number of concrete measures and elaborations are agreed upon. Quantitative assessments are made of the effects for 2020-2023. Because there are almost no concrete measures for a longer period and the uncertainties are increasing for the longer term, calculations were not carried out for years after 2023. The extent to which the agreed steps contribute to the necessary building blocks for the energy transition in the long term is assessed qualitatively. Agreed targets in the agreement are: (1) A reduction in final energy consumption by an average of 1.5% per year; (2) 100 PJ energy conservation in final energy consumption in 2020; (3) 14% renewable energy by 2020 and 16% in 2023; (4) at least 15,000 jobs with an emphasis on the next few years [Dutch] Het SER-Energieakkoord voor duurzame groei schetst als ambitie het bieden van een langetermijnperspectief voor onze energiehuishouding met afspraken voor de korte en middellange termijn. Het is daartoe een groot aantal concrete maatregelen en nadere uitwerkingen overeengekomen. ECN/PBL hebben met het EIB een kwantitatieve doorrekening gemaakt van de effecten voor 2020/23. Omdat er vrijwel geen concrete maatregelen zijn afgesproken die gericht zijn op een verder liggende periode en de onzekerheden op langere termijn steeds meer toenemen, is geen doorrekening voor latere jaren gemaakt. De mate waarin de afgesproken stappen bijdragen aan de nodige bouwstenen voor de energietransitie op langere termijn is kwalitatief beoordeeld. Afgesproken doelen in het akkoord zijn: (1) Een besparing van het finale energieverbruik met gemiddeld 1,5% per jaar; (2) 100 PJ besparing in het finale energieverbruik in 2020; (3) 14% hernieuwbare energie in 2020 en 16% in 2023; (4) Tenminste 15.000 banen met

  6. Comfortabel zitten op een kantoorstoel : een nieuwe uitdaging voor ontwerpers

    NARCIS (Netherlands)

    Vink, P.

    2005-01-01

    Het ontwerpen van de juiste kantoorstoel is niet eenvoudig. Nog niet zo lang geleden werd gesteld dat een nieuwe stoel ontworpen wordt om rugklachten te voorkomen. Inmiddels tonen diverse epidemiologische studies aan dat zitten alleen geen risicofactor is voor de rug. Zelfs “het zitten rechtop als

  7. Sustainable packaging. Packaging for a circular economy; Duurzaam verpakken. Verpakken voor de circulaire economie

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Haffmans, S. [Partners for Innovation, Amsterdam (Netherlands); Standhardt, G. [Nederlands Verpaskkingscentrum NVC, Gouda (Netherlands); Hamer, A. [Agentschap NL, Utrecht (Netherlands)

    2013-10-15

    What is Sustainable Packaging? And what is the most sustainable packaging for a product? The publication is intended for anyone who wants to take into account the environment in the design of a product and packaging. It offers concrete suggestions and inspiring examples to bring sustainable packaging into practice [Dutch] Wat is Duurzaam Verpakken? En wat is de duurzaamste verpakking voor mijn product? De publicatie is bestemd voor iedereen die rekening wil houden met het milieu bij het ontwerp van een product-verpakkingscombinatie. Ze biedt concrete aanknopingspunten en inspirerende voorbeelden om hier praktisch mee aan de slag te gaan.

  8. Biomass gasification for electric power generation. Biomassa vergassing voor elektriciteitsopwekking

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Croezen, H J

    1992-10-01

    Attention is paid to power generation by means of the use of synthesis gas, produced by biomass gasification, in internal combustion engines and gas turbines. Descriptions are given of the biomass gasification process and several types of gasifiers: cocurrent or downcraft gasifiers, countercurrent gasifiers, crosscurrent gasifiers and fluidized bed gasifiers. The first aim of this report is to assess which gasifier is the most appropriate gasifier to be used in combination with an internal combustion engine or a gas turbine. The second aim is to determine the quality of the biomass fuel, which must be gasified in a particular gasifier. In chapter two the notion biomass is discussed, and in chapter three attention is paid to the gasification process. An overview of the characteristics of available gasifiers is presented in chapter four (performance, quality of the synthesis gas and the biomass fuel, investment costs, and state of the art). In chapter five and six the internal combustion engine and the gas turbine are dealt with, as well as the experiences with and the consequences of the use of synthesis gas. Also the economic feasibility of the application of combined gasifier/engine systems and gasifier/gas turbine systems is discussed. 39 figs., 20 tabs., 43 refs.

  9. Onderzoek naar de stabiliteit van reconstitutie van RIVM-humaan juistheidscontroleserum voor enzymactiviteitsmetingen

    NARCIS (Netherlands)

    Steentjes; G.M.; Laar; E.A.van; Buitenhuis; S.G.; Koedam; J.C.

    1984-01-01

    Van het RIVM humaan juistheidscontroleserum voor enzymactiviteitsmethingen is de stabiliteit na reconsitutie gedurende een week bij diverse bewaaromstandigheden onderzocht. Bij normale gebruiksomstandigheden werden na 24 uur geen afwijkingen geconstateerd. Door bacteriele besmetting

  10. Groter geluk voor een groter aantal. Kan dat in Nederland?

    NARCIS (Netherlands)

    R. Veenhoven (Ruut)

    2007-01-01

    textabstractWat is de taak van de overheid? Volgens Jeremy Bentham (1789) uiteindelijk om groter geluk voor een groter aantal burgers te bewerkstelligen. Hij vatte geluk daarbij op als individuele levensvoldoening: in zijn woorden als "the sum of pleasures and pains". In zijn tijd kon geluk nog niet

  11. Tax accounting - IFRS IAS 12 : Voor accountants, controllers en fiscalisten

    NARCIS (Netherlands)

    Naarding, E.; Langendijk, H.P.A.J.

    2010-01-01

    Deel 7 van de reeks 'Tax Assurance in beeld' is een werkboek dat vraagstukken bevat om de technische aspecten van IAS 12 Income Taxes van de International Accounting Standards Board (IASB) te oefenen. Het boek is bedoeld voor accountants, controllers en fiscalisten die zich willen bekwamen in de

  12. Tax accounting - IFRS IAS 12: Voor accountants, controllers en fiscalisten

    NARCIS (Netherlands)

    Naarding, E.W.J.; Langendijk, H.P.A.J.

    2010-01-01

    Deel 7 van de reeks 'Tax Assurance in beeld' is een werkboek dat vraagstukken bevat om de technische aspecten van IAS 12 Income Taxes van de International Accounting Standards Board (IASB) te oefenen. Het boek is bedoeld voor accountants, controllers en fiscalisten die zich willen bekwamen in de

  13. Constructie en validering van de Groninger Intelligentietest voor Voortgezet Onderwijs (GIVO)

    NARCIS (Netherlands)

    Dijk, Hendrik van

    1995-01-01

    In de voorafgaande negen hoofdstukken werd de constructie en de validering van de Groninger lntelligentietest voor Voortgezet Onderwijs (de GIVO) beschreven. Waar mogelijk zijn aan het einde van de hoofdstukken conclusies geformuleerd. Hier zullen bepaalde conclusies worden samengevat en van

  14. Vergelijking van HPLC-methoden voor de bepaling van pentachloorfenol in houtmonsters

    NARCIS (Netherlands)

    Goewie; C.E.; Berkhoff; C.J.

    1986-01-01

    Een vergelijkend onderzoek is verricht naar de bruikbaarheid van verschillende detectiemethoden in combinatie met HPLC voor de analyse van pentachloorfenol in hout. In het onderzoek wordt RP-HPLC met UK en amperometrische detectie beschreven, evenals NP-HPLC met elektroneninvangdetectie. In

  15. Kies voor eenvoud! ; PSO Matrix is hulpmiddel bij keuzes in veranderingsprojecten

    NARCIS (Netherlands)

    Dick Markvoort

    2009-01-01

    In elke organisatie zijn er krachten en invloeden werkzaam, waardoor de organisatie neigt naar aannemen van grote en complexe projecten. Door bewust te kiezen voor eenvoud is veel geld te besparen. Do as much nothing as possible, stelt Dick Markvoort.

  16. Base rates in the SDE Plus Scheme 2014 (Dutch Renewable Energy Scheme). Concept recommendation 'for the market consultation]; Conceptadvies basisbedragen in de SDE+ 2014 [ten behoeve van de marktconsultatie

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Lensink, S.M. (ed.) [ECN Policy Studies, Petten (Netherlands)

    2013-05-15

    On assignment of the Dutch Ministry of Economic Affairs, ECN and DNV KEMA have studied the cost of renewable energy production. This cost assessment for various categories is part of an advice on the subsidy base rates for the feed-in support scheme SDE+. This report contains a draft advice on the cost of projects in the Netherlands targeted for realization in 2014. The options advice covers installation technologies for the production of green gas, biogas, renewable electricity and renewable heat. This draft advice has been written to facilitate the market consultation on the 2014 base rates. The open market consultation is to be held in June 2013 [Dutch] Het Ministerie van Economische Zaken (EZ) heeft aan ECN en DNV KEMA advies gevraagd over de hoogte van de basisbedragen in het kader van de SDE+-regeling voor 2014. Evenals bij vergelijkbare onderzoeken in voorgaande jaren hebben ECN en DNV KEMA er in overleg met het ministerie voor gekozen om een conceptadvies aan de markt voor te leggen. Dit rapport betreft het conceptadvies. ECN en DNV KEMA adviseren het ministerie over de hoogte van de basisbedragen voor door het ministerie voorgeschreven categorieen. De Minister van EZ beslist over de openstelling van de SDE+-regeling in 2014, de open te stellen categorieen en de basisbedragen voor nieuwe SDE+-beschikkingen in 2014. Het proces staat beschreven in Hoofdstuk 2. Hoofdstuk 3 behandelt de prijsontwikkelingen voor elektriciteit, gas en biomassa. Hoofdstuk 4 geeft per categorie een overzicht van de technisch-economische parameters van de hernieuwbareenergieopties. Hoofdstuk 5 besluit met conclusies waarbij de vertaalslag naar basisbedragen gemaakt is aan de hand van beknopt beschreven financiele parameters.

  17. Atributos do solo e biomassa radicular após quatro anos de semeadura direta de forrageiras de estação fria em campo natural dessecado com herbicidas

    Directory of Open Access Journals (Sweden)

    E. Pérez Gomar

    2002-03-01

    Full Text Available Os campos naturais, desenvolvidos sobre solos arenosos da região norte do Uruguai, são compostos por espécies forrageiras, sobretudo de gramíneas de produção estacional, com baixa produtividade no inverno. O objetivo deste estudo foi avaliar o efeito da dessecação do campo natural no estabelecimento de espécies de estação fria em atributos do solo e biomassa radicular. O estudo, iniciado em 1994, utilizou delineamento experimental de blocos ao acaso com parcelas subsubdivididas, com três repetições. Nas parcelas principais, em 1994, foram aplicados os tratamentos com herbicidas (paraquat 0,60gha-1i.a., glifosate 0,36gha-1i.a. e glifosate 1,44gha-1i.a. e testemunha sem herbicida em campo natural para a semeadura de pastagens de inverno. Nessas parcelas, a pastagem de inverno foi aveia preta (avena strigosa L., triticale (X Triticosecale Wittmack e azevém (Lolium multiflorum L.. As subparcelas foram formadas pela reaplicação ou não dos herbicidas em 1995 e as subsubparcelas foram formadas pela reaplicação ou não dos herbicidas em 1996. As amostras de solo para determinar a biomassa radicular, a densidade do solo, o carbono (C orgânico do solo, bases trocáveis, Al trocável e o pH do solo foram extraídas separadamente, em três subamostras, usando cilindro metálico de 7,65cm de diâmetro e 40cm de comprimento. Os monolitos extraídos foram estratificados até 30cm de profundidade nas camadas de 0-5, 5-10, 10-15, 15-20 e 20-30cm. A biomassa radicular foi maior na testemunha do que a média dos tratamentos com herbicidas somente na camada de 0-5cm, e, entre os tratamentos com herbicidas, a biomassa radicular foi maior com paraquat do que com o glifosate. A reaplicação de herbicidas, em 1995 e 1996, também ocasionou redução da biomassa radicular. Houve alta correlação positiva de C orgânico com a biomassa radicular. A redução de C orgânico para o tratamento mais agressivo de controle químico (glifosate 1,44gi

  18. Hello, Goodbye? Brexit en mogelijke gevolgen voor de Europese energiemarkt

    NARCIS (Netherlands)

    Marhold, Anna

    2017-01-01

    Het valt niet te ontkennen dat 2016 een bewogen jaar was op het gebied van geopolitieke ontwikkelingen. Voor de Europese Unie (hierna: EU) en haar lidstaten was de uitkomst van het Britse Brexit referendum in juni wellicht de meest onvoorziene gebeurtenis, één die de nodige onzekerheid met zich

  19. Tritium besmetting in Petten en mogelijke risico's voor de omgeving

    NARCIS (Netherlands)

    Slaper H; Twenhöfel C; van der Knaap Y; VLH; M&V

    2017-01-01

    In 2012 is bij de Hoge Flux Reactor (HFR) in Petten een lekkage ontdekt van de radioactieve stof tritium in de bodem. De beheerder, NRG, heeft inmiddels maatregelen genomen om de lekkage te stoppen. RIVM heeft onderzocht wat de gevolgen voor omwonenden kunnen zijn. Uit dit onderzoek komt dat ook bij

  20. Energy monitor of the Dutch mushroom sector 2011; Energiemonitor van de Nederlandse Paddestoelensector 2011

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Wildschut, J.; Promes, E. [Praktijkonderzoek Plant en Omgeving PPO, Bloembollen, Boomkwekerij en Fruit, Lisse (Netherlands)

    2012-09-15

    The targets of the long-term agreement on energy efficiency between 2007-2011 between the mushroom sector and several ministries in the Netherlands are: 14.5% energy efficiency improvement compared to 2005; and increased use of sustainable energy. For the annual monitoring of the energy use of the mushroom sector in 2011 108 businesses were approached. 53 businesses sent back filled in questionnaires [Dutch] De doelstellingen van de Meerjarenafspraak energie voor 2007 t/m 2011 (de MJA-e 2007-2011), gemaakt tussen het ministerie van LNV (het tegenwoordige ministerie van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie (ELI)) en de Paddenstoelensector (Vakgroep Paddenstoelen van de LTO, het Productschap Tuinbouw, en de deelnemende bedrijven) zijn: Een verbetering van de Energie-Efficientie (EE) van 14,5% t.o.v. 2005, d.w.z. een reductie van 2% in het energieverbruik per eenheid product in 2006 en van 2007 t/m 2011 van 2,5 % per jaar. Daarnaast wordt het toepassen van duurzame energie als speerpunt gesteld. Volgens deze afspraak worden de vorderingen op dit gebied jaarlijks gemonitord. Voor de monitoring van het energieverbruik door de paddenstoelensector in 2011 zijn 108 bedrijven aangeschreven. Van 53 bedrijven zijn volledig ingevulde vragenlijsten ontvangen.

  1. Energy on the Move. Recommendations to stimulate consumers to save energy. Final report of the Dutch National ThinkTank 2009. Creating knowledge without constraints; Energie in beweging. Adviezen om consumenten aan te zetten tot energiebesparing. Eindrapport De Nationale Denktank 2009. Kennismaken zonder kaders

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    NONE

    2009-12-15

    In this report the Dutch National ThinkTank shows that the consumer plays a crucial role in realizing the cabinet targets of 20% energy saving in 2020 and in increasing support for the climate conference in Copenhagen, Denmark. The question with regard to how consumers can be given the opportunity to save energy is answered with a coherent package of 22 concrete advices to make energy saving and sustainable energy generation easier, more affordable and more fun for the consumer. The government and the market can jointly speed up the savings of consumers. [Dutch] De Nationale Denktank toont in dit rapport aan dat de consument een cruciale rol speelt om de kabinetsdoelstelling van 20% energiebesparing in 2020 te realiseren en het draagvlak voor de klimaatconferentie in Kopenhagen, Denemarken, te vergroten. De vraag hoe de consument in staat gesteld kan worden om energie te besparen wordt beantwoordt in de vorm van een samenhangend pakket van 22 concrete adviezen die energiebesparing en duurzame energieopwekking door de consument makkelijker, betaalbaarder en leuker maken. Overheid en markt kunnen hiermee samen zorgen voor een versnelling van het besparen door de consument.

  2. Smart grid for comfort; Smart grid voor comfort

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Zeiler, W.; Van der Velden, J.A.J. [Kropman, Rijswijk (Netherlands); Vissers, D.R.; Maaijen, H.N. [Faculteit Bouwkunde, Technische Universiteit Eindhoven TUE, Eindhoven (Netherlands); Kling, W.L. [Faculteit Electrical Engineering, Technische Universiteit Eindhoven TUE, Eindhoven (Netherlands); Larsen, J.P. [Sense Observation Systems, Rotterdam (Netherlands)

    2012-04-15

    A new control strategy was developed based on the application of wireless sensor network with the connection to a smart grid to investigate if it is possible to save energy on the level of the user under the condition of maintaining the same or even improved level of individual comfort. By using different scenarios, for individual comfort and energy consumption, agents provide the steering of the process control This forms the basis of a new approach to optimize the energy consumption, after which the effect of it can be used on the level of residential building to optimize the interaction with the electrical infrastructure, the smart grid. [Dutch] Er vindt onderzoek plaats naar een nieuwe regelstrategie gebaseerd op de toepassing van een draadloos sensor netwerk dat is gekoppeld aan het smart grid. Doel van deze regelstrategie is om op gebruikersniveau energie te kunnen besparen met behoud of zelfs verbetering van het individueel comfort. Er zijn verschillende scenario's voor individueel comfort en energiegebruik van apparatuur met behulp van agents die voor de aansturing kunnen zorgen. Zo wordt de kern van de energievraag geoptimaliseerd. De doorwerking hiervan tot op het niveau van woninggebouw en de koppeling met het externe elektriciteitsnet kan vervolgens worden geoptimaliseerd.

  3. Clean Sea Wind. Vision of nature and environmental orgnizations on the development of wind turbine arrays and offshore; Frisse Zeewind. Visie van de natuur- en milieuorganisaties op de ontwikkeling van windturbine park en offshore

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    NONE

    2002-05-01

    This brochure contains the point of view of several nature and environmental organizations in the Netherlands with respect to offshore windenergy (i.e. outside the 12 seamiles zone). It is their opinion that social and public support for offshore wind energy must be as large as possible. A development plan is drafted which pleads for development of offshore wind energy in phases, taking into consideration all the impacts on nature, safety and landscapes. [Dutch] Deze brochure bevat het standpunt van diverse natuur- en milieuorganisaties in Nederland over de ontwikkeling van offshore windenergie (buiten de 12 zeemijlszone). Zij steunen de beleidsdoelstelling van de Nederlandse regering om tot 2020 6000 MW aan windenergie op zee te realiseren, vanwege de noodzaak de uitstoot van CO2 sterk te verminderen. Naar hun mening is het van groot belang dat het draagvlak voor offshore windenergie zo groot mogelijk is. Daarvoor dienen de effecten op natuur, veiligheid en landschap zo beperkt mogelijk te zijn en daardoor maatschappelijk aanvaardbaar. Op dit moment is er weinig bekend over deze effecten, omdat er nog bijna geen ervaring is met offshore windenergie. In deze brochure wordt een ontwikkelingsplan gepresenteerd, waarin wordt gepleit voor het ontwikkelen van offshore windenergie in fasen. Deze aanpak gaat uit van een voorzichtig maar doortastend begin, om te vermijden dat er in enig stadium verkeerde keuzen worden gemaakt voor natuur, landschap of veiligheid. Met zo'n gefaseerde aanpak kan bovendien optimaal worden ingespeeld op de ontwikkeling van de techniek. Door een zorgvuldige aanpak is het draagvlak voor offshore windenergie gewaarborgd en zal er sprake zijn van echte duurzame, groene stroom.

  4. Twijfels over tekort aan of overaanbod van aangepaste voorzieningen voor gehandicapten.

    NARCIS (Netherlands)

    Lengkeek, J.

    1989-01-01

    Er is onderzoek nodig naar het huidige aanbod van aangepaste recreatievoorzieningen voor gehandicapten. De bestaande cijfers spreken elkaar tegen: houdt men de minimumvraag tegen het maximumaanbod dan is er sprake van een overaanbod; vergelijkt men echter de maximumvraag met het minimumaanbod, dan

  5. Normbeelden als alternatief voor politiecultuur: de integere, neutrale en loyale supercop

    NARCIS (Netherlands)

    Cankaya, S.

    2016-01-01

    In dit artikel wordt gepleit voor het gebruik van de notie normbeelden om daarmee meer recht te doen aan de weerbarstigheid van het politiewerk. De notie politiecultuur wordt bekritiseerd vanwege haar homogeniserende tendensen, monolithische connotaties en een stereotype en negatieve waardering van

  6. DLO-programma 406 : Wettelijke Onderzoekstaken voor LNV, visserijonderzoek : voortgangsrapportage over 2006

    NARCIS (Netherlands)

    Beek, van F.A.

    2007-01-01

    In het WOT-programma 406 worden Wettelijke Onderzoeks Taken uitgevoerd die betrekking hebben op het beheer van de visserij en aquacultuur in Nederland. Het programma wordt uitgevoerd voor het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (LNV). Dit rapport bevat de rapportage en verantwoording

  7. Naar een oplossing voor onbekend wortelrot in lelie : projectverslag fase 3

    NARCIS (Netherlands)

    Graven, P.; Rouwelte, H.; Kok, B.J.; Vink, P.; Conijn, C.G.M.; Aanholt, van J.T.M.

    2005-01-01

    In lelies kennen we verschillende vormen van wortelrot. Naast Pythium, wortelverbranding en het wortellesieaaltje (Pratylenchus penetrans) komt er ook een vorm van wortelrot voor, waarbij de veroorzaker niet bekend is. Door bepaalde pathogenen uit te sluiten is uit het vorige project "Onbekend

  8. Een planningsmethode voor reductie van de fluctuaties in de belasting van verpleegafdelingen

    NARCIS (Netherlands)

    Vanberkel, P.T.; Boucherie, Richardus J.; Hans, Elias W.; Hurink, Johann L.; van Lent, W.A.M.; van Harten, Willem H.

    2012-01-01

    Zorgvuldige afstemming tussen het schema van de operatiekamers en de verpleegafdeling balanceert de belasting van de verpleegafdeling en vermindert het aantal afgezegde operaties. In samenwerking tussen het Center for Healthcare Operations Improvement & Research (CHOIR, kenniscentrum voor

  9. De ontwikkeling van een met onderzoek onderbouwde methodiek voor het meidenwerk

    Directory of Open Access Journals (Sweden)

    Judith Metz

    2016-03-01

    both would seem to be valuable as means for making tacit knowledge explicit, and have the potential for solidifying, substantiating and transferring it. This is because they would act as guiding principles to provide direction for methodological action by social professionals in contact with the target group. They exist alongside each other and can be deployed according to the situation, goals, persons and resources available for the range of working methods, target groups, goals and contexts. SAMENVATTINGDe ontwikkeling van een met onderzoek onderbouwde methodiek voor het meidenwerkDit artikel doet verslag van een zoektocht naar de mogelijkheden voor het ontwikkelen van een met onderzoek onderbouwde methodiek voor het meidenwerk. Het geeft inzicht in de mogelijkheden en moeilijkheden voor het opbouwen van een kennisbasis voor open benaderingswijzen in de praktijk van het sociaal werk. De aanleiding is het verzoek van Amsterdamse meidenwerkers om hulp bij het ontwikkelen van een met onderzoek onderbouwde methodiek voor een bijna 90-jarige diverse en dynamische praktijk. De achtergrond vormt de discussie over de kennisbasis van het sociaal werk. Gangbare modellen als “evidence-based practice”, “practice-based evidence” en “common factors” worden besproken op geschiktheid voor het ontwikkelen van een met onderzoek onderbouwde methodiek voor open benaderingswijzen, waarna programma evaluatie als mogelijk alternatief wordt uitgediept. De conclusie is dat er vooral met betrekking tot open benaderingswijzen binnen het sociaal werk dringend meer aandacht nodig is voor het proces van methodiekontwikkeling en de wijze van onderbouwing. De eerste ervaringen met programma evaluatie en het daaruit voortvloeiende model van methodische principes zijn voorzichtig positief. Programma evaluatie lijkt handreikingen te bieden voor het omgaan met het spanningsveld tussen de wetenschappelijke kwaliteit van de bevindingen en de bruikbaarheid voor de praktijk. Methodische

  10. Validation of the CAR II model for Flanders, Belgium; Validatie van het model CAR II voor Vlaanderen

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Marien, S.; Celis, D.; Roekens, E.

    2013-04-15

    In Flanders, Belgium, the CAR model (Calculation of Air pollution from Road traffic) for air quality along urban roads was recently extensively validated for NO2. More clarity has been gained about the quality and accuracy of this model [Dutch] In Vlaanderen is het CAR-model (Calculation of Air pollution from Road traffic) voor de luchtkwaliteit langs binnenstedelijke wegen onlangs uitvoerig gevalideerd voor NO2. Er is nu meer duidelijkheid over de kwaliteit en nauwkeurigheid van dit model.

  11. Behandeling van lucht uit een traditionele stal voor vleeskuikens met een chemische wasser

    NARCIS (Netherlands)

    Hol, J.M.G.; Wever, A.C.; Groot Koerkamp, P.W.G.

    1999-01-01

    In dit onderzoek werd de reductie van de ammoniakemissie gemeten door toepassing van een chemische wasser. Deze wasser behandelde de lucht die afkomstig was uit een traditionele stal voor vleeskuikens.

  12. Next Generation of Greenhouse Cultivation for vegetable propagation; Het Nieuwe Telen voor groente-opkweek

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Kromdijk, W.; De Gelder, A. [Wageningen UR Glastuinbouw, Wageningen (Netherlands)

    2011-07-15

    The Next Generation Cultivation has been developed as a system for horticultural production companies. For companies specialised in propagating plants, implementation of the Next Generation Cultivation is not necessarily straightforward. To make use of the experience and knowledge acquired in research from the energy programme Greenhouse as an Energy Source ('Kas als Energiebron') in these companies, analysis of the current situation and possible adaptations are required to tailor the Next Generation Cultivation for propagation nurseries. Within the project 'The Next Generation Cultivation for vegetable propagation' opportunities and pitfalls have been identified by means of 10 interviews, as well as a workshop and a short literature review. Based on the interviews, companies expect the biggest impact on reduction of energy use through: More extensive use of screening, Temperature integration, Forced ventilation. From the workshop it became apparent that the horizontal temperature profile especially needs to become more uniform and needs priority. If this is successful, it should be possible to obtain a reduction in energy use and a more uniform quality of starting plants simultaneously. Vegetable propagation production peaks between October and February. In the remaining months, the greenhouses are filled with other produce. The choices for crops with either low energy inputs ('cold vegetables' e.g. lettuce, cabbage, etc) or considerable energy inputs (various potplants) can be crucial in determining whether investments in energy savings can be economically viable [Dutch] Het Nieuwe Telen (HNT) is als systeem ontwikkeld voor de primaire productie bedrijven. Voor de opkweekbedrijven, die in korte teelten het basis uitgangsmateriaal maken is dit systeem niet één op één toepasbaar. Om de in Kas als Energiebron opgedane kennis te laten landen bij plantenkwekerijen moet een analyse en een vertaalslag gemaakt worden. In het project

  13. Produção de biomassa e remoção de nutrientes em povoamentos de Eucalyptus camaldulensis Dehnh, Eucalyptus grandis hill ex Maiden e Eucalyptus torelliana F. Muell, plantados em Anhembí, SP.

    Directory of Open Access Journals (Sweden)

    Mauro Valdir Schumacher

    2009-09-01

    Full Text Available Normal 0 21 false false false MicrosoftInternetExplorer4 Neste trabalho estudou-se a distribuição de biomassa e a quantidade de nutrientes estocados nos diferentes compartimentos (folhas, ramos, casca e lenho das árvores de Eucalyptus camaldulensis Dehnh, Eucalyptus grandis Hill ex Maiden e Eucalyptus torelliana F. Muell com 9, 9 e 12 anos de idade, respectivamente, plantados em solos de textura arenosa e baixa fertilidade, em Anhembi - SP. A espécie E. grandis foi a que apresentou a maior produção de biomassa para todos os compartimentos analisados, com exceção dos ramos grossos. Nas três espécies o tronco (casca + lenho representou em média 90% da biomassa acima do solo. Os nutrientes concentraram-se de forma decrescente nas folhas, ramos, casca e lenho. As copas das árvores foram responsáveis pelo acúmulo de, aproximadamente, 24% dos nutrientes contidos na biomassa total das árvores. Na casca encontram-se as maiores quantidades de cálcio, aproximadamente 60% do total. A espécie E. grandis removeu do solo a maior quantidade de nutrientes, desenvolvendo através da queda de folhedo menores quantidades que as outras espécies. Desta forma cuidados especiais deverão ser dispensados para garantir a produtividade das rotações futuras.

  14. Equação de biomassa e estoque de carbono do pinhão manso, no município de Viçosa, MG Biomass equation and carbon stock of jatropha crop, in Viçosa, Minas Gerais, Brazil

    Directory of Open Access Journals (Sweden)

    Diego de Paula Toledo

    2012-11-01

    Full Text Available O presente trabalho teve como objetivo estimar equações de biomassa e o estoque de carbono da cultura do Pinhão Manso (Jatrophacurcas L.. A área estudada localiza-se no município de Viçosa, MG. O plantio foi realizado em espaçamento 3,5x3,0m, em 4,64ha. Para quantificação da biomassa, foi utilizado o método direto e destrutivo, aplicado às árvores-amostra, que foram selecionadas de acordo com as medidas da altura, do diâmetro das copas e do número de ramos. A determinação da biomassa de cada árvore foi obtida pelo método da proporcionalidade. Os modelos testados foram adaptados de Spurr e de Schumacher & Hall, para biomassa aérea e biomassa total (biomassa aérea mais biomassa de raízes pivotantes. O estoque de carbono foi estimado através da multiplicação da biomassa seca pelo teor de carbono da matéria seca, que foi obtido pelo método da calcinação em mufla. A estimativa do CO2 equivalente estocado foi obtida pela multiplicação do estoque de carbono pelo fator 44/12. A equação que obteve melhor ajuste e que foi utilizada para determinação do estoque de carbono deste estudo foi a de Spurr, com os dados de biomassa total, B=0,7601*(DC2*H0,8949, em que B = biomassa (kg; DC = diâmetro de copa (m; e H = altura (m. O estoque de carbono encontrado da cultura, no quarto ano, foi de 6,79MgC ha-1, correspondendo a 24,89Mg CO2(eq ha-1. Os resultados mostram que o pinhão-manso é ambientalmente viável para elaboração de projetos MDL de florestamento/reflorestamento ou em projetos de carbono para mercados voluntários, agregando renda ao produtor rural e melhorando a atratividade financeira da cultura.This study had the objectives to estimate equations of biomass and carbon stock of Jatropha (Jatrophacurcas L.. The area of this study is located in Viçosa, Minas Gerais, planting carried out in 3.5x3.0m spacing at 4.64ha. To biomass quantification, we used the direct destructive method, applied to trees, which were

  15. BIOSORPSI DAN REDUKSI KROM LIMBAH PENYAMAKAN KULIT DENGAN BIOMASSA Fusarium sp DAN Aspergillus niger (Biosorpstion and Reduction of Chromium Bearing Tannery Wastewater Using The Biomass of Fusarium Sp. and Aspergillus niger

    Directory of Open Access Journals (Sweden)

    Suharjono Triatmojo

    2001-08-01

    Full Text Available ABSTRAK Tujuan penelitian ini ialah untuk membuktikan bahwa biomassa Fusarium sp dapat mereduksi Cr(VI, dan biomassa Aspergillus niger dapat digunakan untuk mengambil ion krom dari larutan. Fusarium.sp ditumbuhkan pada media cair kentang dekftosa cair, ditambah K2Cr2O7 atau sludge limbah penyamakan kulit. Selanjutnya diamati perubahan warnanya, bila terjadi perubahan warna dan oranye ke ungu atau tak berwarna maka telah terjadi reduksi krom valensi VI menjadi krom valensi Ill. Aspergillus niger ditumbuhkan pada media Potato dectrose agar (PDA padat, dipindahkan ke media cair yang bensi bakto pepton, bakto dektrose dan srukronutrien. Produksi biomassa dilakukan pada labu erlenmeyer; setelah 5 hari dipanen dan dibuat bubuk. Bubuk ini digunakan untuk mengambil krom dari larutan. Hasil penelitian menunjukkan bahwa biomassa Fusarium sp dapat digunakan untuk mengambil krom dan larutan yang.mengandung KrCrrO, atau sludge limbah penyamakan kulit. Waktu inkubasi yang lebih lama meningkatkan absorbsi krom oleh biomassa Fascrium sp. Fusarium sp mampu mereduksi Cr(VI menjadi Cr(Iii. Biomassa Aspergillus niger dapat digunakan untuk mengambil krom dari larutan. Hasil terbaik diperoleh pada konsentrasi awal 100 mg/I, pada pH 2,0, berat biomassa 0,1 g, dan waktu kontak 12 jam, yaitu 96,23% untuk Cr(II| dan96,3 % untuk Cr(VI. Fusarium sp. dan A. niger dapat digunakan sebagai bioremediator dalam penanganan limbah penyamakan kulit secara biologi.   ABSTRACT The objectives of this research was to study the biosorption and reduction of chromium bearing tannery wastewater using biomass of Fusarium sp and Aspergillus niger. Fusarium sp was used to investigate bioaccumulation and reduction of chromium in K2 Cr2O7 solution and solution containing sludge of leather tanning waste, and aspergillus niger was used to investigate biosorption of Cr(III and Cr(VI in solution. Fusarium sp was grown on sterilized potato extrose liquid medium, added with K2Cr2O7solution or sludge

  16. Antioxidative effect of Arthrospira platensis biomass on the lipid oxidation| Efeito antioxidante da biomassa de Arthrospira platensis sobre a oxidação lipídica

    Directory of Open Access Journals (Sweden)

    Dayane Meireles de Souza

    2017-08-01

    érias tem sido estudadas. Objetivo: O objetivo deste estudo foi avaliar o efeito antioxidante da biomassa de Arthrospira platensis no processo de oxidação lipídica do óleo e da emulsão óleo/água. Método: A produção de antioxidantes por Arthrospira platensis em função das condições de cultivo foi avaliada por meio de planejamento experimental. O efeito antioxidante dos extratos metanólicos e das biomassas foi avaliado através do índice de peróxidos. Resultados: Os resultados mostram que as condições de crescimento para se obter a biomassa promoveram mudança na capacidade protetora dos diferentes extratos da biomassa. Extratos obtidos a partir da biomassa cultivada sob 150 μmol fótons/m2s-1, 1,875 g.L-1 NaNO3; 13,5 g.L-1 NaHCO3 (ensaio 14 e 50 μmol fótons/m2s-1, 2,5 g.L-1 NaNO3; 18,0 g.L-1 NaHCO3 (padrão mostraram maior efeito antioxidante contra a oxidação lipídica, portanto, utilizados para formulação da maionese. A maionese feita com óleo de soja e 0,5% de biomassa foi preservada da fotodegradação lipídica durante sete dias de armazenamento, mas o índice de peroxido em relação ao controle variou de 2,9 para 3,1 mEqO2.Kg-1, não havendo diferença significativa da preservação proporcionada pela terc-butil hidroquinona, no mesmo período de armazenamento. Na maionese feita com óleo de girassol, a biomassa, independentemente da concentração, não foi capaz de proteger o produto contra a foto-oxidação. Conclusões: Os resultados demonstram a capacidade protetora contra a oxidação lipídica da biomassa de Arthrospira platensis e seu potencial para uso em alimentos ricos em lipídeos à base de óleo de soja.

  17. 'Media-aandacht is cruciaal': Arnold van Vliet : wetenschapper voor het publiek

    NARCIS (Netherlands)

    Kleis, R.; Vliet, van A.J.H.

    2014-01-01

    Van Vliet ontdekte de kracht van citizen science al in zijn studententijd in Wageningen. ‘Voor een afstudeervak bij het IBN, nu Alterra, kwam ik in contact met de archieven van het Nederlands Fenologisch Waarnemingsnetwerk. Stapels ordners met waarnemingen van mensen sinds 1868. Bij analyse van die

  18. Multifunctional camping building full of sustainable technology. All installations controlled through the internet; Multifunctioneel kampeergebouw vol duurzame techniek. Alle installaties zijn via internet te beheren

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Schoemaker, E.

    2011-06-15

    A fully integrated, computerized control system is not just suitable for large companies; it can also be realized by smaller organizations as part of their sustainability policy. Eventually, the investment can result in a significant saving. This article discussed the example of scouting and camping site St. Walrick in Overasselt (the Netherlands) [Dutch] Een volledig geintegreerd, computergestuurd beheersysteem is niet alleen geschikt voor grote bedrijven. Het is ook bereikbaar voor kleinere organisaties en past vaak heel goed in hun duurzaamheidbeleid. Uiteindelijk kan de investering een behoorlijke besparing opleveren. In dit artikel wordt het voorbeeld van scouting- en kampeerterrein St. Walrick in Overasselt (Gelderland) besproken.

  19. die ontstaan van vrouelugverenigings in suid-afrika voor die tweede

    African Journals Online (AJOL)

    aangestel. Ander eenhede het later gevolg. Drle van die Vrouehulplugmag se lelersflgure staan voor die VHLM se kleure wat gewy Is In Durban op 18 Mei 1940. Die vroue Is vlnr mal (meil E. Percival-Hart, It-kol (mev) D. Dunning en mal (mel) M. Egerton-Bird. 24. Scientia Militaria, South African Journal of Military Studies, ...

  20. Overeenkomsten tussen richtlijnen voor farmaco-econonomisch onderzoek en eerder gepubliceerde gezondheidseconomische evaluaties

    NARCIS (Netherlands)

    Postma, Maarten; Kwik, J J; Rutten, W J M J; de Jong-van den Berg, L T W; Brouwers, J R B J

    2002-01-01

    OBJECTIVE: To investigate whether the health-economics research published in Dutch journals is in agreement with the guidelines for pharmaco-economic research as published in 1999 by the Dutch 'College voor zorgverzekeringen' [Healthcare Insurance Board]. DESIGN: Descriptive. METHOD: A literature

  1. Lust voor het oog. Over de schoonheid en goedheid van pornografie

    NARCIS (Netherlands)

    P.J.J. Delaere (Patrick)

    2012-01-01

    textabstractAbstract: Voor het idée reçue dat pornografische kunst een contradictie in de termen is wordt doorgaans het volgende argument in stelling gebracht: porno en kunst sluiten elkaar uit omdat ze met een verschillend doel worden vervaardigd en met een al even verschillend oogmerk worden

  2. Queima de biomassa e efeitos sobre a saúde Biomass burning and its effects on health

    Directory of Open Access Journals (Sweden)

    Marcos Abdo Arbex

    2004-04-01

    Full Text Available A primeira idéia que se forma na mente das pessoas e do pesquisador é associar a poluição do ar aos grandes centros urbanos, com a imagem de poluentes sendo eliminados por veículos automotores ou pela chaminé de suas fábricas. Entretanto, uma parcela considerável da população do planeta convive com uma outra fonte de poluição, que atinge preferencialmente os países em desenvolvimento: a queima de biomassa. Este artigo tem como objetivo chamar a atenção do pneumologista, da comunidade e das autoridades para os riscos à saúde da população exposta a essa fonte geradora de poluentes, seja em ambientes internos, seja em ambientes abertos. O presente trabalho caracteriza as principais condições que levam à combustão de biomassa, como a literatura tem registrado os seus efeitos sobre a saúde humana, discutindo os mecanismos fisiopatológicos envolvidos, e finaliza com a apresentação de dois estudos recentes que enfatizam a importância da queima de um tipo específico de biomassa, a palha da cana-de-açúcar, prática comum no interior do Brasil, e sua interferência no perfil de morbidade respiratória da população exposta.The first thought that comes to mind concerning air pollution is related to urban centers where automotive exhausts and the industrial chimneys are the most important sources of atmospheric pollutants. However a significant portion of the earth’s population is exposed to still another source of air pollution, the burning of biomass that primarily affects developing countries. This review article calls the attention of lung specialists, public authorities and the community in general to the health risks entailed in the burning of biomass, be it indoors or outdoors to which the population is exposed. This review describes the main conditions that lead to the burning of biomass and how the literature has recorded its effects on human health discussing the psychopathological mechanisms. Finally two recent

  3. Relatie tussen ITS, weerstand tegen vervorming en de mengsels samenstelling : Gebruik van de MEPDG relaties voor Nederlandse mengsels uit NL-LAB

    NARCIS (Netherlands)

    Erkens, Sandra; Kasbergen, C.; Villani, M.M.; Scarpas, Athanasios; Florio, E.; Berti, C.

    2014-01-01

    Sinds 2008 werken we in Nederland met functionele eigenschappen voor asfalt
    beton. Hierbij wordt niet zo zeer op het “recept” van het asfalt gestuurd, als
    wel op de eigenschappen ervan die van belang zijn voor het gedrag in de weg.
    Binnen het NL-LAB programma wordt de relatie tussen deze

  4. Energy Investment Allowance. less burden for the environment? An analysis of the effectiveness of the energy investment allowance for capital goods in the transportation sector; EIA, minder belasting voor het milieu? Een analyse van de effectiviteit van de energie-investeringsaftrek voor bedrijfsmiddelen in de transportsector

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Boon, B.H.; Den Boer, L.C.; Van Essen, H.P.

    2003-07-01

    The aim of the title analysis is to formulate recommendations to improve the cost-effectiveness of the EIA incentive for the transportation sector in the Netherlands and to reduce the so-called free-rider effect. Attention is paid to several components of means of transportation. Based on available data and interviews with parties involved insight is gained into the decision making process with regard to investment of entrepreneurs. [Dutch] Het doel van de titel-analyse is om aanbevelingen te doen over hoe op kosteneffectieve wijze, i.e. met weinig free-riders, de EIA-regeling voor transportmiddelen kan worden voortgezet. Daarbij is aandacht aan de volgende bedrijfsmiddelen: brandstofverbruiksmeter; cruise control; lichtgewicht brandstoftank; 3d-dakspoiler; zijfender; zijafscherming; neuskegel; en economy meter. Met behulp van onderzoeksgegevens en persoonlijke gesprekken met dealers, vrachtwagen- en busbedrijven en brancheorganisaties is een beeld gevormd over de investeringsbeslissing van ondernemers. Gebleken is dat naast brandstofbesparing andere motieven een grote rol kunnen spelen bij de aanschaf van de bedrijfsmiddelen. Tevens is gebleken dat de markt voor de bedrijfsmiddelen een heterogeen karakter heeft. Daarom is geadviseerd om de markt voor bedrijfsmiddelen op te delen in meer homogene segmenten, te weten: bestelwagens, vrachtwagens en autobussen. Op basis van het aanschafmotief, de terugverdientijd en de penetratiegraad is een inschatting gemaakt van het free-riderpercentage. Tenslotte is advies gegeven omtrent verdere stimulering van de genoemde bedrijfsmiddelen, waarbij het advies voor de meeste bedrijfsmiddelen in de meeste marktsegmenten negatief was. Het advies is grotendeels overgenomen. Een groot aantal bedrijfsmiddelen zijn op de EIA-energielijst voor 2004 niet meer terug te vinden.

  5. Base rates in the SDE Plus Scheme 2014 (Dutch Renewable Energy Scheme). Final recommendation; Basisbedragen in de SDE+ 2014. Eindadvies

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Lensink, S.M. (ed.)

    2013-09-15

    On assignment of the Dutch Ministry of Economic Affairs, ECN and DNV KEMA have studied the cost of renewable electricity production. This cost assessment for various categories is part of advice on the subsidy base rates for the feed-in support scheme SDE+. This report contains the advice on the cost of projects in the Netherlands targeted for realization in 2014, covering installation technologies for the production of green gas, biogas, renewable electricity and renewable heat. A draft version of this advice has been discussed with the market in an open consultation round [Dutch] Het Ministerie van Economische Zaken (EZ) heeft aan ECN en DNV KEMA advies gevraagd over de hoogte van de basisbedragen in het kader van de SDE+-regeling voor 2014. Evenals bij vergelijkbare onderzoeken in voorgaande jaren hebben ECN en DNV KEMA er in overleg met het ministerie voor gekozen om een conceptadvies aan de markt voor te leggen. In de maand juni is de markt geconsulteerd. Dit rapport betreft het eindadvies, waarin de inbreng van de marktpartijen naar inzicht van ECN en DNV KEMA is meegewogen. ECN en DNV KEMA adviseren het ministerie over de hoogte van de basisbedragen voor door het ministerie voorgeschreven categorieen. De Minister van EZ beslist over de openstelling van de SDE+-regeling in 2014, de open te stellen categorieen en de basisbedragen voor nieuwe SDE+-beschikkingen in 2014. Het proces staat beschreven in Hoofdstuk 2. Hoofdstuk 3 behandelt de prijsontwikkelingen voor elektriciteit, gas en biomassa. Hoofdstuk 4 geeft per categorie een overzicht van de technisch-economische parameters van de hernieuwbare-energieopties. Hoofdstuk 5 besluit met conclusies waarbij de vertaalslag naar basisbedragen gemaakt is aan de hand van beknopt beschreven financiele parameters.

  6. Robots niet langer Science Fiction: scenario's voor de samenwerking met robots

    NARCIS (Netherlands)

    Popma, J.

    2015-01-01

    Hoewel industriële robots al jaren bestaan, lijkt hun opmars nu toch echt begonnen. Diverse scenario's buitelen over elkaar: hoeveel banen gaat dit kosten? Maar zeker zo interessant is wat de robotisering betekent voor de werknemers die wél hun baan houden. Hoe gaan die samenwerken met robots? En

  7. TNT Green Office. NESK Final Report; TNT Green Office, Hoofddorp. NESK Eindrapportage

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Van der Spek, C; Van Rheenen, M [OVG Projectontwikkeling, Rotterdam (Netherlands)

    2011-12-15

    The aim of the collaboration between TNT (courier and express services) and Triodos/OVG (bank and project developer) was to realize CO2 free Green Offices in the Netherlands. The building is both developed and exploited by the same parties based on an innovative contract in which design, construction and maintenance and management are arranged. These parties are also responsible for the sustainable energy system of the building [Dutch] Doelstelling van de samenwerking tussen TNT (koerier en expresdiensten) en Triodos/OVG (bank en projectontwikkelaar) was het realiseren van CO2-emissievrije Green Offices in Nederland. Hierbij wordt het gebouw ontwikkeld en geexploiteerd door dezelfde partijen op basis van een innovatief contract waarin ontwerp, bouw, onderhoud en beheer zijn vastgelegd. Deze partijen zijn ook verantwoordelijk voor de duurzame energievoorziening van het gebouw.

  8. Advertenties voor hypnotica en sedativa in het Nederlands Tijdschrift voor Geneeskunde, 1900-1940: historische veranderingen in de vorm en inhoud van een informatiebron voor artsen

    Directory of Open Access Journals (Sweden)

    Arjo Roersch van der Hoogte

    2010-12-01

    Full Text Available Drug advertising as communication between the pharmaceutical industry and the physician: Advertisements for psychotropic drugs in the Dutch medical journal, Nederlands Tijdschrift voor Geneeskunde, 1900-1940   In this article we explore the historical development of drug advertisements for psychotropic drugs in the leading Dutch medical journal from 1900 to 1940. The advertisements for hypnotics and sedatives, in the Nederlands Tijdschrift voor Geneeskunde (Dutch medical journal reflected the changes in the vocabulary and image promoted by the pharmaceutical companies. In the first two decades, the advertisements were sober and to the point, and included the trademark, company name, molecular formula and therapeutic properties of the medication. The emphasis was on creating a scientific image of reliable symptom control for the therapeutic drug. In doing so, the ethical drug companies tried (successfully to distinguish themselves from the producers of patent medicines. Once scientific credibility was established, the form and content of the advertisements changed significantly. In the late 1920s and 1930s drug companies embraced modern advertising techniques, developing a figurative language to address the changing beliefs and practices of Dutch physicians. Instead of promoting therapeutic drugs as safe and scientific, the emphasis was on their effectiveness in comparison to similar drugs. In the process, scientific information was reduced to an indispensable standardized minimum, whereby therapeutic drugs were advertised according to the latest pharmacological taxonomy rather than molecular formulas. The image-making of ‘ethical marketing’ began during the interwar years when marketers applied modern advertising techniques and infotainment strategies. The scanty black and white informational bulletins transitioned into colourful advertisements. The pharmaceutical companies employed the same medical language as used by physicians, so that

  9. Desempenho animal em pasto de aveia e azevém com distintas biomassas de lâminas foliares Animal performance in oat and Italian ryegrass pastures under leaf lamina biomass levels

    Directory of Open Access Journals (Sweden)

    Duilio Guerra Bandinelli

    2005-12-01

    Full Text Available O objetivo deste trabalho foi avaliar o efeito de biomassas de lâminas foliares no desempenho animal. Utilizou-se mistura de aveia (Avena strigosa Schreb e azevém (Lolium multiflorum Lam., para determinar quantidades adequadas de sua biomassa no manejo da pastagem. Foram realizados dois experimentos, na estação fria de 2002 e 2003. Na avaliação de 2002, os valores de biomassa de lâminas foliares foram de 360 kg ha-1 (baixa e 630 kg ha-1 (alta. Em 2003, foram obtidas biomassas de 352, 422 e 507 kg ha-1, classificadas como baixa, média e alta, respectivamente. O método de pastejo foi contínuo, com taxa de lotação variada; os animais utilizados foram terneiros da raça Charolês e cruzados com Nelore, com idade inicial de nove meses. As variáveis de produção animal avaliadas, nos dois anos, foram: ganho médio diário, carga animal e ganho de peso vivo por área. As distintas biomassas de lâminas foliares mantidas não são fatores limitantes ao desempenho animal.The objective of this work was to evaluate the effect of different leaf lamina biomass over animal performance. A mixture of oat (Avena strigosa Schreb and Italian ryegrass (Lolium multiflorum Lam. was used to determine adequate levels of leaf lamina biomass for pasture management. Two trials were made, in 2002 and 2003 cool seasons. In 2002 evaluation, leaf lamina biomass values were of 360 kg ha-1 (low and 630 kg ha-1 (high. In 2003, values obtained for leaf lamina biomasses were of 352, 422 and 507 kg ha-1, being classified as low, medium and high, respectively. Grazing method was continuous, with variable stocking rate; testing animals were calves of Charolais breed and its crosses with Nelore breed, with initial age of nine months. Evaluated variables in animal production, in both years, were: average daily gain, stocking rate and live weight gain per area. Leaf lamina biomasses evaluated are not limiting factors to animal performance.

  10. Kansen voor beschermde tuinbouw in Saoedi-Arabie en de Verenigde Arabische Emiraten

    NARCIS (Netherlands)

    Wijnands, J.H.M.; Maaswinkel, R.H.M.

    2007-01-01

    Beschermde tuinbouw heeft potentie in de Golfstaten. De overheden streven naar diversificatie van de economie om in de toekomst minder afhankelijk van olie-inkomsten te zijn. De huidige situatie van de keten van beschermde teelten wordt geanalyseerd met Porters diamant. Ontwikkelingsstrategieën voor

  11. Motorisch leren in de praktijk : implicaties voor preventie en revalidatie voorste-kruisbandletsel

    NARCIS (Netherlands)

    Benjaminse, Anne; Gokeler, Alli

    Een reconstructie van de voorste kruisband (VKB) brengt hoge me- dische en maatschappelijke kosten met zich mee. De auteurs van dit artikel vatten de resultaten van wetenschappelijk onderzoek naar preventieprogramma’s voor VKB- blessures samen. Zij vullen deze aan met nieuwe inzichten over mo-

  12. What's in a nudge? : Tien aanbevelingen voor nudge-experimenten in de openbare gezondheidszorg

    NARCIS (Netherlands)

    de Ridder, D.T.D.; Gillebaart, M.

    2016-01-01

    Nudging, kortweg gedefinieerd als het gemakkelijker maken van de gewenste (gezonde) keuze zonder de ongewenste keuze te verbieden, wint aan populariteit als alternatief voor gebruikelijke (veelal educatieve) interventies in de openbare gezondheidszorg. Duidelijke aanknopingspunten om te gaan

  13. Benchmarking biofuels; Biobrandstoffen benchmarken

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Croezen, H.; Kampman, B.; Bergsma, G.

    2012-03-15

    A sustainability benchmark for transport biofuels has been developed and used to evaluate the various biofuels currently on the market. For comparison, electric vehicles, hydrogen vehicles and petrol/diesel vehicles were also included. A range of studies as well as growing insight are making it ever clearer that biomass-based transport fuels may have just as big a carbon footprint as fossil fuels like petrol or diesel, or even bigger. At the request of Greenpeace Netherlands, CE Delft has brought together current understanding on the sustainability of fossil fuels, biofuels and electric vehicles, with particular focus on the performance of the respective energy carriers on three sustainability criteria, with the first weighing the heaviest: (1) Greenhouse gas emissions; (2) Land use; and (3) Nutrient consumption [Dutch] Greenpeace Nederland heeft CE Delft gevraagd een duurzaamheidsmeetlat voor biobrandstoffen voor transport te ontwerpen en hierop de verschillende biobrandstoffen te scoren. Voor een vergelijk zijn ook elektrisch rijden, rijden op waterstof en rijden op benzine of diesel opgenomen. Door onderzoek en voortschrijdend inzicht blijkt steeds vaker dat transportbrandstoffen op basis van biomassa soms net zoveel of zelfs meer broeikasgassen veroorzaken dan fossiele brandstoffen als benzine en diesel. CE Delft heeft voor Greenpeace Nederland op een rijtje gezet wat de huidige inzichten zijn over de duurzaamheid van fossiele brandstoffen, biobrandstoffen en elektrisch rijden. Daarbij is gekeken naar de effecten van de brandstoffen op drie duurzaamheidscriteria, waarbij broeikasgasemissies het zwaarst wegen: (1) Broeikasgasemissies; (2) Landgebruik; en (3) Nutriëntengebruik.

  14. Beschrijving van een verdampings-condensatie aerosol generator voor de produktie van submicron aerosol

    NARCIS (Netherlands)

    Feijt; A.*; Meulen; A.van der

    1985-01-01

    Dit rapport is een handleiding voor een bedrijfszeker, routinematig gebruik van een zgn. Evaporation-Condensation aerosol Conditioner. Met deze aerosol generatie apparatuur kunnen op stabiele, reproduceerbare manier zeer hoge concentraties (tot 1 miljoen deeltjes per cc) monodispers submicron

  15. Winter-APK voor bijen : Helpt u deze winter mee bij het praktijkonderzoek?

    NARCIS (Netherlands)

    Som de Cerff, B.; Cornelissen, B.; Moens, F.

    2013-01-01

    Om de risico’s van een aanrijding bij sneeuw en gladheid te verminderen, laten steeds meer automobilisten bij het monteren van winterbanden ook een wintercontrole uitvoeren. Zou een dergelijke controle voor de winter ook schade aan onze volken in de vorm van wintersterfte kunnen verminderen? Dat zou

  16. Het groene hart van burgers : het maatschappelijk draagvlak voor natuur en natuurbeleid.

    NARCIS (Netherlands)

    Bakker, de H.C.M.; Koppen, van C.S.A.; Vader, J.

    2007-01-01

    In deze longitudinale studie wordt op basis van een publieksenquête een beeld gegeven van het maatschappelijk draagvlak voor natuur en natuurbeleid en de trends die hierbij zijn waar te nemen. Het draagvlak wordt aan de hand van drie invalshoeken in kaart gebracht: beelden en waarderingen van

  17. Plaatsing als strategie voor een efficiëntere fosfaatbemesting 1. literatuur en modelonderzoek

    NARCIS (Netherlands)

    Smit, A.L.; Willigen, de P.; Pronk, A.A.

    2009-01-01

    Plaatsing als strategie voor een efficiëntere fosfaatbemesting. Fosfaat is een bemestingsstrategie waarbij relatief kleine hoeveelheden fosfaat lokaal aangeboden worden in de nabijheid van plantenwortels. In het kader van strengere regelgeving is model matig onderzocht in hoeverre fosfaatplaatsing

  18. Influence of net-cage fish farming on zooplankton biomass in the Itá reservoir, SC, Brazil Influência da piscicultura em tanque-rede sobre a biomassa do zooplâncton no reservatório de Itá, SC, Brasil

    Directory of Open Access Journals (Sweden)

    Bruna Roque Loureiro

    2011-12-01

    Full Text Available OBJECTIVES: This study aimed to verify the influence of net-cage fish farming on zooplankton biomass in the Itá reservoir (Uruguay River, Brazil. METHODS: Samples were collected monthly from October/2009 to May/2010 at the surface and at the bottom in two sampling stations, the net-cage area and in a control area using a Van Dorn bottle and a plankton net (68 µm. RESULTS: The Cladocera and Copepoda biomass was estimated by dry weight using a micro-analytical balance, and the Rotifera biomass by Biovolume. Total zooplankton biomass varied between 6.47 and 131.56 mgDW.m-3 Calanoida copepod presented the highest value of biomass (127.56 mgDW.m-3 and rotifers, despite having an important contribution to total density, showed a maximum biomass of 2.01 mgDW.m-3. Zooplankton biomass at the net-cage area surface was higher when compared with the control area during the months of October to January. However, the zooplankton biomass was similar at the bottom of the two areas throughout the studied period. From February until May, zooplankton biomass decreased in both sampling stations, a fact probably associated with the flushing of the reservoir, followed by an increase in water transparency and a decrease in chlorophyll-a concentration in the following months (February to May. CONCLUSIONS: The influence of fish farming on zooplankton biomass was detected at the surface of the net-cage area only from October to January. From February to May this influence was not found, probably by the influence of the flushing of the reservoir.OBJETIVO: Este estudo teve o objetivo de verificar a influencia da piscicultura em tanque-rede sobre a biomassa da comunidade zooplanctônica no reservatório de Itá (Rio Uruguai, Brasil. METODOLOGIA: Foram realizadas coletas mensais de outubro/2009 a maio/2010 na superfície e no fundo em dois pontos amostrais, ponto tanque-rede e em uma área controle, com o auxílio da garrafa Van Dorn e rede de plâncton (68 µm. RESULTADOS

  19. Ordenação de alternativas de biomassa utilizando o apoio multicritério à decisão Using multicriteria decision support in a biomass alternatives ordination problem

    Directory of Open Access Journals (Sweden)

    Carlos Francisco Simões Gomes

    2013-01-01

    Full Text Available Este artigo refere-se ao estudo de ordenação de uma fonte de energia limpa e renovável denominada biomassa. Nos dias atuais observa-se uma demanda mundial crescente por energias ditas renováveis. A produção de energia elétrica a partir da biomassa é muito defendida como uma importante contribuição para o desenvolvimento de muitos países. O objetivo deste artigo é mostrar o potencial dessa fonte de energia. A biomassa, como uma das alternativas limpas e seguras para solucionar um possível racionamento que o Brasil poderá enfrentar nos próximos anos devido ao descompasso do crescimento da demanda por energia e o crescimento da oferta de energia elétrica em nosso país.This work presents a study on a source of clean and renewable energy known as biomass. The production of electricity from biomass is much defended as an important alternative for many developing countries. The aim of this study was to show the potential of this source of energy - biomass, as a clean and safe alternative to address the possible rationing that Brazil may face in the coming years because of the disparity between energy demand growth and power supply growth in the country.

  20. Kwaliteit verbeteren met de Kwaliteit Productie Index. Extra aandacht voor peen en aardappelen

    NARCIS (Netherlands)

    Kloen, H.; Visser, R.

    1999-01-01

    De KPI is ontwikkeld in het Innovatieproject Ecologische Akkerbouw en Groenteteelt in Flevoland en combineert twee effecten van productkwaliteit, namelijk de vermarktbare opbrengst en de gerealiseerde prijs. Voor een aantal gewassen op tien innovatiebedrijven is de KPI berekend en nagegaan welke

  1. Water as a source of renewable energy. Recommendations and energy payback periods of eight techniques; Water als bron van duurzame energie. Aanbevelingen en energieterugverdientijden van acht technologieen

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Van de Berg, M.; Geurts, F.; Stolk, N.

    2010-02-15

    This report describes the environmental impact of six energy technologies using water: thermal energy storage, tidal current, tidal energy with height of fall, wave energy, aquatic biomass and osmosis energy (blue energy) [Dutch] In dit rapport zijn de omgevingseffecten van zes energietechnologieen met water beschreven: warmte koude opslag, getijdenstroming, getijdenenergie op verval, golfenergie, aquatische biomassa en osmose-energie (blue energy)

  2. Ammoniakemissie-arme huisvestingssystemen voor vleeskuikens en het effect van vloerverwarming op emissie en technische resultaten

    NARCIS (Netherlands)

    Middelkoop, van J.H.; Harn, van J.

    1995-01-01

    Het Praktijkonderzoek Pluimveehouderij heeft onderzoek gedaan naar het gebruik van emissiearme stalsystemen voor vleeskuikens en het effect van het gebruik van vloerverwarming op de technische resultaten, strooiselkwaliteit en ammoniakemissie.

  3. De R&D functie in het onderwijs: Drie modellen voor kennisbenutting en –productie

    NARCIS (Netherlands)

    Voogt, Joke; McKenney, Susan; Pareja Roblin, Natalie; Ormel, Bart; Pieters, Jules

    2012-01-01

    Voogt, J., McKenney, S., Pareja Roblin, N., Ormel, B., & Pieters, J. (2012). De R&D functie in het onderwijs: Drie modellen voor kennisbenutting en –productie. Pedagogische Studiën, 89(6), 335-337.

  4. Intelligent Design-theorieën zijn geen wetenschappelijke alternatieven voor de neodarwinistische evolutietheorie

    NARCIS (Netherlands)

    H. Dooremale

    2005-01-01

    textabstractDe minister van onderwijs – Maria van der Hoeven – meent dat Intelligent Design (ID) serieus als alternatief voor de neodarwiniaanse evolutietheorie moet worden bekeken. De discussie richt zich voornamelijk op de verdediging van de evolutietheorie tegen de aantijgingen van de

  5. Novel Protein Foods in catering. Outline of the options project plan; Novel Protein Foods in catering. Verkenning van de mogelijkheden projectplan

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Londo, H.M.; De Kuijer, O.C.H. [KDO Advies, Amsterdam (Netherlands)

    2002-04-01

    The aim of the project on the title subject is to develop and introduce new product concepts on the basis of Novel Protein Foods (NPF) in the catering sector. An overview is given of the chances, relevant parties and future images with respect to products, market, technology, environmental impacts and energy conservation. [Dutch] In het project duurzame voedselketens en energiebesparing (DKE) zijn Novem en Stichting Agro Keten Kennis (AKK) op zoek naar mogelijkheden om de milieu- en energiebelasting binnen de sector voeden te verkleinen. Een aantal projectideeen is hier inmiddels voor geselecteerd, varierend van optimalisaties in bestaande voedselketens tot ideeen voor nieuwe ketens. Een interessante keten in dit kader is Novel Protein Foods (NPF) in de catering. NPF worden momenteel vooral als (vlees)alternatief geconsumeerd en via de normale retail-kanalen afgezet. Aangezien de gemiddelde Nederlander bijna 40% van zijn maaltijden 'buiten de deur' consumeert, heeft de introductie van NPF in een cateringketen perspectief. Een verkenning is uitgevoerd van de kansen van deze nieuwe keten, de te betrekken partijen en de mogelijke toekomstbeelden in termen van producten, markt, technologie, milieu- en energie-effecten. De verkenning bestond uit een aantal verkennende gesprekken met partijen in de keten, een brainstormbijeenkomst met geinteresseerde partijen, een gezamenlijke presentatie en berekeningen aan het potentieel aan energiebesparing.

  6. Learning from the energetic rural area. Background report; Leren van het energieke platteland. Achtergrondrapport

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Arnouts, R.; Van den Born, G. J.; Daalhuizen, F.; Farjon, H.; Pols, L.; Tekelenburg, T.; Tisma, S.; Van Veen, M. [Planbureau voor de Leefomgeving PBL, Den Haag (Netherlands); Gerritsen, A.; Verburg, R. [Wageningen UR, Wageningen (Netherlands); Wiering, M. [Radboud Universiteit Nijmegen, Nijmegen (Netherlands); Roovers, G. [Oranjewoud, Heerenveen (Netherlands)

    2013-06-15

    Citizens and businesses start on a regular basis, and in cooperation with the Dutch government, initiatives to improve the living environment in rural areas. In this study, 32 examples are discussed to detect issues that can be improved. The examples concern more or less successful partnerships for sustainable rural development, in which the market, citizens and civil society play a prominent role. Four issues for improvement are identified: (1) Other accents are required in laws and regulations for the living environment; (2) The Dutch government must give smart directions by means of levies and incentives; (3) A vision of the governments is essential; and (4) Towards a proactive, facilitating government [Dutch] Burgers en bedrijven nemen regelmatig samen met overheden initiatieven om de leefomgeving op het platteland te verbeteren. In deze studie zijn 32 praktijkvoorbeelden onder de loep genomen om die verbeterpunten op te sporen. Het gaat om meer of minder succesvolle samenwerkingsverbanden voor duurzame plattelandsontwikkeling, waarin marktpartijen, burgers en het maatschappelijk middenveld een vooraanstaande rol spelen. Hierbij worden vier verbeterpunten gesignaleerd: (1) Andere accenten gewenst in wet- en regelgeving voor de leefomgeving; (2) Slimmer sturen met heffingen en vergoedingen door de overheid; (3) Visie van overheden is onontbeerlijk; en (4) Naar een proactieve, faciliterende overheid.

  7. Structural Vision on the Future of the Afsluitdijk; Structuurvisie Toekomst Afsluitdijk

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    NONE

    2011-12-15

    With this structural vision, the Dutch Cabinet is taking its responsibility with regard to water safety and is also able to link up to other themes and to develop the area in a broader context. The structural vision sketches opportunities that are spatially relevant for the Afsluitdijk (IJsselmeer Dam). The Dutch government, local authorities, knowledge institutes and market parties together show in their vision on the Afsluitdijk how the Netherlands will be dealing with significant challenges in the coming decades: the consequences of climate change, sustainable energy supply and preserving and strengthening biodiversity in an appealing landscape. This approach contributes to safety, prosperity and well-being. [Dutch] Het kabinet neemt met deze structuurvisie zijn verantwoordelijkheid voor de waterveiligheid en ziet daarnaast kansen om verbindingen te leggen met andere thema's en om het gebied ook in bredere zin te ontwikkelen. De structuurvisie schets daartoe mogelijkheden voor zover die in ruimtelijk opzicht direct verband houden met de Afsluitdijk. Het rijk, decentrale overheden, kennisinstellingen en marktpartijen laten op de Afsluitdijk samen zien hoe Nederland omgaat met grote uitdagingen van de komende decennia: de gevolgen van klimaatverandering, duurzame energievoorziening en het in stand houden en versterken van biodiversiteit in een aantrekkelijk landschap. Deze aanpak draagt bij aan veiligheid, welvaart en welzijn.

  8. Advies voor de toepassing van ground-penetrating radar bij de inventarisatie van de grondwaterdynamiek

    NARCIS (Netherlands)

    Knotters, M.

    2001-01-01

    Ground-penetrating radar (GPR) biedt mogelijk een nauwkeurig alternatief voor arbeidsintensieve metingen van de grondwaterstand in boorgaten. De GPR-metingen kunnen als hulpinformatie dienen bij geostatistische interpolatie van grondwaterstanden. Op basis van literatuurstudie en verkenning van het

  9. Consumentengedrag online legale en illegale kansspelen: conjunctanalyse van de keuze voor online kansspelaanbod

    NARCIS (Netherlands)

    Hof, B.; Rosenboom, N.; van der Werff, S.

    2015-01-01

    Dit rapport onderzoekt de factoren die van invloed zijn op de beslissing van consumenten om voor online kansspelen te kiezen. Het gaat daarbij specifiek om kenmerken die kunnen samenhangen met legaal aanbod versus illegaal aanbod. Legaal aanbod betekent het hebben van een vergunning in Nederland,

  10. Maak het Verschil met Je Merk : Het Identiteitsmanagementdashboard (IDM) voor Zorggroep Sint Maarten

    NARCIS (Netherlands)

    Bouten, L.M. (Lisanne); Morel, K.P.N. (Kaj)

    2012-01-01

    Om medewerkers en cliënten van Zorggroep Sint Maarten (ZSM) te helpen bijdragen aan goede zorg en deel je leven, wil ZSM inzichtelijk maken hoe goed zij presteert op beide aspecten. Het lectoraat Identiteitsmarketing heeft hiertoe een identiteitsmanagementdashboard voor ZSM ontwikkeld dat niet

  11. Integraal economisch en ecologisch toetsingskader voor de Nederlandse boomkorvisserij (ECOTOETS) Fase 2: relaties tussen visbestanden, CPUE en winst Fase 3: analyse secundaire indicatoren en boomkor AMOEBE

    NARCIS (Netherlands)

    Oostenbrugge, van H.; Quirijns, F.; Poos, J.J.; Hoof, van L.; Pastoors, M.A.

    2003-01-01

    Het onderzoeksprogramma EcoToets heeft tot doel geïntegreerde economische, visserijbiologische en ecologische indicatoren voor beleidsmatig gebruik te ontwikkelen. Het Rijksinstituut voor Kust en Zee (namens Directie Noordzee) en Directie Visserij (LNV) hebben het LEI en RIVO opdracht gegeven een

  12. Quantificação e caracterização físico-química do material particulado fino (MP2,5): queima de biomassa em fornos de pizzaria na cidade de São Paulo

    OpenAIRE

    Francisco Daniel Mota Lima

    2015-01-01

    A queima de biomassa em fornos de pizzaria se constitui como importante fonte de poluição do ar. Entre outros tipos de poluentes emitidos, o material particulado finoMP2,5 se destaca como o mais agressivo à saúde humana, além de poder interferir no balanço radiativo global. Objetiva-se, desta forma, através de estudo de caso em três pizzarias na cidade de São Paulo, quantificar e caracterizar o MP2,5 emitido pela queima da biomassa na área interna (indoor) e externa (junto á chaminé). Dentre ...

  13. Cost-benefit analysis of stricter emission ceilings for air pollutants. National evaluation for the revision of the Gothenburg Protocol; Kosten en baten van strengere emissieplafonds voor luchtverontreinigende stoffen. Nationale evaluatie voor de herziening van het Gothenburg Protocol

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Smeets, W.

    2012-06-15

    The Netherlands experiences high benefits of strict European emission targets for air pollutants. The Dutch live longer and are healthier because of extra emission reductions. In addition, damage to nature decreases. This emerges from a cost-benefit analysis of a number of possible variants for tightening emission targets by 2020 in the context of the revision of the Gothenburg Protocol [Dutch] Nederland ondervindt hoge baten van strenge Europese emissiedoelen voor luchtverontreinigende stoffen. Nederlanders leven langer en gezonder door extra emissiereducties. Daarnaast neemt de schade aan de natuur af. Dit blijkt uit een kosten-batenanalyse van een aantal mogelijke varianten voor aanscherping van emissiedoelen per 2020 in het kader van de herziening van het Gothenburg protocol.

  14. Technologische revoluties en Defensie : De gevolgen van nieuwe technologische ontwikkelingen voor de krijgsmacht

    NARCIS (Netherlands)

    Geveke, H.G.

    2016-01-01

    Boodschappen vergeten? We printen straks ons eten thuis. Ziek? Sensoren in en op ons lichaam stellen de diagnose. De technologische ontwikkelingen gaan hard. Internet of Things, 3D-printing, robotics en big data: de mogelijkheden lijken eindeloos, ook voor militaire toepassingen. Maar er is ook een

  15. Een nieuw voersysteem voor versgras : Netwerk: Vers en veilig in de pens

    NARCIS (Netherlands)

    Philipsen, A.P.; Duinkerken, van G.

    2006-01-01

    De melkveehouders binnen het netwerk 'Vers en veilig in de pens' staan voor het voeren van vers gras, willen dat graag blijven doen, maar willen liever niet twee maal per dag hoeven te voeren. Daarvoor moet het gras wel langer vers blijven. Nu kan het met een halve dag al warm worden door broei. Het

  16. MIA and VAMIL Annual Report 2012; MIA en VAMIL Jaarverslag 2012

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    NONE

    2013-06-15

    The Dutch government is committed to green growth, for a strong, sustainable economy. This requires investment in innovative environmental technologies. The Ministry of Infrastructure and the Environment encourages these investments with the tools Environmental Investment Deduction (MIA) and the Random depreciation of environmental investments (Vamil). This annual report shows that entrepreneurs in 2012 made good use of MIA and Vamil. There were particularly many investments in clean driving and boating [Dutch] Het kabinet zet in op groene groei, voor een sterke, duurzame economie. Daarvoor zijn investeringen in innovatieve milieu­technieken noodzakelijk. Het ministerie van Infrastructuur en Milieu stimuleert deze investeringen met de instrumenten Milieu Investeringsaftrek (MIA) en de Willekeurige afschrijving milieu-investeringen (Vamil). Uit dit jaarverslag blijkt dat ondernemers in 2012 goed gebruik maakten van MIA en Vamil. Er waren met name veel investeringen in schoon rijden en varen.

  17. Van fixaties naar domotica? Op weg naar ‘goede’ vrijheidsbeperking voor mensen met dementie.

    NARCIS (Netherlands)

    Depla, M.; Zwijsen, S.; Boekhorst, S. te; Francke, A.; Hertogh, C.

    2010-01-01

    Ouderen in verpleeghuizen worden nogal eens vastgebonden om onveilige situaties te voorkomen. Verpleeghuizen zoeken oplossingen voor dit probleem. Onderzoekers van het EMGO+ en het NIVEL onderzochten of zogenoemde ‘domotica’ – slimme technologie zoals camera’s, GPS of infraroodsensoren – een

  18. Energy from salt and sweet water by means of osmosis. A visualization at the Afsluitdijk, Netherlands; Energie uit zout en zoet water met osmose. Een visualisatie bij de Afsluitdijk

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Molenbroek, E.C. [Ecofys Netherlands, Utrecht (Netherlands)

    2007-10-17

    Osmotic energy is a promising source of renewable energy: quiet, clean and continuously available. The technical potential for Europe is estimated to be 200 TWh (over the whole world 1600 TWh), of which 16 TWh in the Netherlands and 1.6 TWh (1.6x10{sup 12} Wh) at the Afsluitdijk (32 km long dike in the Netherlands). The electricity production at the Afsluitdijk would be sufficient to supply electricity to 500,000 households. Osmotic energy power plants will be built where fresh water enters into the sea. In the Netherlands, Rijkswaterstaat manages dikes and other infrastructural works along the coast. In addition to this main task Rijkswaterstaat (RWS) has an active policy to minimise the use of energy of the infrastructural works in its care and to use sustainable energy as much as possible. This is the reason why Rijkswaterstaat wants to gain more in-depth knowledge of the properties and future possibilities of osmotic energy. For this purpose Ecofys has described the technology, the state of the art and the costs of the two existing types of osmotic energy generation and has made a visualisation of a future 10 MW power station at the Afsluitdijk. Attention is paid to the PRO-route (Pressure Retarded Osmosis) and the RED-option (Reverse ElectroDialysis) [Dutch] Osmotische energie is een veelbelovende duurzame energiebron: stil, schoon en continu beschikbaar. Het potentieel voor Europa wordt geschat op 200 TWh (over de hele wereld 1600 TWh), waarvan 16 TWh in Nederland en 1.6 TWh (1.6x10{sup 12} Wh) aan de Afsluitdijk. De energieproductie aan de Afsluitdijk zou goed zijn voor de elektriciteitsbehoefte van 500.000 huishoudens. Osmotische energiecentrales zullen komen te staan waar zoet water in zee stroomt. In Nederland beheert Rijkswaterstaat de dijken en andere infrastructurele werken langs de kust. Naast deze hoofdtaak heeft Rijkswaterstaat (RWS) een actief beleid om het energieverbruik van de infrastructurele werken onder haar beheer te minimaliseren en

  19. Hergebruik van thermoharde composieten : onderzoek naar verwerking van vlokken als grondstof voor VVK-OSB

    NARCIS (Netherlands)

    J. Bouwmeester

    Het onderhavige rapport geeft de inhoudelijke eindrapportage van de uitgevoerde werkzaamheden binnen het KIEM-VANG project met de titel ‘Hergebruik van thermoharde composieten. Onderzoek naar verwerking tot vlokken als grondstof voor VVK-OSB.’ Het project is bij het Nationaal Regieorgaan

  20. Factsheet Cosmetica. Ten behoeve van de schatting van de risico's voor de consument

    NARCIS (Netherlands)

    Bremmer HJ; Prud' homme de Lodder LCH; Veen MP van; SIR

    2003-01-01

    Om de bloostelling aan stoffen uit consumentenproducten en de opname daarvan door de mens te kunnen schatten en beoordelen zijn wiskundige modellen beschikbaar. Het grote aantal consumentenproducten verhindert dat voor elk afzonderlijk product bloostellingsmodellen en parameterwaarden

  1. [Disclosure of conflicts of interest in the Tijdschrift voor Psychiatrie].

    Science.gov (United States)

    Bergoets, M; Pieters, G

    2009-01-01

    Between March 2000 and December 2008 authors disclosed conflicts of interest in 9% of articles in the Tijdschrift voor Psychiatrie. For the same period, in the articles dealing with pharmaceuticals, the percentage of articles containing disclosures of conflict of interest was considerably higher, namely 24%. The policy of the journal with regard to the disclosure of conflicts of interest has helped to promote transparency. Further efforts are needed to encourage authors to disclose conflicts of interest.

  2. Partição da biomassa e qualidade da forragem de Bahiagrass: Paspalun notatum cv. pensacola no centro-norte da Flórida - DOI: 10.4025/actascianimsci.v28i4.596

    Directory of Open Access Journals (Sweden)

    Robert Lawton Stwart Junior

    2006-02-01

    Full Text Available Visando medir efeitos do manejo da Bahiagrass cv. pensacola (Paspalum notatum Flüggeé na repartição de biomassa (kg ha-1 das folhas+colmos, serrapilheira, raízes+rizomas, e valor nutritivo da forragem, foi instalado um experimento próximo a Gainesville, Flórida, EUA. Tratamentos: três manejos contínuos (não intensivo, moderadamente intensivo, altamente intensivo, recebendo 40, 120, e 360 kg N ha -1 ano-1 e com lotação de 1,2; 2,4 e 3,6 UA ha-1, respectivamente e um tratamento de manejo rotacionado (7 dias de pastejo e 21 dias de descanso, recebendo 360 kg N ha-1 ano-1 e 3,6 UA ha-1 (1 U A= 500 kg. A biomassa de raízes+rizomas foi superior a de folhas+colmos. Não houve efeito dos tratamentos na biomassa de raízes+rizomas. A biomassa de raízes+rizomas decresceu durante a estação de pastejo. A maior intensidade de manejo dos tratamentos altamente intensivo e rotacionado resultou em maior biomassa de folhas+colmos. A relação raiz/parte aérea decresceu com a intensificação do manejo. A biomassa de serrapilheira foi superior a de folhas+colmos nos tratamentos altamente intensivo e rotacionado, privilegiando a ciclagem de nutrienes via excreção animal. Os tratamentos não afetaram a FDN nem a DIVMO da forragem, mas intensificação do manejo tende a elevar a DIV MO da forragem.This experiment evaluated a pensacola Bahiagrass pasture (Paspalum notatum Flüggeé. It was conducted near Gainesville, Florida, USA, to measure the effect of pasture management on biomass allocation (kg ha -1 of herbage, litter, root+rhizome, as well as forage quality. Treatments were three continuously stocked (low, moderate, and high, receiving 40, 120, and 360 kg N fertilizer ha-1 yr-1and with stocking rates of 1.2, 2.4, and 3.6 AU ha-1, respectively and one rotationally stocked (RS; 7 -d grazing and 21-d rest periods; N rate of 360 kg ha-1 yr-1, 1 AU = 500 kg pasture. The root+rhizome biomass was 4 to 12 times greater than herbage biomass. There was

  3. The Vision on Wind. Space for Wind Turbines in Amsterdam, Netherlands; De Windvisie. Ruimte voor windmolens in Amsterdam

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Godschalk, M.; Jacobs, S.; Van der Linden, K.; Plomp, M.; Rijntjes, R.; Ruiter, R.; Ydema, G.; Zonderland, H.

    2012-07-15

    With drafting the 'Wind Vision' the city of Amsterdam takes the initiative to realize more windmills in Amsterdam. Amsterdam aims for an efficient, sustainable energy, which will also benefit the Amsterdam population economically. The 'Wind Vision' shows that there are enough opportunities to supply one third of the households in Amsterdam with renewable electricity [Dutch] Met de Windvisie neemt Amsterdam het initiatief om meer windmolens in Amsterdam te realiseren. Amsterdam streeft naar een efficiente, duurzame energieopwekking, waar Amsterdammers ook economisch van kunnen profiteren. De Windvisie laat zien dat er op dit moment in de stad kansen zijn om genoeg windmolens te realiseren om een derde van de Amsterdamse huishoudens van duurzaam opgewekte elektriciteit te voorzien.

  4. Strategisch meerjarenplan 2014-2020 Nederlands focal point voor veiligheid en gezondheid op het werk

    NARCIS (Netherlands)

    Schrama, H.; Lange, J. de

    2014-01-01

    Dit strategisch meerjarenprogramma van het Nederlands Focal Point is afgeleid van de nieuwe meerjarenstrategie 2014-2020 van het Europees Agentschap voor Veiligheid en Gezondheid op het Werk Het Europees Agentschap (EU-OSHA) wil bijdragen de Europese werknemers gezond en veilig aan het werk te

  5. Oneerlijke bedingen onder het voorstel voor een gemeenschappelijk Europees kooprecht: de positie van KMO's

    NARCIS (Netherlands)

    Klijnsma, J.G.

    2013-01-01

    In dit artikel wordt de regeling van oneerlijke bedingen in algemene voorwaarden onder het voorstel voor een gemeenschappelijk Europees kooprecht (GEKR) onder de loep genomen. Daarbij zal de positie van kleine en middelgrote ondernemingen (KMO’s) met die van de consument worden vergeleken. Eerst zal

  6. Tekenradar.nl: een webplatform voor wetenschappelijk onderzoek naar tekenbeten en de ziekte van Lyme

    NARCIS (Netherlands)

    Wijngaard, van den C.C.; Vliet, van A.J.H.; Vrijmoeth, H.D.; Ursinus, J.; Harms, Margriet

    2016-01-01

    Tekenradar.nl is een webplatform voor onderzoek naar teken en tekenoverdraagbare aandoeningen zoals de ziekte van Lyme. Het RIVM en Wageningen University hebben de website in 2012 gezamenlijk opgericht. De website geeft informatie over tekenbeten en de ziekte van Lyme en een voorspelling van de

  7. De steile opmars van drones en de uitdagingen voor de politie

    OpenAIRE

    Van Gulijk, Coen; Hardijns, Wim

    2015-01-01

    Terwijl defensie en politie in Nederland en België op relatief kleine schaal met drones experimenteren, rijst intussen een andere problematiek: de steile opmars van civiele drones. Drones waren in eerste instantie ontwikkeld voor militaire doeleinden, maar evolueerden al snel tot een breed inzetbare technologie waaruit een miljardenindustrie is ontstaan. Via een beknopte en beschrijvende analyse willen we met dit artikel inzicht bieden in de technologische ontwikkelingen en de betekenis daarv...

  8. Effect van klimaatmaatregelen te tonen. Softsensor goed hulpmiddel voor meten verdamping en fotosynthese

    NARCIS (Netherlands)

    Arkesteijn, Marleen; Bontsema, J.

    2007-01-01

    Jan Bontsema, onderzoeker bij WUR Glastuinbouw, ontwikkelde samen met collega's een monitor voor transpiratie en fotosynthese. Met één extra lijntje op het scherm van de klimaatcomputer is in één oogopslag het effect van ingrepen in de kas te zien. Dit is de optimale manier om te zien of energie

  9. Produção e caracterização de biomassa extracelular obtida por fermentação submersa usando Lasidioplodia theobromae isolado do cacau

    Directory of Open Access Journals (Sweden)

    Josileide Gonçalves Borges

    2014-01-01

    Full Text Available Gomas produzidas por microrganismos são usadas como modificadores de alimentos e a biomassa residual para isolamento de seus constituintes. O objetivo deste trabalho foi produzir e caracterizar biomassa extracelular por fermentação submersa com Lasidioplodia theobromae isolado de cacau da Bahia com morte descendente. Foram testadas quatro fontes de carbono fermentadas a 28 ºC, 180 rpm por 72 horas. A que resultou em maior produção de biomassa foi avaliada quanto à variação da concentração e pH. As frações obtidas foram caracterizadas por infravermelho (FTIR e análise por termogravimetria (TG, composição centesimal e monossacarídica. A fermentação submersa da sacarose comercial a 40 g.L-1 em pH 4,0 por L. theobromae resultou em máxima produção da fração I (8,64g.L-1, e a 50g.L-1, pH 5,0, da fração II (23,69 g.L-1. Os espectros de FTIR mostraram presença de grupos amino, poliois e ésteres, e nas análises termogravimétricas observaram-se três eventos de perda de massa em diferentes intensidades. As frações contêm mesma composição em proporções diferenciadas, sendo fontes de proteínas (19,88-29,45%, lipídios (11,07-28,79%, cinzas (3,55-3,88%, e carboidratos (30,16-37,96% compostos unicamente de glicose e manose em diferentes proporções, portanto ambas glucomananas. As frações apresentam propriedades e potencial desejáveis para ampla utilização em processos biotecnológicos de alta relevância científica.

  10. Liefde voor de Hollandse bouwkunst : architectuur en toegepaste kunst bij Uitgeversmaatschappij Kosmos 1923-1960

    NARCIS (Netherlands)

    Oldewarris, J.A.

    2016-01-01

    Liefde voor de Hollandse bouwkunst (A love of Dutch architecture) studies and discusses the publications produced by the Amsterdam publishing house Kosmos on architecture and applied art in the period between 1923, when the firm was founded, and 1960. The man responsible throughout this period was

  11. Teelt de grond uit voor appel en blauwe bes : appel op zandgrond in gevaar?

    NARCIS (Netherlands)

    Maas, van der M.P.

    2010-01-01

    Met het verdwijnen van chemische grondontsmetting komt de appelteelt op zandgronden in gevaar. Een van de oplossingen kan de substraatteelt van appel zijn. Mogelijk kan dit meer voordelen bieden. In de teelt van blauwe bes was al een consortium gevormd voor de stichtingsperiode te verkorten. Het

  12. Ontwikkeling van een BlueJ-getinte uitbreiding voor NetBeans

    OpenAIRE

    Boutsen, Stijn

    2017-01-01

    BlueJ is een open-source IDE die het aanleren van object georiënteerd programmeren in JAVA vergemakkelijkt. Dit programma wordt gebruikt in 1BA maar is niet geschikt om grote applicaties te schrijven. Door het ontbreken van de educatieve tools van BlueJ hebben studenten moeilijkheden met de overgang naar een professionele programmeeromgeving zoals de NetBeans IDE. Deze masterproef realiseert een plugin voor NetBeans met de belangrijkste educatieve kenmerken van BlueJ. Zowel het visueel kla...

  13. Quantificação da biomassa em plantios de Pinus elliottii Engelm. em Clevelândia – PR. Measurement of biomass in plantations of Pinus elliottii Engelm.

    Directory of Open Access Journals (Sweden)

    Gerson dos Santos LISBOA

    2015-06-01

    Full Text Available Este trabalho teve como objetivo quantificar e modelar a biomassa em plantações de Pinus elliottii Engelm., com diferentes idades, no município de Clevelândia, Estado do Paraná. Os dados para a realização deste estudo foram provenientes de 25 povoamentos com idades de 1 a 25 anos, totalizando 125 árvores, sendo 5 para cada idade. As árvores foram derrubadas e seccionadas nos compartimentos: acículas, galhos vivos, galhos mortos, raízes, estruturas reprodutivas, madeira do fuste e casca do fuste. Em seguida, uma amostra de cada componente foi tomada para a obtenção de matéria seca. A ordenação da biomassa nos distintos componentes se distribuiu na ordem: madeira do fuste > raiz > casca > galhos vivos > acículas (estrutura fotossintética > galhos mortos e estruturas reprodutivas. Visando à obtenção de estimativas do peso de biomassa nos diferentes compartimentos da árvore por meio de variáveis dendrométricas, foram ajustados vários modelos matemáticos, entre eles, modelos tradicionalmente encontrados na literatura florestal. De uma maneira geral, a quantidade de biomassa da maioria dos componentes, apresentou alta relação com as variáveis dendrométricas, resultando em equações adequadas, exceto para os componentes galhos mortos e estruturas reprodutivas. As equações geradas para estimativa de peso total e dos componentes arbóreos da biomassa nas árvores de Pinus elliottii Engelm. são importantes ferramentas para análises técnicas, planejamento de projetos e estudos de viabilidade para uso da madeira. This study aimed to quantify and model the biomass in Pinus elliottii Engelm. plantations, with different ages, in the city of Clevelândia, state of Paraná. The data for this study came from 25 forest stands aged 1-25 years totaling 125 trees, 5 for each age. Trees were felled and sectioned in the compartments: needles, live branches, dead branches, roots, reproductive structures, wood stem and bark stem. Then

  14. Acta Neuropsychiatrica; Tijdschrift voor een hedendaagse neuropsychiatrie.

    Science.gov (United States)

    Verhey, F H

    1989-09-01

    Samenvatting De psychiatrie benist op een evenwichtige combinatie van gedragswetenschappelijke (ontwikkelingspsychologische en sociale) en natuurwetenschappelijke (neuropsychiatri-sche) dementen. Ofschoon klinici werkzaam in de gezondheidszorg er vaak in slaagden dit evenwicht rede-lijk te handhaven, werd de officiële psychiatrie tot voor kort meestal nogal modieus gedomineerd door een van deze deelgebieden. Uitgroei tot volwassenheid van de psychiatrie vraagt in deze fase om een aanvulling van de in de laatste decennien sterk tot de verbeelding sprekende psychologische en sociale dementen met de verworvenhe-den van een nieuwe neuropsychiatrie. Geschetst wordt waar uit deze verworvenheden bestaan en hoe deze effectief in de psychiatrische gezondheidszorg onderwijs en onderzoek ingebouwd kunnen worden. Het binnen de psychiatrie tot ontwikkeling brengen van een toegepaste klinische psychofysiologie van essentieel belang.

  15. Conditions for greening the Dutch economy; Voorwaarden voor de vergroening van de economie in Nederland

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Hanemaaijer, A.; Manders, T.; Kruitwagen, S.; Dietz, F.

    2012-08-15

    Greening the economy is considered to be one of the major worldwide challenges of the coming decades. Greening is about limiting the use of natural resources and sparing the environment. By taking into account the limits of the natural capital we can safeguard prosperity in the long term. Greening is important for the Netherlands, too. Using energy, raw materials, land and water more efficiently will make the Dutch economy less vulnerable and the environment cleaner. Focusing on green growth is thus not so much the short-term answer to the present economic crisis but rather a long-term contribution to strengthening the structure of the Dutch economy. This strengthening is not something that will happen of its own accord but requires an active role on the part of the government together with the business sector and the general public. A long-term vision for greening the economy forms an important first step. How to measure progress is another important element in aiming for the goal of green growth. A different set of rules will also be required in order to steer society towards greening. The cost of environmental pollution, for example, should be better reflected in prices. Abolishing subsidies and tax incentives that stand in the way of this greening process is also part of this. Implementing tax proposals of this kind, of course, requires weighing many factors. The government could also create better conditions for the development and application of innovations that spare the environment. This report sets out some of the requirements for greening the Dutch economy and suggests ways in which these could be implemented in some areas. At the same time, the document identifies those areas in need of further investigation to gain a better overview of what 'going for green growth' would mean for the Netherlands and what this requires. [Dutch] Vergroening van de economie wordt wereldwijd gezien als 1 van de grote uitdagingen voor de komende decennia

  16. Qualidade de uva ‘Isabel’ tratada na pré-colheita com CaCl2 e elicitor à base de biomassa cítrica

    Directory of Open Access Journals (Sweden)

    Leonardo da Silva Santos

    2017-10-01

    Full Text Available O alto índice de degrana e podridão das bagas reduzem a qualidade e elevam as perdas pós-colheita em uvas ‘Isabel’, demandando técnicas de manejo na pré e pós-colheita acessíveis ao pequeno produtor, que mantenham a qualidade e ampliem a vida útil pós-colheita dos cachos. Assim, este trabalho teve por objetivo avaliar o efeito da aplicação na pré-colheita de CaCl2 e elicitor à base de biomassa cítrica em uvas ‘Isabel’ na manutenção da qualidade durante o armazenamento na condição ambiente sob atmosferas ambiente e modificada. O experimento foi conduzido em blocos casualizados a campo, no município de São Vicente Férrer-PE com 8 repetições. Videiras ‘Isabel’ foram tratadas, 28 dias antes da colheita, com: elicitor de Biomassa Cítrica (BC, elicitor de Biomassa Cítrica + CaCl2 (BC+C, CaCl2 (C e Testemunha (T - sem aplicação. Cachos colhidos na maturação comercial foram armazenados em arranjo fatorial 4×2×7, sendo 4 tratamentos (aplicados no campo, 2 condições de armazenamento, atmosferas ambiente (AA e modificada (AM, sob condição ambiente (25±2°C e 75±2% de UR e 7 períodos de avaliação em quatro repetições. A aplicação de CaCl2 e do elicitor BC reduziu o índice de degrana (55 e 75%, respectivamente, a podridão e a perda de massa dos cachos de uva ‘Isabel’. Estes tratamentos, associados ou não, aumentaram a eficiência da AM em manter a qualidade dos cachos. O índice de degrana de uva ‘Isabel’ foi influenciado diretamente pela relação SS/AT, pH e índice de podridão das bagas.

  17. Partida de reator anaeróbio compartimentado em série com um reator anaeróbio de manta de lodo, utilizando parâmetros de sedimentabilidade para formação da biomassa

    Directory of Open Access Journals (Sweden)

    Cristine Serafine Neves

    2015-12-01

    Full Text Available RESUMO Este estudo objetivou avaliar a formação da biomassa de boa qualidade tanto no reator anaeróbio compartimentado (RAC quanto no reator anaeróbio de manta de lodo (UASB, aplicando parâmetros adequados à sedimentação dos sólidos sedimentáveis (SS presentes na água residuária de suinocultura (ARS. O RAC e o UASB operaram em série com os tempos de detenção hidráulica (TDHs de 15 e 9h, respectivamente, correspondendo a cargas orgânicas volumétricas (COVs médias de 53,8 e 36,2 kg.m³.d¹ em termos de DQOT, respectivamente. As eficiências médias de remoção de DBO520°C, durante o processo de partida e formação da biomassa, foram: 68% para RAC e 55% para UASB, e em termos de DQO: 78% para RAC e 70% para UASB, respectivamente. Os autores concluíram que é possível, mediante os parâmetros de sedimentação adotados, formar uma biomassa peletizada, mesmo operando o sistema com altas cargas orgânicas.

  18. Energy Price Comparisons. Study on the quality of comparison sites for electricity and natural gas on the Internet; Energieprijsvergelijkers. Onderzoek naar de kwaliteit van vergelijkingssites voor elektriciteit en gas op het internet

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Boezaard, P.M.; Van Liere, M.M.; Van Steenpaal, D.F.J.M.

    2007-06-15

    Internet sites with comparisons of prices for electricity and natural gas appear to be important tools for consumers. On a regular basis the Dutch Office of Energy Regulation (DTe) carries out a study on the quality of such price comparison sites. In this report the results of the June 2007 study are summarized. [Dutch] Voor een goedwerkende markt is een goed geinformeerde consument van belang. Uit de Consumentenmonitor, kwalitatief onderzoek dat de NMa in 2006 heeft laten uitvoeren, is gebleken dat de consument bij een overstap vaak gebruik maakt van prijsvergelijkingssites. Het belang van dergelijke sites neemt alleen maar toe. Door een grotere differentiatie aan producten en meer variatie in prijsstelling wordt een goede vergelijking van energieleveranciers voor de gemiddelde consument steeds lastiger. Ook voor de prijsvergelijkingssites neemt de complexiteit toe. De Directie Toezicht Energie (DTe) van de Nederlandse Mededingingsautoriteit (NMa) onderzoekt sinds 2004 jaarlijks de kwaliteit van (prijs)vergelijkingssites voor elektriciteit en gas. Gezien de groeiende complexiteit van de prijsvergelijkingen is het van belang dat de NMa dit onderzoek ook in 2007 uitvoert. In dit rapport worden de resultaten van dit jaar gepresenteerd. Daarnaast heeft de NMa voor het eerst een handleiding met tips voor de consument als bijlage bij dit rapport opgenomen.

  19. PEMANFAATAN LIMBAH BIOMASSA CANGKANG KAKAO DAN KEMIRI SEBAGAI BAHAN BAKAR BRIKET (Utilization of Biomass Wastes from Cocoa and Candlenut Shells as Fuel Briquette

    Directory of Open Access Journals (Sweden)

    Harwin Saptoadi

    2007-11-01

    Full Text Available ABSTRAK  Biomassa adalah sumber energi utama jutaan manusia di dunia, akan tetapi penggunaannya menurun ketika batubara, minyak dan gas tersedia cukup melirnpah. Namun akhir-akhir ini perhatian muncul kembali karena terjadinya krisis energi dan isu-isu lingkungan. Pemanfaatan biomassa untuk menggantikan bahan bakar fosil dapat menurunkan persoalan emisi CO2 global. Penelitian ini bertujuan untuk mengkaji alternatif sumber energi terbarukan dengan pemanfaatan limbah biomassa cangkang kakao dan kemiri. Penelitian dilakukan dengan menghaluskan biomassa dengan ukuran partikel kurang dari I mm. Kemudian 5 gram campuran bahan baku dengan bahan pengikat gel tepung kanji dengan perbandingan 70:30 untuk kakao dan 80:20 untuk kemiri dibriket dalarn cetakan berdiarneter l6 mm. Setelah dibriket kemudian dikeringkan dengan oven pada suhu 50 oC selama 5 jam. Pembakaran dilakukan dalam ruang bakar pada temperatur dinding 350 oC dan laju aliran udara bervariasi antara 0,1 - 0,4 m/s. Hasil penelitian menunjukkan bahwa cangkang kakao dan kemiri mempunyai nilai kalor masing-masing 16.998 dan 21.960 kJ/kg. Emisi CO cukup signifikan pada tahap devolatilisasi. Cangkang kakao memberikan total emisi CO lebih tinggi dibandingkan dengan cangkang kemiri. Laju aliran udara juga berpengaruh terhadap emisi CO yang dihasilkan. Penambahan laju aliran udara akan mengurangi emisi CO, hal ini karena adanya penambahan suplai oksigen sehingga pemnbakaran dapat berlangsung lebih sempurna.   ABSTRACT  Biomass was the  primary source of energy for millions of people in the world, but when coal, oil, and gas became widely available, its use was declined. However, in recent years interest in biomass utilization increases because of energy crisis and environmental issues. Utilization of biomass for substituting fossil fuel can reduce global CO2 emission problem. The objective of this research is to study alternative energy sources that utilize biomass waste from cocoa and candlenut

  20. Waiting lists in the electricity sector. Method for the connection regime in the Netherlands and the United Kingdom; Wachtlijsten in de elektriciteitssector. De aanpak van het aansluitregime in Nederland en Groot-Brittannie

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Van der Neut Kolfschoten, M.E.

    2008-01-15

    In the past few years the Netherlands and Great Britain have seen a significant increase in the number of connection applications from both conventional and renewable generators. As there is insufficient transmission capacity to accommodate these applications a queue system was introduced. These queues are considered an obstacle for meeting the government's renewable targets and therefore in both countries a review of the current access regime was kicked off. Despite or perhaps due to their 'consensus culture' the Dutch government has decided on the way forward, whereas in Great Britain the options - including capacity auctions - are still being debated. In the Netherlands the connection queue will be abolished, every generator will be able to connect before wider system reinforcements have been carried out and constraints will be resolved by the introduction of congestion management. Although this may seem a sensible way forward as it is expected that it will result in indirect priority access for renewables, it may still be useful to consider the mixed British experience with regards to congestion management. The article describes the background to the connection queues and it provides a high-level overview of the regulatory framework and the developments and ongoing debates in the Netherlands and Great Britain. [Dutch] De laatste jaren is in Nederland en Groot-Brittannie het aantal aanvragen voor aansluitingen door zowel conventionele producenten als producenten van duurzame energie enorm toegenomen. Hierdoor is er een tekort aan capaciteit op het hoogspanningsnet ontstaan waardoor de invoering van wachtlijsten noodzakelijk werd. Deze wachtlijsten staan mogelijk het behalen van duurzame energie doelstellingen in de weg en mede om die reden wordt er in beide landen gekeken hoe het aansluitregime kan worden aangepast. Ondanks - of misschien dankzij het poldermodel is er in Nederland wat betreft het aansluitregime inmiddels een duidelijke keuze

  1. More with thermal energy storage. Report 10. Options for a combination of heat and cold storage with soil sanitation. Overview of techniques and new options. Final report; Meer met bodemenergie. Rapport 10. Mogelijkheden voor combinatie van KWO met bodem-sanering. Overzicht van technieken en nieuwe mogelijkheden. Eindrapport

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    De Vries, E. [Bioclear, Groningen (Netherlands); Hoekstra, N. [Deltares, Delft (Netherlands)

    2012-06-01

    werkpakketten. In werkpakket 2 worden de effecten van individuele en collectieve bodemenergiesystemen op de ondergrond en de omgeving onderzocht, in werkpakket 3 worden de kansen voor bodemenergie en bodemsanering onderzocht en in werkpakket 4 worden nieuwe duurzame combinaties van KWO met andere functies verkend. Werkpakket 1 is het overkoepelende deel waarin communicatie, beleid en participatie van deelnemers van MMB centraal staat. In dit onderzoek is een overzicht gemaakt van beschikbare saneringsmethoden en bodemenergiesystemen. Vervolgens zijn potentiele combinatieconcepten getoetst aan de volgende criteria: behoud van energierendement; halen van de saneringsdoelstelling; kostenefficientie; lange levensduur (het uitblijven van putverstopping)

  2. Emissão de PM2,5 e gases em sistemas domésticos de queima de biomassa

    OpenAIRE

    Fernandes, Ana Patrícia da Silva

    2009-01-01

    Realizou-se uma série de testes para determinar a composição gasosa e a constituição química das emissões de PM2,5 resultantes da combustão doméstica em lareira e fogão. Queimaram-se 7 espécies lenhosas representativas da floresta Portuguesa (Pinus pinaster, Eucalyptus globulus, Quercus suber, Acácia longifolia, Quercus faginea, Olea europea, Quercus ilex rotundifolia) e briquetes de resíduos de biomassa. A amostragem de gases foi realizada junto à exaustão da chaminé do fogão e da lareira...

  3. Meetprocedure voor de bepaling van Acid Volatile Sulfide en Simultaneously Extracted Metals in sediment en bodem

    NARCIS (Netherlands)

    den Hollander HA; van den Hoop MAGT; ECO

    1994-01-01

    Ter ondersteuning bij Integrale Normstelling (INS) wordt in het project ECOROUTING onderzoek uitgevoerd naar de toepasbaarheid van het evenwichtspartitieconcept bij de harmonisatie van milieukwaliteitsdoelstellingen voor de compartimenten bodem en sediment. Het onderzoek beperkt zich tot de

  4. Ervaringen met een solid phase enzyme immunoassay voor het aantonen van gonorroe bij promiscue vrouwen

    NARCIS (Netherlands)

    Ulsen; J.van*; Michel; M.F.*; Strik; R.van*; Joost; T.H.van*; Stolz; E.*; Eijk; R.V.W.van

    1985-01-01

    De Gonozyme test (Abbott Laboratories), een nieuwe enzyme immunoassay (EIA) voor het aantonen van Neisseria gonorrhoeae werd geevalueerd in een grote groep promiscue vrouwen. Als de EIA werd uitgevoerd met materiaal afkomstig van de cervix, bedroeg de prevalentie van gonorroe 8,2%. Vergeleken

  5. Wettelijke kaders voor langdurig of levenslang toezicht bij delinquenten in Engeland/Wales, Canada en Duitsland

    NARCIS (Netherlands)

    Schönberger, H.J.M.; Kogel, C.H. de

    2011-01-01

    Dit onderzoek, dat zich in de eerste plaats richt op wettelijke kaders, vormt het eerste deel van een omvangrijker WODC-onderzoek naar de invulling van langdurig of levenslang toezicht bij tbs-gestelden met een zedendelict. Enerzijds worden de juridische modaliteiten voor langdurig toezicht

  6. Focusing on sustainable energy ambitions in the area development process. 2. ed.; Centraal stellen van duurzame energieambities in het gebiedsontwikkelingsproces

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    NONE

    2011-03-15

    Many local authorities have established firm energy ambitions. Making the built environment more sustainable, both by means of energy saving measures and by making the remaining energy use sustainable, are important focus points. The question rises how sustainable energy ambitions can be embedded in the area development process. Area developments related to new buildings or demolition/new building projects often involve lengthy and complex projects. Projects in which many parties and interests play a role, in which many instruments can be used and energy concepts can be applied. This report provides an overview of the area development process and the corresponding instruments and concepts. [Dutch] Veel gemeenten hebben stevige energieambities vastgesteld. Verduurzaming van de gebouwde omgeving, zowel door energiebesparingsmaatregelen als door het duurzaam invullen van het resterende energieverbruik, zijn daarbij belangrijke aangrijpingspunten. De vraag is hoe duurzame energieambities goed verankerd kunnen worden in het gebiedsontwikkelingsproces. Bij gebiedsontwikkeling van nieuwbouw of sloop/nieuwbouw projecten gaat het vaak om langdurige complexe projecten. Projecten waarbij vele partijen en belangen een rol spelen, diverse instrumenten kunnen worden gebruikt en energieconcepten kunnen worden toegepast. Dit rapport geeft een overzicht van het gebiedsontwikkelingsproces en de bijbehorende instrumenten en concepten.

  7. Offshore wind options for 2013; Offshore wind kansen voor 2013

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Van der Meij-Kranendonk, J.

    2012-11-15

    In the USA researchers and companies are busy to the make knowledge and experiences gained elsewhere in the world suitable for the American market and to increase new knowledge in their own country. A brief overview is given of the activities in the US with regard to offshore wind energy [Dutch] Amerikaanse onderzoekers en bedrijven zijn druk bezig om de kennis en ervaring die opgedaan is elders in de wereld geschikt te maken voor de Amerikaanse markt en om nieuwe kennis op te doen in eigen land.

  8. Slagkracht is nodig om Nederland te beschermen en economische kansen voor cybersecurity te verzilveren

    NARCIS (Netherlands)

    Zielstra, A.

    2017-01-01

    Digitale bedrijvigheid zorgde de afgelopen 25 jaar voor ruim een derde van alle economische groei. Meer dan 5 procent van ons bnp verdienen we met ICT. Nederland heeft een toppositie in de wereld als het gaat om de digitale economie. Maar het is niet vanzelfsprekend dat we die behouden. Volgens

  9. Energy rating procedure for PV-modules; Energy rating procedure voor PV-modules

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Van der Borg, N.J.C.M.; Jansen, M.J. [ECN Zon, Petten (Netherlands)

    2005-10-15

    The performance of PV-modules is usually characterized by the nominal power at standard test conditions. However more relevant for the end-user is the energy production. To arrive at a so-called energy rating procedure the P(G{sub i},T{sub m}) matrix is defined, which makes it possible to calculate the expected annual energy production of a PV-module at any given location with known frequency distribution of horizontal irradiation and ambient temperature. In order to make the de P(G{sub i},T{sub m}) independent of the time and location of the tests the effective irradiation (G{sub i}) is measured with a device with the same characteristics as the module under test. Such a device can be a suitable reference cell or, even better, the module under test itself. The latter, however, is only possible in case the module under test is stable in time. Measurements were performed to test the applicability of the so-called self-reference for a-Si modules. Furthermore the difference between the effective irradiance and the real irradiance (measured with a pyranometer) was quantified for the test location Petten, the Netherlands. The conclusions are: Self-reference is not applicable for a-Si modules because of the time instability, even after 1 full year of degradation; Self-reference signals (the short circuit current of the module under test) can be calibrated outdoor by comparison with a pyranometer at irradiance levels above 800 W/m{sup 2}. The uncertainty of such a calibration is within 3%; The difference between the effective irradiance and the real irradiance on annual basis at Petten is virtually zero for x-Si modules and about 1% for a-Si modules. [Dutch] Het is gebruikelijk om de prestatie van PV-modules te karakteriseren met het nominale vermogen onder standaard testcondities (STC). Echter dit nominaal vermogen geeft geen directe indicatie voor de energieopbrengst. Om tot een karakteristiek voor de energie-opbrengst (energy rating) te komen wordt de prestatie van de

  10. Elephant grass genotypes for bioenergy production by direct biomass combustion Genótipos de capim-elefante para produção de bioenergia por combustão direta da biomassa

    Directory of Open Access Journals (Sweden)

    Rafael Fiusa de Morais

    2009-02-01

    Full Text Available The objective of this work was to evaluate elephant grass (Pennisetum purpureum Schum. genotypes for bioenergy production by direct biomass combustion. Five elephant grass genotypes grown in two different soil types, both of low fertility, were evaluated. The experiment was carried out at Embrapa Agrobiologia field station in Seropédica, RJ, Brazil. The design was in randomized complete blocks, with split plots and four replicates. The genotypes studied were Cameroon, Bag 02, Gramafante, Roxo and CNPGL F06-3. Evaluations were made for biomass production, total biomass nitrogen, biomass nitrogen from biological fixation, carbon/nitrogen and stem/leaf ratios, and contents of fiber, lignin, cellulose and ash. The dry matter yields ranged from 45 to 67 Mg ha-1. Genotype Roxo had the lowest yield and genotypes Bag 02 and Cameroon had the highest ones. The biomass nitrogen accumulation varied from 240 to 343 kg ha-1. The plant nitrogen from biological fixation was 51% in average. The carbon/nitrogen and stem/leaf ratios and the contents of fiber, lignin, cellulose and ash did not vary among the genotypes. The five genotypes are suitable for energy production through combustion.O objetivo deste trabalho foi avaliar genótipos de capim-elefante (Pennisetum purpureum Schum. quanto ao potencial para a produção de bioenergia por combustão direta da biomassa. Avaliaram-se cinco genótipos de capim-elefante, em dois solos com baixa fertilidade. Os experimentos foram conduzidos na estação experimental da Embrapa Agrobiologia, em Seropédica, RJ. O delineamento experimental foi o de blocos ao acaso, em parcelas subdivididas, com quatro repetições. Os genótipos estudados foram Cameroon, Bag 02, Gramafante, Roxo e CNPGL F06-3. Determinaram-se a produção de biomassa, o acúmulo de nitrogênio na biomassa, o nitrogênio da biomassa proveniente da fixação biológica, as relações carbono/nitrogênio e talo/folha, e os teores de fibra, lignina

  11. Analysis of the environmental and nature impacts of 'Building Bridges'. Coalition VVD-PvdA, October 29, 2012. A quick scan; Analyse van de milieu- en natuureffecten van 'Bruggen slaan'. Regeerakkoord VVD-PvdA d.d. 29 oktober 2012. Een quick-scan

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Dietz, F. (ed.)

    2012-11-15

    The coalition between the political parties VVD (liberals) and PvdA (socialists) connects the transition to a sustainable economy and green growth to strengthening the competitive capacity of the Dutch economy. The role of the Dutch government in the coalition aims at creating a framework and to provide facilities to realize the transition. In this memo the results of an analysis of the impacts of the coalition are given for the themes Energy and Climate, Nature, Transport and Traffic, and Green Growth [Dutch] Het Regeerakkoord VVD-PvdA koppelt de transitie naar een duurzame economie en groene groei aan het versterken van het concurrentievermogen van de Nederlandse economie. De rol van de rijksoverheid wordt in het regeerakkoord met name ingevuld als kaderstellend en faciliterend. De PBL-notitie analyseert de effecten van het regeringsakkoord voor de thema's Energie en Klimaat, Natuur, Verkeer en Vervoer, en Groene groei.

  12. Sustainable cooling of server rooms and data centres; Duurzaam koelen van serverruimtes en datacenters

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Opschoor, S.; Drooger, P. [DWA installatie- en energieadvies, Bodegraven (Netherlands)

    2009-12-15

    Reduction of energy consumption of server rooms and data centers with renevvable cooling systems is very efficient. The first step should be to determine the demand for cold and heat. The use of waste energy and renewable eaergy sources in combination with underground energy storage result in substantial saving of energy: up to 40% and a payback period of 4 years. [Dutch] Voor serverruimtes en datacenters loont het om alle opties om energie te besparen te onderzoeken m.b.v. een stappenplan. Daarin gaat het erom de reductie van de energiebehoefte, benutting van de vrijkomende energie, het gebruik van duurzame energiebronnen en efficient gebruik van fossiele brandstoffen te inventariseren. In dit artikel worden enkele voorbeelden gegeven: reduceren van de koelbehoefte bij de Dienst Informatie en Administratie (DIA) van de gemeente Groningen; .realisatie van een installatie met energieopslag en warmtepomp bij het internetbedrijf Cisco Systems in Amsterdam.

  13. Preliminary results of the evaluation of biomass use as energy sources; Resultados preliminares da avaliacao do uso de biomassas como fontes de energia

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Rocha Ferreira, Leo da; Tourinho, Octavio A.F. [Instituto de Planejamento Economico e Social (IPES), Rio de Janeiro, RJ (Brazil). Inst. de Pesquisas

    1985-12-31

    This article discusses the preliminary results of the BIOMASSA model of IPEA with emphasis on three aspects: temporal and spatial crop mix patterns along the analysis horizon; evaluation of the social cost of alcohol fuel ; and the impact of alcohol production on the balance of payments. It concludes that the PROALCOOL increases domestic costs, but the impact on the balance of payments is positive and substantial. (author). 8 tabs

  14. Ontwikkelingen in Foodservice : online en beleving creëren nieuwe kansen voor toeleveranciers van agf

    NARCIS (Netherlands)

    Splinter, G.M.; Haaster-de Winter, van M.A.

    2015-01-01

    Het voedsellandschap is in beweging. Een ontwikkeling met grote gevolgen voor “vers” en haar toeleveranciers. Voedsel is op steeds meer (verschillende) plaatsen te koop en wordt aangeboden door verschillende aanbieders. GroentenFruit Huis wil de groenten- en fruitsector versterken en de positie van

  15. De dansmug Psectrocladius schlienzi nieuw voor Nederland, met een beschrijving van de larve (Diptera: Chironomidae)

    NARCIS (Netherlands)

    Beauvesère-Storm, de A.; Tempelman, D.

    2009-01-01

    De meeste soorten Chironomidae (dans- of vedermuggen) zijn dieren met een aquatische larve. Ze zijn een belangrijk onderdeel van de macrofaunagemeenschap van het zoete water, waarbij ze goede indicatoren zijn voor de milieukwaliteit. Veel soorten zijn met enige moeite goed tot soort of soortgroep te

  16. The options for biomass in the Netherlands. Nederland is rijp voor biomassa

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Daey Ouwens, C [Provincie Noord-Holland, Haarlem (Netherlands)

    1993-02-01

    The results of a few recent studies show that there is a number of likely options to use biomass in the Dutch energy supply. Gasification of organic wastes and wood and supplemental firing in coal-fired power plants by means of wood wastes appear to be the most attractive options. Taking into account the increased interest from energy utilities it is time to start a few demonstration projects in the Netherlands. 3 ills., 6 refs.

  17. Onderzoekers sluiten jaar af met nieuwe inzichten; teelt de grond uit ook waardevol voor vollegrond

    NARCIS (Netherlands)

    Maas, van der M.P.; Elk, van P.J.H.; Voogt, W.; Dijk, van P.; Douven, F.

    2013-01-01

    Geslaagde groeiregulatie; vertraagde opbouw schadelijke aaltjes bij appel; goede resultaten met nieuwe substraten bij blauwe bes. Dat zijn de belangrijkste nieuwe inzichten van 2012 in het onderzoek naar Teelt de grond uit. De bevinding met aaltjes is ook relevant voor de teelt in de vollegrond. Het

  18. Vaststelling van erytrocytometrische waarden bij drachtige ponies, die bloeddonor zijn voor Diosynth B.V. te Oss

    NARCIS (Netherlands)

    Helleman; P.W.; Geleijnse; M.E.M.; Rooy; L.C.de

    1984-01-01

    Het afnemen van bloed bij drachtige paarden voor farmaceutische doeleinden heeft effect op de hemo(cyto)metrische waarden. De veranderingen zouden kunnen duiden op een (relatieve) verlaging van de erytropoietische activiteit van het beenmerg, op een verandering van de colloide osmotische

  19. Energy consumption for heat based on the Energy Balance. Update 2010; Het energieverbruik voor warmte afgeleid uit de Energiebalans. Update 2010

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Segers, R.

    2012-04-15

    In 2008 the Dutch Expertise Centre for Heat asked Statistics Netherlands and ECN to provide indications of how much energy is used for heat for various applications and sectors. That resulted in a report, published in 2009 with the same title as this report, which is an update of the 2009 report. The aim is to indicate how energy use for heat can be derived from the Energy Balance of Statistics Netherlands. The energy use is compared to the energy use for three other applications: electricity, transport fuels and feedstocks. Moreover, it is also indicated how the amount of renewable heat can be derived from renewable energy statistics [Dutch] Het Expertisecentrum Warmte heeft in 2008 aan het CBS en het ECN gevraagd om aan te geven hoeveel energie er wordt gebruikt voor warmte voor verschillende toepassingen en sectoren. Dat heeft geresulteerd in het 2009 rapport 'Het energieverbruik voor warmte afgeleid uit de Energiebalans'. De meest recente cijfers in dat rapport hebben betrekking op het jaar 2006. Voorliggend document is een nieuwe update met cijfers over 2010.

  20. Goal-driven evaluations of sustainable products

    NARCIS (Netherlands)

    Perlaviciute, Goda

    2014-01-01

    Door de aanschaf van duurzame producten zoals “groene” levensmiddelen en duurzame energiebronnen kunnen milieuproblemen worden verminderd. Maar hoe beoordelen mensen deze producten? Deze vraag is belangrijk omdat mensen duurzame producten alleen zullen aanschaffen als ze voldoende aantrekkelijk

  1. Tracking and trailing. A travel guide for the energy transition; Spoorzoeken en wegbereiden. Een reisgids voor de energietransitie

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Hekkenberg, M.; Londo, M. [ECN Beleidsstudies, Petten (Netherlands)

    2011-09-15

    Our energy system, which is one of the pillars of the Dutch society, will probably be subjected to drastic changes in the coming decades. It will become a difficult and painful process at times. Policy makers have the task of directing these changes with a clear view on opportunities and threats. This guide aims to offer Dutch policy makers some strategic insights and tools. [Dutch] Onze energiehuishouding, 1 van de pijlers van de Nederlandse samenleving, zal de komende decennia drastische veranderingen ondergaan. Dat zal een bij tijd en wijle moeizaam en pijnlijk proces worden. Aan beleidsmakers de taak die veranderingen te regisseren met een helder oog voor kansen en bedreigingen. Deze gids beoogt Nederlandse beleidsmakers voor die taak enkele strategische inzichten en handvatten te bieden.

  2. Uso de biomassa seca de aguapé (Eichornia crassipes visando à remoção de metais pesados de soluções contaminadas = Use of water hyacinth (Eichornia crassipes dry biomass for removing heavy metals from contaminated solutions

    Directory of Open Access Journals (Sweden)

    Affonso Celso Gonçalves Junior

    2009-01-01

    Full Text Available O presente trabalho avaliou a eficiência da biomassa seca de aguapé (Eichornia crassipes na remoção dos metais pesados cádmio (Cd, chumbo (Pb, cromo (Cr, cobre (Cu, zinco (Zn e níquel (Ni de soluções preparadas com estes metais. O delineamento utilizado foi inteiramente casualizado, com cinco tratamentos (soluções com diferentes concentrações dos metais pesados e quatro repetições. A biomassa seca permaneceu nas soluções dos tratamentos por um período de 48h, e nos intervalos de 1; 2; 3; 6; 12; 24; 36 e 48h após a instalação do experimento, coletaram-se alíquotas de cada tratamento,determinando-se a maior remoção de cada metal pesado pela biomassa seca do aguapé. Foi realizada digestão nitroperclórica na biomassa seca e determinação dos teores dos metais na biomassa e nas alíquotas por espectrometria de absorção atômica, modalidade chama. Paraos metais Cd, Pb, Cr, Cu e Zn ocorreu remoção significativa pela massa seca do aguapé nos diferentes tratamentos, enquanto para o Ni não foi encontrada diferença significativa. Dessa forma, conclui-se que a biomassa seca produzida, a partir do aguapé Eichornia crassipes, é um excelente material para a remoção, tanto em pequena como em grande escala, de corpos hídricos contaminados com metais pesados.The present work evaluated the efficiency of the dry biomass of water hyacinth (Eichornia crassipes in the removal of heavy metalscadmium (Cd, lead (Pb, chromium (Cr, cupper (Cu, zinc (Zn and nickel (Ni from solutions prepared with these metals. The delineation used was entirely randomized, with five treatments (solutions with different concentrations of heavy metals and fourrepetitions. The dry biomass remained in the treatment solutions for a period of 48h. In the intervals of 1; 2; 3; 6; 12; 24; 36 and 48h after experiment installation, samples were collected of each treatment, determining the greater removal for each heavy metal by water hyacinth dry biomass. Nitro

  3. Technologieverkenning Nationale Veiligheid : Een verkenning van kansen en dreigingen van technologische ontwikkelingen voor de nationale veiligheid

    NARCIS (Netherlands)

    Vliet, P.J. van; Mennen, M.G.

    2014-01-01

    In opdracht van de NCTV als voorzitter van de Stuurgroep Nationale Veiligheid heeft TNO, partner in het Analistennetwerk Nationale Veiligheid, een verkenning uitgevoerd naar de kansen en dreigingen van technologische ontwikkelingen voor de nationale veiligheid in de komende vijf jaar. Deze studie is

  4. Bomen over ruimte: een studie naar de toekomstige ruimtebehoefte voor de boomteelt in de regio Boskoop

    NARCIS (Netherlands)

    Knijff, van der A.; Westerman, E.; Bremmer, J.

    2002-01-01

    In het kader van de streekplanherziening Zuid-Holland Oost is een schatting gemaakt van de toekomstige ruimtebehoefte voor de boomteelt in de regio Boskoop tot 2015. Op basis van toekomstige ontwikkelingen in de vraag naar boomteeltproducten, de (inter)nationale concurrentiepositie van de boomteelt

  5. Desenvolvimento de um sensor por software para avaliação de biomassa em reatores anaeróbios

    OpenAIRE

    Rodríguez, Jaime Eduardo Navarrete

    2003-01-01

    Dissertação (mestrado) - Universidade Federal de Santa Catarina, Centro Tecnológico. Programa de Pós-Graduação em Engenharia Química. Um sensor por software para a determinação da concentração de biomassa em reatores anaeróbicos, em regime acetoclástico é apresentado. O sensor por software é baseado em medições de pressão do sistema experimental e um observador de estados não linear. O projeto do observador de estados é realizado a partir dos balanços de massa das espécies químicas e bioló...

  6. Big changes in prevention of legionellae. New Drinking Water legislation; Grote veranderingen voor Legionellapreventie. Nieuwe Drinkwaterwetgeving

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Van der Blom, E. [Uneto-VNI, Zoetermeer (Netherlands)

    2011-09-15

    In the Netherlands, July 1st 2011, the new potable water legislation came into force. This resulted in major changes in Legionella prevention at priority installations. But this is not the only impact on the installation sector and building owners and users. For materials, more stringent requirements came into force, also for the use of grey water. Potable water companies have a legal obligation to deliver a certain amount of water under a certain pressure. [Dutch] Per I juli 2011 is de nieuwe Drinkwaterwetgeving in werking getreden. Dit heeft grote veranderingen meegebracht voor de Legionellapreventie bij prioritaire installaties. Maar dit is niet het enige dat impact heeft op de installatiesector en gebouweigenaren en gebruikers. Er gelden strengere eisen voor materiaalgebruik, net als bij de toepassing van huishoudwater. Drinkwaterbedrijven krijgen een wettelijke verplichting om altijd een bepaalde hoeveelheid water te leveren onder een bepaalde druk.

  7. The Swiss Energy Sector. Innovation landscape and chances for the Netherlands; De Zwitserse energiesector. Innovatielandschap en kansen voor Nederland

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Van Ewijk, S. [Innovatie Attache Netwerk, Ambassad Berlijn, Berlin (Netherlands)

    2012-08-15

    An overview is given of innovation in the Swiss energy sector and the following research question will be answered: what are the characteristics of the Swiss innovation landscape in the energy sector and what opportunities are there for the Dutch energy sector? The emphasis is on themes that occur in the Dutch top sector policy, such as natural gas and energy conservation. The aim is to encourage cooperation between the Netherlands and Switzerland in the field of energy and provide inspiration for investment, policy solutions and markets in the field of energy. Each chapter contains references to Swiss authorities for more information and further steps [Dutch] Een overzicht wordt gegeven van innovatie in de Zwitserse energiesector en probeert de volgende onderzoeksvraag te beantwoorden: wat zijn de kenmerken van het Zwitserse innovatielandschap in de energiesector en welke kansen zijn er voor de Nederlandse energiesector? De nadruk ligt daarbij op thema's die ook in het Nederlandse topsectorbeleid voorkomen, zoals aardgas en energiebesparing. Het doel is om de samenwerking tussen Nederland en Zwitserland op energiegebied te stimuleren en informatie te bieden als inspiratie voor investeringen, beleidsoplossingen en afzetmarkten op energiegebied. Ieder hoofdstuk bevat verwijzingen naar Zwitserse instanties voor meer informatie en verdere stappen.

  8. Bioenergy Status Document 2011; Statusdocument Bio-energie 2011

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Bles, M.; Schepers, B.; Van Grinsven, A.; Bergsma, G.

    2011-03-15

    als in 2009 (88 PJ) en iets meer dan 2010 (86 PJ). In de richtlijn hernieuwbare energie is verder vastgelegd dat in 2020 minimaal 10% van het verbruik van benzine, diesel en elektriciteit voor vervoer afkomstig moet zijn uit hernieuwbare bronnen. Staatssecretaris Atsma wil dat dit percentage al in 2016 behaald wordt. In 2011 bedroeg het verplichte aandeel hernieuwbare energie 4,25%. Naar verwachting is deze verplichting administratief gehaald. Doordat sommige typen biotransportbrandstoffen dubbel geteld mogen worden, is de fysieke levering echter aanzienlijk lager dan in 2009. De administratieve dubbeltelling is van toepassing op de transportdoelstelling (10 %), maar niet op de algemene doelstelling (14 %). Een hoger aandeel dubbeltellende brandstoffen draagt daarmee niet proportioneel bij aan de algemene doelstelling. Ongeveer driekwart van de geproduceerde hernieuwbare energie in 2011 is afkomstig van biomassa. De overige hernieuwbare energie komt bijvoorbeeld uit waterkracht, wind- en zonne-energie. Hernieuwbare energie uit biomassa is voor een groot deel afkomstig van afvalverbrandingsinstallaties, meestook in energiecentrales, gebruik van houtkachels en het gebruik van biobrandstoffen in de transportsector.

  9. Update of the external cost for environmental damage (for Flanders) with regard to air pollution and climatic change; Actualisering van de externe milieuschadekosten (algemeen voor Vlaanderen) met betrekking tot luchtverontreiniging en klimaatverandering

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    De Nocker, L.; Michiels, H.; Deutsch, F.; Lefebvre, W.; Buekers, J.; Torfs, R. [Unit Ruimtelijke Milieuaspecten, VITO, Mol (Belgium)

    2010-12-15

    This report contains a set of indicators for calculating external costs of air-polluting substances and greenhouse gases. The external costs of environmental damage relate to the damage to human health, eco systems, buildings and economy as a result of an activity. This leads to loss of welfare for inhabitants in Flanders and abroad for the current and future generations. The magnitude and evolution of the external or environmental damage cost resulting from air pollution is one of the indicators for the MIRA report that translates the state of the environment into consequences for man and economy. [Dutch] Dit rapport bevat een set van kengetallen voor de berekening van de externe kosten van luchtverontreinigende stoffen en broeikasgassen. De externe kosten of milieuschadekosten hebben betrekking op de schade aan menselijke gezondheid, ecosystemen, gebouwen en economie als gevolg van een activiteit. Dit leidt tot een verlies aan welvaart voor inwoners in Vlaanderen en het buitenland, voor deze en toekomstige generaties. De omvang en evolutie van de externe of milieuschadekosten ten gevolge van luchtverontreiniging ia 1 van de indicatoren voor het MIRA rapport die de toestand van het milieu vertaalt naar gevolgen voor mens en economie.

  10. Ontwikkeling van een protocol voor de transformatie van iris; introductie van resistentie tegen irismozaik viris (IMMV)

    NARCIS (Netherlands)

    Langeveld, S.A.; Klerk, de G.J.M.

    2004-01-01

    Twee iris cultivars, Blue Magic en Blue Sail, werden in weefselkweek gebracht en callus werd geïnduceerd. Dit callus werd genetisch gemodificeerd met virusresistentie via de particle gun procedure die eerder voor lelie was ontwikkeld. Van een van de cultivars, Blue Magic, werden getransformeerde

  11. Consequences of Market-Based Measures CO2-emission Reduction Maritime Transport for the Netherlands; Gevolgen Market Based Measures CO2-emissiereductie zeevaart voor Nederland

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Wortelboer-van Donselaar, P.; Kansen, M.; Moorman, S. [Kennisinstituut voor Mobiliteitsbeleid KiM, Den Haag (Netherlands); Faber, J.; Koopman, M.; Smit, M. [CE Delft, Delft (Netherlands)

    2013-11-15

    The introduction of Market Based Measures (MBMs) to reduce the CO2 emissions of international sea shipping will have relatively limited economic effects for the Netherlands. Moreover, these effects are largely in line with those in other countries. For the Netherlands, however, the manner in which MBMS are organised and enforced is likely to be particularly important, given the importance of ports to the Dutch economy, the country's relatively large bunker sector, and the fact that Dutch shipowners operate relatively small vessels and on a relatively small scale. MBMs include pricing measures in the form of tax or trade systems, as well as other market-related proposals. In this research study, the consequences are analysed of four international MBM proposals for the Netherlands [Dutch] Om de CO2-uitstoot van de internationale zeevaartsector terug te dringen worden momenteel zogeheten Market Based Measures (MBMs), zoals bijvoorbeeld het veilen van emissierechten of het invoeren van een heffing, overwogen. De invoering van de MBMs zal voor Nederland relatief beperkte economische effecten hebben. Deze effecten wijken bovendien niet bijzonder af van die voor andere landen. De wijze waarop de MBMs worden georganiseerd en gehandhaafd, is voor Nederland mogelijk wel van onderscheidend belang. Dit gezien het belang van de havens voor de Nederlandse economie, de relatief grote bunkersector, en de relatief kleine schepen en kleinschaligheid van de Nederlandse reders.

  12. Organic aerosols from biomass burning in Amazonian rain forest and their impact onto the environment; La combustione di biomassa nella Foresta Amazzonica Aerosoli organici e impatto sull'ambiente

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Cecinato, A; Mabilia, R [Consiglio Nazionale delle Ricerche, Istituto sull' Inquinamento Atmosferico, Monterotondo Scalo, RM (Italy); De Castro Vasconcellos, P [Sao Paulo Universidad, Sao Paulo (Brazil). Instituto de Pesquisas Energeticas e Nucleares, Dept. de Engenharia Quimica Ambiental

    2001-03-01

    A field campaign performed in Southern Brazilian Amazonia in 1993 has proved that this region is subjected to fallout of particulated exhausts released by fires of forestal biomass. In fact, organic content of aerosols collected at urban sites located on the border of pluvial forest, about 50 km from fires, was similar to that of biomass burning exhausts. Aerosol composition is indicative of dolous origin of fires. However, organic contents seems to be influenced by two additional sources, i. e. motor vehicle and high vegetation emission. Chemical pattern of organic aerosols released by biomass burning of forest seems to promote occurrence of photochemical smog episodes in that region. [Italian] Una campagna di misura realizzata nella regione amazzonica nel 1993 ha dimostrato la ricaduta sull'area circostante dei prodotti di combustione della biomassa forestale, attraverso la speciazione degli aerosoli atmosferici raccolti in un sito urbano posto ai margini della foresta, tuttavia le poveri sospese rivelano l'origine dolosa degli incendi. La composizione chimica degli aerosoli organici provenienti dalla combustione di biomassa sembra favorire i processi di smog fotochimico nella regione.

  13. Partição da biomassa e qualidade da forragem de Bahiagrass: Paspalun notatum cv. pensacola no centro-norte da Flórida = Biomass allocation and forage quality in a pensacola Bahiagrass pasture in north central Florida

    Directory of Open Access Journals (Sweden)

    Marcia Mascarenhas Grise

    2006-10-01

    Full Text Available Visando medir efeitos do manejo da Bahiagrass cv. pensacola (Paspalum notatum Flüggeé na repartição de biomassa (kg ha-1 das folhas+colmos, serrapilheira, raízes+rizomas, e valor nutritivo da forragem, foi instalado um experimento próximo a Gainesville, Flórida,EUA. Tratamentos: três manejos contínuos (não intensivo, moderadamente intensivo, altamente intensivo, recebendo 40, 120, e 360 kg N ha -1 ano-1 e com lotação de 1,2; 2,4 e 3,6 UA ha-1, respectivamente e um tratamento de manejo rotacionado (7 dias de pastejo e 21 dias de descanso, recebendo 360 kg N ha-1 ano-1 e 3,6 UA ha-1 (1 U A= 500 kg. A biomassa de raízes+rizomas foi superior a de folhas+colmos. Não houve efeito dos tratamentos na biomassa de raízes+rizomas. A biomassa de raízes+rizomas decresceu durante a estação de pastejo. A maior intensidade de manejo dos tratamentos altamente intensivo e rotacionado resultou em maior biomassa de folhas+colmos. A relação raiz/parte aérea decresceu com a intensificação do manejo. A biomassa de serrapilheira foi superior a de folhas+colmos nos tratamentos altamente intensivo e rotacionado, privilegiando a ciclagem de nutrienes via excreção animal. Os tratamentos não afetaram a FDN nem a DIVMO da forragem, masintensificação do manejo tende a elevar a DIV MO da forragem.This experiment evaluated a pensacola Bahiagrass pasture (Paspalum notatum Flüggeé. It was conducted near Gainesville, Florida, U SA, to measure the effect of pasture management on biomass allocation (kg ha -1 of herbage, litter, root+rhizome, as well as forage quality. Treatments were three continuously stocked (low, moderate, and high,receiving 40, 120, and 360 kg N fertilizer ha -1 yr-1and with stocking rates of 1.2, 2.4, and 3.6 AU ha-1, respectively and one rotationally stocked (RS; 7 -d grazing and 21-d rest periods; N rate of 360 kg ha-1 yr-1, 1 AU = 500 kg pasture. The root+rhizome biomass was 4 to 12 times greater than herbage biomass. There was

  14. Richtlijnen voor substraat moeten problemen voorkomen : onderzoeker Chris Blok geeft uitleg over nieuwe normering pH

    NARCIS (Netherlands)

    Bouwman-van Velden, Pieternel; Blok, C.; Kaarsemaker, R.C.

    2009-01-01

    Op basis van proeven is er een concept beoordelingsrichtlijn (BRL) voor het pH buffergedrag van opkweekpotten opgesteld. Onderdeel van het onderzoek is het ontwikkelen van methodieken om pH gedrag in steenwol te meten. De richtlijnen doen vooral dienst om schades tijdens de opkweek te voorkomen

  15. Effecten van het verzuringsbeleid in de provincie Limburg; evaluatie en prognose voor de realisatie van de gewenste natuurkwaliteit

    NARCIS (Netherlands)

    Smits, N.A.C.; Bleeker, A.; Huiskes, H.P.J.

    2004-01-01

    Effecten van verzurende depositie op de natuur. Alterra en MEP TNO hebben gekeken naar huidige en toekomstige effecten, zowel op provinciaal niveau als voor een 16 tal natuurgebieden. Vervolgens is het verzuringsbeleid geëvalueerd

  16. Cradle to cradle in practice. New building NIOO. Experimental garden for ecotechnology; Cradle to cradle in de praktijk. Nieuwbouw NIOO. Proeftuin voor ecotechnologie

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Bijma, R [DWA installatie- en energieadvies, Bodegraven (Netherlands)

    2011-10-15

    The new building of the Dutch Institute of Ecology (NIOO-KNAW) is a prime example of sustainability. With the materialization and the installation techniques the choice was made for solutions that fit the cradle to cradle philosophy. The most striking example is the high temperature storage. [Dutch] Het nieuwe gebouw van het Nederlands Instituut voor Ecologie (NIOO-KNAW) is een schoolvoorbeeld van duurzaamheid. Bij de materialisatie en de installatietechniek is gekozen voor oplossingen die aansluiten bij de cradle to cradle filosofie. Het meest in het oog springend is de hoogtemperatuuropslag.

  17. Electric driving in 2050. Consequences for the environment; Elektrisch rijden in 2050. Gevolgen voor de leefomgeving

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Nijland, H.; Hoen, A.; Snellen, D.; Zondag, B.

    2012-11-15

    The potential impacts of a transition towards electric passenger mobility are discussed. What changes can be expected in the mobility sector and the (spatial integration in the) environment as electric driving is introduced on a large scale? And what are the consequences of the changing cost ratios of passenger mobility on the government and motorists? It is assumed that in 2050 road transport and urban distribution will be all-electric, according to the ambitions of the European Commission [Dutch] In dit rapport beschrijven we de mogelijke gevolgen van een overstap op elektrische personenautomobiliteit. Welke veranderingen zullen zich naar verwachting voordoen in de mobiliteitssector en de (ruimtelijke inpassing in de) leefomgeving als elektrisch rijden grootschalig wordt geintroduceerd? En wat hebben de veranderende kostenverhoudingen van de personenautomobiliteit voor gevolgen voor de overheid en de autogebruikers? We gaan er daarbij van uit dat in 2050 het personenwegverkeer en de stadsdistributie volledig elektrisch plaatsvinden, conform de ambities van de Europese Commissie.

  18. Biomassa microbiana e produção de C-CO2 e N mineral de um podzólico vermelho-escuro submetido a diferentes sistemas de manejo: Microbial biomass and C-CO2 and mineral nitrogen production in paleudult soil cultivated under different management systems

    Directory of Open Access Journals (Sweden)

    L. K. Vargas

    2000-03-01

    Full Text Available Os sistemas de manejo, com diferenças no revolvimento do solo e na composição dos resíduos vegetais, alteram as propriedades biológicas do solo, com reflexos na qualidade do solo e na produtividade das culturas. Com vistas em medir estas alterações nas propriedades biológicas do solo, a biomassa e a atividade microbiana foram avaliadas em um Podzólico Vermelho-Escuro, em Eldorado do Sul (RS, utilizando diferentes preparos (convencional, reduzido e plantio direto e dois sistemas de sucessões de culturas (aveia preta + vica/milho + caupi e aveia/milho. As avaliações foram realizadas em quatro épocas, durante 12 meses, e em duas profundidades (0-5 e 5-15 cm. O carbono da biomassa microbiana foi analisado pelo método de fumigação-incubação, e a atividade microbiana, pela produção de C-CO2 e N mineral, após 60 dias de incubação. As diferenças na biomassa e na atividade microbiana, entre os sistemas de manejo, foram mais pronunciadas na camada de 0-5 cm. Nesta camada de solo, observaram-se os maiores valores de biomassa e de atividade nos preparos conservacionistas e no sistema aveia + vica/milho + caupi. Dentre as variáveis estudadas, a mineralização de N mostrou-se a mais sensível aos manejos, à profundidade e à época de amostragem.

  19. The Netherlands in a sustainable world. Poverty, climate and biodiversity. Second Sustainability Outlook; Nederland en een duurzame wereld. Armoede, klimaat en biodiversiteit. Tweede Duurzaamheidsverkenning

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Hanemaaijer, A.; De Ridder, W.; Aalbers, T.; Eickhout, B.; Hilderink, H.; Hitman, L.; Manders, T.; Nagelhout, D.; Petersen, A. (eds.)

    2007-11-15

    Poverty reduction, climate change and biodiversity loss to be tackled as an integrated global problem. The world is too small to simultaneously produce enough food (including meat) for everyone and to deliver biofuels on a large enough scale to slow down climate change and maintain biodiversity. In this report sufficient options for fighting poverty, tackling climate change and limiting the loss of biodiversity are presented and discussed. The costs of these options can be limited to a few percent of GDP in 2040. However this will only be possible with coordinated international policies. [Dutch] In de Tweede Duurzaamheidsverkening staan drie duurzaamheidsvraagstukken centraal: het ontwikkelingsvraagstuk, de klimaatverandering en het biodiversiteitsverlies. Deze verkenning beschrijft de trends en de beleidsopties om de internationaal afgesproken doelen voor deze vraagstukken dichterbij te brengen. Er is voor gekozen om te werken met een Trendscenario van de OESO dat loopt tot 2040. In een Trendscenario wordt geen aanvullend beleid verondersteld, zoals het recent afgesproken EU-klimaatbeleid. Vervolgens zijn additionele beleidsopties geinventariseerd, gericht op het dichterbij brengen van de doelen. Vanuit verschillende visies op de wereld (wereldbeelden) zijn daarna de geidentificeerde beleidsopties geanalyseerd.

  20. The particulates paradox. Time for a new standard?; De fijnstofparadox. Tijd voor een nieuwe norm?

    Energy Technology Data Exchange (ETDEWEB)

    Keuken, M.; Voogt, M. [TNO, Apeldoorn (Netherlands)

    2008-10-15

    The standards for PM10 and the new standard for PM2.5 aim to protect the population from harmful concentrations of particulate matter. The particulate matter is therefore aimed at lowering the mass concentrations of particulate matter without focusing on the chemical composition of the amount of ultra fine particles. This approach simplifies the particulate matter problem. This leads to expensive measures with limited effects on health or measures with positive effects for health, but these measures hardly contribute to complying with the particulate matter standards. [mk]. [Dutch] De normen van PM10 en de nieuwe norm PM2,5 zijn bedoeld om de bevolking te beschermen tegen schadelijke concentraties van fijn stof. Het fijnstofbeleid is daarom gericht op het verlagen van de massaconcentratie van fijn stof zonder aandacht voor de chemische samenstelling of het aantal ultrafijne deeltjes. Deze benadering simplificeert het fijnstofprobleem. Dure maatregelen met beperkte effecten op de gezondheid of maatregelen met positieve effecten voor de gezondheid zijn het gevolg, maar deze maatregelen hebben nauwelijks een bijdrage aan het halen van de fijnstofnormen.